De wijsheid in de wereld

image_pdf

Als wij ons bezighouden met de wijsheid in deze wereld, dan worden wij geconfronteerd met een groot aantal uitspraken, die vaak op kreten lijken. Elk daarvan heeft toch wel een bepaalde relatie èn met de geest èn met de kosmos èn met het menselijk bestaan. De manier waarop je die dingen uitdrukt is altijd een kwestie van de tijd waarin je leeft. Er zijn een groot aantal citaten die ik u kan voorleggen, die elk op zich duidelijk maken wat wijsheid in feite kan zijn.

“Een mens is in uw ogen altijd dat wat u zelf bent, want wat de ander is beseft u niet.”

Heel duidelijk en kort. Maar dan kun je ook een stap verdergaan en dat doet een wat oudere wijsgeer, die zegt:

“Eerst indien ik de ander aanvaard met alles wat hij is en doet, zal ik kunnen begrijpen wat hij betekent. In de bete­kenis die ik heb voor mijn medemens en die een medemens heeft voor mij, kan ik de werkelijkheid vinden van het bestaan.”

Dat gaat al een beetje de geestelijke kant uit. Dan zijn er ook die zeggen: Denk erom dat je het op de juiste manier doet. Ik citeer:

“Het is een dwaas, die te voet gaat waar hij kan rijden. Maar het is een nog grotere dwaas, die wil rijden ten koste van een ander terwijl hij zelf in staat is te lopen”

Al die wijsheden zijn de uitdrukking van een menselijke relatie. Als ik de wijsheid in dit opzicht beschouw, zou de uitdrukking voor uw wereld in mijn taal ongeveer als volgt luiden:

Als u begint een medemens te aanvaarden zoals hij is en zoals hij zichzelf ziet, dan betekent dat nog niet dat daarmee de betekenis voor u verandert. Het betekent echter wel dat u begrijpt wat de ander is, wil en doet. U komt geestelijk in harmonie met die persoon en daardoor worden vele stoffelijke zaken onbelangrijk, die eens belangrijk schenen, terwijl u bovendien juister kunt reageren t.a.v. die ander, maar ook in samenwerking met die ander op de gehele stoffelijke wereld zoals die rond u bestaat.

Ik meen dat dat inderdaad wel wijsheid is, omdat in het menselijk bestaan en vooral op uw wereld toch altijd ook rekening moet worden ge­houden met de feiten. Het is gemakkelijk genoeg te spreken over de enge­len Gods die ons zullen helpen als we niet meer verder kunnen. Maar dat betekent nog niet dat we het moeras in kunnen lopen, want we zijn al verdronken voordat een engel zover is dat hij denkt ik moet gaan hijsen. En ook dat is wijsheid.

Je moet de relaties zien, de samenhangen. Je moet met beide benen op de grond staan, maar geestelijk dan toch wel zover groeien dat je be­sef tot in de hemel reikt.

Een wat andere benadering is de relatie mens-geest en ook daar­voor zijn er een aantal citaten te geven.

“Wat voor de één een engel is, is voor de ander een duivel. Want niet de geest bepaalt wat ze voor ons is, maar wij bepalen hoe wij de geest beleven.”

Dit is een heel mooie. De meeste mensen maken van engelen duivelen en omgekeerd.

“Als God overal is en alles beseft wat wij zijn en doen, is het dwaas geheimen te hebben “

Indien iets voor de hoogste kracht niet verborgen kan worden, dan is het dwaas het te verbergen voor lagere krachten, want je kunt toch aan de consequenties niet ontkomen. Dat zit er echt in.

“Als je zoekt naar de toekomst moet je leven in het heden.”

Deze uitspraak is ook zuiver geestelijk, want als wij bezig zijn met ‘mor­gen’ is vandaag niet belangrijk en dan vergeten wij veel dingen. Maar als wij begrijpen dat alles wat ooit zal zijn voor ons vandaag bestaat, dan zal het geheel van onze geestelijke persoonlijkheid in de acties en in het besef van het heden de gehele toekomst laten meewerken en rede tot ontwikkeling brengen.

Over tijd bestaan ook een aantal citaten die aanduiden dat sommi­ge mensen zijn doorgedrongen tot het wezen ervan. Wat zegt u van dit ci­taat?

“De tijd is onze methode om de oneindigheid te meten waarin alles gelijktijdig bestaat.”

De essentie van de tijd is dus een meten. We overzien het geheel niet en daarom meten wij het geheel. Een ander zegt:

“Eeuwigheid kan slechts bestaan in mijzelf en elk moment dat ik mij volledig besef is eeuwigheid.”

Ook dat is heel begrijpelijk, want als ik mij in tijdsduur wil meten, dan moet er ergens een ogenblik zijn dat zegt: Dat heb ik al eens gehad. Hier ben ik weer terug bij het begin. Maar als ik besef dat het overzien der dingen belangrijk is, dan is elk ogenblik dat ik volledig besef wat ik ben, ook een ogenblik dat ik meester ben over de tijd en alles over­zie wat daarin is.

“De dwaas ketent zichzelf aan de klok en danst de dans der uren. De wijze ketent zich aan de waarheid en ontsnapt aan krach­ten die hem voortdrijven ondanks hetgeen hij is.”

Als je je laat binden aan de zaken, die eigenlijk niet van belang zijn, dan zul je jezelf nooit helemaal kunnen openbaren. Een wijze echter kan alleen worden bepaald door wat hij is, door zijn eigen noden, zijn eigen werkelijkheid en zijn eigen behoeften.

Ik meen dat ook dit een citaat is dat de moeite waard is. Een zeer vorstelijk citaat uit de oudheid houdt zich bezig met de wereld van het bovennatuurlijke. Daarin wordt letterlijk gesteld:

“Indien ik de goden boven mij stel, zo zijn zij mijn meesters. Indien ik hen besef als mijn gelijken, zijn ze de krachten waarmee ik werk. En indien ik hen besef als datgene wat nog niet de uiting vond, die ik reeds in vele levens heb doorgemaakt, zo zijn ze mijn gehoorzame dienaren, die het mij mogelijk maken op te gaan tot de hoogste bereiking.”

De gradatie is aardig. De manier waarop ik zelf tegenover de kosmos sta, is bepalend voor de wijze waarop de kosmos mij beheerst, voor mij toeganke­lijk is of eigenlijk door mij als een soort ondergeschikte schepper kan wor­den gemoduleerd.

“Indra karnde de wereldzee en wij zeggen dat het wereldgif is verdwenen. Maar wij brengen het zelf voortdurend voort.”

In de schepping wordt het leven op een gegeven moment mogelijk doordat het gif verdwijnt. Maar als dat gif verdwijnt, bestaat het nog in ons, want wij zijn deel ook van de chaos, van de oerkracht. Eerst als wij de chaos in onszelf overwinnen, verdwijnt het gif voor ons werkelijk. Een andere, nogal cynische Duitse denker zei eens:

“De grootste ziekte die de mensheid kent, is de mens.”

Is dat niet waar? Zijn wij, juist omdat wij mens willen zijn op een bepaalde manier, niet degenen die het onmogelijk maken dat de mensheid als een hoogbewuste eenheid functioneert? Er zit veel in.

Met deze citaten heb ik wel aangetoond dat er wijsheid op de we­reld is. Maar alle wijsheid op de wereld gaat kennelijk uit van het door­schouwen van de uiterlijkheden. Misschien kun je zeggen: De wijsheid op de wereld ontstaat op het ogenblik dat men begrijpt dat uiterlijkheden de begrenzing van het wezen vormen en niet de bepaling ervan zijn. Dat is een wijsheid van mij, die ik ook heel mooi vind.

Alle krachten, alle werkingen kunnen ons natuurlijk voortstuwen. Ik citeer nu een geestelijke meester, die ik zelf zeer apprecieer.

“Wanneer een schip niet de zeilen hijst, hoe zal de wind het voortbewegen?”

Met andere woorden: het is de manier waarop wij onszelf stellen tegen­over de krachten die er zijn waardoor wij worden gedreven. Wij zijn hele­maal niet zo het slachtoffer van alles wat er rond ons is. We worden niet in een richting gestuurd, zoals we denken. Als wij het goed doorzien, wordt ineens duidelijk dat we worden gedreven, omdat wijzelf op de een of andere manier het bestaande opvangen in ons wezen en daaraan zo’n grote betekenis geven dat we niet bereid zijn het in ons te laten vallen. Als wij die dingen in ons laten vallen, dan komen we tot de wer­kelijke wijsheid en zeggen we: Ik kan mij laten stuwen door de gemeenschap en door de kosmos, door de stromingen die van alle kanten komen, maar alleen indien het voor mij belangrijk is. Doe ik afstand van hetgeen ze representeren, dan kunnen ze mij niet meer bewegen, dan ben ik vrij in mijn eigen bewegingen, dan kan ik zelf mijn weg kiezen. Ik geloof dat dit de juiste omschrijving is van alles wat je op aarde kunt bereiken.

Als je de zaken doorziet, moet je nog altijd een keuze doen. In andere termen gezegd: Er zijn mensen die trouwen en denken dat ze de ideale partner hebben gevonden; en dan komen ze later tot de conclusie dat het ideaal aan alle kanten beschadigd is. Dan zeggen ze: En toch is dit voor mij belangrijk. Maar dan moet je al het andere erbij aanvaarden.

Als je de feiten ziet, moet je ze aanvaarden zoals ze zijn. Dat is wijsheid. Maar als je illusies hebt en je kunt er doorheen zien, dan kun je reageren op de feiten, dan kun je er rekening mee houden. Dat is geestelijk evengoed als stoffelijk.

Als u zegt: Ik wil uittreden, dan vind ik dat best. Maar als u bent uitgetreden en de eerste de beste mooie vorm trekt u aan en de eer­ste de beste lelijke vorm stoot u af, dan bent u in feite de speelbal geworden van zekere krachten. Op het astrale vlak kan dat heel snel voorkomen. Maar als u de trillingen opvangt van hetgeen zich in de vorm manifesteert, dan kan de vorm u in de eerste plaats nooit iets doen en in de tweede plaats – en dat is veel belangrijker – kunt u bepalen, of u contact wilt opnemen of niet en welke vorm dat contact aanneemt. Dan heeft u ineens veel meer mogelijkheden en gelijktijdig bent u veel min­der gebonden. Maar dan moet u wel even door de uiterlijkheden heen prik­ken.

Wijsheid op deze wereld is geloof ik dat je de essentie van de dingen leert beseffen en dat je ondanks het besef van die essentie ook begrijpt dat je ze niet allemaal kunt verwerpen. Je moet eenvoudig een keuze doen op grond van je eigen harmonie. Ik eindig met dit citaat:

“Daar waar mijn wezen antwoordt op wat er rond mij bestaat, daar is eenheid mogelijk. En daar waar eenheid is, is kracht en besef onvermijdelijk. Maar indien ik mij verbind met datgene wat niet in overeenstemming is met mijn wezen (harmonisch een ander trillingsgetal), zal ik daardoor mijn eigen mogelijkheid verliezen. Een dwaas verliest zijn leven door de aanvaarding van wat niet harmonisch is. De wijze echter, kiezend al datgene wat met zijn wezen overeenstemt en harmonisch is, bereikt reeds op aarde het hoogste besef.”

Dit vind ik een heel mooie uitspraak. Volgens mij is het de grootste wijs­heid die een mens kan bereiken. Zoek in de wereld de harmonieën die voor u bestaan. Probeer daarin te leven en te beleven. Wijs de disharmonieën die er voor u zijn af en als ze toch op u afkomen, onderga ze dan maar heb er geen deel aan. Laat u er niet door beroeren. Word er niet boos, driftig, bedroefd over. Laat u er niet door opwinden. Laat u er niet door ontmoedigen. Ga aan die dingen voorbij, dan vindt u de juiste harmonieën waarin alles moge­lijk is.

Ik meen dat ik hiermede een onderwerpje heb gegeven dat niet te lang van duur was en toch rijk van inhoud.

image_pdf