De consequenties van het bewustzijn

image_pdf

7 oktober 1955

Aan het begin van deze bijeenkomst wijs ik u – zoals gebruikelijk – op het feit, dat wij noch onfeilbaar noch alwetend zijn. Daarom wordt u verzocht om zoveel mogelijk zelfstandig na te denken, uw eigen overtuiging te vinden, de vergelijking van uw gedachten met de onze.

De consequentie van het bewustzijn is in de eerste plaats de verantwoording. Iemand, die zich niet bewust is van de dingen, kan daaromtrent noch handelend, noch denken optreden. Iemand, die alleen maar is afgesteld op automatische reflexen of reacties, is een machine, die doorwerkt en die zeker door niemand verantwoordelijk kan worden geacht voor de fouten, die in het mechanisme optreden, waardoor valse reacties naar buiten traden.

Een bewustzijn, – dat is geloof ik de vorige keer omschreven -, stelt de zaak heel anders. Bewustzijn betekent, dat je een beeld hebt van de werkelijke toestand, van althans een aantal der mogelijkheden en dat je verder een bepaalde voorstelling hebt van hetgeen je zelf handelend zou moeten verrichten. Wanneer je dan tegen één van de Goddelijke wetten zondigt, dan is het eerste, wat wij kunnen zeggen: Dit is niet meer de fout van besturende kracht en, dit is je eigen fout, want je had het anders gekund. Bewustzijn betekent in de tweede plaats: keuze. Die keuze is misschien niet zo uitgebreid als de doorsneemens zich dat denkt. Per slot van rekening, vooral wanneer u op aarde leeft, bent u aan een heel grote reeks van regels en wetten en normen gebonden, gedeeltelijk u ingeschapen, gedeeltelijk u door uw omgeving opgelegd en het is van te voren vaak heel aardig te bepalen, hoe zo’n leven ongeveer zal verlopen. Maar wanneer ook de handelingen vaak niet geheel zelfstandig kunnen worden bepaald, toch is er altijd de keuze van reden: waarom?

Om een aardig voorbeeld te geven: Je kunt appels stelen om zo aan een zieke te brengen en je kunt ze stelen, omdat het zo leuk is om appels te stelen. In het eerste geval heb je iets gedaan, wat niet mag. Je zult leren, dat het niet mag en waarom het niet mag. Maar je hebt het met een goede bedoeling gedaan. Je keuze t.o.v. de dwang: appels stelen, was dus gezond. Er volgt een vergroting van bewustzijn. Deze vergroting van bewustzijn is zoveel te aangenamer, waar zij nieuwe mogelijkheden tot keuzen schept, die voor de mens zelf een gunstige, een plezierige inwerking hebben, de innerlijke vrede vergroten.

Daarnaast staat dan het zelfzuchtige. Als ik nu denk aan mijn jongensjaren, zou ik zeggen, dat de eerste consequenties daarvan meestal buikpijn is: daarnaast zijn er nog enkele andere consequenties aan verbonden. Dan treedt op: of een zelfverwijt over de fout – dan hebben wij nog enige bewustwordingswaarde -, ofwel een wrok over het feit, dat dit niet wordt goed geheten en goedgekeurd door de omgeving. In een dergelijk geval sluit men zich dus af van de omgeving en stelt zich er tegenover – ik lijk mijn voorganger wel – en het resultaat is, dat door deze verkeerde keuze de mens in een toestand komt te verkeren, vooral psychisch, waarvoor hijzelf verantwoordelijk werd. De consequentie gaat nog verder. Want wanneer wij bewustzijn hebben en een ander niet bewust is, dan zullen wij, die ons bewust zijn van de mogelijkheden, moeten trachten om die ander te leiden, wij kunnen niet zeggen: het gaat ons niet aan dat deze onbewuste zichzelf vernietigt. Neen. wij delen een verantwoordelijkheid ook voor het onbewuste leven en wel precies zover als ons eigen bewustzijn omtrent onze verplichtingen strekt. Wij kunnen zelfs nog verder gaan en zeggen: dat bewustzijn gelijktijdig de grootste zegen en de grootste vloek is, die aan een wezen gegeven kan worden. Waar de onbewuste voortleeft en aanvaardt, zal de bewuste ten allen tijde verzet ervaren tegen datgene, wat hem niet bevalt Een bewust verzet, dat niet alleen als een herinnering rijst bij herhaling der omstandigheden, maar voortdurend de vrede van het “ik” blijft belagen.

Aan de andere kant: schoonheid, die door een ander vluchtig wordt ervaren, die aan hem voorbij gaat, omdat hij niet bewust is van wat er werkelijk is. Grootsheid van de natuur, ja, de volledige openbaring van God, de Schepper Zelf, worden voor het bewustzijn toegankelijk. Wanneer je aan iemand, die een bewustzijn heeft, vraagt: zou je dit bewustzijn willen verliezen?, dan zal hij “neen” zeggen. Wij kunnen ons niet voorstellen, wat het is om te leven zonder te weten, zonder te denken. Dat kan zelfs het eenvoudige dier niet. Wanneer je het dier zou vragen: zou je zonder vrees en zonder zorg, maar ook zonder de vreugde van een hartig maal, van een prettige jacht of van een heerlijke rust, zou je dat leven willen? Dan zou het beest ook zeggen: neen.

Het schijnt zo te zijn, dat degene, die bewust is, slechts één mogelijkheid heeft. Dat is misschien de grootste consequentie, die het bewustzijn met zich meebrengt: wie bewustzijn heeft kan nooit meer dit bewustzijn in zichzelf vernietigen, zonder zichzelf daarmee gelijktijdig te vernietigen als persoonlijkheid.

Verder gaande: Wie bewust is, wordt door dit bewustzijn allen reeds gedreven tot een voortdurend groter bewustzijn, een meer weten en begrijpen, dat ons uiteindelijk voert tot het bewust kennen, realiseren en omvamen van alle geheimen van het leven en uiteindelijk zelfs waarschijnlijk van de Schepper. Hoe wij tot de consequentie komen, is waarschijnlijk begrijpelijk. Maar wat is bewustzijn? Er was eens iemand die gezegd heeft: Het leven is een schimmenspel. Wij zitten in de grot en staren naar de wand. Achter ons brandt een vuur. Tussen ons en het vuur trekkende werkelijke gestalten voorbij. Wat wij zien is alleen maar een vertoning van schaduwbeelden. Ik zou zeggen: dat geldt voor elk leven en elk bewustzijn.

Nu komt de vraag: Wanneer zijn wij dan werkelijk bewust? Ik geloof, dat wij onszelf pas werkelijk bewust mogen noemen, wanneer wij beseffen, dat hetgeen wij zien een schimmenspel is dat er andere, meer werkelijke krachten achter staan. Ik wil niet zeggen, dat dit een definitie is, die op aarde zo makkelijk aanvaard zal worden, omdat zij Uw werkelijkheid wel zeer in twijfel stelt. Vanuit mijn standpunt geloof ik niet beter te kunnen doen, dan juist dit als een criterium te stellen voor een werkelijk bewustzijn. Weten, dat er achter hetgeen je, ziet eigenlijk maar de rotswand schuift, dat het slechts een projectie is van een werkelijkheid, die je op het ogenblik nog niet kunt erkennen, omdat je de verkeerde kant uitkijkt.

Dan komt de tweede vraag: Waaraan erken ik, dat ik bewust ben. Kijk eens, ik erken het feit, dat ik een bewustzijn bezit, aan mijn mogelijkheid om te redeneren zonder daarvoor of daardoor geleid te worden door uiterlijke omstandigheden. U kunt hier gaan zitten en uw ogen dicht doen, u kunt voor uzelf een wereld scheppen. Gij zijt u ervan bewust, dat zo’n wereld zou kunnen bestaan. Gij denkt in beelden, die niet meer onmiddellijk gereleerd zijn met een de wereld buiten u. Gij kunt dus werelden bevatten, die zich op dit moment niet aan u openbaren. Daar zit eigenlijk de kneep van het bewustzijn. Niet alleen weten, wat op het ogenblik de behoeften en noodzakelijkheden zijn. Zeker, dit is ook een vorm van bewustzijn, maar die staat laag. Maar omstandigheden in jezelf net zo goed als buiten jezelf kunnen erkennen, ook wanneer zij niet onmiddellijk met het stoffelijke in verband staan. U vraagt mij te spreken over de consequentie van het bewustzijn. De consequentie van het bewustzijn, dat wij bewust bezitten, is ook wel, dat wij weten, dat er zich aan ons groter werkelijkheid zal openbaren, dan wij thans bevatten, want indien wij weten, dat hetgeen wij zien een schimmenspel is – om dat oude voorbeeld weer aan te halen -, dan zullen wij trachten ons om te draaien en naar de zon te kijken, of naar het vuur: wat er dan ook is. Om te kijken naar de gestalten, die daar voorbijgaan.

De consequentie van een bewustzijn is, dat het leidt tot de waarheid en tot de werkelijkheid. Tot de waarheid en werkelijkheid, de grote Waarheid, de enige Werkelijkheid, de Schepper. Bewustzijn is de weg naar God. Wij zouden onszelf niet kunnen zijn, er zou geen mens en geen geest kunnen bestaan in de zin, waarin dit op het ogenblik is als wezens, die denken en streven en handelen, wanneer wij geen bewustzijn hadden. Dan zou het inderdaad een marionettenspel zijn van grote Goden, maar zelfs dan zouden die Goden een bewustzijn moeten hebben om het schimmenspel uit te voeren, om de marionetten te laten dansen. Dat is juist hetgeen, waar het op aan komt. Wanneer er niet alleen maar een blind toeval is, dat alle wegen onmiddellijk leidt van de een in de ander, zodat je niet anders kunt gaan, gedreven en gejaagd, zonder te weten: waarom. Wanneer de hele Schepping niet uit een toeval is ontstaan en een willekeurigheid is van een oorzaak, die wij niet kunnen nagaan, dan moet er een bewustzijn staan aan het begin van de Schepping, een weten. Dan komen wij tot de conclusie, dat ons zoeken naar een grote bewustwording een zoeken naar God is. Omdat wij begrijpen, diep in onszelf, dat Het Grote Bewustzijn, dat alles omvaamt, God is. Niets anders.

Wij kunnen het niet omschrijven in vorm, wij kunnen het niet definiëren in kracht. Wij kunnen het niet neten in jaren of lichtjaren of kilometers. Je kunt alleen maar zeggen: Er is ergens een wezen, dat weet. Dat volledig overdacht handelend deze wetten heeft geschapen, en deze schepping heeft gesteld. Dan is voor mij de consequentie, dat mijn bewustzijn een product is van het Eerste Bewustzijn, Punt één.

Punt twee: Dat, waar mijn bewustzijn uiteindelijk in staat zal zijn hetzelfde te omvatten als dat Eerste Bewustzijn, ik tot gelijke hoogte kan stijgen, Niet wordende God, maar toch in ieder geval iemand worden, die volledig het bewustzijn Gods kan delen en daardoor dat geniet, wat men dan noemt: het Koninkrijk der Hemel en, de Eeuwige Zaligheid, het Paradijs, of wat anders. Er kan geen hemel en geen hel bestaan zonder bewustzijn, geen vreugde en geen lijden. Ja, ik geloof zelfs, dat leven en dood zonder een bewustzijn, onbetekenend en onbelangrijk zijn. Bewustzijn betekent, wanneer wij vanuit onszelf spreken: zijn, bestaan. Iets, wat geen bewustzijn heeft, kan misschien voor anderen bestaan, maar nooit voor zichzelf. Het feit, dat wij leven en zijn alleen al, moet ons reeds een bewijs zijn, dat wij een bewustzijn, bezitten. Het weten, dat wij een bewustzijn bezitten, legt ons de verplichting op, dat bewustzijn te vervolmaken: tot wij uiteindelijk dat gevoel in ons, dat vraagt om een verklaring voor alles, kunnen bevredigen: op de laatste vraag het laatste antwoord hebben kunnen geven: Ik geloof, dat wij allemaal teniet kunnen gaan. Ik weet, dat het lichaam van een mens in een jaar of tien weg is, opgenomen in ander leven, opgenomen in de aarde. Ik weet, dat de geest, die uit onze sferen verder gaat, een schil achterlaat, die zich al heel gauw verdeelt on uiteenvalt in kracht, die zich mengt met de kracht, van elke sfeer, waar in je vertoeft Ik kan mij voorstellen, dat er niets meer overblijft, niets meer, wat stoffelijk omschrijfbaar is. Niets meer, wat vast te leggen is. Maar …..het bewustzijn zal blijven bestaan

Ik geloof, dat als ik daaraan nu nog een omschrijving vast moet knopen – al is het dan geen consequentie van het bewustzijn, tenzij in mijn betoog. Ik geloof, dat wij bewustzijn in volmaakte vorm kunnen uitdrukken als: de ziel, die één wordt met haar Schepper Het lijkt mij, dat dat het hoogste bewustzijn is, dat er bereikt kan worden. Ik vind er vele consequenties aan verbonden, onaangename en aangename. Ik neem ze allemaal, met een stap bij wijze van spreken, omdat ik voel als hoofdnorm van het bewustzijn: een belofte van een vervulling, die mij nu nog onvoorstelbaar is, maar waar mijn bewustzijn mij nu reeds op wijst.

  • Kunt u iets meer vertellen over huwelijksgebruiken, sociale omgeving en de beïnvloeding daarvan t.o.v. geestelijke bewustwording.

Wij moeten niet vergeten, dat voor de mens juist zijn dagelijkse omgeving, zijn normaal dagelijks leven van buitengewoon grote invloed is. Zijn gehele denken, zijn handelen worden beheerst door de kleine gebeurtenissen, die zich dagelijks afspelen in het huisgezin, tussen vrienden en bekenden, in het sociaal streven naar contacten met anderen. Waar het meest innerlijk contact, dat voor deze omgeving bestaat, in het huwelijk is gelegen, meen ik dit onderwerp als eerst aan de orde te mogen stellen. Wanneer twee personen huwen, dan kan dit op aarde uit velerlei overwegingen geschieden. Soms zoeken de partijen, stoffelijk voordeel, bevestiging van positie, zekerheid.

In een dergelijk geval durf ik niet te spreken over een werkelijk huwelijk, aangezien wij hier te maken hebben met een vennootschap in meer zakelijke zin, waarbij de partij ter ener zijde aan bepaalde voorwaarden zal voldoen, om daarvoor bepaalde gunsten van de partij ter andere zijde te genieten.

Het is begrijpelijk, dat een huwelijksleven, hierop gebaseerd, van weinig waarde kan zijn, tenzij tussen de beide partners een werkelijke vriendschap ontstaat en een zodanig onderling begrijpen, dat dit in de plaats treedt voor de liefde, die normalerwijze wordt aangenomen als basis voor elke huwelijksverhouding.

Wanneer beide partijen elkaar goed aanvoelen, belangstelling hebben voor elkaars werkzaamheden, dan zullen wij elkaar kunnen brengen tot een grotere prestatie. Is er dus in een dergelijk huwelijk van een gedeelde belangstelling sprake, dan kan hiervan voor de geestelijke bewustwording vaak zeer veel worden verwacht, waar juist de hartstocht en sentiment elementen, in andere huwelijksverhoudingen vaak sterk op de voorgrond springend, hier minder intens vertegenwoordigend zijn. Als resultaat krijgen wij dus een zoeken enerzijds naar geestelijke compensatie in het gezamenlijk streven, leren en overwegen, anderzijds een innige band tussen beide partijen, juist door dit geestelijk streven en vinden wij als resultaat een groter wordende bewustwording.

Dit is een positief geval. Echter bestaan er ook negatieve gevallen. In een negatief geval gaan man en vrouw langs elkaar heen. In vele gevallen is ook de meer intieme verhouding niet geheel, zoals zij behoort te zijn. Men ontwijkt elkaar vaak, terwijl het gesprek en de belangstelling blijven beperkt tot de oppervlakkige bezigheden van het huishouden, van zaken die de partners nu eenmaal binden. In beiden ontstaat dan een gevoel van verlatenheid. Aangenomen, dat beiden in dezelfde richting gaan streven, kan ook uit een dergelijk negatief geval, een geval als eerst genoemd, zeer zeker naar voren komen.

In de meeste gevallen zullen wij echter zien, dat een verschillend gericht streven en zoeken tussen de beide partijen een verwijdering tot stand brengen, waarbij beiden elkaar hinderen in hun geestelijke bewustwording. Het resultaat van een dergelijk huwelijk kan fataal zijn. Althans vanuit geestelijk standpunt. Het tweede geval is een huwelijk, dat wordt gesloten uit hartstocht. Hartstocht is gebaseerd op stoffelijke aantrekking en deze kan wederom worden teruggebracht tot een aantal chemisch-lichamelijke reacties, die dan worden aangevuld met bepaalde sentimenten. Een dergelijke band kan zeer intens zijn, vooral in het begin. Wanneer hieruit voorkomt een onderling begrip, dan zullen zowel seksuele als gevoelsbanden beiden er toe brengen door aanpassing één doel te vinden.

Hier is geen sprake, zoals in het eerste geval, van twee, die streven en toevallig gelijke belangstelling hebben en daardoor een steun voor elkaar vormen. Wij hebben met het huwelijk uit hartstocht, dat goed verloopt, te maken met twee, die, zich baserend op de stoffelijke aantrekking, die voor hen zeer belangrijk – zo niet alles overschaduwend is geweest -, zoeken naar een gemeenschappelijk doel, dat meer geestelijk ligt, om hierdoor een aanvulling te vinden voor de te stoffelijke elementen in hun samenleving. In een dergelijk geval brengen zij door hun opofferingsgezindheid tegenover de andere partij enerzijds, hun gebondenheid er aan anderzijds, ook vaak zeer belangrijke geestelijke prestaties tot stand en kan worden gesproken over een reële en goede bewustwording. In het negatieve geval zal, wanneer eenmaal door gewenning de hartstocht verslapt, een zoeken naar andere waarden komen, soms in stoffelijk, soms in geestelijk milieu en de onbevredigdheid met de partner, die plotseling veranderd lijkt, brengt beiden er toe een zekere vijandige houding naar voren te brengen. Deze vijandigheid is wederom een afbrekende factor. In vele gevallen ontaardt zoiets, wanneer geen scheiding plaats vindt, in voortdurende haat, voortdurend ongenoegen, bedekt door een koude vlaag van hoffelijkheid en egards voor elkaar.

Het derde geval is misschien het wonderlijkste geval, dat in een huwelijksverhouding kan voorkomen, n.l. een werkelijke liefde, die gebaseerd is op het aanvoelen en begrijpen van de partner en gelijktijdig wordt ondersteund door een sterke, stoffelijke aantrekking tot de partner. Wanneer dit plaats vindt, dan zijn deze beide mensen voor elkaar genoeg. Zij zullen volledig elkaars leven kunnen delen, wat in geen der voorgaand genoemde gevallen mogelijk was. Hierdoor vergroten zij hun bewustzijn en zal de vrouw mede als man bewust kunnen leven en denken, terwijl omgekeerd de man inzicht krijgt in de vrouwelijke visie op wereld, gebeuren en alle toestanden, die in het leven optreden.

In hun zelf maken zij hierdoor een vergroting van bewustzijn door, die een bewustwordingsproces niet alleen sterk bevordert, maar uiteindelijk zelfs de mogelijkheid schept tot de tweelingziel, die zich verheft boven de sferen, die door één der beide partners met een normale bewustwording zou kunnen worden bereikt. Dit laatste geval is, zelfs vanuit geestelijk standpunt gezien, zeer belangrijk. In elk huwelijk bestaat de mogelijkheid, dat het gezin wordt uitgebreid. Deze gezinsuitbreiding brengt voor het gehuwde paar een band, maar anderzijds een zware belasting mee.

De pogingen het kind goed op te voeden, ongeacht het feit, of dit voor het kind nu werkelijk zo goed is of niet, betekent voor de huwelijkspartner een zich verdiepen in de psychische ontwikkeling, wereld aanschouwing en bewustwording van een jong mens. Een jong mens – laten wij dat niet vergeten -, die komt uit een wereld van geestelijke waarden en in een intens stoffelijk leven langzaam zich aanpast aan de normen, die op uw wereld gebruikelijk zijn. Hierdoor kunnen kinderen soms hun ouders beter opvoeden, dan het de ouders gelukt de kinderen op te voeden. Juist in geestelijk opzicht. Is er een hechte band, hetzij door een kameraadschappelijk streven, hetzij door werkelijke liefde bij de huwelijkspartners aanwezig, dan zal dus het kind in de omgeving hernieuwd een gunstige factor tot bewustwording betekenen. Zijn de verhoudingen anders, dan kunnen wij soms de strijd om het kind zien, waarbij de beide ouders a.h.w. vechten om de grootste genegenheid van het kind, of anderzijds: de verwaarlozing.

Ik behoef u wel niet te vertellen, dat deze beide gevallen met alle tussenliggende trappen moeten worden geacht te zijns zeer schadelijk voor de bewustwording, sterk verhogend voor het egocentrisch denken en zo de mens afsluitend van zijn geestelijke, zowel als van een deel van zijn stoffelijke wereld. Na het huwelijk zo schetsmatig aangeduid te hebben i.v.m. bewustwording, zou het onrechtvaardig zijn, wanneer ik niet, sprak over de niet-monogame verhoudingen, die in sommige delen van de wereld althans nog bestaan en worden getolereerd.

De polygame huwelijksband kan ook in sommige gevallen – mits zij aanvaard en aanvaardbaar is – voor de partners een zekere bewustwording beteken. Eigenaardig genoeg kan het hier slechts zelden betekenen een gezamenlijke bewustwording van man en vrouw. In vele gevallen betekent het zusterlijk samenleven der verschillende echtgenoten echter in dit geval een mogelijkheid voor hen, om door gezamenlijk denken en. streven ook een grotere bewustwording te ervaren. De geestelijke resultaten van een dergelijke huwelijksvorm Zijn zeker niet zo goed als van de monogame verhouding. In geval van polyandrie kan ik alleen maar opmerken, dat hierbij over het algemeen voor alle partners een vernedering optreedt!

In de eerste plaats een vernedering van de man ten opzichte van de vrouw, zodat de werkelijke belangen in een dergelijke verhouding nog meer verloren gaan. dan in één der voorgaande aan u geschetst. Na het huwelijk dan voor u te hebben behandeld, kunnen wij aan een volgend deel, dat toch ook zeer belangrijk is voor de geestelijke bewustwording van de mens, waar het een beeld tekent van zijn omgeving: vriendschap. Man, zowel als vrouw, zullen vrienden en vriendinnen hebben. Een band, die niet lichamelijk bevestigd, toch geestelijk zijn uitwerking vindt in het gaarne met elkaar omgaan, het delen van ontspanningen, het hulp verlenen aan elkaar enz.. Wanneer men een werkelijke vriend heeft, die zich mede verdiept in uw probleem, dan zal die vriend met u trachten mee te leven. Hij zal dus zijn bewustzijn buiten het “ik” projecteren in anderen, in andere zorgen en levensomstandigheden en daardoor een scherper inzicht verwerven in datgene, wat in de wereld en in de geest plaats vindt. Dat vormt zeer zeker ook een sterke stimulans voor de geestelijke bewustwording.

Verkeerde vormen van vriendschap zijn alle vormen van vriendschap, die gebaseerd zijn op een aanzien, op sociale verhoudingen of gedeelde hartstocht. In deze gevallen probeert men vriendschap ten koste van alles te handhaven, omdat men er prijs op stelt met iemand om te gaan en gesteld is op de stoffelijke baten van de vriendschap, op de resultaten van de vriendschap. Hieruit volgt weer een zelfbeperking. Nu de sociale verhouding, die ook zeer zeker met de geestelijke bewustwording sterk in verband staat.

De sociale verhouding kan ten allen tijde bij elk volk worden geschetst, allereerst als een verhouding tussen standen en rangen. Ook wanneer men niet toegeeft, dat deze bestaan, bestaan zij in het bewustzijn van de mens. Wij zien verder, dat de mens in een samenleving altijd zal trachten zelf een zo hoog mogelijke trap te bereiken, tenzij hij zich aan alle sociale samenleving als zodanig onttrekt. Het resultaat is, dat de tendens van een materialistische maatschappij in haar samenleving zeer sterk de nadruk zal leggen op de materiële bereiking.

De materiële bereiking zonder meer kan geestelijk nooit bewustwording of vooruitgang betekenen, tenzij ook tevens de geestelijke aspecten ervan bewust worden gezocht en beleefd. Waar dit niet het geval is, kunnen wij zeggen, dat de maatschappij, die stoffelijk en materialistisch ingesteld is, voor de bewustwording eerder een nadeel dan een voordeel is. Het is de mens echter niet mogelijk om alleen te bestaan. Hij is voor zijn hele stoffelijk zijn van de maatschappij en de daarin optredende toestanden afhankelijk. Het is daarom goed ons te realiseren, in hoeverre juist de sociale verhoudingen en tendensen der maatschappij bevorderend kunnen zijn voor de geestelijke bewustwording van elke mens. In de eerste plaats dient men geen ongezonde verering te koesteren voor diegenen, die maatschappelijk meer bereikt hebben dan u. Men mag geen mensen uitzonderen, of apart stellen. Dit betekent, dat men – volledig begrip hebbende voor de sociale functie der personen – anderzijds hun menselijke aspecten niet uit het oog verliest.

Ik zou hier bv. kunnen aanhalen Hare Majesteit, Koningin Juliana, Vorstin der Nederlanden. Zij is mens. Een mens, zoals iedere mens. Haar leven en beleven moet dan ook door de geestelijk bewusten in de eerste plaats als mens worden gezien. Als zodanig heeft zij misschien recht op uw medeleven, zelfs op uw genegenheid. Zij heeft geen recht op uw verering, want deze verering komt Haar niet toe. Wanneer haar eerbied moet worden betuigd, dan is het helaas – juist bij deze vorstin is dat niet altijd redelijk, vind ik – een verering, die in de eerste plaats haar verheven positie wordt toegekend. Toch, wanneer ik op het ogenblik op aarde voor de keuze zou staan, zou het mij moeilijk zijn te omschrijven, of mijn eerbied voor de mens, of voor de vorstin groter is. Het associëren in de maatschappij van verdienste met positie, is het meest nadelige, wat kan optreden. Wij moeten proberen een ieder los te zien van zijn positie en zijn verantwoordelijkheden, te zien als een mens die werkt met menselijke middelen en daarin tracht ook evenzeer opnieuw een geestelijk bewustzijn te bereiken.

Wanneer men deze dingen zo leert zien, dan zal men ontdekken, dat een groot gedeelte van de sociale normen der samenleving berust op uiterlijkheden die verder geen betekenis hebben, anderzijds zal het u opvallen, dat juist deze sociale normen het u mogelijk maken, om uw verantwoordelijkheid t.o.v. anderen volledig te voldoen, vanuit uw eigen standpunt evenzeer als vanuit het standpunt dier anderen. Want de maatschappij legt u bepaalde verplichtingen op. Deze verplichtingen verloochenen, ontkennen of ontvluchten, betekent in werkelijkheid ook geestelijk bepaalde waarden verwerpen en niet accepteren. Een ontvluchten van een maatschappelijke verantwoordelijkheid betekent een verwerpen van de mogelijkheid om tot bewustwording te komen, want de kern der maatschappij, gelegen achter haar uiterlijkheid is een reeks problemen, die zij telkenmale weer poneert, die zij u steeds, weer voor ogen stelt.

Gij, als mens, zoekend naar bewustzijn, hebt te kiezen. Gij zult voor uzelf moeten uitmaken: “Is dit voor mij aanvaardbaar of niet? Kan ik hierin niets vinden, dat redelijk is?” U hebt niet het recht alleen op grond van vooroordeel of reeds gevormde opinies te verwerpen. Wanneer u leert om de problemen, die de maatschappij u voor legt, steeds opnieuw weer te bezien, dan zullen zij u tonen achter het sociale geveltjes de mensheid, die worstelt om bewustwording, die worstelt om bestaan, die worstelt om geluk en vrede. Dan zult gij iets kunnen begrijpen van de drijfveren dezer mensen. Gij zult iets kunnen begrijpen van de drang en drift, die de gehele wereld beheerst. Daarin zult gij een uitbreiding van bewustzijn kunnen vinden. Gij zult begrijpen, dat – wanneer ik dit u voorleg voor uw eigen tijd – dit ten allen tijde gelijkelijk waar is en op dezelfde wijze moet worden gezien. Wel kunnen wij echter vaststellen, dat vooral de sociale verhoudingen, die soms zeer scherpe scheidingslijnen tussen de stammen en rangen weten te trekken, soms ook deze haast onopgemerkt in elkaar doen vervloeien, een voortdurend wisselende reeks van problemen aan de mens voorlegt, die binnen deze sociale omgeving moet leven en zijn bewustzijn vergroot.

Elke tijd brengt haar eigen problemen en haar eigen bewustwordingsmogelijkheden mee. Zij kan echter alleen bewustwording betekenen, wanneer men – ongeacht in welke tijd, in welke verhoudingen en omstandigheden – eerlijk, vóór alles eerlijk en oprecht, zonder te vragen: “Wat betekent dit voor mij?” alleen vragen: “Wat is de waarheid?”, de problemen, die de maatschappij stelt, tegemoet wilt treden. Het zal u soms – daar ben ik van overtuigd – in conflict brengen met hetgeen de omgeving tolerabel noemt. In andere gevallen zal men u zeggen, dat gij dwaas zijt om zo eerlijk, om zo netjes te zijn. Maar in alle gevallen zult gij tegenover uzelf verantwoord zijn. En, tegenover uzelf verantwoord zijnde, niet omdat gij zo maar zonder meer gehoorzaamt, maar omdat gij begrijpt, hoe en waarom deze toestanden bestaan, zult gij voor uzelf een bewustzijn verwerven van het leven der mensheid.

Het proces der bewustwording is uiteindelijk een proces, dat ons moet helpen om aan het menselijk bestaan met zijn beperkingen te ontgroeien. Dat ons moet leren een beheersing te vinden, zo groot, zo sterk, dat wij in staat zijn om ook zonder de ons voortdurend bindende normen, door de vormenwereld gesteld, ons te kunnen richten op het goede, ons te kunnen beheersen, wanneer het kwade in ons, het negatieve streven, dat in ons aanwezig is, zich soms te sterk in ons kenbaar zou maken. Ik geloof, dat wij naast de onmiddellijke omgeving zeker de sociale samenleving mogen stellen als één van de grootste studie-objecten voor elke mens, die bewustwording zoekt. Ik meen dan ook te mogen besluiten met op te merken, dat verzet tegen een samenleving dwaasheid is. Dat echter het begrijpen van een samenleving on het daaruit trekken van conclusies, die voor het eigen “ik” verantwoord zijn en metterdaad worden uitgedrukt, de enige mogelijkheid is om de juiste wijze datgene, wat het leven op aarde geeft, te verwerken tot hogere, meer geestelijke en meer lichtende waarden.

  • Het heelal is samengesteld uit aarde, water, lucht en vuur. Wat is de volgorde van hun ontstaan?

Eerst was er oersubstantie. Er ontstond beweging. Beweging werd tot gloeiing. Toen het vuur begon te bekoelen ontstond er eerst vaste materie, wat je dus aarde zoudt kunnen noemen, echter nog in vloeibare toestand Daarna eerst ontstond het water. Gedurende het gehele gloeingsproces waren er al gassen. Wanneer ik dus een volgorde vast moet stellen, zou ik zeggen: Vuur, lucht, aarde, water. Als vijfde element de bindende kracht, waarin dit alles zich kan uiten. Genoemd ether. Deze bestond eerder dan, of ten minste gelijk met het vuur.

  • Volgens u was er eerst vuur en toen pas lucht. Is dat dan mogelijk?

Zeker Er kan bv. zuurstof gebonden in vaste vorm aanwezig zijn, waardoor in de omringende materie een verbranding ontstaat, zonder dat er sprake behoeft te zijn van lucht. – Lucht zijnde een samenstelling van verschillende gassen in bepaalde verhouding – De mens leeft, naar men zegt, ook toch dankzij een verbrandingsproces? Toch kunnen wij niet beweren, dat de mens in zijn weefsels veel lucht heeft. Toch wordt er zuurstof gebruikt bij het proces. Maar dit is gebonden zuurstof en geen lucht Iemand kan zich dus wel opblazen, maar dat helpt het verbrandingsproces niet. Want daarvoor is alleen de in het lichaam aanwezige zuurstof gebonden met het bloed aansprakelijk Dat is de speciale vorm, waarin de zuurstof organisch in het lichaam optreedt

  • Sprekers der ODV geven zo vaak blijk van een schitterend redenaarstalent. Had u dat ook al tijdens uw stoffelijk leven?

Ach, je zou het redenaarstalent kunnen noemen. De kinderen vielen mij vroeger wel eens lastig en dan kon ik wel een kwartier vloeken zonder mijzelf eenmaal te herhalen. Dus ook een soort van redenaarstalent. Onder de andere sprekers zijn er die vroeger een spraakgebrek hadden of stotterden. Er waren er ook, die heel goed konden praten Maar het talent, dat u bemerkt, heeft een andere reden: in de eerste plaats werken wij met een medium, dat zelf niet van spraakwater ontbloot is. Er is dus in de hersenen reeds een mogelijkheid om vlot en vloeiend te spreken. In de tweede plaats denken wij veel vlugger dan een mens kan praten en hebben wij dus alle tijd om onze gedachtebeelden overlegd op te bouwen, want tegen de tijd, dat wij met ons denken aan het einde van ons betoog zijn gekomen, is het medium net aan de derde zin. Op die manier is het dus geen grote kunst om redenaarstalenten te tonen en ligt het alleen maar aan je eigen wezen en de manier, waarop je zelf denkt, of je tot een mooie redevoering kunt komen Als ik een heel goede bui heb, gelukt het zelfs mij nog wel eens om een mooie redevoering uit te spreken. Maar laat mij daar niet verder over spreken.

  • Er is ons wel eens gezegd, dat geleidegeesten ons bij het overgaan voorthelpen. Kan men ook geplaagd worden door kwade geesten? Ik zag eens een goede mens sterven. De doodsstrijd was verschrikkelijk om aan te zien.

Kijk eens, de aarde kan onder omstandigheden een plaats van ontmoeting zijn voor geesten uit de diepste, zowel als de hoogste sferen. Zij is een soort grensgebied, iets waarmee elke sfeer nog wel op de een of andere manier in verbinding staat. Als je nu bv. in je leven iemand beledigd hebt, ook al bedoelde je dat niet, dan kan het zijn, dat een dergelijk iemand daar een heel leven op doorkauwt, zelf in een donkere sfeer terecht komt en in de gaten krijgt, dat de gehate mens doodgaat. Hij probeert er dan heen te gaan om die mens het sterven moeilijk te maken en hem zo mogelijk mee te nemen naar de duisternis. Waar je vrienden komen, kunnen maar al te vaak ook je vijanden komen. Dan ligt het er maar aan, waar je naar kijkt iemand, die eerst naar zijn vijanden, kijkt en dan voor hem wegloopt, loopt meteen ook voor zijn vrienden weg. Maar wie rond zich kijkt en vrienden zoekt, zal ontdekken, dat hij altijd wel voldoende lijfwacht rond zich heeft om aan dat onaangename gepeupel uit lagere sferen te ontkomen. Dan moeten wij verder niet vergeten, dat het sterven voor iemand, die geen vertrouwen heeft in een voortbestaan een zeer moeilijk afscheid nemen kan zijn. Hij bedenkt, dat hij nog zoveel had kunnen doe, dat hij zo vaak heeft gefaald, dat het leven soms zo onrechtvaardig is en dan gaat hij zich verzetten. Treurig, maar het is zo.

  • Maar de doodsstrijd kan toch ook lichamelijk zijn en buiten het bewustzijn omgaan?

O, dat lichaam verzet zich altijd. Om het eens deftig te zeggen: Elk elektrisch verschijnsel en elk organisme op elektrische krachten gebaseerd – zoals de mens, het zenuwstelsel – zal ten allen tijde trachten capaciteit, inductiewaarde en stroomrichting te handhaven en in stand te houden. Het lichaam kan geen ondergang en verzwakking van reacties zonder meer accepteren. Wanneer het zich eens niet daartegen verzet, komt dat meestal, omdat het lichaam daar dan te zwak voor is. Het stoffelijk-levensproces probeert voort te gaan ten koste van alles. Daar hebben geest en bewustzijn niets meer mee te doen. Wanneer een dergelijke doodsstrijd optreedt, hebben wij echter niet te maken, met onaangename visioenen, lelijke woorden, vloeken, kortom een bewust, wanhopig verzet. Dat laatste gebeurt alleen, wanneer en bewustzijn en geest moeite hebben met het overgaan. Dat is dus wel weer iets anders en je zult daarin wel degelijk verschil moeten maken

  • Onder de tien tegenstellingen van Pythagoras was: het mannelijke en het vrouwelijke. Bedoelde hij hiermee karaktereigenschappen? Een andere tegenstelling is het vierkant en de rechthoek. Dit begrijp ik niet goed.

Eerste het mannelijke en het vrouwelijke. Die kun je in de schepping altijd weer tegen komen, als het bevruchtende en het barende. Vrouwelijk is dus een kracht, die voortbrengt, dank zij de zelfuiting van een andere kracht het is ongeveer als het principe, dat de Chinees: Yang en Yin noemt, of als licht en duister, die elkaar aanvullen. Deze tegenstelling is de uitdrukking van twee: in functie tegengestelde waarden, die in een voortdurende wisselwerking het Al opbouwen Dan het vierkant en de rechthoek. Het vierkant is de uitdrukking van één waarde, die, zichzelf ontmoeten, zich uit in een vlak. Niet duidelijk? Dan zal ik het anders proberen te zeggen. Er is een waarde, een lijntje. Doordat dat lijntje zich in twee dimensies uit, ontstaat er een hoek. Daar uiting volledig moet zijn, wordt deze hier aangevuld door een andere hoek tot de waarde van een rechte lijn en zo ontstaat dan het vierkant. Het vierkant is gelijkzijdig en kent vier gelijke hoeken, aanvulling van de uiting tot oneindigheid (360°) De rechthoek kent echter een verandering van de waar den van heb vierkant, doordat één van de lijnen verder in het valk gevorderd is dan de andere Verder geldt hetzelfde De rechthoek is dus de evenwichtige uitdrukking van een onevenwichtige ontwikkeling. Zo kunnen wij dan zeggen, dat het vierkant een uiting is van een evenredige geeststof ontwikkeling, waarbij beide factoren op een gelijk peil staan. De rechthoek geeft weer een sterk geestelijke ontwikkeling met een zwakkere stoffelijke ontwikkeling of omgekeerd Zij zijn een tegenstelling, omdat het vierkant geen streven naar verdere uiting, kont door volledige evenwichtigheid en daarmede het in het zelf besloten zijn. De rechthoek geeft daarentegen uiting aan een onevenwichtige ontwikkeling, dus een groeiproces. Het vierkant staat tot de rechthoek als beginsel tot ontwikkeling. Ik hoop, dat ik het in die korte zinnen duidelijk genoeg heb gezegd, want ik ben geen Pythagoreër, hoor.

  • Hoe komt het dan, dat bij de Vrijmetselaars de kubus als een symbool van volmaaktheid wordt beschouwd?

Een kubus is een volkomen gelijkmatig ontwikkelde structuur, die driedimensionaal is, dus op alle bekende vlakken, een volkomen evenredige en evenwichtige uitdrukking van volkomen gelijke vlakken heeft gevonden. Zij geeft uiting aan de hoogst mogelijke bereiking van de éénheid stof-geest-ziel in een stoffelijke uiting

  • In de astrologie is het vierkant altijd een moeilijk, schadelijk teken.

Die vierkanten heb je ook. Ook nog vierkanten, die ze als lijstjes gebruiken. Ik wil alleen maar zeggen: daar bestaat geen samenhang tussen. Ten eerst is het vierkant in de astrologie zelden een meetkundig vierkant. Het is slechts een aanduiding van een toestand, waarbij vier beïnvloedende punten door rechte lijnen met elkaar verbonden kunnen worden. Op de hoeken wordt niet zo nauw gelet. Die kunnen wel eens ver van 90° afwijken Het betekent, dat te veel tegenstrijdige invloeden op een mens inperken, waardoor hij niet meer tot een juist verwerken dier invloeden kan komen. Dit uit zich dan in beleven, reactie en ervaren.

  • Gaat de mens door te trachten met andere hemellichamen in contact te komen niet buiten zijn boekje? Hoe oordelen hier de hogere geesten over?

Ik zou dan zeggen, dat de mens dan niet zo zeer buiten zijn boekje gaat, dan wel buiten zijn wereld. Hoe de hogere geest daarover denkt? Wanneer de mensheid rijp is tot een dergelijke prestatie – en kan hij dat niet, dan kan een dergelijk pogen betrekkelijk gemakkelijk tot mislukken worden gedoemd – zal de mens juist door deze uitbreiding van zijn mogelijkheden tot andere werelden ook een hoger bewustzijn kunnen verwerven. Op het juiste ogenblik kan het contact opnemen met andere werelden betekenen, een ontvluchten aan innerlijke spanningen, die anders tot zelfvernietiging op aarde zou kunnen leiden. Wij krijgen dan een gunstige ontwikkeling op geestelijk gebied, gebaseerd op een stoffelijke éénheid op aarde. Vandaar, dat de hogere geest niet alleen nu, maar ook als eens een keer in het verleden, rekening heeft gehouden met deze noodzaken en mogelijkheden. Zij heeft daartegen geen enkel bezwaar. Er is echter wel bezwaar tegen, dat een onrijp ras, een ras, dat niet in staat is andere rassen eerder op een basis van geestelijke eigenschappen dan wel van uiterlijk te ontmoeten, uit zal treden uit zijn eigen zonnestelsel. Uittreden uit de eigen wereld mag al iets vroeger gebeuren, omdat er zich dan een langzaam gewenningsproces af kan spelen

  • Hoe komt het, dat inteelt het geslacht verzwakt?

Inteelt verzwakt het geslacht, doordat bij een voortdurend paren en voortbrengen in dezelfde kring, de eigenschappen die in het ras alreeds aanwezig zijn, in voortdurend sterker mate werden geuit. Maar gelijktijdig zullen zij door gebrek aan tegenwaarde verzwakken in hun uitwerking. Er komt geen nieuw bloed bij, zoals dat heet. D.w.z. er wordt voor de chromosomen in zaad- en eicellen geen voldoende tegenstelling geschapen, zodat zij zich niet moeten openbaren ter zelfhandhaving tegenover andere. Het resultaat is dan, dat drang tot gezonde uiting in zaad en eicel sterk verminderd en een volledig uiten der toch reeds eenzijdige eigenschappen uiteindelijk in het lichaam een aantal gebreken teweeg brengt, die dan als verschijnsel door de mensen dan inteelt worden genoemd. Veelal brengt een vermindering van lichamelijke capaciteit niet een vermindering van hersencapaciteit, of denkmogelijkheid, maar een vermindering van denk- en reactiesnelheid. Kwestie van secreties. Daardoor krijgen wij dan die soms zeker onplezierige verschijnselen der inteelt.

  • Dat komt bij de dieren in de vrije natuur toch niet voor?

De dieren in de vrije natuur komen ook niet tot inteelt in de zin, waarin dit door mij wordt bedoeld. Het kan natuurlijk wel voorkomen, dat de moeder met de zoon, of de vader met de dochter zal paren maar dat is slechts een incidenteel gebeuren. Daarnaast als regel een voortdurende wisseling: een verplaatsen van jachtgebied, een trekken enz. Inteelt, zoals wij dit bespreken, is juist het voortdurend besloten blijven bij voortplanting in een betrekkelijk, kleine familiegroep. Dit komt bij de dieren praktisch niet voor. Waar het voorkomt, zien wij, dat de rassen uit gaans sterven. Dan houdt dus op de duur de vruchtbaarheid op. Dat is bij de dieren het verschijnsel waar echter voor de mens de levensvoorwaarden minder intens zijn, kan inteelt bij mensen veel langer voortbrengen en blijven bestaan. Daardoor zien wij er daar neer de onaangename verschijnselen van. Dit komt echter ook bij huisdieren voor.

  • Volgens het boekje: ziel, geest en stof, zijn er geesten, die nog geen verschil weten te maken tussen gedachtevormen en de werkelijkheid, Wij, die deze avonden volgen, zullen wel niet in zo’n toestand komen te verkeren. Of bestaat de mogelijkheid, dat, wat wij hier geleerd hebben, bij de overgang toch nog verloren gaat?

Och, wanneer het geestelijk verwerkt wordt en niet alleen maar stoffelijk begrepen en verstaan wordt, dan zal dat niet zo makkelijk gaan gebeuren. Je gaat op de duur steeds vragen: Ben ik dat nu, of is het wat anders? Je gaat er over nadenken en zult dus niet alles klakkeloos gaan aanvaarden. Maar voor menigeen is het toch nog wel betrekkelijk moeilijk om direct na de overgang reeds altijd het verschil tussen gedachten en werkelijkheid te vinden. Net als een kind, dat speelt, dat de stoel een trein is. Het is dodelijk ongerust, wanneer moeder daar onverwacht voor door loopt, want zij zou wel eens overreden kunnen worden. Dat is dan een ogenblik van echte bezorgdheid, omdat niet meteen het verschil werd gevoeld tussen werkelijkheid en waan. Gedurende de tijd, dat je je nog wennen moet aan het nieuwe bestaan in de sferen, treden die verschijnselen daarom meestal nog op. Ben je al aardig bewust op dit gebied, dan zul je zo’n flater toch nog wel eens maken. Denk maar niet, dat je beter bent dan ik, want ik heb dat ook gedaan. Maar je weet dan in ieder geval, dat het een flater was en gaat daar dus niet verder op door. Je komt dus door een vergissing niet in een reeks van valse beelden terecht, maar corrigeert jezelf Daardoor leer je al heel gauw een onderscheid te maken tussen dat, wat je eigen voorstellingsleven is en al hetgeen er buiten je bestaat.

  • Is het mogelijk een korte, liefst eenvoudige definitie te geven van een bewuste geest en de algemene stelregel om een bewuste geest te verkrijgen of te worden?

Nu zul je zien, als ik hier ben, krijg ik altijd dergelijke vragen. Maar laten wij het heel ernstig proberen te formuleren. Een bewuste geest is een geest, die zover bewust is van haar eigen weten, dat zij verschillen tussen haar eigen weten en haar omgeving binnen zichzelf kan vast stellen en definiëren, zich handelende daarnaar kan richten en ervaringen daardoor op kan doen. Hoe een bewuste geest te verkrijgen Wel, heel eenvoudig, hoor. Hoe en in welke wereld je ook leeft ten allen tijde trachten datgene, wat je als weten in je draagt, door daden aan de praktijk te toetsen, zodat het tot ervaring wordt en zou in je eigen wezen is vastgelegd. Hierdoor ontstaat een bewustzijn, dat het je later mogelijk maakt te reageren op soortgelijke omstandigheden in andere werelden en verhoudingen.

  • Er wordt beweerd, dat de aarde de laagste sfeer is. Is dit zo? wat is dan de sfeer, die nog lager ligt?

Wij zouden kunnen zeggen, dat geestelijk bezien, er drie niet-stoffelijke werelden liggen onder het stoffelijk bestaansvlak. Er zijn nog drie graden van duisternis en zelf begoocheling onder de stofgebondenheid, die de mens op aarde kent. Wat zij zijn? Ja, dat is moeilijk te omschrijven. Het zijn geestelijke werelden vol waan wanneer wij echter het stoffelijk gaan bekijken, dan zijn er nog wel een paar honderd wereldjes, die qua bewustzijn bij de aarde achter zijn. Deze zijn, stof-geestelijk bezien dus werelden, die ook als behorende tot een lagere orde kunnen worden beschouwd Wanneer men u zegt, de aarde is op één na de laagste sfeer, dan beweert men eigenlijk dit: de aarde is de laagste sfeer, die uit het licht kan worden benaderd, zonder als absoluut donker of duister ervaren te worden ten opzichte van de daar levende beelden en gedachten.

  • Hoe weet men, dat men mediamiek is? Openbaart zich dit reeds op jeugdige leeftijd?

Het kan reeds op jeugdige leeftijd komen. Soms komt het met de jaren. Mediamiek zijn betekent eigenlijk zeer gevoelig zijn voor invloeden in de omgeving, van andere dan zuiver stoffelijke geaardheid. U begrijpt, dat men dit reeds bij de geboorte mee gekregen kan hebben. Er zijn echter ook mensen, die door een schok een zekere verandering in hun zenuwstelsel, hun reactie, vermogen, of zelfs in de hersenen kunnen ervaren, waardoor zij vatbaar worden voor impulsen en invloeden, die hen voordien ontgingen. Hoe je mediamiek kunt worden? Ja, er worden een hoop mensen mediamiek door een ongeluk. Ik zou kunnen zeggen probeer eens een ongeluk te krijgen. Maar dat lijkt mij niet leuk. Wanneer je wilt zien, of je die kwaliteiten hebt, moet je proberen ze te ontwikkelen. Hoe doe je dat het beste? Wel, er bestaat een regeltje, dat zegt, dat oefening kunst baart. Dus wanneer u dat wilt weten, moet u maar eens proberen, of u aanleg heeft voor schrijven enz, enz Bij voorkeur in gezelschap van iemand, die die kwaliteiten van overgrote gevoeligheid reeds heeft in meer ontwikkelde vorm. De geest, die zich door het medium voelt aangetrokken, voelt dan de neiging om, wanneer dat daar niet gaat, te trachten zich door u te uiten. Wanneer ik daar dan nog een raad bij moet geven, wees dan voorzichtig. Zorg, dat je een uitsmijter bij de hand hebt. Een sterke magnetiseur of zo, die de fluïde banden zo nodig kan breken en de ongewenste gasten verwijderen, voor er schade van komt. Want het lijkt u misschien wel aardig en gezellig, maar onthoudt nu maar, dat, wanneer je geen heel goede beschermers en geleiders hebt, medium maar vaak een riskante zaak is. Terwijl het vooral voor de minder bewuste mediums mogelijk is te bepalen, wie bezit van hen wil nemen enz. Dan kan het zenuwstelsel er aan gaan, of je kunt opeens heel gekke dingen gaan doen. Dat zijn dan onschuldige gevallen. Maar er zijn ook geesten, die trachten een ander te vernietigen en af te maken. Dus liever waar voorzichtig zijn en niet aan een ontwikkeling beginnen zonder toezicht van iemand, waar je op kunt vertrouwen. Bovendien bij voorkeur in het gezelschap van iemand, die reeds ontwikkeld is en dan daarvan nog weer bij voorkeur, degenen, die reeds een goede controle hebben. Dus alle voorzorgsmaatregelen treffen. Ontwikkelen kun je dat eigenlijk zo zonder meer niet. Er bestaat wel een weg voor, maar die is zo lang, dat ik hem in de vragenrubriek niet zo kan gaan behandelen. U moet weten, dat een paar van mijn vrienden, die wat meer weten, met een dergelijke ontwikkeling het vorige jaar begonnen zijn. Zij gaan dit jaar verder en hopen dan in het volgende jaar zover te komen, dat zij de ontwikkeling mogelijk maken voor degenen, die al die leerstof eerst in zich op hebben genomen

  • Wordt het bepaald, wat voor geesten er door komen?

Ja. In de eerste plaats is het de vraag: wat voor een mens ben je zelf. In de tweede plaats: hoe ben je te gebruiken? Ben je een belangrijk kanaal om bepaalde dingen door te geven, hetzij schrijvend, hetzij schilderend, hetzij inspiratief, of in trance, wanneer een geest, die het goede voor heeft, ziet, dat hier een perfecte uitingsmogelijkheid is, zegt hij: laten wij oppassen, dat er niets gebeurt. Zij zijn dus erg voorzichtig. Maar nu kan het zijn, dat u goede geleiders hebt, die hiervan niet veel van af weten. Dan kunnen kwade geesten hen zeer eenvoudig bedriegen. Zij protesteren dan wel, maar laten zich soms overdonderen. Wanneer iemand onbeheerste mediamieke kwaliteiten heeft, kan dat voorkomen. Heeft een duistere geest je eenmaal vast, dan moeten de geleidegeesten waar weer zien, hoe zij iemand zonder schade weer vrij krijgen Verder moet je er mee rekenen, dat er mensen zijn, die hoge, maar ook mensen, die lage geleidegeesten hebben Dat ligt voor een groot deel aan je eigen leven

  • U zegt dat mediamieke gaven bij de geboorte reeds soms worden meegegeven. Houdt dit verband met een vorige incarnatie?

Ik sprak over lichamelijke sensitiviteit, waardoor de stof gemakkelijk beheerst kan worden door een ander. Wij moeten dan de kwaliteiten dus in het stoffelijk voorgeslacht gaan zoeken. Een geest, die van deze dingen niets af weet zal dus ook in zo’n lichaam kunnen incarneren, als moet ik toe geven, dat een geest, die we wel van weer, bij voorkeur in een dergelijk lichaam zal incarneren

  • In Genesis staat: “Het was avond geweest en het was morgen geweest. De eerste dag.” Nuchter gezien zou er moeten staan de eerste nacht. Zit hier een diepere, betekenis achter?

Het is een manier om de dag te berekenen, die in het Oosten vaak nog geldt. Ook de Joden doen dit nog. Volgens hen begint de dag bij zonsondergang, want, zo zeggen zij: – een oud zonnegeloof is er de basis van – in den beginnen was het duister. De zon begint haar tocht in de grotten van de onderwereld. Zij komt aan de poort van de onderwereld en gaat de wereld in. Dan eerst ziet de mens het eerste licht. Wanneer het weer donker wordt, heeft de zon een reis volbracht. Zo dacht men vroeger. De Joden hebben dat al in de tijd van Abraham over genomen. Het is dus geen wonder, dat – de Joodse schrijvers deze in het volk gekende zegswijze, aanhielden. Het is dan ook niet zo dwaas, want in de rustperiode van de nacht ontwikkelen zich krachten, die op de dag tot uiting komen God moest eerst het licht scheppen, voor het geuit kon worden Dit werk begon dus voor de menselijke “dag” aanbrak.

  • Bestaan er alleen goede intelligenties, of ook kwade? Wanneer manifesteren deze, laatsten zich dan?

Ik wilde dat ik op dat eerste deel der vraag “ja” zou kunnen zeggen. Maar dat kan ik niet. Geest zijn betekent een toestand, niet een verworven bewustzijn. Waar je ook kijkt, er zijn overal goeden en slechten Dit blijft ook bestaan, wanneer de stoffelijke norm weg valt. De kwade intelligentie uit zich, wanneer hij kans ziet zichzelf te bevoordelen, een ander te verlagen tot zijn eigen peil, zijn eigen lusten te bevredigen, zijn zin door te drijven. Een goede intelligentie komt naar voren, wanneer hij de in hem aanwezige krachten scheppend kan uiten en anderen daardoor kan brengen tot een bewustzijn, zoals hij zelf verworven heeft. Wanneer u dus iets wilt doen, wat kwaad is, hartstocht, vernietiging, dan heeft u de kans, dat een kwade intelligentie zegt: “Daar doe ik aan mee!” Bij seances in ongezonde, sensationele sfeer heb je dus de kans, dat er wel eens iets verkeerd door komt, of zich manifesteert. Het ligt aan de mensen. Een goed mens heeft in zoveel verzet tegen het kwaad, dat geen invloed van het kwaad mogelijk is voor goede geesten te hulp zijn gekomen. Slechte intelligenties kunnen overal tot uiting komen, waar hun lusten kunnen worden bevredigd, of door anderen tot uiting kunnen worden gebracht

image_pdf