De psychologie van het dromen

image_pdf

25 september 1981

U weet het al: wij zijn niet alwetend, wij zijn niet onfeilbaar. Vergeet dit niet en vergeet ook niet zelf te denken. Zelfs indien u tot geen conclusie komt, hebt u dan uw brein geoefend en dat kan ook belangrijk zijn.

Het onderwerp luidt: De psychologie van het dromen

Dat wordt moeilijk. Want dan komen wij altijd weer bij Freud terecht en zelfs Hermans heeft u al toegeroepen: “eet meer Freud”. Waarbij de poging de droom te ontleden meestal resulteert in een seksuele vertaling van al waarvoor je geen andere in het oogspringende verklaring kunt vinden.

Toch kan ik wel enkele punten voor u vaststellen. Bv. dit: rond 70% van de dromen zijn in feite reactiedromen. Hierin hebben wij te maken met een afreageren van frustraties en spanningen – positieve zowel als negatieve – die tijdens het dagbewuste leven van de mens optraden.

De ervaringen die een onevenwichtigheid tot stand brachten, worden door de droom gecompenseerd, zodat hernieuwt evenwicht kan ontstaan. In deze gevallen zijn de inhoud van bewustzijn en onderbewustzijn – in vaak schijnbaar willekeurige beelden, combinaties en opeenvolgingen – aansprakelijk voor belevingen tijdens de slaap, zodat na het ontwaken een mate van evenwicht is herontstaan.

Van de overgebleven 30% zullen rond 12 tot 20 % bestaan uit dromen waarin het hogere ik probeert om het menselijk ik te bereiken en te stimuleren. Dergelijke dromen zijn over het algemeen sterk symbolisch. Hierbij kun je een aantal begrippen steeds weer terugvinden. Voertuigen hebben bv. steeds weer te maken met het lichaam en ook met de emotionele situatie die verwacht wordt.

De aard van het droomvoertuig is dan ook van minder belang voor begrip dan het al dan niet geheel of ten dele bestuurbaar zijn van dit voertuig en de omgeving waardoor het zich beweegt.

Wanneer wij op deze wijze, dus in symbolen, het weten, de erkenning of het aanvoelen van een geestelijk of onbewust deel van het ik vastleggen in de hersenen, zien wij bovendien dat sommige van die dromen zich herhalen.

Herhalingsdromen wijzen op een probleem dat meestal in de toekomst ligt, onbewust of in een geestelijk deel van het ik reeds zeer scherp beseft wordt en – waarschuwend a.h.w. – met bijzondere nadruk, middels de droom wordt afgedrukt, op het bewustzijn, vaak met de kennelijke bedoeling dat men, wanneer die toestand eenmaal werkelijkheid wordt, daarop bewust en beheerst zal kunnen reageren.

Blijft ons rond 15% van de dromen over, waarin dan geestelijke invloeden een overheersende rol spelen. Dit kunnen uittredingsdromen zijn, in welk geval het bewustzijn van de persoon zich verplaatst buiten zijn stoffelijk waarnemingsbereik. Waargenomen kan worden, zowel op de eigen wereld alsook in andere werelden. Tijdsverschuivingen kunnen hierbij soms ontstaan, zodat wij ook de zg. voorspellende dromen onder dit hoofd mogen rekenen.

Verder zien wij in deze afdeling ook weer een beleven van andere werelden. Daarbij blijkt het ik een dergelijk contact zeer vaak weer te geven als een contact met bepaalde personen – ook wanneer daarvan in feite geen sprake was. Je kunt bv. dromen over je eigen bewust onding, maar de hersenen vormen dit om tot een soort discussie die je met jezelf voert, maar dan wel met schijnbaar van het ik gescheiden gedaanten die je evenbeeld op verschillende leeftijden zijn en over delen van jouw weten en geheugen blijken te beschikken.

Dergelijke discussiedromen zullen ook vaak iemand die gestorven is maar je na stond als tegenpool opvoeren. Men dient goed te beseffen dat dit niet alleen boodschappen zijn of waarschuwingen die men van buitenaf ontvangt. Er is ook hier, wel degelijk althans, deels sprake van een dialoog die je met jezelf voert. Het is of je zo jezelf zaken duidelijk probeert te maken die je vaak waakbewust niet wenst of durft beseffen.

Dat ook werkelijke geestelijke contacten hierbij een rol kunnen spelen, zal u duidelijk zijn. Maar deze kunnen zowel telepathisch zijn en dus stammen van mensen die in uw eigen wereld leven als van entiteiten die in andere werelden leven.

Wanneer ik dit alles opsom, zal u duidelijk worden dat zo je dit alles psychologisch wilt bekijken, er een ogenblik zal komen waarop je geen raad meer weet met de droompatronen en inhouden. Je kunt wel algemene regels opstellen.

Freud heeft dit op zijn wijze gedaan, zo goed als verschillende anderen. Te weinig beseft men dat de gegeven verklaringen en regels in feite nog meer zeggen over degene die ze geeft dan over de inhouden van de dromen en associaties van degene die er aan onderworpen wordt.

Om een voorbeeld te geven: voor de ene vrouw kan dromen van een bezem inderdaad een seksuele betekenis hebben. Voor een ander kan het betekenen dat zij zich als een heks beschouwt en zo in de droom in feite haar eigen gedrag bekritiseert. Voor een derde kan het betekenen dat zij behoefte heeft aan een wapen: zij zou zich willen verdedigen, omdat zij meent in haar leven veel tekort te komen of steeds weer in haar rechten aangetast te worden.

Het is dus niet zo gemakkelijk om algemeen geldende regels van interpretatie op te zetten voor allerhande associaties en beelden. Wel weten wij dat dromen psychologisch gezien uiteen vallen in ontspannende dromen, remmende dromen – die dus het gedrag of gevoelsleven van de mens in feite beperken – en de z.g. stimulerende dromen, die de mens ertoe brengen opeens te gaan reageren volgens een verwachtingspatroon dat redelijk gezien niet zo kunnen of mogen bestaan. Zeker is dat de mens door de herinnering aan deze laatste soort droom vaak ertoe komt dingen te doen die hij zonder dit zeker nooit zou hebben gedaan.

Wanneer je die factoren bekijkt, kun je zeggen dat er in de droom dus altijd een inwerking is die zowel de stof als de geest kan betreffen. In alle gevallen zal de droom noodzakelijk zijn voor zowel de psychische als zuiver geestelijke gezondheid van de mens.

Als eindconclusie kunnen wij hieraan toevoegen: elke droomsymboliek is een willekeurige interpretatie die betrekkelijk zinloos is binnen een systeem, omdat elke mens nu eenmaal zijn eigen droomsymbolen opbouwt aan de hand van zijn opvoeding, geheugeninhouden, stoffelijke oriëntatie en geestelijke voorgeschiedenis.

Vragen.

  • Er zijn mensen die voorstander zijn van bewust dromen, mensen opzoeken in dromen enz.

In dit geval hebben wij te maken met wat men bewuste uittreding noemt. Neem het mij niet kwalijk dat ik de bewuste uittreding niet als werkelijke droom beschouw. Hierbij is er geen sprake van een ontspannend proces. Er is geen sprake van een sterke invloed van het onderbewustzijn zonder dat dit door de rede geredigeerd en gecontroleerd wordt.

Wanneer u iemand op gaat zoeken en dit bewust doet, probeert u in feite bewust een soort droombeeld op te bouwen dat overgaat in werkelijkheidsbeleving. Je begint een soort droombeeld bewust op te bouwen. Daarmede begin je altijd weer. Dan, in die voorstelling opgaande, probeer je de voorstelling zich verder te laten ontwikkelen op een wijze die je nog steeds zelf blijft overzien. Ik meen daarom dat niet van een werkelijke droom kan worden gesproken, daar het onderbewustzijn hierin geen of bijna geen rol speelt.

Stel een onbekend gebied. Een soort Hawaï. U gaat daar in uw droom heen en constateert dat men daar wel heel iets anders dan rieten rokjes als dracht kent. Is dit nog een droom? Indien u er zelf geweest bent of deze gegevens reeds uit bv. bladen of tv. kende, ja.

Maar stel dat u geen gegevens kende en toch zo droomt, dan moet het een uittreding zijn. Een uittreding is een verplaatsen van een deel van het ik dat tot waarnemen in staat is. Het keert dan terug met gegevens die men deels onthoudt en die bovendien gemeenlijk deels of geheel controleerbaar zijn wanneer het een uittreden op aarde betreft.

Geen droom dus, maar de herinnering na het ontwaken aan een waarneming die echt was, ook al heeft zij dan niet lichamelijk plaatsgevonden. Indien ik u echter niet verveel, wil ik in dit verband nog enkele opmerkingen plaatsen.

Bewuste uittreding veronderstelt ook een bewuste beheersing. Zij kan echter inhouden dat u terecht komt in een wereld die niet volgens stoffelijke normen omschrijfbaar is en mogelijk ook niet door in de stof erkende wetmatigheden geregeerd wordt. Zelfs het tijdsverloop kan sterk afwijken.

Een uittreding in het astrale bereik kan u bv. confronteren met de gedaanten van engelen of duivels, met monsters en enorme verlokkingen. Je hiervan bewust zijn, betekent dat je bewust kunt reageren en bv. aan een reeds gesteld doel ondanks alles vast kunt blijven houden. U wordt niet zoals in de droom geregeerd door wisseling van scène, maar bepaalt eventuele wisselingen en reacties geheel bewust en zelf.

Dit betekent dat emoties gevaar op kunnen leveren. Vandaar de regel dat je bij uittreden nooit bang mag zijn. Bewust uittreden, zonder te beseffen wat je wel en niet kunt verwerken, komt neer op een spelen met de mogelijkheid waanzinnig te worden.

Eerst wanneer je jezelf voortdurend voorhoudt dat je bij het eerste gevoel van onbehagen terug dient te denken aan je lichaam en de feitelijke, slapende toestand daarvan, kan je aan dergelijke nachtmerrieachtige belevingen naar believen ontkomen en kan je de soms wel zeer sinistere trips die anders op zouden treden, vermijden met alle eventuele lichamelijke en geestelijke gevolgen die dergelijke belevingen kunnen hebben.

Verder: beheerste uittredingsdromen moeten bewust worden opgebouwd. Aan het begin van elke bewuste uittreding staat een korte periode van zelfsuggestie. Juist daarom is het belangrijk dat elke uittreding enkele, ook op aarde, te controleren factoren bevat. Is dit niet het geval, dan weten wij nooit of wij gedroomd hebben, onszelf bedrogen hebben of werkelijk  iets beleefd hebben.

Je kunt bijna in elke sfeer of wereld waar je terecht kunt komen, in elk deel van de wereld dat je even waarneemt, wel saillante punten vinden of gegevens vragen, waardoor het je na terugkeer mogelijk wordt enige controle uit te oefenen en zo zekerheid te krijgen omtrent het al dan niet echt zijn van althans een deel van de uittredingsbelevingen.

Wie dit niet doet, loopt door nadruk te leggen op de uittreding gevaar zichzelf steeds intenser te bedriegen en zo van de menselijke werkelijkheid geheel of deels te vervreemden.

Wie zoveel als maar mogelijk is deze controlemogelijkheid gebruikt en zichzelf aanleert om, wanneer er ook maar een grein van angst opkomt die onbeheersbaar kan zijn, direct naar zijn lichaam terug te denken en zo ook te gaan, zal op de duur zijn vermogens tot waarnemen in uitgetreden toestand en het vermogen tot herinneren van de belevingen dermate uit kunnen breiden dat dit geestelijk en soms zelfs stoffelijk grote voordelen kan bieden.

  • En wanneer je een spontane uittreding krijgt?

Ja, dat is zo iets als een wind laten, maar dan geestelijk. U lacht, maar het is vergelijkbaar. Want het is een spontane emanatie van een deel van het ego in een richting die dit ego niet kan bestemmen en ook niet pleegt te kennen.

In dergelijke gevallen zal het moeilijk zijn uit te maken of er werkelijk van uittreding of van een droom sprake was. Verder zal het, indien er al uittreding werkelijk voorkomt, moeilijk zijn de belangrijkste delen van de beleving geheel in het geheugen te verankeren – gebrek aan voorbereiding – waardoor een vertekend beeld ontstaat. Indien u meent spontaan uitgetreden te zijn, zo gelden voor u de regels die ik reeds eerder gaf evenzeer. In geval van angst moet u zich onmiddellijk de eigen lichamelijke toestand van het ogenblik realiseren, u keert dan in uw lichaam terug.

Werkt dit niet of bevindt u zich niet in uw lichaam maar opeens in een geheel andere omgeving, zo is er sprake van een droom, zelfs indien een lichtende figuur u komt vertellen dat deze u even geholpen heeft.

Probeer in ieder geval belangrijke delen van een dergelijke beleving zo mogelijk in de hersenen vast teleggen, al is het maar door uzelf nadrukkelijk voor te houden: dit moet ik mij herinneren.

Ook hier geldt: na het ontwaken de ervaring zo snel mogelijk, desnoods met enkele steekwoorden, noteren. Juist bij spontane uittredingen van niet getrainden, plegen de herinneringen aan het geheel of grote delen daarvan na zeer korte tijd reeds te vervagen. Probeer hetgeen u meende te constateren zo goed mogelijk na te gaan.

U meende iemand ontmoet te hebben die u niet kende? Vraag de naam en het sterfjaar. Ga na of dit klopt. U zag iets gebeuren? Ga na of het tijdens uw slaap gebeurd is en, om met alles rekening te houden, ga na of dit mogelijk binnen enkele dagen alsnog gebeurt. Op deze wijze kunt u enige zekerheid verwerven t.a.v. de echtheid van uw uittreding.

  • Iemand droomt van een buurman die hij jaren niet ontmoet heeft. Later blijkt dat deze op die dag is overleden. Wat betekent dit?

Ik mag geen specifiek geval behandelen. Algemeen echter: wanneer er sympathie en een band bestaat of bestaan heeft en de personen zo op elkaar zijn afgestemd, zal een grote verandering in het bevinden van de een bij de ander echo’s wekken.

De gebeurtenissen wekken dan vaak droombeelden in de ander. Dit zijn zg. telepathische contacten waarvan de mens zich helaas maar al te weinig bewust is. Deze buurman heeft mogelijk kort voor zijn dood aan die, ik neem aan, ex-buurvrouw gedacht, mogelijk met de hoop dat zij iets voor hem kon doen.

De vrouw heeft deze gedachte opgevangen. Het beeld waarin zij dit vertaald heeft, hangt sterk van haarzelf, haar herinnering aan die buurman e.d. af, maar het is een normaal verschijnsel.

Dromen over doden die afscheid komen nemen, zijn in zo grote getale gecontroleerd en vastgelegd dat er geen twijfel aan kan bestaan dat deze zaken regelmatig voorkomen. Zelfs wetenschappelijk is het zeer moeilijk dit te ontkennen.

Dit impliceert dat, wanneer wij beseffen hoe vaak dit voorkomt en welke voorwaarden steeds weer aanwezig schijnen te zijn, tot de conclusie kunnen komen dat onder grote spanningen aan iemand denken veelal betekent dat de ander hiervan iets bemerkt.

Overigens, soms geschiedt dit afscheid nemen na de dood, soms ook daarvoor, in enkele gevallen zelfs enkele uren voor een gewelddadige dood die toch redelijk niet te voorzien was. Maar het komt ook voor dat dit contact eerst ontstaat of erkend wordt enkele dagen na de dood.

In de meeste gevallen ziet men niet de persoon zoals deze werkelijk was, maar zoals men zich deze voorstelt. Wel komen vaak symbolen voor: iemand die verdrinkt of verdronk, toont zich bv. in natte kleding. In dergelijke gevallen moet worden aangenomen dat het signaal deze gegevens bevatte, maar dat geen sprake is van een werkelijkheidsbeeld, maar het opbouwen van een voorstelling aan de hand van het ontvangen signaal in de persoon zelf. Slechts bij zeer gevoelige paranormaal begaafden kan het werkelijkheidsbeeld, zoals dit uitgezonden wordt, ontvangen worden. Zelfs dan klopt het maar zelden met alle feiten zoals men die op aarde constateert.

Droomsequenties die met dergelijke contacten verbonden zijn, komen gemeenlijk voort uit associaties in de ontvanger.

Opvallend is dat de leek dergelijke ‘verschijningen’ in zijn droom altijd weer probeert te verklaren. Zoals men in vele prikkeldromen probeert het prikkelbeeld redelijk te verklaren en zo een droom opbouwt die uitgaat van het signaal en vervolgens een aantal scènes opbouwt die tot dit beeld kunnen voeren. Nogmaals: de feitelijke prikkel staat aan het begin van de droom, waarin zij schijnbaar het einde vormt. Alles wat in de droom eraan voorafgaat, is in feite een poging tot rati0naliseren van dit beeld.

Gezien de vele bekende gevallen kan men stellen: wanneer u onder stress denkt aan iemand, die ook maar enigszins gevoelig is of in die periode sluimert, zo is de kans 4 tegen 5 dat u die ander bereikt en dat deze aan u gaat denken. Wilt u echter een boodschap overbrengen, dan blijkt dat dit alleen mogelijk is wanneer de ontvanger zelf een mate van telepathische aanleg vertoont. Deze kans is 1 tegen 150.

Bij ontvangst wordt de boodschap nog steeds vertaald in de eigen termen van de ontvanger en nog steeds blijft de kans groot dat in de rationalisatie de werkelijke bedoeling teloor gaat. De kans dat men zich van hetgeen er gebeurde werkelijk geheel bewust is, ligt 1 op 30.000.

  • Ik heb mij laten vertellen dat het voedsel dat je hebt gegeten invloed heeft op je dromen. Wanneer je bv. vlees hebt gegeten, zul je de doodsstrijd en angst van het dier dat je gegeten hebt opnemen uit de aura van het vlees en dien ten gevolge …

Indien u dit zo stelt, moet u beseffen dat dit niet werkelijk mogelijk is. Anders zou het grootste deel van de mensheid steeds weer nachtmerries moeten hebben. Dit terwijl nachtmerries voor de moderne mens eerder waakbewust dan in de slaap schijnen te bestaan.

Het gestelde is dus niet bepaald zuiver. Wel kunt u stellen: door de voeding die ik opneem breng ik – middels spijsvertering en omzetting in het lichaam – bepaalde stoffen in mijn lichaam in omloop die ook invloed kunnen hebben op het evenwicht van de interne secreties. Zij kunnen je dan stimuleren, afremmen, gevoelens van lust of onlust veroorzaken die mede bepalend kunnen zijn voor je dromen.

Maar met ‘de aura van het vlees’ heeft dit niets te maken. U kunt trouwens van mij wel aannemen dat de vleesvoeding die u pleegt te gebruiken ‘bestorven’ is. En dit betekent dat er geen aura meer aanwezig is en de cellen feitelijk dood zijn.

Maar matig eten is wel belangrijk. Er zijn mensen die dol zijn op oesters, maar voor het nuttigen daarvan steeds weer moeten betalen met nachtmerries. Dat ligt dan echter minder aan de aura van die oesters dan aan de spijsvertering van de betrokkenen.

  • U spreekt over angsten bij uittredingen. Maar deze kunnen toch ook zeer aangenaam zijn?

En dan is er natuurlijk geen bezwaar tegen. Maar het zou voor kunnen komen dat het verkeerd gaat. En wanneer u in angst wegvlucht voor spookgestalten zonder te weten waarheen, zo verwijdert u ook een deel van uw bewustzijn van uw lichamelijke structuur, maar geeft u aan het lichaam wel uw ervaringen door.

Hierdoor kunnen storingen in het bewustzijn ontstaan, maar zelfs aanleiding worden tot schade aan het lichaam. Want sommige intense emoties en belevingen worden door het lichaam nogal eens vertaald in dan psychisch veroorzaakte traumata.

Dus wanneer u een klap op het hoofd krijgt tijdens de uittreding, is het gevaar niet denkbeeldig dat u die nog hebt wanneer u wakker wordt, ook al heeft uw lichaam de slag nooit werkelijk ontvangen. Daarom is het beter in alle angstgevallen je onmiddellijk te realiseren dat het niet echt is, want dat je immers ligt te slapen. Want wanneer je wakker wordt met een wondteken of buil, heb je heel wat moeilijkheden wanneer je het ontstaan daarvan aan je vrouw moet verklaren.

Denk reëel. Er zijn vele prettige uittredingen. Maar uittredingen waarin gevaar schuilt, komen 1 op de 3 voor. Enige voorzorg is dus zeker niet weg. Waarbij wij een uitzondering kunnen maken voor hen die in het uittreden geheel getraind zijn. Vandaar mijn nadrukkelijke raad.

Om het eenvoudiger te maken: je kunt natuurlijk gewoon de straat oversteken, ook wanneer die druk is. Het zal 100 keren goed gaan. Wanneer iemand u de raad geeft om toch maar eerst eens naar rechts en daarna naar links te kijken, bedoelt hij niet dat u altijd gevaar loopt een ongeluk te krijgen, maar probeert u iets bij te brengen waardoor het voor u altijd wel goed zal gaan.

  • Komt het voor dat je niet meer in je lichaam terug kunt komen?

Het gebeurt wel eens, maar zeker niet vaak. Iets anders komt helaas vaker voor: dat het bewustzijn na een slechte uittreding zozeer betrokken blijft bij het geestelijk beleefde dat een groter deel van de mogelijkheid menselijk nuchter op de werkelijkheid te reageren teloor gaat. Dit voert dan tot een schizoïde gedrag dat te wijten is aan geestelijke discrepanties en niet aan een lichamelijk ziektebeeld.

Tussen dromen en uittredingen is heus een aanmerkelijk verschil. Ik hoop u niet alleen enkele feiten gegeven te hebben, maar ook redenen tot nadenken, al is het maar over uw eigen dromen en de verhalen die anderen oven hun uittredingen houden.

Bovendien weet u nu iets over de waarschijnlijke betekenis van die dromen waar u zich zo moeilijk van los kunt maken. Wanneer u daarnaast ook nog leert hoe u door u juist en bewust steeds weer te concentreren, zowel geestelijk als stoffelijk, bepaalde voordelen kunt verwerven, dan heb ik u menige voor u bruikbare tips mogen geven. En indien u dit alles al wist, is het niet kwaad dat het u weer eens goed in herinnering werd gebracht. Want juist deze dingen vergeten de mensen gemeenlijk helaas te snel.

Wat mij betreft, het was een aangenaam discours, waarvoor ik u dankbaar ben en hoop u niet te zeer verveeld te hebben. Ik wens u allen een  goede en verder nog gezegende avond toe.

image_pdf