13 juli 1965
Wij hebben heden maar een gastspreker en ik denk wel, dat die enige tijd uw belangstelling zal opvragen. Voordat wij zover zijn, wil ik graag nog wat spreken over de geheimzinnige krachten, die ook in het esoterisch streven verborgen zijn.
U hebt zoëven op een heel vriendelijke manier met drie rozen een symbool willen geven voor datgene, wat hier aanwezig is, alles bij elkaar. Wanneer een van die rozen er niet geweest zou zijn, dan zou er sprake zijn van een onvolledigheid. Er zou iets ontbreken en door dit ontbreken zou het geheel zijn waarde verliezen.
Een mens bestaat ook uit meerdere delen. Hij is stof, hij is mentaliteit, mentaal, en hij is geestelijk. Wanneer deze drie delen harmonisch bij elkaar zijn, dan drukken ook zij een volledigheid uit. Wanneer één daarvan onvolledig is en niet past bij de andere, dan is er sprake van een disharmonie, die het ik belet zich volledig te uiten.
Wanneer wij de eenvoudige wetten van de kosmos nagaan, dan blijkt dat een groot gedeelte van het leven en het bestaan gebaseerd is op een principe van beperking en verbreking van beperking. Er zijn altijd twee tegendelen werkzaam, twee tegengestelde richtingen zoals u weet. Maar wanneer ik in het Al niet tracht mijzelf te beperken, niet tracht mijzelf uit te breiden, maar ben, dan valt eigenlijk het totaal van de begrenzingen weg. Er is geen beperking meer t.o.v. de goddelijke kracht of de goddelijke waarden, die ik aanvaarden zal. Er bestaat ook geen beperking meer in mijzelf t.o.v. mijzelf. U zoudt het misschien zo kunnen uitdrukken: Wanneer je een grote krachtsinspanning moet presteren, dan is het verstandig deel voor deel van je lichaam bewust zoveel mogelijk te ontspannen tot een totale ontspannenheid optreedt en daardoor een maximale reactie mogelijk wordt.
Hebben wij te maken met spanningen van het zenuwstelsel, dan zien wij maar al te vaak dat iemand, die van wanten weet, bewust even diep ademt, dat hij zich a.h.w. dwingt tot een bepaalde actie, die gelijktijdig de beklemming wegneemt.
Dat kunnen wij allemaal nog uitleggen. Wij kunnen zeggen dat wordt veroorzaakt door een toevoer van zuurstof of door het wegvallen van onjuiste spanningen in de spieren. Maar het feit blijft bestaan. Door die ontspanning, door dat ademhalen heeft men mogelijkheden, die men anders misschien niet zou hebben. Men beschikt over een prestatievermogen, hetwelk zonder dat niet aanwezig zou zijn.
In de esoterie moeten wij dus niet alleen maar trachten om bv. ons innerlijk de gevoelswaarde voor zover het de mens betreft te ontwikkelen. Doen wij dit wel, dan komen wij in een wereld terecht, die op zichzelf goed en juist kan zijn, maar die bv. strijdig is met onze mentale wereld, met ons denken, die strijdig kan zijn met een. stoffelijke wereld. Eerst wanneer er een overeenstemming. bestaat tussen gevoelswaarde, gerichtheid van denken en handeling of stoffelijk bestaan, krijgen wij een maximale bereiking.
Nu moet u niet denken, dat ik dit woord bereiking zo vaak misbruikt hier alleen aanwend om te signaleren dat er iets is. Je bent als ik-heid veel meer, dan je jezelf realiseert. U weet het wel. Wanneer een mens door instincten overheerst wordt, dan heeft hij onvermoede krachtreserves. Maar wanneer een mens bewust evenwichtig is, dan heeft hij ook en op elk terrein, zelfs op het zuiver mentale terrein, het denken onvermoede mogelijkheden en reserves. Die reserves gebruiken betekent bereiken, Vandaar het gebruik van het woord bereiking.
Nu zult u zeggen: Maar het innerlijke pad is toch wel een heel moeilijk pad. Want wij hebben daar te maken met innerlijke waarden en krachten, die wij zonder meer althans niet kunnen definiëren. Wij hebben daar te maken met gevoeligheden, met voorstellingen, die alogisch of althans niet bewijsbaar zijn. Maar is dat wel waar?
In de eerste plaats kunnen wij nooit afgaan op de z.g. menselijke logica. Het is nog niet zo lang geleden, dat een zeer bekend Engels wetenschapsman in een publieke verhandeling neerschreef: Het vliegen over grote afstanden met een voertuig zwaarder dan lucht is onmogelijk. Om het nodige motorvermogen op te wekken wordt zoveel van de draagkracht van het voertuig in beslag genomen, dat ten hoogste en over korte afstanden een enkele bestuurder vervoerd kan worden. En dit is kostbaar en waanzinnig.
Het is ook nog niet zo lang geleden, dat iemand t.a.v. de gedachte over het atoom, de atoomsplijting, schreef: De mens kan onmogelijk over de krachten beschikken, waardoor het hem mogelijk is een atoom tot ontbinding te brengen.
Dat is wetenschap, dat is logica. Waarom moeten wij dan zeggen dat hier de menselijke logica kan falen en dat ze niet faalt, wanneer wij beredeneren dat het ons mogelijk is, dat een enkele mens over de kracht beschikt om de zwaartekracht op te heffen. Over de kracht beschikt om gedachten te lezen. Of om uit te treden. Waarom zouden dan dat allemaal waanvoorstellingen zijn?
Wij kunnen de logica op het innerlijk pad dus niet onbeperkt gebruiken. Die logica is misschien erg prettig om voor onszelf aanvaardbaar te maken, dat een bepaalde conclusie die wij bereikten ook uitgedrukt kan worden in menselijke waarden, maar meer niet. Wat wij nodig hebben is meer dan logica. En zodra een mens meer dan logisch denkt in de wetenschap, dan wordt hij ofwel een waanzinnige in de ogen van zijn medemensen, of – wanneer hij slaagt in het bewijzen van zijn fantastische veronderstellingen – een genius.
Hier oordeelt de mens dus alleen aan de hand van het resultaat. Maar wanneer er geen mensen zouden zijn, die verder dachten dan het bewezene, zou er – en dat moet u goed begrijpen – geen werkelijke vooruitgang mogelijk zijn. Er zou geen nieuw gebied van onderzoek, van wetenschap, van mathematica of beleving geopend kunnen worden. En dat bewijst m.i., dat – zelfs indien wij in de esoterie, in de innerlijke wereld, vaak te maken zullen krijgen met projecties van ons eigen wezen, met droomsteden die wij zelf bouwen – dit beleven op zichzelf waardevol is. Zodra wij in onszelf iets nieuws scheppen, iets wat er nog niet is, hebben wij al iets bereikt.
Maar nu moeten wij dit dus ook nog omzetten in een werkelijkheid. Wanneer u zegt: Ik kan vliegen en u kunt het niet demonstreren, bent u een dwaas. Maar wanneer u in staat bent dit idee van vliegen waar te maken, ook al is het logisch gezien onmogelijk, dan heeft u iets bereikt.
Nu gaat het de esotericus niet in de eerste plaats om dit soort van bereiking. Het gaat hem om het uitbreiden van zijn eigen grenzen van leven. Het esoterisch zoeken is eigenlijk een gelijktijdig, jezelf kennen (dus een jezelf begrenzen) en trachten je begrip omtrent jezelf en de wereld zodanig uit te breiden, dat je gelijktijdig uitbreidt. Uitbreiding en begrenzing zijn de twee principes, die altijd weer naar voren treden in de esoterie, wanneer wij eerlijk streven.
Dan stel ik: Om esoterisch juist te kunnen streven is het belangrijk, dat wij komen tot voorstellingen, die liggen buiten de norm. Niet slechts buiten de aanvaarde norm, maar buiten de mogelijk geachte norm. De esoterie is ergens een tocht naar de onmogelijkheid vanuit menselijk standpunt. Juist wanneer wij steeds weer dit onmogelijke trachten te erkennen, dit onmogelijke trachten waar te maken, zal er – al blijkt vaak, dat wij ons vergissen – een residu zijn, een soort neerslag van ons streven, dat een werkelijke aanvulling is van wat wij zijn, een werkelijke uitbreiding van onze vermogens.
En daar zo’n tocht door het innerlijk altijd weer een grote inspanning is wanneer je eerlijk bent, wanneer je je niet slechts laat drijven op wat dagdromen, maar eerlijk en bewust zoekt in jezelf iets hogers te bereiken, zo mag ik teruggrijpend op dat beeld, dat niet het mijne was in den beginne (de rozen) zeggen; wij moeten de drie waarden van ons wezen ontspannen, tot harmonie brengen, opdat wij over de noodzakelijke kracht beschikken.
Velen onder u zeggen; wij bereiken te weinig. Is dat te weinig bereiken de schuld van uw leermeesters, van de omstandigheden, van de wetten der natuur of van uzelf? Ik meen, dat ik altijd weer kan zeggen; van uzelf.
Er zijn meer nieuwe ontdekkingen gedaan aan de hand van onjuiste stellingen, dan aan de hand van juiste stellingen. Men heeft methoden en middelen gevonden op de wereld in de wetenschap, in de architectuur, zowel micro- als macro-kosmisch en dus voor zichzelf leren kennen omdat men uitging van een hypothese, die onjuist bleek.
Het punt vanwaar wij uitgaan is niet zo belangrijk. Het punt van uitgang is het begin van een actie. Een actie die alleen kan slagen, wanneer wij zozeer ontspannen zijn, dat alle innerlijke capaciteiten (de geest, het mentale geheel, het denkend geheel dat wij nu kennen en zelfs de materie) in een perfecte harmonie en synchroniciteit samenwerken. En dan heb ik hiermede wel een zeer belangrijk punt gesteld.
Het is zo langzamerhand weer het einde van het seizoen. En wanneer zo’n seizoen ten einde gaat, dan ben je geneigd om terug te gaan zien. Maar waarom eigenlijk? Het verleden is gefixeerd, dat is er. Waarom zouden wij niet vooruitzien? Omdat de toekomst een onzekerheid is? Laat mij die toekomst verkeerd inschatten, laat mij in mijzelf trachten een benadering van die toekomst te vinden, in 9 van de tien gevallen zal ik dichter bij die toekomstige werkelijkheid zijn dan een ieder, die alleen maar op feiten wacht, dan een ieder die het alleen maar wil beredeneren.
De toekomst. Wat is de toekomst van de esoterie? De tijd dat de esoterie een beslotenheid was in zichzelf, een geheime scholing, een soort klooster voor filosofen, is voorbij. De esoterie zal – wil zij blijven bestaan en haar betekenis blijven behouden – steeds meer een deel moeten worden van het levenspatroon van de mens. Niet van de eenling, maar van de mensheid als geheel.
Nu zien wij, dat heel veel waanvoorstellingen door de mens krampachtig worden nagestreefd. En een groot gedeelte van uw samenleving berust in feite op illusies en op zichzelf verkeerde stellingen, die alleen het ene voordeel hebben, dat je er de mogelijkheid in vindt om verder te gaan, om te streven, om te kijken wat er mogelijk is.
Wanneer wij dit alleen aan anderen overlaten, dan wordt het hele leven, dan wordt de gehele wereld een soort van hazardspel met allerhande z.g. wetenschappelijke theorieën. Maar wanneer wij in onszelf gaan deelnemen aan dit proces, dan wordt die esoterie voor ons gelijktijdig een vorm van zelfbehoud, zelf erkenning, zelfhandhaving en tenslotte een vinden van een vrijplaats (een soort bevrijding) voor de te vele beperkingen en knelpunten, die de wereld nu eenmaal kent.
Er is wel eens gezegd: Godsdienst is de vlucht voor de realiteit. Esoterie is de vlucht in de filosofische overweging en de zelfbespiegeling voor de feiten van het leven. Voor velen zal men daarbij gelijk hebben. Maar ze zijn gelijktijdig punten, waarin nieuwe krachten mogelijk worden.
Een leven, dat alleen geestelijk georiënteerd is, zal in deze dagen niet waarlijk kunnen bestaan. Men kan zich steeds, minder vrijmaken van de gemeenschap, van het wereldgebeuren. Er is niet ergens een hermitage in een stil bos of een grot ergens op een ijle berg, waar je je terug kunt trekken. Je leeft met de levenden. Dan moet de esoterie zijn; de kracht van de levenden, uitgedrukt in het leven.
Daarom moeten wij verwachten, dat het wezen van de esoterie enerzijds simpeler wordt (er is geen tijd voor al te wijdlopige systemen en bespiegelingen, die vragen te veel rust, te veel stilte) aan de andere kant een groter actie en vooral een groter krachtbron.
Esoterie en magie – wij hebben het al eens eerder gezegd – zijn met elkaar zeer sterk verwant. De magie is de praktische toepassing van dat, wat de esoterie bereikt. Het is de innerlijke afstemming en harmonie omzetten in een resultaat. Afstemming, harmoniebereik esoterie. Omzetten in een resultaat magie. Die dingen zijn niet te scheiden. Zeker niet in deze tijd.
Wanneer wij dus zeggen de esoterie moet deel worden van het leven en van de wereld, dan zeggen wij gelijktijdig de esoterie moet magisch worden. Zij mag niet haar verantwoordelijkheid tegenover de wereld, terzijde schuiven. Zij mag niet slechts een beroep doen op de z.g. redelijke en maatschappelijk erkende middelen en wegen. Zij moet haar eigen wegen en middelen eveneens inzetten.
Als je zo vooruit ziet, dan ga je je vanzelf ook afvragen; wat kan ik met die esoterie dan eigenlijk wel doen? Hoe moet ik werken?
In de eerste plaats: Leer uw eigen wezen, ook geestelijk en mentaal te ontspannen, opdat u steeds over het maximum van uw vermogens kunt beschikken. Maak dit ontspannen tot een direct deel van uw dagelijkse routine. Wen u er aan alle problemen, alle knelpunten een ogenblik opzij te zetten, tot u het gevoel hebt; nu ben ik stil en rustig van binnen. Dat is een heel belangrijke fase.
In de tweede plaats: Laat je gedachten uitgaan. Niet in een wensdroom zonder meer, maar in een overwegen van de krachten die in je leven, de waarheden die in je bestaan en de wijze, waarop het ik in de materie die waarheid, die krachten zou kunnen kennen en hanteren. Er ontstaat een groot aantal beelden, waarvan het merendeel onjuist zal zijn. Er blijven echter enkele indicaties over, die wel juist zijn. Beproef datgene, wat u innerlijk erkent als een juist en waardevol beeld. En wanneer u merkt dat het niet juist is, probeer het volgende punt. Leer uw eigen succes bepalen door uw dromen en uw ontspannenheid te maken tot een directe probleemstelling in uw eigen wereld.
In de derde plaats: U bent mens. Probeer niet God te definiëren. God definiëren is een mooi spel, maar het heeft weinig zin. Tracht niet al te volledig uzelf te definiëren. U bedriegt uzelf toch. Probeer slechts een redelijk beeld van uzelf en uw betekenis te verwerven en een aanvoelen van wat God voor u persoonlijk is. Baseer uw gedrag en uw bestrevingen op die beperkte erkenning van uw eigen wezen plus het aangevoelde Goddelijke. Uit de zo ontstane conflicten – want dat brengt conflicten met zich – komt u vanzelf tot een juister kennen van uzelf en een juister begrip van wat God voor U betekent. Doordat u de eerste oefening steeds weer doet, beschikt u ook over de kracht (de geestelijke, de mentale en zelfs de lichamelijke kracht) om deze taak te volbrengen.
Ten vierde: Bedenk dat het totaal van de wereld vervuld is met stellingen, thesen en theorieën. En u kunt er geen enkele van volledig verwerpen, u kunt geen enkele er van volledig aanvaarden. Tenminste wanneer u ze in een direct verband brengt met uw eigen wezen en leven. Er is evenveel mogelijkheid dat de uitspraak in schijnbaar zinloze woorden van een “hoogan” bij een voodoo-bijeenkomst goddelijke waarheid is, als dat u ze vindt in de Vedanta of in de Bijbel.
Goddelijke waarheid is overal. Het is aan ons die waarheid zo te vinden, dat onze eigen vooroordelen geen rol spelen. Daarom mag je het juiste of niet-juiste van het erkende niet beredeneren, voor je het in jezelf zoveel mogelijk beleefd hebt. Beleef het eerst, beredeneer desnoods daarna. Hou er rekening mee dat stoffelijk streven vaak met zich meebrengt een louter stoffelijk doel. Dat is niet verwerpelijk. Maar wanneer men uit het oog verliest, dat elk stoffelijk doel een beperkt en tijdelijk doel is, dat een volledige verwezenlijking van een stoffelijk doel nimmer een blijvende bereiking of vrede inhoudt, zult u er vanzelf toe komen aan uw materieel en stoffelijk streven een andere, geestelijke betekenis bij te meten. Het is deze betekenis, die voor het één worden van uw wezen, voor geluk, voor eenheid, voor erkennen van het hoogste belang is.
Ga in de esoterie nooit uit van datgene, wat buiten de wereld ligt. Daarmee bedoel ik ook uw gedachten en voorstellingswereld, niet alleen maar de stoffelijke mogelijkheden. Baseer u steeds op datgene, wat in en rond u leeft. Al datgene, wat er te ver buiten staat, voert u slechts op dwaalwegen, waarbij u niet slechts het beeld van uzelf en het juiste begrip van uw doel, maar zelfs uw God uit het oog dreigt te verliezen.
Ten laatste: Begrijp dat uw wereld en uw wezen voortkomen uit licht en duister. Het is de wisselwerking van licht en duister, waardoor ge bestaat zoals ge nu zijt. Besef dat in al uw bestrevingen en bereikingen licht en duister aanwezig zullen zijn. Tracht niet licht en duister van elkander te scheiden, maar tracht de juistheid van uw innerlijk erkennen, van uw aanvoelen, in licht en duister beide uit te drukken. U zult ontdekken, dat door het niet bestrijden van het z.g. kwaad het goed oppermachtig is.
U zult zeggen Dat is allemaal wel aardig, maar waar blijft nu het magisch element? Ook dat is heel eenvoudig. De mentale begrenzing van de mens kan vergeleken worden met een weerstand of een rem, die dus beweging of optreden van vermogen binnen de mens bemoeilijkt en daarvan een groot deel verteert. Hoe groter dus de innerlijke eenheid, de ontspannenheid en de rust is, hoe kleiner de remming van de krachten, die voor u mogelijk zijn.
Het gaat hier niet alleen om uw eigen kracht, want u maakt deel uit van een zeer ingewikkeld patroon van krachten. Een patroon, dat zo ingewikkeld is, dat we misschien zelfs zover kunnen gaan om het tijdsverloop uit te drukken in een reeks frequenties, die gezamenlijk ontzettend veel lijken op de weergave van een woord in de fotografering van het fonetische effect ervan.
Alles rond ons is kracht, is energie. Wanneer wij ontspannen zijn, werkt de energie in ons en is in ons door ons wezen te gebruiken en te richten. Wanneer wij vooroordelen kennen, wanneer wij niet ontspannen zijn, drukken wij het weg.
Nu is de grote fout van menigeen, dat hij – wanneer hij denkt aan magie – in de eerste plaats zoekt naar datgene, wat buiten zijn normale bereik ligt. Ik geloof dat het juiste begin zeker voor een esotericus is de krachten te gebruiken om meer en beter te zijn en te doen in wat hij normaal is en doet. Verhoog uw prestaties. Tracht niet een ongelooflijke prestatie op een ander terrein te leveren. Door het uit uw eigen wezen te laten voortkomen, door in uw eigen wezen ermee te werken, krijgt u krachten en energieën, die dan juist omdat u ze normaal wilt gebruiken soms tot zeer zonderlinge en meestal ook zeer verheugende resultaten kunnen leiden.
Met dit alles heb ik misschien diegenen tekort gedaan, die denken aan het innerlijk wezen, aan de levensboom, aan het geheime woord, gegrift in de mens. Maar wanneer ik alle letters ken en ik kan er geen woorden uit maken, ik kan niet lezen, ik kan niet schrijven, alle theorieën die ik in mijzelf ken zijn mogelijk waar, zij omschrijven alle een bepaald deel van de kosmos en van het leven maar zolang ik ze niet aan elkaar kan verbinden, heb ik niets.
De levensboom, een fantastisch mooie voorstelling, kennis van de kabbalistische hiërarchieën, is een zeer mooie en vaak ook juiste voorstelling van het Heelal. De punten van het geloof, de filosofie, zelfs de overwegingen van denkers als een Descartes, zij allen, vormen een deel van de letters. Maar het is beter met slecht gevormde letters woorden te kunnen schrijven, dan alle letters in perfectie te beheersen en niet te kunnen schrijven.
Ik meen, dat het goed is, dat wij hier juist zo tegen het einde van onze bijeenkomsten daar eens de nadruk op leggen. Het gaat er niet om dat u elke theorie of elke filosofie in de perfectie beheerst. Het gaat er om dat u met deze dingen in uzelf iets zeggen kunt. Dat u er iets uit lezen kunt, dat voor u een persoonlijke betekenis heeft.
Dit is eigenlijk alles wat ik u te zeggen heb. Niet veel bijzonders misschien. Misschien ook wel. In ieder geval iets, wat nooit genoeg herhaald kan worden. En daarom ga ik nu uw aandacht vragen voor een denker, die misschien in de eerste plaats een filosoof is. Een spreker van volgens u waarschijnlijk hoger orde; een gast. Maar ik zeg u er uitdrukkelijk bij; begrijp dat ook hij u een letter leert en dat alleen door deze in te passen in het alfabet dat u kent, u er iets mee kunt doen. Ook zijn leer, zijn wijsheid kan een deel vormen van uw innerlijk potentieel. Het kan nooit een bepaling, een omschrijving of een beperking ervan zijn.
0-0-0-0-0-0-0-0
Denken is een scheppen, dat door de mens niet wordt beseft. Voelen is het erkennen van een eeuwige waarheid, die door de mens niet kan worden omvat. Werken is een eeuwig plan waarmaken zonder te beseffen, dat je het doet. Drie punten, die tezamen een basis vormen voor alles, wat ik u op deze bijeenkomst zou willen toelichten.
De mens is deel van God. Van elke mens vormt dus God het belangrijkste bestanddeel. God is een wil en een bewustzijn. God is het tijdloze, zich uitdrukkend in de gelijktijdigheid van al het geschapene. Dan zijn wij deel van een gelijktijdigheid.
Wij zien een beperkt deel van de werkelijkheid in menselijke en ook in geestelijke gedaante en komen juist daardoor in deze flux van tijd terecht, die ons zo vaak dreigt te overrompelen. Wij worden geconfronteerd met de schijnbare tegenstelling van een vrije wil, die er moet zijn en een noodlot, dat de wereld overspoelt en dat een mens nimmer alleen kan tegenhouden en waaraan een mens voor zich zich nimmer volledig kan onttrekken.
Hier nu ligt het eerste begrip voor dit alles. Het is geen logica misschien voor u, maar wanneer zo dadelijk de geschiedenis komt op een punt, waar zij beslist tussen oorlog en vrede, kiest zij niet voor een van beide. Beide zijn waar. Er is oorlog en er is vrede.
Het klinkt u waarschijnlijk krankzinnig wanneer ik zeg, dat u dank zij uw deel zijn van deze goddelijke totaliteit voor uzelf of deel kunt hebben aan een oorlog of aan een vrede, zonder dat uw wereld verandert. Het is de beperking van ons begrip en van ons waarnemingsvermogen, waardoor wij gebonden, zijn aan een cyclus, waarin alles voor ons het ene Al en, het ene leven schijnt te zijn.
Maar is dit waar? Wanneer wij uitgaan van de gelijktijdigheid, die in God bestaat, kunnen vele vormen die voor ons reëel zijn niets anders zijn dan schimmen van hen, die in een totaal andere wereld een totaal andere keuze hebben gedaan.
Laat u niet verwarren. Ik zeg niet, dat deze vormen werkelijk onbezield zijn, dat zij decor zijn. Ik zeg u slechts, dat zij een totaal ander beleven hebben. En daarmee probeer ik u duidelijk te maken, dat een groot gedeelte van wat u het noodlot noemt, berust op een keuze, die u zelf gedaan hebt of doen zult.
Ik spreek niet over de vele lijnen van tijd, die parallel met elkander voortlopen. Want dat is veel te eenvoudig gezegd. Dan nemen wij de tijd aan als een vaste sequentie. En zij is dat net. Er is een wereld te denken, waarin Amerika niet Amerika heet naar Amerigo Vespucci, maar Colombia, naar de ontdekker. Er is een wereld denkbaar, waarin het misschien naar Eric de Rode, de Noorman is genoemd. Al deze dingen bestaan gelijktijdig. De mens wordt gevormd door de voorstelling, die hij heeft van de normale gang van zaken. Hij kiest uit de veelheid van impulsen en indrukken datgene, wat past bij zijn voorstelling, niet bij zijn begeren.
Het lijkt u vreemd, dat ik u dit in de esoterie wil aansnijden. Maar wanneer u vrij bent om al datgene wat u volledig gelooft niet alleen voor uzelf, maar voor de totale wereld als werkelijkheid te beleven, dan betekent dit ook, dat het totaal van de onaanvaardbaarheden in uw leven voortkomen uit uzelf.
Innerlijk streven en werken wordt evenzeer als deze keuze uit de mogelijkheden der oneindigheid bepaald door wat u als reëel kunt aanvaarden. En wanneer u hoopt te kunnen leven, maar de dood ziet als enige realiteit, zult u sterven in uw wereld. En wanneer u zult willen sterven, maar de mogelijkheid van de dood niet werkelijk en geloofwaardig in u ziet, dan zult u leven.
Wanneer u God als een bereikbare werkelijkheid ziet, al is het misschien als een oude heer op een bankje voor een paleis in een hemels Jeruzalem, dan kunt u tot die God gaan en hem bereiken. Wanneer u God ziet als een onmetelijke verte, dan is God onbereikbaar.
Wanneer u wijsheid ziet als een uitbreiding van de in u bestaanbare ideeën en gedachten, dan zult u elke wijsheid kunnen vinden, die reeds in u als mogelijkheid berust. Wanneer u een wijsheid kiest, die strijdig is met de wereld, komt u in conflict met de wereld. Maar als u een wijsheid in uzelf erkent, die voor u en de wereld gelijktijdig geldt, bevindt u zich in een wereld, waarin die wijsheid aanvaardbaar, een regel, een aanvaardbare en kenbare gedachte is geworden.
Het Al is complex. De veelheid der verschijnselen doet de eenling verdwalen. Maar degene, die ophoudt zichzelf te zien als eenling, die zichzelf voelt als deel van een totaliteit, zal leven als totaliteit, beschikkende over de kracht en de mogelijkheden van de gehele gemeenschap.
Achter het maskerspel van de vele, misschien niet eens reëel levende, niet door een direct bewustzijn gedreven en bezielde vormen, deze stuurloze dingen, die onder de naam “mens” door uw wereld schijnen, te drentelen, ligt het geheim van de werkelijkheid. De werkelijkheid, die wij waar maken.
De mens is uit God voortgekomen. Hij is deel van God. Hij is deel van een goddelijke werkelijkheid. De mens is dus in wezen aan die God ergens gelijk n.l. op dat punt, waar de scheppende God zichzelf kenbaar maakt in de wereld. En de mens maakt zichzelf aan zichzelf kenbaar in zijn wereld. Want hij heeft zelf die wereld geselecteerd. Hij is het, die elke keer weer het verloop der gebeurtenissen kiest, omdat hij ze niet anders kan aanvaarden. Elke afwijking, waarin de wereld niet meetelt, voert tot een ontvreemding, of liever vervreemding van de wereld. Dat wordt een conflict, een tegenstelling. Waar de verandering in het ik gelijkelijk opgaat met de erkenning van de wereld, zal geen strijdigheid zijn.
In mijn dagen was men al zo ver dat men zeide, dat eigenlijk ieder mens van belang een beetje krankzinnig was. Ik wil verdergaan dan dit. Dat wat wij krankzinnigheid noemen is het conflict tussen ik-aanvaarding en wereldaanvaarding. Je kunt of je nu in de esoterie zoekt of elders nimmer iets bereiken, wanneer je een scheiding maakt tussen jezelf en je wereld. Pas wanneer je de wereld en jezelf als een eenheid, als een verbondenheid beschouwt, is er de mogelijkheid om de waarheid van het Goddelijke, de geopenbaarde delen, te kennen dan groeit het beeld van het ware ik uit de wereld waarin je leeft. Bewustwording is zelferkenning door erkenning van het zelf geselecteerde uit het totaal van de tijdloze schepping.
Hoe zal een mens zijn wereld beïnvloeden? Want hij beheerst zijn geloof niet. Hij beheerst zijn werkelijk denken niet. Je kunt iets willen geloven, maar daarom kun je het nog niet. Want achter dat totaal van wat wijzelf willen en kunnen, de vrijheid van wil waarover zo vaak wordt gesproken, ligt de groei van ons wezen en het totaal van onze ervaring. Deze zijn het die bepalen of wij iets mogelijk achten of niet. Wij kunnen slechts voor onszelf uit die mogelijkheden steeds zo selecteren, zo steeds weer voor ons die ene beleving, mogelijkheid of kans kiezen, die ons bevestigt wat in ons leeft. Esoterie is niet alleen maar een ontgroeien aan de beperking van een stoffelijk bestaan. Esoterie is in zekere zin een deel van jezelf zo voortdurend bevestigen, dat het automatisch als juist aanvaard wordt. En het is deze automatisch aanvaarde waarheid, waarover je niet behoeft te denken, waar je geen akte van geloof behoeft te zeggen, die beheersend is bij al, wat je waar maakt uit de totaliteit.
Ik weet dat deze denkbeelden voor sommige van u wat wonderlijk en misschien zelfs wat warrig lijken. Laat mij u zeggen dat ik geen warhoofd ben, integendeel. Wat ik u zeg is een waarheid, die ik voor mijzelf bewezen heb. Of u ze ook in uzelf en voor uzelf bewijzen kunt, is een kwestie die alleen u kunt overzien. Van mij uit hebt u die mogelijkheid, want ik zie een wereld waarin die mogelijkheid bestaat. Datgene wat niet is, gaat aan mij en mijn werkelijk wezen voorbij.
Om alle dingen te vereenvoudigen tot het simpelste toe lijkt vaak een oplossing. Maar eenvoud kan alleen ontstaan uit grootheid. Om de eenvoudigste waarheid volledig te verstaan in jezelf, meet je een volledig bewuste zijn. Spreuken als ik denk, dus leef ik, of dus besta ik, die om te draaien zijn, waaruit ik kan zeggen: Er is een gedachtebeeld van mij, dus denk ik. Of ik besta of denk te bestaan, dat weet ik niet, dat zijn allemaal maar uitgangspunten, beginpunten. Je kunt zoiets opbouwen.
Maar de grootste eenvoud van alles is misschien wel: Er is een God. Wie van u kan dit zonder meer begrijpen? Voor wie is dit een werkelijkheid, een sprekende, een gedefinieerde werkelijkheid i.p.v. een vaagheid van lege woorden? Wij groeien – ook in onszelf – van complexiteit tot eenvoud, niet van eenvoud tot complexiteit. Zoals het stoffelijk bestaan vanuit de eenvoud, van uit het kleine wordt tot een complexiteit van het menselijke, zo is ons geestelijk zijn een terugkeer van de complexiteit van een werelderkenning tot de eenvoud van een Gods of Werkelijkheidserkenning. Dit te begrijpen kost misschien ook moeite.
Ik heb eens gedacht dat je alle dingen kunt vereenvoudigen en daarmee een waarheid doen spreken. Dit is voor de doorsnee mens, die ik ken, niet waar. Ergens is het misschien waar, maar niet in de werelden, zoals ik ze ervaar en beleef. Het is vaak nodig een zekere complexiteit te hanteren en eens daaruit een begrijpelijk beeld van de eenvoud te krijgen.
Wij kunnen in de esoterie spreken over het totaalbeeld. Dat kunnen wij ook doen t.a.v. de wereldgeschiedenis, t.a.v. Gods werken en krachten. Maar dat totaalbeeld zal pas werkelijk sprekend zijn, wanneer wij de details kennen, waaruit het is opgebouwd. Om te begrijpen wat zich afspeelt ook in jezelf moet je beginnen met al die onsamenhangende details van het complex te erkennen.
Datgene wat onvermijdelijk is, wat deel uitmaakt van je eigen selectie uit de oneindigheid. En al die details samenvoegen tot een totaal beeld maakt het mogelijk dat beeld te hanteren. Een totaalbeeld, waarvan je de details niet kent, is nimmer te hanteren. Het is een droom, het blijft vaag. Je kunt het ook niet kiezen.
Wij zijn scheppers. Deel van de scheppende kracht scheppen wij onze wereld uit het totaal der mogelijkheden. Maar hoe kun je een boom scheppen als je niet weet wat wortels zijn, hoe de stam of de schors er uitziet, ja, hoe de twijgen en takken samen zijn gevoegd en het bladerdak zich over keen welft? Je kunt niet zelfs maar die boom scheppen, zelfs maar die boom, juist tekenen, waar tekenen, zoals ze is, zoals ze leeft, wanneer je de details niet kent.
En daarom zie ik in het totaal van het bestel van deze wereld en ook van uw innerlijke bestrevingen het detail als zo buitengewoon belangrijk. Het zijn die schijnbare onbelangrijke dingen en belevingen, die kleine dagdromen en voorstellingen, die kleine vooroordeeltjes en beoordelingen, die tezamen uitmaken wat de wereld voor u betekent. Wat die wereld is, waarin u leeft, een wereld van vrede of van oorlog.
En als u van daaruit verder gaat, dan zult u begrijpen dat ook voor u geldt; leer de details kennen. Maak u niet al te druk over hun samenhang op dit moment. Leer de details kennen. Uit de details vormt zich vanzelf het totaalbeeld. En dit totaalbeeld moet dan aanvaard worden op het ogenblik, dat wij de bestanddelen ervan redelijk genoeg kennen.
God is de totaliteit. Dus bestaan, dus leven, dus denken is het detail. Ons hele proces van bewustwording is niets anders dan het beleven van en het verzamelen van details van het totaal der mogelijkheden, tot wij eens voldoende hebben om dat totaal der mogelijkheden in al zijn eenvoud en grootsheid te doorgronden. Zo is het met u in dit leven, in uw esoterisch streven zo is het in uw magisch pogen. zo is het in uw omgang met uw medemensen. De details tezamen zijn bepalend. In de details kunt u geloven. In het geheel zelden. Massa zegt u niets. Het kan ten hoogste een dreiging zijn, of een bevordering van uw wezen. Maar één mens, dat is een werkelijk probleem.
Zo gaat het met alle dagen in het leven. Wanneer u de veelheid der dingen wilt bezien, dan komt u niet veel verder dan een aanvaarding of een afwijzing, een angst of een begeren. Maar wanneer u kunt terugkeren tot de erkenning van elk der dagen, dan wordt de massa van de feiten voor u een reeks van gekende personen, en daarmee wordt die massa een wereld. De filosofie bestaat uit een hele hoop speculaties. En speculatief denken – ik heb het u reeds gezegd – heeft grote verdiensten. Maar alleen wanneer het gelijktijdig aanvaardbaar blijft.
Wanneer ik uw wereld vanuit mijn standpunt moet omschrijven, dan kan ik dat als volgt doen: Niets is dat, wat het schijnt te zijn. Niets is waar, wat men waar noemt, niets is waarlijk bekend, behalve het onbekende. Dat zijn schijnbare tegenspraken. En ze zijn waar. Het onbekende, het niemandsland, dat ken je. Maar wat je meent te kennen, dat ben je vergeten. Daar let je niet op, dat is van geen belang voor je. Zo zou ik door kunnen gaan. Ik wil u dat niet aandoen.
Wanneer ik dus details ken en details samenvoeg, schep ik. Ik erken niet alleen, ik schep. Kunt u dat afleiden uit het voorgaande? Die conclusie is daar logisch in gelegen. Nu ga ik een stapje verder, dichter bij de grote waarheid Wanneer ik details ken en samenvoeg, schep ik en bepaal ik het totaal van mijn macht. Mijn innerlijk vermogen, mijn uiterlijke betekenis, de werkelijkheid van mijn wereld is gebaseerd op de wijze, waarop ik de details samenvoeg tot een geheel. Het is altijd mijn wereld, die ik leef. En soms kun je je zo wereld voorstellen als een droomwereld, waarin je de levende bent, gaande tussen acterende automaten, alleen daar gesteld om voor jou de schijn te handhaven.
Natuurlijk is dat niet helemaal waar. Er is een te grote verwantschap. Er zijn meestal wel meer levende wezens in een zo’n wereld. Maar je zou het je kunnen voorstellen. En nu gaat u zeggen: Wat is dan, het nut van, het leven? Ik zeg u: Al datgene wat voor u bestaat is ergens werkelijkheid. Maar de verhoudingen kunnen voor die anderen anders liggen. U bent alleen uzelf. U en uw eigen wereld alleen hebben zin en betekenis. Maar u kunt u nooit te scheiden van die wereld. U moet uzelf wijzigen en dan verandert de wereld mee.
Ga uit van de wereld, die je hebt. Bekritiseer haar zo u wilt. Verwerp haar en veroordeel haar. Maar leef haar. God geeft aan alle beelden gelijke kracht. Hij is in alle dingen gelijke energie. Alle dimensies, alle ongedachte en gedachte werelden tezamen zijn in God en door God in uw wereld en wezen vertegenwoordigd. Aan u is het slechts om die wereld waar te maken. Niet alleen. gedreven door onbewuste impulsen. Maak die wereld door uw eigen wijze van denken en leven op te bouwen tot een homogeniteit.
Denk niet aan uzelf als een mens of als een wezen met een geest of met een ziel. Denk aan uzelf als een deel van een grote onvergankelijke werkelijkheid, waarbij de verschijningsvorm onbelangrijk is. Dat is de waarheid van uw wezen. Denk niet aan de wereld als een vijand, of als iets waartegen je je verweren moet. Denk aan die wereld als een logisch deel van jezelf. Als het product van je angsten en van je begeerten, van je verwachtingen en je onbeheerste impulsen. Want die wereld is deel van jezelf.
Denk niet, dat de wereld die u nu kent eindigt, wanneer u dood gaat. Het is mogelijk dat ze voor u voortbestaat, praktisch oneindig, zoals er slagvelden zijn, waarop oude oorlogen nog steeds gevochten worden. Waarop Romeinen en Batavieren nog steeds in een doodsstrijd geworteld zijn, elkaar bevechtend of elkaar verwensend, terwijl ze voortdurend sterven. Die dagen zijn eeuwig. Want alle dingen en alle voorstellingen en alle mogelijkheden zijn eeuwig.
Wanneer de geest zich daaraan vastklampt, dan is dat de enige werkelijkheid, die je kent, De enige methode om te ontkomen aan deze fixatie is een eigen wereldje, dat voor jou de werkelijkheid blijft, is zelf te groeien. De harmonieën van je eigen wezen te beseffen en je wereld steeds te zien als deel ervan. Zodat elke impuls en verandering in jezelf wordt een uitbreiding en verandering van je wereld, een erkennen van een detail te meer. Opdat het totaal beeld van de goddelijke Werkelijkheid eens bewust gekend kan worden.
Het geheel van ons streven op aarde vanuit de geest, – bedoel ik – lijkt mij soms een dwaasheid. En als ik dat denk, ben ik machteloos. Soms lijkt het mij een noodzaak van mijn wezen. Dan ben ik sterker dan duizenden van u tezamen. Waarom? Omdat alleen wanneer ik mijzelf deel voel van u, ik kracht heb. Omdat mijn bewustzijn, mijn persoonlijk leven vanuit de droom tot werkelijkheid overgaat op het ogenblik, dat ik deel heb aan de dingen. Waar ik geen deel heb, blijft het een droom, een onwerkelijkheid. Misschien een verdeeldheid tegen mijzelf, een strijd, die ik voer tegen mijzelf.
Dat geldt voor mij. En alleen, omdat ik God steeds meer als een concrete waarde besef, is er voor mij ergens een blijvende werkelijkheid. Anders zou ik, net zoals u, een speelbal zijn. Deel van dat eeuwige rad van avontuur, dat je rondslingert van de enige mogelijkheid die je waar acht, tot de andere mogelijkheid die je voor waar durft te houden. Door hemelwerelden en hellewerelden, door vormwerelden en vormloze werelden, die alle ergens deel van God zijn, maar die op zichzelf geen betekenis hebben. Pas als er een totaalbeeld ontstaat, ben je bewust. Pas als je bewust bent, ben je voor het eerst vrij, juist door je aanvaarding van die goddelijke Werkelijkheid
Ik ben bang dat u mij moeilijk volgt. Laat mij daarom de laatste waarheden, die ik u toch nog wil zeggen vanavond, zeer eenvoudig stellen. Uw medemens is voor u dat deel van uzelf, dat u in die medemens projecteert. En dit is altijd waar.
Redeneer daarom niet over die medemens. Erken hem als dat deel van uzelf, dat u er vanaf het eerste ogenblik in ziet. Dat bepaalt de verhouding tussen u en die ander. Wanneer u een esoterisch stelsel, een systeem of een lering hoort, ziet, kennis krijgt ervan op een andere wijze, bedenk dan dat alleen als u uzelf en een deel van uw eigen wereld erin erkent, het betekenis heeft voor u.
Wanneer u een God ontmoet of een. duivel, bedenk dan dat alleen dat deel van het goddelijk licht dat in u is en dat u erkent, of het duister dat u in uzelf vreest en dat u erkent, het beeld vormt van die God en die duivel. Dit is de waarheid van die schijnbaar zo tegenstrijdige mens. Dit is zijn machteloosheid en zijn grootheid. Alles wat in harmonie is met elkander, alles wat kracht is, erkend als kracht, deel van ik en God, is waar en werkzaam.
Al wat alleen maar een hoop, speculatie of verwachting is, is ijdelheid en ten dele tot mislukking gedoemd. Ken dan, o mens, uzelf. Weet wat de waarden zijn, die voor u onomstotelijk, eerlijk aanvaard zijn en wat alleen maar hoop en verwachting is. En put uw kracht uit uw zekerheden. Dan alleen zult ge iets bereiken.
Ken uzelf, mens, en uw vrezen en ontken ze niet. Want wie zijn vrezen erkent, gelooft niet meer in de onmetelijke macht ervan. Ken uzelf, mens, door het vreemde gevoel dat gij tijdloos zijt, wanneer zelfs alle anderen heen zouden gaan. Dat gij eeuwig zijt, ergens. Dat gij bestemd zijt, waar anderen onbestemd zijn. Want dit bepaalt niet uw bestaan inde wereld, zoals anderen en gij die kennen, zoals het schimmenspel die toont. Maar zij bepaalt uw selectie uit de mogelijkheden van de wereld.
Vertrouw op wat ge in uzelf voelt. Het is deel van de waarheid van uw wezen. En vorm daaruit de energie, die ge nodig hebt om uw dromen als waarheid te leven en steeds meer de beperkingen van een door onbewustzijn bepaald wereldbestaan te verwisselen voor een bewust gezocht, gewild en erkend bestaan binnen de onmetelijkheid, tot de onmetelijkheid zelf het bewust erkende thuis wordt van uw ziel. Dit is alles wat ik u te zeggen heb.
0-0-0-0-0-0-0-0
Ja, vrienden, zoals ik u al gezegd heb, is dit zeker een hoge geest volgens uw denken. (Overigens voor degene, die het interesseert derde straal. Laatste leven niet zo lang geleden. Iets minder dan 50 jaar.) Iemand die geestelijk zeer veel bereikt heeft. Maar iemand, die zijn wereld op een eigen manier ziet. Iemand die uit het totaal van zijn eigen ervaringen een eigen theorie distilleert misschien, die ergens waar is, die ergens ook onwaar kan zijn.
Ik wil daarom zeker deze bijeenkomst niet besluiten, zonder erop te wijzen, dat u die dingen eens voor uzelf moet nagaan. Per slot van rekening, deze dingen zijn ergens waar. Maar wat is uw waarheid? En ook, wat is uw kracht? En ten laatste wat is uw God? En dan kan ik misschien u het beste helpen, door u hier als slotwoord iets te zeggen over mijn God.
Ik weet niet, of mijn God totaliteit is. Maar hij is een siddering, die mij doet rijzen boven mijn beperkingen. Ik weet niet, of de gestalte van mijn God een waarheid is of een droom. Maar Hij is in mij, zich steeds vervormend als het Noorderlicht, levend uit onbestemde krachten en toch het Licht, waarbij ik mijn leven erken.
Mijn God is de verwachting, die in mij spreekt en woordloos blijft. Die in een duizendtal van vormen en gedachten steeds zichzelf verdrijft om toch weer waar te worden. God is de onbestemdheid, die ik aanvoel als mijn doel. God is mijn wereld. Maar vooral is Hij de regel, waarnaar mijn wereld leeft.
God is de wet die in mij bestaat, de eigenschap mij gegeven. God is in mij in het totaal van mijn natuur. Hij is stof, geest en geestelijke kracht. Hij is astraal. Hij is macht. Hij is licht. Hij is duister. Hij is luister en schijn van armoede, alles tezamen. In mij, God, God is de naam, die ik geef aan de kracht, waaruit ik leef en die ergens ik is en toch geen ik mag heten, omdat ik niet kan weten omtrent mijzelf zoveel, dat ik kan zeggen waarlijk dit ben ik of dit is slechts een deel van meer.
Mijn God, dat is de naam die ik aan het Onbegrepene geef, dat mij een siddering is, een kracht, een zijn, waaruit ik leef. Dat is mijn God.
En ik geloof, dat u voor uzelf ook uw God zult moeten zien als de achtergrond van uw bestaan. God als het begin van mijn wezen. Mijn wezen als het begin van mijn leven. En mijn leven als de uitdrukking van mijn ik-heid en de God, Die ik erin vermoed. Dat is de waarheid, die alle esoterie, ja, alle leven redigeert.
Hiermede zijn wij aan het einde gekomen van de voor dit verenigingsjaar laatste bijeenkomst. Moge het u gegeven zijn om in en door uzelf de gedachte tot rijpheid te zien komen, die u hier bij ons – soms aarzelend, soms gaarne – hebt aangehoord.
Want wie in zich een band vindt met de waarheid, die heeft altijd contact en daardoor altijd wijsheid, troost en raad, die wij slechts ten dele kunnen geven. En zo u onze stem op prijs stelt, wij hopen u waar dan ook en hoe dan ook te ontmoeten, tot wij (om in de termen van onze vriend, de gast, te spreken) totaal deel zijn van elkanders wereld.