Geestelijk ingrijpen in de stof

image_pdf

21 januari 1975

Datgene dat voor de mens kenbaar is, kortom het gebied van zijn wereld zoals hij deze beseft, is betrekkelijk beperkt. Wanneer we een eind hoger gaan, of in enkele gevallen ook wat lager op de trillingsscala, dan komen we bij verschijnselen die wel reëel bestaan, maar die voor de mens niet gemakkelijk constateerbaar zijn. We weten bv. dat bij een bij een bepaalde trillingswaarde een grote reeks verschijnselen plaats vindt, behorende tot onze wereld, welke voor de mens normalerwijze niet te bemerken zijn. Er bestaan echter mogelijkheden om deze verschijnselen en de energieën die daarmee gepaard gaan, dus over te brengen naar een meer kenbare scala en zo te komen in de buurt van datgene dat voor een mens eigenlijk aanvaardbaar is en beleefbaar natuurlijk. Over het algemeen maak je daarbij gebruik van een trap van harmonische, dat wil zeggen, trillingsgetallen die lager liggen maar waarbij je door een soort induceren, stroming kunt verwekken.

Wanneer de geest ingrijpt in de stof, dan kan ze dit alleen doen door het omzetten van een aantal krachten en trillingen van haar eigen gebied, in voor de mens op enigerlei wijze beleefbare of kenbare trillingen. En dat impliceert al dat het ingrijpen van de geest niet altijd zal gelukken. Wat kan de geest doen? Wel, de geest kan proberen om de menselijke mentaliteit op één of andere manier aan te spreken of zelfs te verwarren, Hiervoor is een betrekkelijk eenvoudige methode: de mensen hebben namelijk een gemeenschappelijk bewustzijn, dat bewustzijn is dus een soort schil rond het geheel van de mensheid. Waar mensen zijn, daar is een gezamenlijk denken, te bepalen als een soort sfeertje, een uitstraling. Stel nu dat je deze kunt meten en je kunt daarin een harmonische trilling van je eigen wereld brengen terwijl die trilling, deze kracht dus te manipuleren is, dan kun je bepaalde samenhangen versterken, je kunt andere samenhangen (want dit is een tamelijk omvattend gebied toch nog) kun je verstoren. Je krijgt dan eigenlijk een soort werken met selectieve stoorzenders voornamelijk in het geheel van het menselijk bewustzijn, van de massa. Let wel dat is niet het denken van de eenling. De eenling kan doordenken, maar de beïnvloeding door zijn omgeving op een bepaald terrein, wordt gestoord. Dit betekent over het algemeen, dat de mens meer individueel gaat reageren en denken. Zijn wil blijft dus vrij maar hij wordt meer zichzelf, er zijn minder conditionerende invloeden rond hem. Hierdoor ontstaat een ontwikkelingspatroon dat afwijkt van hetgeen normaal gezien, verwacht zou kunnen worden.

Dan zult u begrijpen dat om een grote massa te beïnvloeden op deze wijze, er een behoorlijke hoeveelheid energie aanwezig moet zijn. In de praktijk kun je het ongeveer als volgt stellen: om vanuit een geestelijke wereld een beïnvloeding tot stand te brengen van het stoffelijk denken van een massa mensen, is een energie nodig die ongeveer de helft bedraagt van de totale gedachte-energie van de aanwezigen. Dat betekent dat voor een grote massa, dus één enkele geest heel weinig kan doen. Dan moeten al een aantal entiteiten werkelijk samenwerken en heel bewust samenwerken, om dan wat te bereiken. Hebben we te maken met één enkele mens dan ligt de zaak vaak toch weer anders Elke mens heeft grondeigenschappen. Die eigenschappen die we vaak aard of karakter noemen, gaan gepaard met een bepaald begeerte- en angstpatroon, terwijl bovendien een instelling tegenover de wereld bereikt is, die ook voor het individu kentekenend bleek te zijn. Wanneer je nu als eenling, een eenling wilt beïnvloeden, dan moet je uitgaan van de grondwaarden die in die persoon aanwezig zijn. Je kunt dus niet zeggen: Ik ga die persoon domineren of veranderen. Wanneer je dat doet, dan tast je niet alleen de vrije wil aan, maar zul je bovendien de eigen ontwikkeling van de persoon in kwestie kunnen schaden. Je doet dat dus eenvoudig niet, tenzij het helemaal niet anders kan, maar daarop kom ik dadelijk nog terug.

In dit geval kan ik die mens bepaalde angsten suggereren die in hem bestaan. Ik versterk daarmee een afkeer, een aversie tegen bepaalde verschijnselen. Hierdoor zal hij deze verschijnselen vermijden en in de meeste gevallen ook proberen te verdringen, wat wil zeggen dat zijn gedachten een andere koers gaan kiezen en zijn bewust denken dat gedeelte waarin die angst geprojecteerd wordt, vermijdt.

Omgekeerd kun je natuurlijk in bepaalde gevallen een begeerteverbinding leggen waarbij bepaalde begrippen van geestelijke of andere geaardheid, geassocieerd worden met de verlangens van die mens of zijn behoefte aan zekerheid. Weer: je gaat uit van hetgeen in de persoon bestaat. Maar door hem met nadruk dit deel van de persoonlijkheid als het ware extra te doen beleven, krijg je een afwijking in zijn gedrag. Daarbij moet worden opgemerkt dat de mens, ongeacht deze invloed, vrijelijk kan blijven nadenken, dat hij zijn handelingen vrijelijk kan blijven bepalen en dat alleen afkeren of voorkeuren worden gecreëerd die echter in het normale bewustzijn van die mens ergens verborgen reeds aanwezig zijn. Ook dit wordt niet beschouwd als een ingrijpen in de vrije wil van de mens en deze manier kun je iemand bij voorbeeld er toe brengen om zijn mond voorbij te praten. Nu zult u zeggen, ja maar dat kan gevolgen hebben. Inderdaad! Maar die gevolgen die zijn niet door de geest vastgelegd. Die gevolgen zijn alleen een openbaring van denken of misschien zelfs feitenkennis op een wijze die anders niet zou geschieden. We kunnen iemand er nooit toe brengen als in hem niet de behoefte is om dit ergens naar buiten te brengen en er dus al een spanning is opgebouwd. We menen dan ook dat wij maar zeer beperkt verantwoordelijk kunnen zijn voor de gevolgen die daaruit voortvloeien.

Dan moeten we eens een keer gaan kijken wat je als geest verder nog kan doen. Als geest kun je natuurlijk gaan spoken. Nu is spoken over het algemeen niet leuk. Het betekent het veroorzaken van verschijnselen, die op welke wijze dan ook op aarde kenbaar zijn en één van de meest bekende manieren om dat te doen is gebruik maken van telekinetische effecten. Het is dus een doen bewegen of verplaatsen van voorwerpen bij voorbeeld op afstand. Dit kan de doorsnee mens normalerwijze doen. De delen van zijn eigen ik die hij hiervoor pleegt af te stoten (of beter gezegd uit te stulpen) noemt men ectoplasma, soms ook teleplasma. Dit plasma is niets anders dan levenskracht plus een bepaalde niet georganiseerde stoffelijke samenhang die men dan meestal aanduidt als astraal van aard. Door dit gericht ergens naartoe te brengen, kan een persoon, bewust bv. de val van een dobbelsteen dirigeren. Maar wanneer hij dus emotioneel geladen is, dan zal hij veel meer van die energie kunnen afgeven; het hangt samen met de emotionele toestand o.a. de hoeveelheid adrenaline die los komt in het lichaam (dat bepaalt het afgiftevermogen mee) en dan kun je dus bv. de deuren dichtslaan, dingen kapotmaken en wat dies meer zij.

Nu kan de geest zelf maar beperkt beschikken over iets wat lijkt op dit ecto- of teleplasma. Daarom zal men bij voorkeur proberen om iets bij een mens te ontlenen. Er zijn mensen die dat uitstralen en het is mogelijk een deel van die materiële energie (zou ik het moeten noemen ) te nemen en deze tot een middelpunt te maken en dan krijg je een sneeuwbaleffect. Naarmate je, je eigen energie er door omheen doet wervelen, wordt het geheel sterker, groter en meer kenbaar en dus hanteerbaar. Je kunt hierdoor ongevalletjes veroorzaken, laten we zeggen een inktpot laten omvallen bv. maar ook op een gegeven ogenblik een as van een of ander vehikel of van een machine die toch al, let wel: die toch al niet zeker meer is, zo ver te verplaatsen dat er een ongeval kan ontstaan. Nu zul je het laatste niet doen, tenminste wanneer er een andere weg is, doe je dat niet. Maar door die kleine verschijnselen kun je heel vaak het gedrag van de mens beïnvloeden. Als u weet dat het verplaatsen van één klein voorwerp zonder dat men weet dat dit uit de geest gebeurt, vaak een totaal nieuwe gedachtegang doet ontstaan bij een mens en daarbij de acties die hij eigenlijk zich voorgenomen had, enigszins verandert, dan zult u begrijpen dat je op deze manier toch ook wel het een en ander kunt tot stand brengen. Hier wordt over het algemeen verantwoordelijkheid genomen, niet voor de reactie van de mens, maar wel voor al hetgeen gepaard gaat met het effect zelf. Dus stel dat het een machine zou zijn die kapot gaat, dan kan dit gevolgen hebben voor het welzijn van een aantal mensen, dan voel je je als geest wel verplicht om daar zoveel mogelijk dus dat welzijn toch weer te herstellen. Zou er iemand gewond zijn, dan voel je je verplicht om daar wat aan te doen. Zou iemand daardoor sterven (dat is denkbaar) dan voel je je verplicht deze persoon te helpen en te beschermen en met inzet van je gehele wezen en persoonlijkheid zelfs, totdat hij in staat is zich geestelijk te bewegen op een wijze die hij mogelijk anders aan het einde van zijn leven pas bereikt zou hebben. Hier ziet u dus dat het begrip “aansprakelijkheid” bij ons groter wordt naarmate de gevolgen minder in overeenstemming zijn met het eigen wezen en de eigen kwaliteiten van een mens. Denkt u niet dat die geest klaar staat om zomaar wonderen te verrichten. Zeker, je kunt onder bepaalde omstandigheden een schok in een zenuwstelsel tot stand brengen, zelfs soms in bepaalde gedachtesporen in de hersenen, waardoor een plotselinge genezing bewerkstelligd wordt en op dezelfde wijze zou je eventueel ziekte die latent aanwezig is, meestal geestelijk, psychisch, die zou je kunnen activeren. Maar in het laatste geval is de vraag alweer of het verantwoord is, maar je kunt zeker niet bergen verplaatsen, tenzij je over de allerhoogste krachten kunt beschikken en dat gebeurt, voor de geest althans maar heel zelden.

Dan krijgen we de zaak van inspireren. Een mens denkt. In zijn gedachten heeft hij maar een beperkt gebied waarin hij actief is. Een groot gedeelte van zijn totale denkinhoud is afgesloten. Nu is het mogelijk om, terwijl iemand geconcentreerd met iets bezig is, hem zodanig te beïnvloeden dat een aantal waarden uit het onderbewustzijn mee gaan werken. Hierdoor krijgen we bv. een toespraak, preek, die ver uitgaat boven hetgeen je normaal menselijk zou voortbrengen of zou kunnen zeggen. Hierdoor is het ook mogelijk bepaalde gegevens te verschaffen, die de mens onbewust wel in zich draagt en deze zelfs zodanig te combineren dat hij komt tot een gevolgtrekking die voor deze mens zelf niet meer normaal is. Maar je bent aangewezen dus op de inhoud van die hersenen. Hoe het precies gaat? De mens heeft een uitstraling, aura. Je kunt in die aura inhaken, bepaalde energieën wekken. Dat kan soms al voldoende zijn. In andere gevallen moet je er rekening mee houden, dat het gehele denkproces in feite bepaald wordt door de doorlaatbaarheid of niet doorlaatbaarheid, in een bepaalde richting van een hersencel. Daardoor wordt het geheel van de beeldreflexen eigenlijk bepaald en ook de woordreflexen.

Wanneer je nu energieën aanbrengt die groot genoeg zijn om een bepaalde verbinding die normaal niet bestaat (althans niet bewust bestaat) te openen, kan dat met één krachtige energiestoot die je als geest afgeeft, maar wel gericht in het denken van de mens; dan krijg je een hele reeks associaties vrij, en het vrij worden van die associaties is dan eigenlijk die inspiratie. Er bestaat natuurlijk ook de mogelijkheid om iemand te gebruiken zoals we dat nu doen, men noemt dit oversluiering of inbeslagname. In deze gevallen ga je uit van een beïnvloeden van het totale denkvermogen van het medium, eventueel met het opleggen van een bijzonder aspect van je eigen persoonlijkheid. En hierbij wordt wel geput uit de mogelijkheden die in het medium bestaan. Maar hierbij is het mogelijk onder meer omdat er een klank-herinneringscentrum is, waarin dus ook klankcombinaties bestaan die voor het medium niet zinvol zijn, soms zelfs vreemde talen te spreken wanneer dat nodig is. Dat doe je alleen wanneer het werkelijk nodig is of wanneer een dergelijke taalherinnering al aanwezig is, omdat het anders een zeer moeizaam en vaak niet bijzonder vruchtbaar werken wordt. Een medium kun je dus gebruiken om je eigen persoonlijkheid voor een deel te laten uitkomen, daarnaast een groot gedeelte van je eigen gedachteprocessen over te brengen maar wel in de terminologie, in de herseninhoud geformuleerd als het ware, van het medium. Wanneer je daaraan te boven wilt gaan, dan betekent dit een veel tragere communicatie, het betekent daarnaast ook heel vaak toch het optreden van storingen en vergissingen.

Nou dan kun je natuurlijk nog zeggen: Ja maar, kan die geest dan bv. wat doen wanneer er ergens op aarde wat moet gebeuren? Kan een geest helpen om een aardbeving te voorkomen? Het antwoord is, neen. De geest kan niet helpen om een aardbeving te voorkomen. Maar de geest kan soms en wel wanneer de spanning tussen twee schotsen op enkele punten bijzonder sterk is, bepalen of dit in één zeer felle beving of in een aantal kleinere tremblors zal verlopen. Hierdoor kun je dus inderdaad ook ten aanzien van een aardbeving het één en ander doen.

Je kunt in bepaalde gevallen iets doen aan de atmosferische reactie. Je kunt niet het weer bepalen, maar je kunt wel vaak proberen om een afwijking tot stand te brengen. Laten we een eenvoudig voorbeeld nemen: er is droogte, er is een regenwolk aanwezig. Normalerwijze zou die regenwolk vastlopen tegen een betrekkelijk hoog gebergte en zich daar ontladen. Er is een pas in dat gebergte, die voldoende groot is om die wolk, althans voor een groot gedeelte, door te laten. Wanneer de wind juist staat, kunnen we die wolk een klein beetje corrigeren in zijn richting, zodat die in de stroming terechtkomt die tussen de pieken doorgaat. Ze treedt dan op als een tijdelijke bergnevel maar ontlaadt zich voor een groot gedeelte aan de andere kant van het gebergte en kan daarbij zelfs vaak bewogen worden om verder te trekken dan normaal het geval zal zijn. Dat is dus een manipulatie van temperaturen o.m. en dat is vaak mogelijk. Hetzelfde is mogelijk met bepaalde stofwolken mits een zeker vochtgehalte in de hogere luchtlagen aanwezig is, ook dan is een manipulatie-mogelijkheid aanwezig. Maar zoals ik zeg, deze mogelijkheden zijn beperkt. Hoe de geest het doet? Op ongeveer dezelfde wijze als men telekinese pleegt, alleen dat men nu gebruik maakt van het trillingspatroon dat tussen luchtmoleculen pleegt te bestaan. Hierdoor kun je de moleculaire werking vergroten, hitte doen ontstaan of vertragen, koude doen ontstaan. Met hitte en koude kun je in luchtstromingen vaak heel wat tot stand brengen,

Dan zult u zich verder afvragen, maar wanneer nu iemand werkelijk schadelijk dreigt te worden voor de gehele mensheid, kunnen jullie die mens doden? Ja, we kunnen het wel en eigenlijk is dat heel erg simpel, al zou je het natuurlijk niet zeggen. Het is namelijk mogelijk om de puls van het hart te verstoren. Hierdoor ontstaat dus een ogenblik een zeer versnelde vibratie van het hart, zogenaamde flutter en deze kan overgaan in een stilstand van bloedstroom doordat niet meer een voldoende beweging wordt gemaakt om het bloed via de kleppen in de kamers te doen vloeien. Wanneer dit enige tijd aanhoudt, zoals u weet, treedt bewusteloosheid op en in de meeste gevallen kun je dan een exitus wel bewerkstelligen. Maar het betekent wel heel wat. Want een geest die iets dergelijks doet, meestal doe je dat dus alleen met een groter aantal samen gezien alles wat er bijhoort, dan ben je verantwoordelijk voor het geheel van die persoon. Je moet dus als het ware bereid zijn om desnoods zijn aardse omgeving voor hem te simuleren tot hij het begrip van zijn dood kan aanvaarden! Je bent aansprakelijk voor zijn opvoeding, je moet ervoor zorgen dat hij niet in het duister terecht komt, want als hij geleefd had, had hij misschien meer licht kunnen vinden al die dingen horen er bij.

Dan gaan we nu over naar de geestelijke groepering en organisatie. Er zijn een aantal grote groeperingen die in de geest bestaan maar die sterke bindingen hebben met de aarde. Een van de meest bekende daarvan is de Witte Broederschap. Daarnaast ook een beweging die ook wel als Verborgen Priesterrijk bekend is en dan bestaat er ook nog wel een combinatie die gericht is op de Heren der Stralen. Dergelijke groeperingen berusten op een onderlinge harmonie, een onderling begrip, een verstaan, een gedeelde wereld tussen een groot aantal entiteiten. Een gezagsverhouding in die wereld is niet aanwezig. Het gezag wordt eenvoudig bepaald door de erkenning die je van een ander krijgt. Dat klinkt misschien erg anarchistisch maar het is geestelijk gezien erg praktisch. Een opdracht kan niet gegeven worden, een voorstel kan wel worden gedaan. Een dergelijke groep, bv. de Witte Broederschap waaronder wijzelf ook ressorteren de laatste tijd, kan dus zeggen: Deze of gene ontwikkeling op aarde lijkt ons wenselijk. En wanneer we het daarmee eens zijn, dan kunnen we dus proberen via genoemde beïnvloedingen, door het scheppen misschien ook van enkele nieuwe denkbeelden op aarde (dat is dan meestal in half-trancetoestand) in de richting te werken die wenselijk wordt geacht. De groep als geheel zal nooit kunnen zeggen: nou gaan we op aarde dit of dat doen. Dat is onmogelijk. De groep kan wel zeggen: Wij erkennen de volgende toestanden op aarde en de daaruit waarschijnlijke ontwikkeling. En dan kunnen we zeggen in die ontwikkelingen kunnen we kleine wijzigingen aanbrengen die op de duur echter een heel groot resultaat voortbrengen.

Wanneer die Witte Broederschap bij elkaar komt dan noemt men dat meestal Wessac-feest. Een Wessac-feest kunt u zich het eenvoudigste voorstellen als een gezamenlijke manifestatie waarin een vergelijken plaats vindt van het geheel van de krachtwerkingen die in de kosmos bestaan, inclusief de evenwichten van het stoffelijk “al” dus, en de eigen uitstralingen en mogelijkheden van de aarde. Hierbij worden allerhande dingen duidelijk en kunnen dus fysisch ontwikkeld worden, op de ontwikkeling op aarde, en de mogelijkheden daarvan.

De uitvoering daarvan geschiedt meestal door wat men de Grote Raad noemt. En deze moet u zich niet voorstellen als één of ander assemblee, maar gewoon als een groep, waarin eenieder die meent iets juist te berde te kunnen brengen, zijn gedachten uitstraalt en het geheel van die gedachten, vergelijkend gezegd, als het ware in een soort bol, in het midden wordt geprojecteerd, waarbij dan als vanzelf meerderheidsideeën overblijven, aangevuld met details van enkelingen. Zo ontstaat een beeld van de mogelijkheden en op grond van die mogelijkheden komt men tot wat men noemt besluiten. Een besluit is nooit bindend voor iemand, het is slechts een beslissing dat men, zover men harmonisch is, zal werken in één bepaalde richting.

Ongeveer gelijk ligt dat bij het Verborgen Priesterrijk en iets meer nadruk op bepaalde geestelijke werkingen, vindt men in de groep die ressorteert onder de macht van de Heren der Stralen. In alle gevallen beïnvloedt de geest dus wel de wereld, maar in alle gevallen op de uitzondering na, van het bewust doden van iemand (wat slechts zelden zal voorkomen) heeft men geen directe aansprakelijkheid voor de mens en zal die mens niet volledig in zijn eigen vrije wil gestoord worden. Vaak wordt hij wel beperkt in zijn vrije wil, door zijn eigen denken, maar dat is een toestand die voor elke mens normalerwijze bestaat. Een lichte wijziging daarin betekent niet dat die mens minder vrij is, dat betekent alleen dat hij zijn vrijheid anders ziet en dus ook anders gebruikt.

De werking vanuit de geest kunt u zich ongeveer als volgt voorstellen, er zijn de grote of hoge krachten. Deze krachten produceren energie die door de lagere entiteiten eventueel gebruikt kan worden maar alleen voor een bestemd deel, het is dus bepaald. De lagere entiteiten zullen werken volgens hun eigen inzichten en vermogen, daarbij zich beroepende op de raad, of de inhoud van anderen, die zij meer geïnformeerd of bewuster achten, en ze zullen daarbij dus deze krachten mee hanteren, om hun doel zo goed mogelijk door te zetten. Vlakbij de aarde leven ook entiteiten, tenminste vlakbij, men noemt dat meestal de vormwereld, ofwel ook wel zomerlandsfeer. In deze wereld denkt de geest in vormen, en schept hij eigenlijk een herinneringsbeeld, waarin hij met anderen tezamen leeft en ervaringen kan uitwisselen. Het voordeel van deze wereld is dat er dus direct vormbewustzijn bestaat en vaak een betrekkelijk uitgebreid bewustzijn, ten aanzien van dingen die op aarde pas gebeurd zijn of misschien zelfs nu gebeuren. Je kunt daardoor vaak iemand uit deze wereld vragen, een taak te verrichten die zeer specialistisch is, waarbij het gaat bv. om een enkel begrip, waarbij het gaat om een enkel woord. Zo iemand wordt dan vergezeld door iemand, die sterker is dan hijzelf, en die hem tijdelijk de kracht leent, die dus hoofdzakelijk als energiebron werkt, en daarnaast begrenst wat de andere wel en niet kan doen. Daar dit een vrijwillige samenwerking is, zult u begrijpen dat ook hier van beperking eigenlijk weinig spraak is.

Tot zover waren het allemaal invloeden uit de lichte werelden. Maar er zijn ook duistere werelden. In de duistere wereld, zal men over het algemeen zeer beperkt zijn in zijn beleven en inzicht. Emoties zijn zeer eenzijdig (wanneer aanwezig), denkbeelden beperkt, de mogelijkheid om samenhangen te begrijpen is eveneens beperkt. Hier bestaat geen aversie zoals bij ons, tegen enig ingrijpen dat de vrije wil van de mens zou schaden. Maar wat wel bestaat is hier een beantwoorden aan alle denkbeelden op aarde die vergelijkbaar zijn met de inhoud van personen die in het duister leven. Zo kan degene die in het duister leeft dus als het ware menselijke fouten versterken mits ze aanwezig zijn. En dat behoort nou weer niet tot uw speciaal terrein maar wel tot het onze, want om dit te doen moet die entiteit uit het duister ook zijn eigen energieën gebruiken. Hij kan niet (zoals een ander) onbeperkt uit allerhande bronnen putten. Wanneer je nu je eigen energie gebruikt om een verstoring tot stand te brengen in dit contact tussen de duistere geest in die mens, dan zal die duistere geest een keuze moeten doen. Hij kan met zijn eigen energie doorgaan totdat hij niets meer heeft, of hij kan loslaten, maar daarmee dan ook weer terugzinken in zijn eigen wereld. Dit laatste proces wordt wel reiniging of stofzuigen genoemd. U vindt het misschien wel gek (stofzuigen is een moderne term), maar wanneer we een gebied zien waar duistere geesten erg harmonisch zijn op die bepaalde wijzen, dan proberen we een algehele storing tot stand te brengen, en dan zullen de meeste wegvallen, wat overblijft dat zijn de sterkere, en met die sterkere wordt er dan soms een aardig robbertje geestelijk gevochten. Ook hier weer: de verantwoordelijkheden liggen bij de mens, de vrije wil van de mens wordt niet direct beïnvloed maar de condities waaronder hij bestaat en de invloeden waaraan hij onderworpen is, kunnen wel gewijzigd worden.

Nou dan heeft u daarmee een soort lijstje van hetgeen beïnvloeding betekent. Naast deze directe beïnvloeding van de geest bestaat wat wij noemen hulp uit de geest en dat is iets anders. Kijk, bij een beïnvloeding gaan we uit van hetgeen in die geest bestaat en wat die geest wil. Bij hulp uit de geest, gaan we uit van datgene wat in een mens bestaat, wat een mens wil. Neem bv. het verschijnsel paranormale genezing. Daar zijn energieën voor nodig. Die energieën, die kun je soms aan iemand geven maar je kunt niet zeggen wat hij er mee moet doen, dat moet hij weten.

Je hebt de acupunctuur, die is meer bekend. Bij de acupunctuur breng je naalden in, in de huid. Eigenlijk dus in een resonantievlak dat op het zenuwstelsel invloed heeft en bereikt daardoor allerhande stimulansen en ook afremmingen in de gangen van het organisme. U weet dat je daarmee kunt verdoven maar ook stimuleren, je kunt iemand levenskracht geven, je kunt iemand bepaalde lustgevoelens of behoeften tijdelijk ontnemen, je kunt ze bij hem stimuleren.

Nu is datgene wat je doet met de paranormale genezing vaak ongeveer hetzelfde. Alleen in plaats van dat je gebruik maakt van naalden, maak je gebruik van een uitstraling, persoonlijke uitstraling of projectie of hoe je het noemen wilt. Daarmee probeer je ook de juiste stimulansen te geven, zodat zich in dat lichaam een evenwicht gaat vormen. En evenwicht betekent over het algemeen rust, toename van energie en het vermogen om al wat het evenwicht verstoort, sneller te bestrijden. Dat is paranormale genezing in wezen. Die energieën die daarvoor nodig zijn, zijn soms groter dan een mens kan opbrengen, in dat geval kan een geest zijn energieën daarvoor lenen.

Een ander beeld: een mens is bezig met een denkproces, maar op één of andere manier bestaat er in hem een remming, hij kan dus die gedachte niet volledig uitdenken. Dan is het vaak mogelijk om hem over de kloof heen te helpen door hem een tweede denkbeeld te geven. Hij kan dan 1 en 1 bij elkaar voegen en krijgt de 2 die hij nodig heeft om zijn denkbeeld duidelijker te voltooien en een logische samenhang te geven bij voorbeeld, of een poëtisch juiste uitdrukking, dat is ook mogelijk. Als je dat zo beziet dan kun je dus een mens ook vaak helpen. Maar je moet erg voorzichtig zijn. Ik herinner mij dat we in verband met die Sahel-zone in de tijd dus grote problemen hebben gehad. De mogelijkheid bestond namelijk wel om althans enige regenval te veroorzaken in een klein deel van deze gebieden, maar het zou nooit voldoende zijn. En het veroorzaken daarvan zou grote misstanden veroorzaken meer zuidelijk, waarbij dan overvloedige regenval zou ontstaan waar we niets aan konden doen en waarbij de schade waarschijnlijk alleen maar vergroot zou worden. Kijk op zo’n ogenblik moet je een keuze doen, misschien is het de verkeerde, maar een keuze moet je doen. Je kunt niet stil blijven staan. Er is toen gekozen voor een andere vorm van hulpverlening die helaas door verschillende omstandigheden niet volledig is geslaagd. We hebben wel geprobeerd al diegenen die over zijn gegaan daar (het waren er nogal wat), zo goed mogelijk op te vangen. Wat is hier onze aansprakelijkheid? Onze aansprakelijkheid zou je misschien best zo kunnen formuleren: je zou graag aan velen iets geven, maar je kunt het hen niet geven zonder het te ontnemen aan anderen. Wanneer dit ontnemen tegen de wil van de anderen zou gebeuren, dan kun je dat niet doen. Wanneer dat ontnemen grote schade voor die anderen zou betekenen, kun je het evenmin doen. Je kunt niet de aansprakelijkheid nemen voor de tekorten die je hier creëert, om daar een nood te delgen, tenzij je zeker bent dat je in je opzet volledig slaagt en dat het gevolg daarvan opweegt tegen de enorme spanningen die daardoor op aarde ontstaan en gelijktijdig de enorme verplichtingen die je geestelijk schept.

Zo, nu heeft u een klein beetje inzicht. Ik wil er nog dit aan toevoegen: een mens kan ten aanzien van de geest bepaalde verplichtingen aangaan. En nu moet u niet denken dat, dat alleen maar tegenover “een” geest is, zoals ik hier bijvoorbeeld door het medium spreek. U kunt een verplichting aangaan tegenover God. Dat is een heel vaag begrip, maar dat richt zich toch op een bepaalde harmonie. U kunt een verplichting aangaan tegenover een groep. Zodra die groep een aparte entiteit of een aparte krachtspersoonlijkheid heeft, dan bent u eraan gehouden en dan geldt namelijk dit: door het verbreken van een dergelijke samenhang, zal het geheel van de krachten ontstaan in die samenhang, binnen het ik, disharmonisch en niet gericht tot ontlading komen waarbij de gevolgen niet overzienbaar zijn. Het is dus zo: de mens die wil werken met de geest, of met God of met een engel, of met een heilige of wat dan ook en daar eerlijk en oprecht innerlijk gevoelde beloften aflegt, en daar inderdaad ook iets mee probeert te doen dan, kan zich daarvan niet zonder meer en eenzijdig losmaken, dat kan alleen bij een harmonisch proces, en zelfs dan is de medewerking van de krachtbron waarvan je, je afzondert, noodzakelijk.

Dus onthoudt u één ding goed: de vrijheid van de mens wordt niet zonder meer beperkt, maar wanneer u zelf door een gelofte, of wat dan ook, tegenover iets wat u beschouwt als een hogere macht, een niet-stoffelijke waarde, uw vrijheid dus hebt beperkt, vrijwillig, dan bent u daaraan gehouden en kunt u die gelofte niet zonder meer ongedaan maken. Dat is een proces dat op wederkerigheid moet berusten, en waarbij degene die zich losmaakt voortdurend alles moet doen om zijn innerlijk evenwicht te behouden. Doet hij dat niet, dan kan hij daar vaak een klap van krijgen, die hij zelf misschien niet merkt (dat zeg ik er meteen bij) maar die zijn beleven in de wereld kan beïnvloeden en vaak ook zijn lichamelijk welzijn. De geest acht zich in dergelijke gevallen hiervoor niet verantwoordelijk omdat de persoon zelf een aangegane verbinding op een onjuiste wijze verbroken heeft.

  • Broeder, wat kan het nut zijn om bij een dergelijke groepering te gaan?

Dat ligt eraan hoe u dat vanuit uzelf beziet. Wanneer u hetgeen de groepering als geheel wilt volbrengen juist acht, dan is er dus een bevestiging van uw begrip van uw positiviteit. Dat behoeft dan voor u geen directe kenbare mogelijkheden zelfs met zich te brengen. Uw verbondenheid met die positiviteit in zichzelf en de daardoor ontstane belevingen en ervaringen (want die zijn er dan altijd bij) op zichzelf dus, constitueren voor u het nut ervan. Het nut voor de gemeenschap is het feit dat uw energie tezamen met die van anderen, circuleert en gebruikt kan worden om iets te bereiken, iets wat dan meestal door de groep zelf ook als doel is gekozen of gesteld. Je kunt natuurlijk ook bij een groep gaan om er beter van te worden. Dat gelukt je maar zelden. Wanneer je namelijk alleen maar iets zoekt te bereiken voor jezelf, dan néém je, maar je kunt in een dergelijke groep niet nemen zonder gelijktijdig het evenwicht weer in stand te brengen door iets terug te geven. En in een dergelijk geval is er dus een wisselwerking, tussen hetgeen je probeert te ontnemen, en hetgeen je terug moet geven. Het nut is dan misschien tijdelijk groot (je kunt daardoor bv. juister denken of beter beslissingen nemen of gelukkiger leven voor een tijdje) maar je zult daar dan iets tegenover moeten stellen. En wanneer dat niet juist en niet harmonisch gebeurt, dan ben je op een geven ogenblik datgene kwijt wat je dacht te bezitten of verworven te hebben.

In het totaal van je bewustwording kun je wel zeggen: Elk behoren tot een harmonische gemeenschap, ongeacht van welke aard deze zij, let wel, ik formuleer het heel erg ruim en dit omvat zowel een geestelijke groep, als die waarover wij spraken als bv. een gemeenschap als Jehova’s Getuigen, een geloofsgroep, een vereniging met een sociaal doel of een ander doel, dat kan dus allemaal omvat worden; wanneer je dus daarbij behoort dan ontvang je uit het geheel een groot aantal impulsen, je bent enigszins gelijkgericht en zo krijg je een uitbreiding van mogelijkheden in het onderbewustzijn, die op de duur door gaan werken naar het bewustzijn. Je krijgt dus een groter bewustzijnsvermogen, en een bewustere reactie mogelijkheid ten aanzien van meer in de wereld. En wanneer je dit dan als nut wilt beschouwen, zou ik zeggen, is dit voor de mens wel het grootste nut wat hij er uit kan verwerven.

  • U heeft gezegd: Een beïnvloeding geschiedt ten opzichte van hetgeen dat de geest wil, en een hulp ten opzichte van hetgeen dat de mens wil. Wat de geest wil, dat wil de mens niet altijd.

Neen, daarom noemen we het ook beïnvloeding.

  • Ja, maar wanneer denkt de geest dan te moeten beïnvloeden als de mens het niet vraagt of als hij het niet wil?

Ook dit moet je wel heel algemeen formuleren natuurlijk omdat er enorm veel andere omschrijvingen en omstandigheden mogelijk zouden zijn. Maar algemeen gesteld kun je het dus zo formuleren: de geest zal beïnvloeden op die punten waar volgens het besef en weten van die geest, de bewustwording of de mogelijkheid tot waarlijk beleven van de mens, in gevaar komt. Hij zal dus altijd daar ingrijpen waar hij, zonder de mens zelf te binden aan de invloed, de omstandigheden voor de mens zo kan wijzigen, dat diens mogelijkheid tot beleven blijft bestaan of groter wordt en gelijktijdig alle stilstand vermeden kan worden. Dat is zeer algemeen gezegd natuurlijk.

  • In verband met het verbreken van een gelofte zegt u dat de geest niet verantwoordelijk is als dit op een niet juiste wijze gebeurd. Kunt u eventueel de juiste manier omschrijven hoe dat zo’n gelofte kan verbroken worden?

Ja, eigenlijk is dat heel erg eenvoudig. Wanneer je een belofte verbreekt of een gelofte verbreekt, dan is het noodzakelijk dat je dit in de eerste plaats doet tegenover het geheel of de kracht ten aanzien waarvan die gelofte is afgelegd. In de tweede plaats is het zeer belangrijk dat je dus niet onmiddellijk en daadwerkelijk volledig verbreekt, maar als het ware een periode laat bestaan waarin je, je vrij makende van je belofte probeert een innerlijke harmonie op te bouwen welke de noodzaak van die belofte als het ware teniet doet.

En naarmate je dit innerlijk meer beleeft (men noemt dat ook wel eens het grijpen naar het gouden licht trouwens) vind je een evenwicht doordat je andere krachten aantrekt, en dan is je eigen vermogen groot genoeg om niet geschaad te worden, door een plotselinge schok van energieën die bij de verbreking ineens op je afkomen vaak (‘t is net een elastiek die ineens loslaat, dat geeft een klap) en dan daarnaast geldt ook dat je, door op deze wijze dus bewust te handelen (dat is heel erg belangrijk) in je eigen bewustzijn een hernieuwde definitie hebt gegeven van hetgeen, je wel wilt, en hetgeen je niet wilt. Je hebt daarmee dus voor jezelf je denkevenwicht veranderd en dit betekent dat je emotionele reacties zijn aangepast en voor een mens is dat toch wel iets waar je rekening mee moet houden. Want je kunt nu wel zeggen: Ik wil dit niet meer, maar als je emotioneel ermee verbonden blijft dan ontstaat een tweestrijdigheid in je wezen en een onbeheerstheid. En wanneer je dat doel eerst bewust in jezelf nieuw definieert en dan begint, na die erkenning en het duidelijk stellen ook tegenover de betrokken instantie (of dat nu God is of een ander) zo kan ik het niet meer, ik ga het zó doen, dan maak je ook voor de andere het mogelijk om die krachten dus als het ware geleidelijk, ofwel te veranderen (dat is ook soms mogelijk) dan wel los te maken. Dat is dus gewoon de juiste manier. De onjuiste manier wil ik hier bijvoegen, dat is dus op een gegeven ogenblik te zeggen, nou ja, het heeft geen nut meer, ik doe het niet meer, basta. Op het ogenblik dat je dat doet heb je geen ander doel er tegenovergesteld, je hebt dus geen mogelijkheid om in evenwicht te komen, je hebt geen krachten gezocht en gevonden in jezelf waardoor je eventuele krachten die op je toekomen of die je kwijtraakt (dat kan ook) dus kunt compenseren en je brengt jezelf dus in een toestand van groter onevenwichtigheid. Dus dat is eenvoudig een kwestie waarbij de mens zelf eigenlijk de aansprakelijkheid heeft. Tegenover een mens zeg je toch ook niet: Ik teken een contract en ik houd me er niet aan, want het heeft geen gevolgen. Dan zeg je: Dit is een afspraak en daar moet ik me aan houden, of ik moet duidelijk maken dat ik het niet doe. Waarom denkt u dat je dat doet? Dat is toch ook om het gevoel te hebben dat je in evenwicht bent. Al is het maar dat je opbelt, desnoods met een leugen: het spijt me, ik kan vanavond niet komen want dit en dat, maar je hebt het die andere gezegd. Je hebt als het ware het gevoel van verplicht zijn van je afgezet. En daardoor kun je dan ook makkelijker en prettiger dat andere eventueel doen. Dat is gewoon bij de mens. Maar waarom denkt u nou dat u dat tegenover de geest niet zou moeten doen? Uw eigen mentale en emotionele processen zijn vergelijkbaar. Wat dat betreft is het dus belangrijk om hetzelfde te volgen. Wat betreft de energieën die er bij gemoeid zijn, deze zijn van hogere orde dan ze op aarde plegen te zijn. Het is duidelijk dat deze ook in kunnen werken. En dan kan een geest dat zien en zeggen: Nou ja, ik zal proberen de smak tegen te houden, ik maak het zo min mogelijk gevaarlijk, of ergerlijk of tegenstrijdig voor die mens (en als zo iemand je sympathiek is dan doe je dat ook wel) maar je kunt niet alles zonder meer opvangen en daarom is het belangrijk dat de mens het dus op een juiste manier doet.

  • Kan de Geest de mens niet helpen door hem kenbaar te maken wat zijn eigen geest eigenlijk wenst?

Neen, de Geest kan je daartoe niet helpen en dat komt eigenlijk dacht ik, omdat het verschil tussen de geestelijke wereld en de stoffelijke wereld zo groot is. Kijk, vergelijk het zo: de stoffelijke wereld is het “ik” in de aggregatietoestand “ijs”, de geestelijke wereld is diezelfde persoonlijkheid maar nu in de aggregatietoestand “water” en in een hoger bewustzijn en dus een grotere intensere energie zou je kunnen overgaan naar de aggregatietoestand “damp”, vergelijkend gezegd. Nu zult u begrijpen dat ijs met zijn vaste waarde, ofschoon het identiek is met de beweeglijkheid van water, wanneer het een besef heeft die beweeglijkheid op dat moment niet eens zich kan voorstellen. Er is een andere toestand ingetreden en daarmee is het geheel op een andere wijze existent. Wanneer ik nu u duidelijk moet maken wat uw werkelijke geest is, dan heb ik het in wezen over iets wat van menselijk standpunt uit gezien absoluut amorf is, wat in alle mogelijke gedachten en vormen zich kan manifesteren. Een wezen dat geen begeerten of angsten kent in de zin waarin een mens zich die stelt, maar eerder iets wat je kunt noemen “openheid” en “geslotenheid” en “evenwichtigheid” en “onevenwichtigheid”. Dat zijn dus de ik-bepalende elementen. Wanneer ik zou proberen om uw wezen weer te geven in menselijke begrippen, zou ik komen tot iets wat alleen maar tot misverstanden kan voeren. Daarom kun je een mens niet helpen om zijn eigen geest te vinden door hem te zeggen: Zo en zo is het. Wel kan de mens gaan beseffen dat hij, behalve de huidige toestand van vaste vormen en betrekkelijk vaste normen (hoewel een deel daarvan illusie blijft) in zich mogelijkheden, waarden en krachten kent die niet gebonden zijn aan die wetten en normen die hij stoffelijk beleeft. En als hij dat gaat erkennen, dan komt hij als het ware dichter bij zijn werkelijke ego, zijn geestelijke, en zal hij ook meer daarvan beseffen en meer van die inhoud kunnen aanvaarden; aanvaarden, niet begrijpen. Want dan wordt de beleving van die werkelijke inhoud van dit geestelijk ik voor een groot gedeelte een emotie en die emotie die zal in zijn beste vorm een grote maar onverklaarbare innerlijke blijdschap zijn.

  • De geest is toch geïncarneerd om bepaalde ervaringen mee te maken. Zelfs die wens van de geest kennen we niet duidelijk in de stof.

Is dat nodig? Laten we het oude voorbeeld maar weer nemen. Wanneer de chauffeur in een auto stapt, is het dan noodzakelijk dat de chauffeur is voorgesteld aan de auto en dat de auto weet waarheen die chauffeur wil gaan? Of is het voldoende dat de besturing van de chauffeur voldoende is? Een mens gaat uit van het standpunt: dit ben ik helemaal, en hij begrijpt niet dat een deel van het ego dus nooit in die materie gevangen is. Wel is het geconcentreerd. Als u auto rijdt, dan is dat een vorm van concentraties, tenminste wanneer u zeker rijdt, het is een voortdurend bezig zijn met de weg, en daarnaast de lichamelijke geschooldheid waardoor u de impuls van de waarnemingen op de weg haast automatisch omzet in handelingen als sturen, schakelen, remmen, gas geven. Waar of niet? Dat is nou precies hetzelfde wat die geest doet, zover zij kan met het stoffelijk voertuig wat zij aanvaardt. Er is dus een zekere scheiding, in dier voege dat de chauffeur wel in de auto zit, maar dat hij ergens los staat van de auto. Dat is nou eigenlijk het hele eieren eten. Wanneer de chauffeur bepaalde ervaringen wil hebben, bv. een mooi landschap zien, dan moet hij naar buiten kijken. De auto zal dat misschien niet bemerken maar alleen de oneffenheden van de weg registreren, de stijgingen of dalingen die er inzitten. Zo is een mens lichamelijk eigenlijk georiënteerd op het beleven van de vaste stellingswaarde en tegenstellingswaarde van de materie, zoals hij die beleeft, terwijl de geest gelijktijdig bezig is om te zien wat dit betekent in het geheel. De geest coördineert dus het geheel van de stoffelijke belevingen tot een samenhang die voor die geest een ervaring en een aanvulling van eigen onevenwichtigheid bv. kan betekenen of een uitbreiding van eigen reactiemogelijkheid en eigen wereld.

  • Dus echt bewust leven is praktisch niet mogelijk?

Wanneer u bedoelt: echt bewust leven van je eigen geest, dan zeg ik dat is niet mogelijk zolang je niet bent gekomen in die toestand waarbij de hersenen volledig onderdanig kunnen zijn aan de geest, een openheid voor eigen ik, noemt men dit wel, en daardoor een uitwisselingsmogelijkheid bestaat, zelfs dan geldt dat de bewustzijnsnorm stoffelijk nooit kan worden uitgedrukt in bewustzijn, dus in een redelijk begrip, maar slechts in een emotie gepaard gaande met een deel bewustzijn.

Nou, ik dacht dat, dat het antwoord was hoor. Eigenlijk niet helemaal, want u bent er niet helemaal tevreden mee. Maar aan de andere kant wat moet ik u dan vertellen? Dat u hier op aarde volledig bewust kunt worden terwijl het niet zo is? Of moet ik u zeggen dat u hier op aarde plotseling een begrip voor de eeuwigheid zult verwerven. Dat zijn dingen die niet waar zijn. U kunt misschien de eeuwigheid beleven, maar begrip ervoor zult u nooit verwerven. Dat geldt voor uw ik en dat geldt voor een hele hoop andere dingen. Je zou als mens een beetje afstand moeten doen van het denkbeeld dat je lichamelijke “ik” zoals je dat nu beschouwt, het meest belangrijk is. Je zoudt moeten beseffen dat je innerlijke samenhangen, zowel je innerlijke conflicten als je innerlijke harmonieën, het meest belangrijke zijn. Want daarin openbaart zich de werkelijkheid van je leven. Terwijl aan al die uiterlijkheden eigenlijk maar heel weinig gebeurt. Een mens die voortdurend bezig is om buiten bezit op te stapelen, probeert inderdaad een uitbreiding van zijn persoonlijkheid te krijgen, door meer “bezit en dat ziet hij dan meteen als aanzien en macht, kortom waarde van zijn eigen wereld. Maar als daardoor nou een onevenwichtigheid in hemzelf bestaat of blijft bestaan. wat gebeurt er dan? U kent het allemaal dat spreukje: een doodshemd heeft geen zakken. Je kunt natuurlijk zeggen: wij zien soms zakken in een doodshemd. Dat is ook waar. Maar het is toch eigenlijk jammer dat je in het idee naar buiten toe te moeten gelden, vergeet dat het belangrijker is om evenwichtig harmonisch, emotioneel en rationeel (dus die beide waarden) harmonisch in jezelf te zijn en dat je daardoor in die wereld als vanzelf ook het juiste tot stand brengt. En dat je daarmee de werkelijke gelding bereikt en het werkelijke gezag, als je het dan al wilt hebben. Gezag is nl. niet een ander kunnen sturen waarheen je wilt maar dat is het vermogen hebben om zelf al te volbrengen, wat voor jou noodzakelijk is. Dat vergeten de mensen weleens.

  • Dan hebben we nog het begrip “begeerte” waar we altijd mee af te rekenen hebben en die ergens stoffelijk gericht is.

Begeerte moet u eigenlijk zo beschouwen: ongeveer 90% van uw begeerten komen voort uit het denken en zijn dus niet reëel en stoffelijk ingeschapen. Begeerte is vaak niets anders dan een verkeerde manier van de wereld te beschouwen. Blijft 10 % over ongeveer. Die 10 % zijn zuiver materiële drang en dat is in feite een poging tot zelfbehoud in stoffelijke zin door reproductie van zichzelf. En dat is dan een begeerte-element dat op allerhande manier veranderd en perfecteerd zelfs kan worden (dat kan mentaal geschieden). Maar die drang, die 10% blijft bestaan en als zodanig behoort ze tot het normale leven en moet ze ook niet zonder meer opzij worden gezet. Maar wat die 90 % betreft, moeten we wel heel goed begrijpen dat het weinig zin heeft in gedachten te spelen met wenselijkheden die niet bestaan, of die uiteindelijk toch tegenvallen. Dat het veel beter is in gedachten te spelen met innerlijke vrede en de mogelijkheid die te bereiken zonder dit in de eerste plaats afhankelijk te stellen van één bepaalde bereiking, bezitting, verwerving, beleving buiten onszelf. Dat we eerst ons eens moeten afvragen: hoe vind ik in mezelf het nodige evenwicht. De meeste mensen denken: begeerten zijn kwaad. Lieve mensen, begeerten zijn niet kwaad. Begeerten zijn iets wat normaal behoort tot het bestaan. Angst ook, angst is een normaal verschijnsel in uw bestaan. Het is als het ware het geheel van uw emotioneel evenwicht en gelijktijdig de drijfveer van uw mentale ontwikkeling. Maar op het ogenblik dat ik al mijn aandacht aan de drijfveren ga schenken, kan er een resultaat niet meer in mij tot stand komen. Ik moet begrijpen waar ik bang voor ben en wat ik begeer. Heel goed, en dan moet ik een keuze doen waarbij ik zoveel mogelijk mezelf ben. En dan kunt u zeggen: Ja, maar ik ben geconditioneerd, begeerten zijn kwaad. Ik zie niet waarom. Weet u, als begeerten kwaad waren, dan zou God iets kwaads geschapen hebben in de mens. Dan zou (we hebben het al eens meer gezegd) Hij zich zeer sadistisch gedragen, door de mens eerst bepaalde fouten bij hem onontkoombaar in te scheppen en dan te zeggen: Het mag niet. Dat vind ik net zoiets als een klein kind een heerlijk ijsje voor de neus houden, terwijl het ontzettende trek erin heeft, mogelijk bij warm weer en dan zeggen: Nou moet je mooi kijken hoe het smelt. Dat past er niet bij volgens mij. Maar als u geconditioneerd bent, dan betekent dat alleen dat u bepaalde dingen verwerpt of bepaalde uitingen. Verwerpt u nu eens niet de begeerte per se, maar probeer te begrijpen wat ze betekent voor u. En wanneer ze dan onontkoombaar wordt, probeer ze dan zo te uiten dat u het er innerlijk mee eens kunt zijn, conditionering en alles inclusief.

image_pdf