De zelfgenezingsfactor in de mens

image_pdf

11 juli 1985

Het is een tamelijk omvattend onderwerp. Ik moet dus keuzes doen en beperken. Laten wij eerst zeggen wat het is: In het menselijk lichaam zijn een aantal factoren aanwezig waardoor het lichaam bepaalde ziekten zelf kan bestrijden. Er zijn daarbij bepaalde mentale factoren die eveneens de bestrijding verbeteren.

Dan hebben we ook nog te maken met geestelijke factoren die genezingsprocessen kunnen versnellen. Als wij dus spreken over de zelfgenezingsfactor, dan hebben wij het in feite over een combinatie van deze drie mogelijkheden en de wijze waarop deze in het menselijk lichaam kunnen werken, daarnaast ook de wijze waarop geestelijke waarden daarbij een rol kunnen spelen. Dit laatste omdat wij het ook graag van onze kant uit bekijken. Het menselijk organisme is opgebouwd uit cellen. Al deze cellen hebben een eigen plaats. Als die plaats groter wordt komen ze tot deling. Dat wil zeggen een verdubbeling van de celkern en daarna een splitsing daarvan in twee cellen, die dan wederom gelijke functies en gelijke mogelijkheden hebben als de oorspronkelijke cel.

Deze methode van werken zorgt ervoor dat uw lichaam ongeveer na 7 jaar (het kan iets meer, het kan iets minder zijn) in feite wordt vernieuwd. Een aantal organen doen daar niet volledig aan mee. Dat zijn o.a., nieren, lever en milt, Daarnaast zijn er bepaalde cellen die zich ook niet zo gemakkelijk vernieuwen, die dat in een trager tempo doen. Deze vinden wij o.a. in de longen. Wanneer er een vervuiling van de cellen optreedt omdat de voeding op welke wijze dan ook en de oxygenatie onvoldoende zijn, dan vertraagt het delingstempo zich. Wij noemen dit verouderingsverschijnselen. In de praktijk zou iemand door deze voortdurende vernieuwing eigenlijk altijd kunnen blijven functioneren. De vraag is alleen: op welk ogenblik treden er factoren op die dat tegenhouden. Dan blijkt, dat het denken bij de veroudering vaak een beetje pessimistisch wordt en daardoor weer een verdere vernieuwing afremt.

Als u nu wat ouder bent en u heeft weinig interesses of u windt zich ontzettend op over allerlei zaken, dan heeft u daarmee in feite die veroudering in de hand gewerkt. Want wat gebeurt er? Door uw denken geeft u een bepaald patroon door aan uw zenuwstelsel, daarnaast aan de levenskrachtcirculatie. Ik weet dat dit wetenschappelijk niet algemeen aanvaard is. Er zijn in het lichaam twee levenskrachtcirculaties die elkaar bovendien nog moeten aanvullen en in balans houden: het betekent, dat het lichaam daardoor minder goed kan reageren. De prikkels van het zenuwstelsel zijn tegengesteld aan de optimale instandhouding. De levens­kracht is onevenwichtig en daardoor kan er niet op gelijkmatige wijze levensenergie aan de celweefsels worden afgestaan. Dan zou men daartegenover kunnen stellen: Als een mens optimistisch is en een beetje bij de tijd is, altijd bezig is, dan zal de veroudering lang zo snel niet plaatsvinden. Integendeel, ze kan worden afgeremd. Heeft zo iemand dan ook nog een zeer grote innerlijke sereniteit dan kan de veroudering zelfs voor onbepaalde tijd worden stopgezet.

De zelfinstandhoudingsfactor blijkt hier te bestaan uit de functie van de verschillende organen in evenwichtigheid, de wijze waarop de vernieuwing van de spierweefsels plaatsvindt. Het blijkt echter ook dat zeer beslissende factoren daarbij komen uit het mentale beeld dat men heeft van zichzelf en dat daarnaast de levensstromen een grote rol spelen.

Wilt u nu aan zelfgenezing doen, dan zijn er een paar factoren waarover u zelf enige zeggenschap heeft. In theorie zou ik u kunnen aanraden: mediteren, absolute evenwichtigheid, als het even kan, in de frisse lucht onder een boom of ergens waar de zuurstofrijkheid van de lucht groot is. Dan zult u daardoor gemakkelijker genezen. Dat is vol­ledig waar. Het is helaas zoals de politici zeggen, maar zelden haal­baar. Maar wij kunnen wel iets anders doen.

In de 1e plaats: wij moeten elke dag met onze problemen afrekenen. Wij hebben fouten gemaakt, goed. Laten wij ze constateren: weten dat ze gemaakt zijn. Daarmee zijn ze afgehandeld, de volgende keer weten we be­ter. Er zijn problemen op ons afgekomen. Wij hebben misschien conflicten, goed. Laten wij ze verwerken en zeggen: Dat is mijn standpunt, basta. Ik denk er niet meer over na. Door op deze manier te werk te gaan ver­groten wij eigenlijk onze innerlijke rust en maken wij het mogelijk om zelfs in de slaap weer positief te gaan reageren.

In de 2e plaats: Denk nooit het slechtste. Het is een beetje Coué-­achtig als je zegt: Ik voel mij elk ogenblik, elke dag een beetje beter. Soms helpt het. Het is zelfsuggestie. Autohypnose kan het ook nog zijn. Als je jezelf voorhoudt dat je het nog zo slecht niet maakt, dat je net iets meer kunt en bovendien daarbij hulpmiddelen vermijdt, als dat even mogelijk is tenminste, dan ben je al een hele stap verder. Ik zal een voorbeeld geven om het te illustreren:

Sommige mensen hebben ogen die zich heel moeilijk aanpassen: die zijn gefixeerd op een bepaalde brandpuntafstand. Als je die ogen een bril geeft dan blijven ze zo. Als je ze twee brillen geeft dan, blijven ze nog eens extra zo. Als je dus van deze kwaal, want dat is het eigen­lijk, af wilt komen, dan zul je moeten proberen om elke dag een tijdlang je blik te richten op verschillende afstanden en een bepaald punt te fixeren. Hierdoor wen je de ogen aan die aanpassing. Als je nu tegen jezelf zegt dat het toch niet gaat, dan gaat het niet. Je moet er ook niet onmiddellijk wonderen van verwachten, want die kun je toch niet tot stand brengen. Maar als je dit doet, dan zal het oog beter reageren. Ik garandeer u dat, als u een brildrager bent (bijziende glazen – 5) dat u dan gemakkelijk kunt teruggaan tot -2, -3 zodat u inderdaad veel minder correctie noodzakelijk vindt.

Een ander punt daarbij is: heel veel mensen hebben gevoelige ogen. Zij dragen dan vaak, ook als het niet nodig is, een donkere bril. Hierdoor wordt de lichtimpuls voor het oog verminderd. Het betekent dat het oog daardoor gevoeliger wordt en steeds minder gaat reageren. Ook de aanpassing van de pupil vindt veel trager plaats. Men zou dus moeten zeggen: als u al gevoelige ogen heeft, dan kunt u misschien een bril dragen met zich aanpassende glazen, maar nooit permanent een donkere bril. Die moet u elke keer kunnen afzetten. U moet ook eens proberen of u dan toch niet een beetje zonlicht kunt verdragen. Als u ogen heeft die erg gevoelig zijn en uw oogarts zegt: “U moet een donkere bril dragen”, dan gaat u natuurlijk niet meteen in het felle licht van de zon staan, maar dan kijkt u vanuit de schaduw naar de verlichte plaatsen in de omgeving. Op deze manier kunt u heel veel bereiken mits u zelf gelooft dat het zin heeft. En hier komen wij op een heel belangrijk punt.

Een mens moet geloven. Hij moet een innerlijke zekerheid scheppen die niet door redelijke feiten zonder meer wordt onderstreept. Een soort schijntoestand gezien vanuit de concrete wetenschappelijk benaderde wereld. Hierdoor mobiliseert hij namelijk zijn mogelijkheden. Hij brengt dus alle mogelijkheden die hij bezit in het spel. Houdt hij zich aan datgene wat redelijk is, dan blijven vele van die mogelijkheden eenvoudig onderdrukt, die worden niet gebruikt. En wat krijg je als je een spier niet gebruikt? Dan krijg je spieratrofie, d.w.z. die spier wordt kleiner, smaller, slapper, minder bruikbaar. Dan kun je wel zeggen: Ik kan op dat been niet zo goed lopen, dus gebruik ik die spier zo weinig mogelijk, maar dan kan die spier steeds minder werken. Probeer je iets meer te doen dan je denkt te kunnen, dan zul je ontdekken dat die spier zich meer ontwikkelt, dat ze dus beter zal kunnen werken. Dat is iets wat met de zelfgenezingsfactor heel erg belangrijk is. Je moet de wil hebben om elke keer weer tot de grens van je mogelijkheden te gaan. Je moet nooit verder gaan dan de grens. Als je werkelijk pijn begint te krijgen die hinderlijk is, neem even rust. Als je ogen door de wisseling van licht en duister gaan tranen en pijnlijk worden, trek je terug in een schemerachtig vertrek of zet desnoods uw zonnebril op, totdat de zaak tot rust is gekomen en begin dan opnieuw.

Ook geestelijk zijn er natuurlijk een aantal factoren van belang bij de zelfgenezing. Elke mens heeft een zekere reserve aan geestelijke krachten. Deze zijn stoffelijk niet bewijsbaar, maar ze bestaan wel degelijk. Deze geestelijke krachten zullen beter tot uiting komen in uw persoon naarmate u innerlijk rustiger bent en niet een bepaalde voorstelling van uzelf steeds op de voorgrond zet. Dit betekent dat u niet moet beginnen met te vertellen: ik ben nu eenmaal zo, ik kan niet anders. U moet zeggen: ik ben zo, ik probeer het beter te doen of beter te maken. Op het ogenblik dat u zo reageert, zal een groot gedeelte van die geestelijke energie ook naar uw lichaam kunnen stromen.

Wij zouden dat helderziend kunnen constateren aan een oplichten van de aura en het iets groter worden van de totale uitstralingscirkel. Wij zouden het ook kunnen merken, als we de levenskrachtstromen zouden kunnen meten. Die levenskrachtstromen blijken veel meer op te nemen maar gelijktijdig geestelijk gezien zo te worden gevoed dat ze zoveel mogelijk in evenwicht komen. Onevenwichtigheid in de levensstromen kan door de geestesenergie worden hersteld. Dan kom je tot allerlei mogelijkheden die je normaal niet bezit.

Er zijn een aantal kwalen (u weet dat zelf wel) die samenhangen met bv. een aantasting van de kleine hersenen. Dan krijg je onbeheerstheid van spieren, verval van andere faculteitenverstoring van evenwichten en wat dies meer zij. Nu zeg ik niet dat je die ziekten (ik denk aan Parkinson e.d.) zonder meer ongedaan kunt maken. Dat is onzin. Maar je kunt wel de zaak positief benaderen. Je kunt tegen jezelf zeggen: ik wil, al kan het schijnbaar niet meer, dit toch proberen. En innerlijk zeggen: Ik ben toch een totale persoonlijkheid, dan moet ik dit de baas kunnen. Hierdoor vergroot je je mogelijkheid om het ziekteverloop en het daarmee gepaard gaande verval aan beheersing en andere mogelijkheden voor een groot gedeelte teniet doen. Je kunt soms zelfs een stuk teruggaan op de weg.

Een algehele genezing zou theoretisch mogelijk zijn en zou dan na 7 tot 9 jaar kunnen geschieden. Maar dit is theorie. In de praktijk kun je zeggen: je kunt in ongeveer 3 jaar een stopzetten van het verval bereiken door regelmatig op deze wijze te oefenen. Ik heb het nu over Parkinson. Je zou daarbij zelfs kunnen bereiken dat het gebruik van je mogelijkheden weer beter wordt. Doordat je namelijk probeert om normaal te functioneren en gelijktijdig innerlijk de wil en de rust hebt, is het mogelijk dat andere delen (niet aangetaste delen van het zenuwstelsel of het hersenweefsel) bepaalde taken gaan overnemen. We krijgen dan een betere evenwichtsbeheersing. We zien dat de spierbeheersing iets toeneemt. We merken dat we wat gemakkelijker kunnen lopen: dat we toch iets meer kunnen vastgrijpen en vasthouden dan we dachten. Op die manier krijg je dan ook uiterlijk tekenen waaruit je weer hoop kunt putten en daardoor misschien ook een verdere verbetering bereiken.

Wij moeten een ding goed begrijpen: iets dat niet is, kan niet worden genezen. De zelfgenezingsfactor gaat niet zo ver dat wanneer uw blindedarm wordt verwijderd en u hem toch nodig zult hebben, u dan als een hagedis eenvoudig op het punt waar die is afgeschroeid, een nieuwe blindedarm laat ontstaan, of wat dat betreft een vinger, een teen, een hand etc. Er is wel een andere mogelijkheid, maar die vergt een geestelijke vaardigheid die de meeste mensen niet hebben. Laat mij een heel eenvoudig voorbeeld geven dat in de praktijk, voor zover ik weet, nog niet is toegepast behalve in India en daar slechts in zeer weinige gevallen. Als een gewricht absoluut naar de maan is (een kniegewricht bv.) dan kun je operatief een klein stukje uit het gezonde gewricht nemen van de andere knie. Je brengt dit dan in, in de zieke, de vernielde knie. Door een voortdurende concentratie is het nu mogelijk om de celdeling van dat kleine stukje zodanig te versnellen dat meestal na enkele maanden nieuw weefsel is ontstaan en het normaal functioneren van het kniegewricht weer mogelijk maakt. Ik heb de knie genomen omdat ik weet dat in Bhutan iemand daarmee resultaten heeft gehad. Degene die hem dat heeft geleerd, was een yogi, een brahmaan uit India.

Je kunt dus wonderen doen, schijnbare wonderen. Maar je hebt altijd een voorbeeld nodig. Het voorbeeld van een cel vindt u in uw eigen lichaam. Het aantal cellen loopt in vele miljoenen. Als u een spier bekijkt en u gaat tellen wat de bevolkingsdichtheid aan cellen daarvan is, dan komt u bij sommige spieren heel dicht in de buurt van het inwonersaantal van Den Haag of zelfs daarboven. Als een cel gezond is (het behoeft er maar één te zijn en dan mag de rest nog aangetast zijn) en wij kunnen die cel ertoe brengen zich in versneld tempo te delen en gelijktijdig het lichaam ertoe brengen de afbraak van niet‑deugdelijke cellen te versnellen, dan groeit er een gezonde kern die steeds groter wordt totdat ze tenslotte het gehele spierweefsel weer herstelt. Dit is denkbaar.

Als de geest probeert te helpen, dan doet ze dat natuurlijk op een andere manier. De geest zal over het algemeen u niet helpen zonder dat u daar zelf bij betrokken bent. Het beeld van de geest die opereert is altijd ‑ zelfs als er feitelijk kracht wordt gegeven ‑ hoofdzakelijk ook een aansporing voor u om in het geloof aan een werkzame kracht ook uw eigen krachten juist te activeren. Er zijn heel veel mensen die zeggen: maar kunnen wij onszelf dan niet genezen door middelen te gebruiken. Nu, de meeste middelen zijn over het algemeen uit den boze en zeker als het gaat om chemotherapie, moet u er zelfs niet aan beginnen. Dat is absoluut verkeerd, en wel omdat u niet in staat bent te beoordelen wat deze chemicaliën als nevenwerking hebben. Dat kan zelfs de medische wetenschap maar beperkt, laat staan dat de leek dat kan. U kunt echter in uw voeding allerlei dingen gaan verbeteren. Als u vers brood eet dan is daarin het gistelement nog aanwezig. Er zit nogal wat lucht in, het is allemaal wat kleffig, er zit ook teveel vloeistof in. Dan krijgt u dus als vanzelf wat moeilijkheden in de spijsvertering. Er worden minder stoffen losgemaakt waardoor de feitelijke voedingswaarde lager is dan van datzelfde brood als het 1 á 2 dagen oud is.

Dan kies je natuurlijk voor een brood dat je de dingen geeft die je nodig hebt. Dus je kiest bij voorkeur brood dat volledig uitgewasemd is (oud zegt u dan), dat wat zemelen bevat, het hoeft niet teveel te zijn, en dat in ieder geval de producten van een volle korrel heeft, dus inclusief vlies. Hierdoor krijgt u een voeding die aanmerkelijk vollediger is. Bij vleesvoeding moet u zich eerst afvragen. Heb ik dat vlees nodig. Wilt u vlees eten, houdt u bij die dingen die werkelijk vlees zijn. Heel veel van de moderne broodbeleggingen bestaan voor een groot gedeelte uit allerlei meelsoorten, zoals aardappelmeel, veel vet en veel kruiden. Dat is niet zo gezond. Ik zeg niet, dat u eens een keer geen rookworstje mag eten maar maak die dingen niet tot een regelmatig deel van uw dieet. U zult merken dat u daarmee vetweefsels aankweekt en gelijktijdig dat u uw eigen gevoeligheid voor bepaalde spierkwalen aanmerkelijk vergroot.

Als u groenten eet, eet ze vers. Wees niet bang voor rauwkost. Kook uw groenten nooit te lang. Zorg dat al uw groenten (er wordt nogal veel bespoten) goed gewassen zijn. Dit is erg belangrijk. Vruchten idem dito. Kijk wat u voor kwalen heeft. Als u bv. bepaalde zwakheden heeft in de maag of de nieren, dan is het verstandiger om frambozen, aardbeien en dat soort fruit te vermijden. Het is ook verstandig om niet al teveel citrusfruit gelijktijdig te nuttigen, wel in kleine hoeveelheden.

De zelfgenezingsfactor vraagt bouwstoffen. Die bouwstoffen moeten eerst in het lichaam aanwezig zijn. Als u zorgt voor een voeding waarin zoveel mogelijk alle bouwstoffen (inclusief de verschillende mineralen die u nodig heeft en alle stoffen die vitaminen worden genoemd) in redelijke verhoudingen aanwezig zijn, dan krijgt u optimale mogelijkheden om weefselvernieuwing en zelfs orgaanverbetering en soms vernieuwing tot stand te brengen.

Daarmee heb ik oen aantal factoren genoemd die samen altijd belangrijk zijn. Alleen een gezond dieet maakt u niet beter. Als u gaat trimmen en u denkt, dat het trimmen alleen het doet dan moet u wel begrijpen dat u niet naar de lichamelijke gezondheid streeft maar waarschijnlijk in de richting van een hartcollaps, als u overdrijft.

U heeft beweging nodig. Zorg dat dat gezonde beweging is. Zorg dat alle bewegingen die u maakt (ook de dames in het huishouden) in overeenstemming geschieden met uw gewrichten en uw spierweefsels. U maakt daardoor het voor het lichaam gemakkelijker om zichzelf te herstellen. En als u de juiste mentaliteit niet heeft, dan kunt u verder doen wat u wilt met gezonde voeding, met allerlei lichaamsoefeningen en al wat er bij komt, u bereikt niets. Wat u dan alleen bereikt is een verschuiving van kwalen en daar heeft u ook weinig aan. Uw mentale beeld (ik zeg u, u heeft een geloof nodig) moet altijd gebaseerd zijn op het feit: het kan beter. De wil moet gericht zijn op: ik zal het beter doen. Daarnaast moet u zich realiseren dat u uit de omgeving altijd energie kunt ontvangen. U krijgt deze dan grotendeels toch van uw geestelijke voertuigen, maar daarbij kan het lichaam ook lading aan de lucht onttrekken.

Zuivere ozon is giftig voor de mens, niet goed voor het organisme maar een beetje ozon kan erg goed zijn omdat daarin positief geladen deeltjes zitten die men gemakkelijk kan opnemen en aanpassen in het lichaam. Dat betekent, dat de bio-elektrische ladingen aanmerkelijk sterker worden, dat daardoor bv. de dwarsgestreepte spieren waaronder de hartspieren aanmerkelijk beter kunnen functioneren. Als u weet dat u een gebrek heeft, stel u dan voor hoe het zou zijn, als u het niet zou hebben. Alleen de voorstelling die u koestert, helpt uw lichaam al om de genezende krachten zo goed mogelijk in te zetten.

Nu ik deze factoren heb genoemd, nog een paar andere punten en dan gaan we deze inleiding besluiten.

U heeft misschien wel eens opgemerkt dat, als u een kwetsuur heeft, er over het algemeen een sterke toevloed is van bloed, bloedserum vooral (witte bloedlichaampjes): dat a.h.w. het hele organisme bezig is om de zaak in orde te maken. Zelfs als u een muggensteek krijgt dan is de zwelling niet alleen het gevolg van de stof die de mug binnenbrengt om het bloed gemakkelijker te kunnen opzuigen. Neen, het is uw lichaam dat deze vreemde stof wil bestrijden. Dat houdt in dat vreemde lichamen over het algemeen door bacteriofage cellen eenvoudig worden vernietigd. Maar het kan voorkomen dat u een bepaalde ziekte constant heeft. In dat geval zal een verwekker van buiten worden herkend door de bacteriofage cel als behorend tot het lichaam: de vreemde cellen worden niet aangevallen.

Als u zich een beeld maakt van die ziekte, dan kunt u dit proces veranderen. U kunt ervoor zorgen dat deze niet tot het lichaam behorende dingen in de bloedbaan weer worden verwijderd. Dit kan ook dienstig zijn bij bepaalde infectieziekten. Als ze chronisch dreigen te worden, realiseer u wat er fout is en stel voor uzelf dat deze fout moet worden hersteld. U bereikt daarmee vele en goede resultaten. Als u te maken heeft met bloedingen, dan weet u dat er een stolling ontstaat. Die stolling is weer te danken aan bepaalde stoffen die u in uw lichaam heeft. Maar als ze in te grote mate aanwezig zijn, dan wordt uw bloed stroopachtig. Dat wil zeggen dat het ook in de aderen moeilijker doorstroomt, het hart krijgt een zwaardere belasting te verduren en ook de druk op zwakke punten in de aderwand wordt aanmerkelijk groter. Realiseer u, dat alleen door u te concentreren op het dunner worden van uw bloed u een groot, gedeelte van deze bezwaren op den duur uit de weg kunt ruimen. Het is allemaal niet zo moeilijk als het wel lijkt.

Ten laatste dit, er zijn dingen waar je niets aan kunt doen, waar je ook heel weinig aan kunt veranderen. U zou misschien graag groter of kleiner zijn, slanker of gezetter dan u bent. Voor zover dit met uw lichaamsbouw te maken heeft, kunt u dat heel moeilijk corrigeren. Om het heel eenvoudig te zeggen: Een pyknisch type kan dus wel een elegante beweging aanleren waardoor de geblokte bouw niet zo sterk opvalt, maar hij kan die bouw ook met alle geestelijke middelen en alle suggestie en autohypnose niet veranderen.

Aanvaard de dingen die behoren tot uw persoonlijkheid inclusief zelfs de ouderdom die u heeft. Aanvaard niet de afwijkingen in uw bewegingsmo­gelijkheden, bewegingspatroon, de functies van uw organen e.d.. Richt u niet op het bestrijden van uiterlijkheden, maar probeer altijd het lichaam te activeren door uw wil, door uw denkbeelden en als het even kan door uw ge­loof waarmee u uw eigen geestelijke krachten inschakelt om zich te herstellen tot een optimale toestand gezien de omstandigheden. Wie deze raadgeving opvolgt, zal constateren dat de zelfgenezingsfactor in de mens betrekkelijk groot is, dat ze zelfs in staat is om bepaalde zogenaamde ongeneeslijke kwalen te beheersen of teniet te doen. De zelfgenezingsfactor van de mens, indien ze wordt geleid door bewuste wil óf eventueel soms door een plaatsvervangende suggestie van voldoende intensiteit, gaat zover dat men, óók het binnendringen van vreemde en gevaarlijke stoffen ongedaan kan maken. Het beste voorbeeld: Een yogi is aanwezig, wanneer een kind door een cobra wordt gebeten. De man gaat daar naartoe, praat met het kind tot het bijna in slaap valt en strijkt langs de arm die niet werd afgebonden. Na een ogenblik verschijnen op de arm kleine dauwpareltjes op de plek waar gebeten werd. De yogi waarschuwt dat men deze niet zonder meer mag wegvegen. Hij wacht totdat ze wat groter zijn geworden en nu werkelijk twee druppels schijnen te zijn. Die druppels worden met een buisje heel voorzichtig opgezogen. Degenen die dat zagen, hebben de buisjes bewaard en gekeken wat eruit was gekomen, want dat kind was kerngezond en had geen vergiftigingsverschijnselen. Het bleek, dat het cobragif eenvoudig door de huid naar buiten was gedrongen: het was teruggedrongen. Dit is mogelijk, als men een absolute beheersing heeft over het lichaam. Maar het betekent tevens, dat zelfs in dergelijke gevallen een lichaam fantastisch veel kan presteren. Ik zeg niet, dat u zich even door een slang moet laten bijten om te zien of het gaat. Dat zou tamelijk dwaas zijn.

Er zijn een aantal dingen waarmee u wel kunt oefenen. Als u een splinter heeft die te diep zit zodat u die niet met een pincet kunt verwijderen, dan kunt u zich erop concentreren dat deze naar buiten moet komen. Als u dat een kwartier lang doet, zult u tot uw verbazing constateren dat u die nu wel met een pincet kunt pakken. Het vraagt echter intense concentratie. Ook dit behoort tot de zelfgenezingsfactoren. Het lichaam is in staat naar behoren te reageren op vele oorzaken van ziekte, het zich onprettig gevoelen, verwondingen en wat dies meer zij. Maar dan moet daarachter staan: het bewuste denken, de bewuste wil. En als het even kan de innerlijke evenwichtigheid en de geestelijke rust waaruit je de krachten kunt putten om het lichaam inderdaad ertoe te brengen optimaal te blijven reageren.

image_pdf