De magie van het woord is eigenlijk niets anders dan het vermogen om klanken zo te gebruiken dat ze emoties of betekenis in zich dragen die het woord zelf niet heeft. U denkt misschien dat dit zelden voorkomt. In de praktijk is een groot deel van uw wereld daarop gericht.
Als we denken aan kerken, parlementen, marktkooplieden en dergelijke personen, dan blijkt dat ze het manipuleren van het woord zonder meer hebben gezien als de mogelijkheid om het schijnbaar onmogelijke aannemelijk te maken en zelfs de onmogelijkheid van hetgeen ze aannemelijk willen maken, voor eenieder te verbergen. Vandaar dat u dat aardappelschilmesje koopt ofschoon het niet werkt. Vandaar dat u die partij achterna loopt ofschoon ze het tegendeel doet van wat ze zegt te doen. Vandaar dat u blijft geloven in een kerk, die met haar praktijken voortdurend alles tegenspreekt wat ze predikt aan anderen. Voor ons is dit natuurlijk alleen maar een erkenning van het feit dat het in de wereld bestaat.
Als we het woord magisch willen gaan gebruiken, dan moeten we ook voor onszelf er iets mee kunnen doen. Laten we dan beginnen met ons af te vragen of een woord misschien op een andere manier geïntoneerd kan worden dan normaal. U kent het wel zo’n beetje, van sommige mensen, b.v. van een disc-jockey, zegt men: hij heeft zo’n serene stem, zolang je hem maar niet ziet.
Je kunt in de manier waarop je spreekt, bepaalde dingen leggen. Je kunt, in plaats van te zeggen: Mej. N. te R. feliciteert hierbij de heer IJ. te Z. met zijn aanstaande verjaardag en geeft hem daarvoor nu ‘All alone’. (gezegd op een normale toon). Maar je kunt ook zeggen: Mej. id. te R. denkt aan de heer IJ. te Z. en wenst hem een zeer gelukkige verjaardag (op zalvende toon) en daarom spelen we speciaal voor hem ‘All alone’. Al wordt het in dit verband een beetje belachelijk, het blijkt toch invloed te hebben.
Wat heb ik eigenlijk gedaan? Ik heb in de eerste plaats de zaak getransponeerd, ik heb mijn stem dieper gemaakt. In de tweede plaats heb ik de woorden wat stroperiger laten uitlopen. Ik heb de scherpte van de betekenis omgeven door een amorfe fondant waas van waarschijnlijkheid die in feite niet bestond. Wat heb ik daar nu mee bereikt? Dat u dit op een heel andere manier gaat beluisteren, ofschoon de woordinhoud precies hetzelfde blijft. Kijk, dit is nu iets waarvan wij in de magie gebruikmaken.
Als een magiër gaat incanteren, dan vraagt hij zich niet alleen af: wie heb ik nodig? Anders zou je kunnen zeggen: “Here Jezus”. Dat is ook een aanroeping, een incantatie. Maar je kunt overwegen: hoe kan ik dat nu laten resoneren? Dan maak je van ‘Here Jezus’ H e r e J e z u s en ineens heb je heel wat anders. Het is inderdaad duidelijk te horen. Anders gezegd, je emoties werden uitgedrukt door middel van vibraties. Deze vibraties maken de emotie die in het woord is gelegd in zekere zin overdraagbaar. Die overdraagbaarheid, en dat is nu juist het mooie, is een suggestiewaarde waardoor een ander emotioneel reageert zonder zich af te vragen of je gelijk hebt met wat je doet. Het is een methode om anderen af te stemmen. Zeer veel van hetgeen wij meemaken in de magie heeft daar direct mee te maken.
Ik sprak van het geluid, het woord. Maar heeft u zich wel eens afgevraagd hoe het komt dat je met bepaalde ritmen de mensen gewoon hun redelijkheid kunt ontnemen? Sommige mensen hebben dat ontdekt. Soms gaan ze te ver en wordt het punk, en anders rock of country. Het verschil ligt niet in het ritme maar alleen in de manier waarop het wordt gehanteerd. Hetzelfde doet men bij voodoo. Hetzelfde doet men wanneer de trommen roffelen ergens in de binnenlanden van Afrika. Hetzelfde doet de sjamaan die ondanks alles in Buiten-Mongolië nog steeds bepaalde krachten aanroept tegen de tijd dat men zijn kudden bijeen gaat drijven. Heeft u gemerkt dat ik ook mijn stem steeds heb aangepast aan de betekenis? Dan zult u ook gemerkt hebben dat u op een andere manier luistert als ik op een andere manier praat.
Uw eigen instelling wordt dus voortdurend bepaald door geluid. Die instelling betekent tevens een kleine verandering in uw uitstraling. Sommige mensen hebben nu wel een uitstraling waarvan je zegt dat ze eerst gewassen zou moeten worden maar desondanks, de uitstraling wordt anders. Het is zelfs mogelijk om door het juiste gebruik van geluid, van woorden, soms zelfs van begripsassociaties de uitstraling van de mens tijdelijk te ontdoen van allerlei uitstralingen die hij niet wil hebben. Je kunt zo’n persoon dan afstemmen op alle krachten in de omgeving. Je kunt een harmonie mogelijk maken met bepaalde persoonlijkheden, met bepaalde werelden, zelfs met bepaalde stralen en krachten.
We moeten ons dan wel afvragen hoe het komt dat wij ons door zogenaamde ‘jingles’ vaak laten beetnemen. (een jingle: Bij wie ook weer? Bij van der Meer.) Een jingle is kennelijk iets waarin woorden en begrippen op de een of andere manier zo kan worden gehanteerd dat, als je het maar vaak genoeg hoort of leest, je het automatisch gaat zeggen. Een kortsluiting in je redelijkheid, kunnen we zeggen. Weet u dat ze het vroeger ook hebben gedaan? Dieu le veut. Als je het op z’n Hollands zegt, dan doet het niet veel: God wil het. Maar ‘Dieu le veut!’ dat brengt een suggestie met zich mee van daadkracht; er is iets in van onmiddellijke oorlog. Het is een soort klaroenstoot. En waarom? Omdat die woorden zo zijn. En als je daarbij nog de overtuiging geeft: dit of dat is de wil Gods, dan kun je de mensen gewoon meeslepen. Het is juist de kunst om het niet te zeggen, maar datgene wat je wilt zodanig te laten meeklinken in hetgeen je zegt dat anderen het als een waarheid ervaren.
De magie van het woord is ouder dan u denkt. Misschien heeft Eva daar ook al gebruik van gemaakt in het paradijs. Ik kan mij tenminste niet voorstellen dat Adam ineens zo’n zin in appels had. Waarschijnlijk heeft ze hem toen lieftallig en liefkozend toegesproken: “kom, doe het voor mij.” Dat gebeurt tegenwoordig ook nog. Dan doe je tegen alle rede in iets waarvan je eigenlijk denkt: ik zou het beter kunnen laten. Dat gebeurt ook omgekeerd. “Maar liefje, dat is toch niet zo erg.” Nou, en dan zit je weer in de boot. Wat gebeurde er toen men begon te werken met de eerste goden? Toen ging men kennelijk woorden samen lijmen zodat de mensen daardoor eigenlijk alle begrip verloren. Kuhut Sebek! Dat betekende niets anders dan de roep naar de god van de Nijl. De klank was tamelijk hoog en ver dragend. Daardoor was het een signaal voor de krokodillen. Als ze dat hoorden, dachten ze: er is een diner geserveerd, gauw lopen. De slaaf die geofferd zou worden, dacht: “nu ben ik onder de ban van Sebek, de god”, en liet zich zomaar in het water gooien, waar hij dan na korte tijd, lichtelijk gemangeld, werd opgeborgen tot hij voldoende ontbonden was om helemaal eetbaar te zijn. Deze kreet betekende dus niets anders dan een signaal. Er waren een hoop mensen die daar niet in geloofden. Maar als je de roep uitstootte, dan kwamen de krokodillen; dat was vooral in de boven-Nijl.
Ook later vinden we weer van die eigenaardige ritmen. Als men b.v. Aten aanriep, dan sprak men het woord uit met een klankje dat biologeerde. En als dat samenviel met het opgaan van de zon, dan voelde je je dicht bij de God. En als je je dicht genoeg bij God voelde, dan kon je je ook voorstellen dat hij in je werkte. Kon je je dat voorstellen, dan gebeurden er dingen in je. Zo eenvoudig was het. Zelfs nu nog gebruikt men die klanken en ritmen. Denk eens aan de mohammedanen. Er zijn heel veel kreten waarvan je je afvraagt wat ze betekenen. Als je begrijpt wat de man boven op de minaret staat te roepen, dan komt het neer op: God is groot. Zo heb je dat ook nog tegenwoordig. Woorden op de juiste wijze gebruiken, betekent invloed uitoefenen op anderen. Maar het betekent ook het afstemmen van het denken van de mensen. Als je veel mensen ertoe kunt brengen om gelijk te denken, gelijk te voelen gedurende een bepaalde periode, dan ontstaat er een uitstraling welke alles doordringt; dus ook het dierlijk, het plantaardig leven en zelfs dode voorwerpen. Deze uitstraling laat een residu achter wanneer het moment voorbij is. Daardoor kan er in een kerk, zelfs in een stad, een atmosfeer van spanning of wijding ontstaan waardoor eenieder die een beetje gevoelig is, automatisch gaat reageren. En als dan diezelfde klanken of woorden worden herhaald, dan lijkt het hem alsof hij een openbaring ondergaat, terwijl hij eigenlijk alleen emotioneel wordt opengesteld voor grotere krachten die rond hem aanwezig zijn.
U vraagt nu misschien: waarom heb je het dan over woordmagie? Kijk eens, woordmagie valt uiteen in twee begrippen:
- het goochelen met woorden, hetgeen wordt gedaan door die mensen die u willen wijsmaken dat ze iets zeggen wat ze niet zeggen, in de hoop dat u zult doen, wat zij nooit gedaan zouden hebben indien zij in uw plaats waren.
- het woord en de betekenis van het woord worden ondergeschikt gemaakt aan het overdragen van bepaalde emoties, gevoeligheden en instemmingen (inclusief aanvaardingen) waardoor de mensen worden samengesmeed in één krachtveld. Uit deze kracht kunnen dan verschijnselen voortkomen die voor de mens redelijk gezien onaanvaardbaar of onmogelijk schijnen.
Wat doen we verder als we bezig zijn met woordmagie? De magie van het woord wordt bepaald door de emotie die ik kan verbinden met de betekenis ervan. Is die emotie er niet, dan zal het woord nimmer magisch zijn voor mij; en gesproken door mij, dus betekenis plus emotie, maken een woord magisch.
Een magisch woord doet weinig. Kan ik meer woorden en begrippen aaneenrijgen waardoor er een langere duur van beïnvloeding is, dan ontstaat er niet alleen een invloed die van mij uitgaat in de wereld, maar ik word zelf door alles wat de wereld terugkaatst opnieuw getroffen. Er is een soort feedback. Je begint a.h.w. geestelijk te genereren. Je brengt krachten voort die boven je normale vermogen liggen.
Bij elke vorm van woordmagie is ritme bepalend. Waarom is ritme bepalend? Om de doodeenvoudige reden dat het steeds weerkeren van een bepaalde klank, een bepaalde toonhoogte of intonatie een voor het gehele lichaam en de gehele materie een bepalende factor is waardoor in de materie (inclusief het levende) reacties worden veroorzaakt, welke bevorderend kunnen zijn voor het opwekken van die algehele overgave aan de suggestie en daardoor tot het scheppen van een steeds groter veld van kracht, waarin meer werkingen mogelijk worden.
Nu heb ik het zo mooi gezegd maar wat heeft u eraan? Misschien begint u zich te realiseren: het is niet wat ik doe of zeg alleen, maar het is ook de manier waarop. Ik heb dat vroeger zelf meegemaakt. Er was een boerenmaagd, een dienstmaagd. Deze had bepaalde reacties t.a.v. de haar omringende wereld. Maar op een gegeven ogenblik werden er in die wereld ook reacties opgewekt, namelijk wanneer haar uitslag van achter plotseling met een aantal graden toenam. Haar magie bestond dus uit de vergroting van de uitslag van haar derrière. Wat gebeurde er? Door een kleine wijziging in haar normale manier van voortbeweging bracht zij een totaal andere indruk bij de toeschouwer teweeg. Ik kan het u niet aanraden, want het brengt eigenaardige consequenties met zich mee. Bovendien kunt u daarmee alleen maar zeer primaire begrippen overbrengen.
Het woord geeft ons veel meer mogelijkheden, omdat elk woord een associatie met zich brengt. Wanneer ik het woord nu zo intoneer dat het afwijkt van de norm, dan geef ik daardoor een zeer bijzondere nadruk eraan. Ik maak het suggestief. Als je b.v. altijd zegt: “Ach joh, doe niet zo gek”, dan zijn ze er op den duur wel aan gewend. Op het ogenblik dat je dat verandert door een andere ruimte en klank te geven, krijg je daardoor meer aandacht. Zo kun je ook tegen iemand zeggen: je bent gezond. De andere denkt: nou, jij hebt goed kletsen. Een logische reactie. Je kunt ook zeggen: er is steeds meer kracht om je heen. Ik zie het. De ander: hé, kracht om me heen. Waar, waar, waar? Suggestie natuurlijk. Nu zegt de ander: het zou wel waar kunnen zijn. Ik voel wel wat kracht. Op dat ogenblik is er een uitwisseling mogelijk. Nu kun je kracht overdragen, meer dan je zelf hebt omdat je met z’n tweeën bent ingesteld op een kracht, waarvan je beseft dat ze goddelijk is. Het is dus de afwijking van de norm; daarmee kun je wat doen.
Wat doen we verder?
Als we ons bezighouden met ritmen, dan moeten we even opletten wat er aan de gang is. Bepaalde vormen van muziek zijn misschien wel aangenaam maar ze blijken gelijktijdig opstandig te werken. Als we merken dat iemand op een bepaalde soort muziek met spanningen reageert, zet het apparaat dan af. Of als je zelf zingt, houd je mond. Waar het mij om gaat, is dit: storende factoren door geluid, maar ook door woordkeuze, kunnen we vaak constateren in ons contact met anderen. Laat ons dan proberen om die invloeden te vermijden, zowel in woordgebruik, stemgebruik als ook in het toelaten van muziek en ritmen in de omgeving etc. Kijk welke invloeden (dat mag muziek zijn maar ook woordkeuze of dat wat je vertelt) een ontspannende invloed hebben op de ander terwijl je toch niet helemaal de aandacht van de ander verliest. Het laatste is belangrijk.
Als je dit ritme van spreken hebt gevonden, heb je een methode ontdekt om de ander open te stellen voor je gedachte-uitstraling. Wederom, de suggestibiliteit van de ander neemt toe en gelijktijdig is je mogelijkheid om krachten op te vangen en naar de ander uit te stralen groter. Als je ziet dat daarop wordt gereageerd, dan maak je de ander daarvan bewust en er ontstaat weer dat opslingeringseffect waardoor je samen veel grotere krachten kunt activeren dan menselijk gezien ooit mogelijk zou zijn.
Als wij dus op deze manier gebruikmaken van de mogelijkheden van de stem, van het woord, dan is niet alleen onze invloed op anderen groter maar we worden ons ook veel bewuster van hetgeen wij zelf zijn. Elk mens heeft bepaalde ritmen die voor hem normaal en bepalend zijn. Die komen in zijn manier van spreken tot uiting. Er zijn mensen die een staccato-ritme hebben. Er zijn anderen die een traag, lijzig ritme hebben. Er zijn er zelfs bij die a.h.w. op blaffende toon spreken. Als u nu uw eigen ritme leert kennen, dan weet u ook wat u normaal uitstraalt naar anderen. En als u dat eenmaal weet, dan kunt u begrijpen dat die invloed niet voor iedereen even goed of aanvaardbaar is. Wie zijn eigen ritme heeft leren kennen, zal dit gemakkelijker aan anderen aanpassen en zo moduleren indien het nodig is.
De basis van woordmagie is leren je aan te passen aan de omstandigheden. Dat betekent dus ook, dat je niet een ander benadert op een manier die onaanvaardbaar is. Er zijn zoveel van die dingen. Neem nu de reclame. Als iemand een shampoo heeft gebruikt en daarna door de regen loopt te dartelen, best. Maar als iemand dan zegt “0, wat is mijn haar nu krullerig en zijig”, dan is het effect weg. Met andere woorden, je zou het anders moeten doen om het juist over te brengen. Als je, in plaats van dat geëxalteerde ”o, wat is mijn haar krullerig en zijig’, zegt: ‘springerig en zacht’ dan heb je ineens wel iets overgebracht. Waarom? Omdat de gewekte verwachting, een patroon dat door de gehele tekst en het beeld samen is ontstaan, dan wordt afgemaakt in overeenstemming met hetgeen je bij de ander hebt opgeroepen. De ander heeft dan helemaal niet het gevoel van: o, wat is dat goed raar wat die mensen doen. En dan moet je dat afmaken door te vertellen wat er aan de hand is.
Op het ogenblik dat wij ontdekken dat wij aan een ander iets mededelen op een manier die niet past bij wat er in de ander leeft, moeten wil ons bezinnen. Wij moeten desnoods onze mededeling tijdelijk inhouden totdat we het gevoel krijgen dat wij aan het verwachtingspatroon van de ander kunnen beantwoorden. Als het gaat om een communicatie of om een emotie, dan moeten we juist een schok veroorzaken waardoor de ander in zijn gevoelens wordt getroffen en gaat reageren.
Denk nooit dat het in woordmagie alleen maar belangrijk is om mensen instemmend en harmonisch wakker te roepen. Het is beter om iemand in opstand te brengen tegen hetgeen u zegt en de manier waarop u het doet, dan om hem onverschillig te laten. Wat wij in de woordmagie voornamelijk en altijd moeten vermijden, is een gelijkmatigheid waardoor geen reactie wordt gewekt.
Wat kunnen we nog in het kort zeggen over woordmagie?
- Kies uw woorden in overeenstemming met het gevoel dat u wilt uitdrukken en de reacties die u van de ander kent of eventueel verwacht.
- Kies uw ritme en intonatie in overeenstemming met de ander maar zo dat u dit zelf nog als normaal en natuurlijk kunt ervaren. Dit garandeert de beste overdracht, zowel van suggestie als van krachten.
- Wanneer u zich richt tot de sferen, dan gaat het niet om de woorden maar om de uitstraling. Kies daarom geen woorden waarmee u een bepaalde wereld of sfeer aanroept maar eerder die woorden, ritmen en klanken die voor u geassocieerd zijn met een bepaalde stemming, die volgens u inherent is aan de sfeer die u wilt benaderen.
- Als u geesten wilt oproepen, bedenk u driemaal. Als u een entiteit of een geest oproept, heeft u kans dat deze zich in eenzelfde gemoedsgesteldheid bevindt als u, wanneer er wordt gebeld en u onder de douche staat. Als de ander contact met u wil opnemen, dan zal hij dat wel doen. Roep dus niet op! Probeer wel een bepaalde sfeer van overeenstemming te wekken. Hierdoor krijgt u de beste contacten.
- Verwacht niet dat u elke geest en elke kracht uit de sferen, zonder meer, middels een incantatie kunt wekken. Begrijp dat dit altijd geheel afhankelijk is van uw instelling en de manier waarop u die instelling kunt projecteren naar die sfeer, dus uw geestelijke uitstraling van dat ogenblik.
Dan heb ik nog dit te zeggen: aangezien er in de wereld op een soms wat wonderlijke manier van woordmagie nogal eens misbruik wordt gemaakt, probeer voor uzelf te begrijpen hoe woordmagie werkt. Probeer het zelf een paar keer. Als u er een paar maal mee heeft gewerkt, zult u het bij anderen gemakkelijker onderkennen. Dit betekent dat u de beïnvloedingen die u niet wenst, gemakkelijker kunt afwijzen.
Intonatie
Als je een woord spreekt, zeg je meer door de manier waarop je het zegt dan door wat het woord pretendeert te zeggen. De intonatie is de klank, het ritme en de betekenis waardoor je de gevoelens overdraagt die het woord pas zijn werkelijke betekenis geven. De juiste intonatie is het afstemmen van je eigen wezen. Het is gelijktijdig responsen mogelijk maken en wekken bij anderen. Het is een scheppen van een sfeer waarin grote krachten kunnen werken en waarin jij die grote krachten leert aanvaarden zonder tevens in moeilijkheden te geraken. De juiste intonatie vinden, is een kunst. Het gaat niet altijd zo spontaan als je zou willen. Toch is het erg belangrijk dat je de sfeer die je in je beleeft, de kracht die voor jou op dit moment begeerlijk en noodzakelijk is, tot uitdrukking weet te brengen. Vergeet één ding niet: als je een woord verkeerd zegt, zul je daardoor vaak iets anders bereiken dan je wilt. Daarom is het goed om overluid te intoneren. Daarom is het goed om de harmonische principes, die de gehele kosmos beheersen, zeker ook in het gebruik van je stem, je gebaren en in de keuze van je woorden, mede tot uiting te brengen. Want wie de juiste trillingen schept, schept de mogelijkheid tot de juiste responsen. En wie de juiste responsen vindt, kan daarin vaak krachten ervaren die hoger zijn dan iets wat hij zelf ooit had kunnen opwekken.