Geestelijke omwenteling

image_pdf

uit de cursus ‘Revolutie in de wereld'(hoofdstuk 3) – december 1983

Geestelijke omwenteling.

Wij hebben in de laatste jaren vanaf het jaar 1965 een groot aantal nieuwe sekten zien opkomen, nieuwe denkwijze, nieuwe filosofieën. Het lijkt er een beetje op of de wereld plotseling vol valse profeten is, al dan niet voorzien van luxeauto’s en andere impedimenta. Nu zijn er een aantal zaken waarover we toch wel even moeten nadenken.

Als wij de bekende Hare Krishna‑beweging nemen, dan worden we geconfronteerd met een manier van denken, een manier van leven die voor iedereen vreemd is. De achtergrond is onbehagen, maar ook een poging erin vrij te worden. De basis van het geheel is de Bhahagavad waarin o.m. het een en ander staat over de huidige Yuga (wereldtijdperk: de ijzeren periode). Daarin wordt gesteld dat de regeerders (eigenlijk de vorsten) geen vorsten meer zullen zijn. En dat zelfs de hondeneter tenslotte een eerste staatsman kan worden.

Het klinkt alsof ze de democratie veroordelen, maar daar gaat het niet over. Zij bedoelen gewoon: alles ligt door elkaar. Er is geen rangorde meer. Er is een totale verandering ontstaan waardoor de mensen binnen en buiten niet meer kennen. Dat wordt dan aangevuld met: aanzien wordt niet bepaald door wat je bent, maar door wat je hebt. Een gezegde dat in deze dagen ook nog wel waar is.

Er wordt gezegd dat mooie woorden vaak meer tellen dan werkelijke toestanden en daden. Ook dat weten we uit ervaring. Dat is allemaal juist. Er is dus, zoals in menige sekte, ook in deze sekte een soort ondergangsgeloof.

Wij zitten aan het einde van een era, een periode. Het moet veranderen. Dan is de oplossing die wordt geboden wel een beetje te eenvoudig volgens mij, want er wordt gezegd: Als je nu maar Hare Krishna voortdurend weet te chanten (chanten is de term voor zingen bij deze mensen), dan zul je daardoor rein zijn. Je zult niet worden aangetast door de wereld, je staat er een beetje buiten.

Het is begrijpelijk, dat iemand zich daartoe aangetrokken voelt in een wereld waarin hij geen in en uit meer weet, inderdaad erbuiten staat. Het is te begrijpen dat men zoekt naar een andere structuur van gezag in een wereld waarin de meeste mensen geen vertrouwen meer hebben in degenen die hen leiden en trouwens vele van de leiders in feite zelfs zelfzuchtige misleiders blijken te zijn.

Als we kijken naar andere groepen, dan blijkt dat ze op grond van de bijbel het einde van de wereld nabij achten en dat het gaat om de uitverkorenen. Maar het gaat om meer. Als we goed kijken naar wat die mensen eigenlijk willen, dan is dat niet alleen uitverkoren worden, al zullen er vele eenvoudige zielen zijn die daar natuurlijk het eerst op afvliegen.

Het is wel degelijk: wij willen een nieuwe gemeenschap hebben. Een menselijke gemeenschap waarin de vereenzaming, het alleen staan eigenlijk geen rol meer speelt. Zelfs als we kijken naar meer politieke sekten zoals die ook zijn ontstaan, waaronder er zijn van zeer linkse en uiterst rechtse signatuur, dan worden we weer geconfronteerd met mensen die het in de huidige wereld niet meer zien zitten.

Het is gemakkelijk om hier een grote mond op te zetten over het ondemocratische, ja onmenselijke gedrag van mensen, die een zondebok hebben gekozen en die nu zeggen dat de Turken, de Surinamers, de zigeuners of anderen de schuld zijn van een groot gedeelte van de crisis. In feite zeggen ze alleen maar: Wij weten geen raad meer. Er moet iemand schuldig zijn, wij zijn het niet. Degenen, die misschien werkelijk schuldig zijn, kunnen we niet benaderen, die kunnen we niet aanwijzen. Er moet iemand anders schuld hebben. Deze zaken (ik geef nu meer een paar voorbeelden) wijzen er toch op dat er iets gaande is.

Er is een toenemende wanhoop in de wereld. Als u een demonstratie ziet tegen kernwapens of iets dergelijks, dan moet u maar eens letten op velen die erbij lopen. Het zijn vaak mensen, die niet eens weten waar het allemaal om gaat. Het enige dat ze weten is: hun wereld past er niet meer bij. Zij zoeken naar een nieuw houvast. Zij zoeken naar een nieuwe richting. En als er dan iemand komt, of het een liefdesgoeroe is of eentje die het tegenovergestelde is, dan zijn ze geneigd zich bij hem aan te sluiten al is het maar om zo te ontkomen aan die hele structuur waarin ze zich, innerlijk en vaak ook lichamelijk niet meer thuis voelen.

Een geestelijke revolutie begint op aarde altijd van buitenaf. Zeker, persoonlijk zul je het innerlijk moeten doormaken. Maar als het gaat om een werkelijke revolutie in geestelijk opzicht, dan kom je er eigenlijk pas toe, wanneer je wereld zo bleek en zo hopeloos is geworden dat je elk straaltje licht zou willen grijpen om toch maar aan die somberheid te ontkomen. Wat gebeurt er dan?

In de eerste plaats ontstaan er zeer grote spanningen rond de gehele wereld. Het zal u trouwens bekend zijn dat er op het ogenblik weer verschillende vulkanische uitbarstingen gaande zijn.

Niet alleen op Hawaï, maar ook op Mindanao. De aarde reageert. De natuur reageert. Daardoor is er a.h.w. een terugkoppelingsproces aan de gang dat nog veel feller en ergerlijker is dan vroeger de Mexicaanse hond in de oude radio’s.

Het is gewoon onbegrijpelijk waar alle ellende vandaan komt. Niets wat je wil, gaat meer.  Rechten, die je meende te hebben, blijken niet meer te bestaan. Zekerheden, waarop je meende te kunnen bouwen, worden ondermijnd totdat je het gevoel hebt elk ogenblik in de afgrond te zullen vallen. Op dat moment ga je zoeken naar iets. Het enige dat op deze wereld op dit ogenblik houvast biedt, is vreemd genoeg niet materieel. Het heeft niets meer te maken met de wetenschap. Het heeft niet te maken zelfs met kerk en met godsdienst; dat is alleen maar indirect.

Je zoekt naar een gevoel van verbondenheid. Een gevoel van erbij te behoren. Je zoekt naar nieuwe grenzen. En als je daarnaar zoekt, kun je niet anders dan ook zoeken in jezelf. In jezelf vind je dan langzaam maar zeker beelden van hoe het zou moeten zijn en je weet dat het niet kan. Dan heb je al heel gauw de neiging te zeggen: Ach, mensen, laten we het dan maar zelf proberen. Zoiets van: vluchten kan niet meer. Sticht dan maar je eigen collectiefje, mijn liefje, wat wil je nog meer. Ik citeer maar uit de schlagerliteratuur die ook in deze tijd bekend moet zijn.

Als we nog verder gaan, dan komt er een ogenblik dat er een vonk is. Er is even een innerlijk begrip van vrede, een kort ogenblik. Een confrontatie waarbij je zegt: Wat ik allemaal doe, wat ik ben is eigenlijk nutteloos.

Het is zo zinloos geworden. Waarom zou ik mij daarover nog druk maken? Het is een ontluistering. Belangrijkheden vallen weg. Betekenissen wijzigen zich. Dan ligt het aan je eigen aard en karakter natuurlijk hoe je reageert. De een trekt zich misschien een beetje terug uit al te sterke verbondenheden die hij in zuiver stoffelijke zin kent. Een ander gaat op in een nieuwe geestelijke waarheid en is al heel blij als er de een of andere profeet is die hem een titel geeft die hij dan boven dat gevoel van vernieuwing kan zetten. Maar het is een innerlijk proces.

Dit proces zet zich overal door. Zelfs in landen die sterk geïsoleerd zijn in zeker opzicht (Zuid‑Amerika maar even goed U.S.A.), in landen die in Azië te vinden zijn, in Afrika zo goed als in Europa zijn er steeds meer mensen die zeggen: Wat moet ik nu doen om los te komen van deze tredmolen, van deze nu bewezen zinloosheid, deze hopeloosheid? En dan grijpen ze niet alleen naar dat straaltje licht of naar een titel of een naam daarvoor, maar ze grijpen vooral naar een proces waardoor ze a.h.w. van binnenuit proberen de wereld en ook zichzelf te veranderen.

De omwenteling die nu gaande is, wordt natuurlijk medebepaald door de verandering van heerser. We gaan naar het Aquariustijdperk toe. Het is logisch. Aquarius heeft nu eenmaal een bepaalde broederschapsgedachte. Zijn belangstelling is misschien niet zo sterk op de eenling gericht, maar voor het geheel wil hij leven. Dat is Aquarius.

Aquarius zegt dus broederschap. Maar broederschap kan niet bestaan op basis van bedreiging, afpersing, bewapeningswedloop en dergelijke dingen. Ze kan alleen bestaan door een bijna nuchtere poging om de ander te begrijpen, om in die ander iets terug te vinden wat je in jezelf hebt. Er is een voortdurend zoeken naar een innerlijke, een geestelijke verbondenheid waaruit dan als vanzelf ook nieuwe beelden, nieuwe denkbeelden voortkomen.

Het is dwaas te zeggen dat de dagen van het christendom voorbij zijn, want ook het christendom biedt diezelfde vernieuwing. Het biedt dezelfde inhoud die een ander misschien zoekt in de een of andere uitleg van de Bhagavad Gita. Weer een ander misschien in een nieuwe uitleg van de leringen van Mohammed.

Wat we zoeken is eigenlijk niet de nieuwe Meester. Of we hem nu Wereldleraar noemen of profeet, doet toch niet ter zake. Wat we zoeken is een verbondenheid waardoor de hele wereld kan wegvallen voor een innerlijk beeld, een beeld van broederschap. Maar dan op een bepaalde manier. Niet alleen een algemeen gevoel van welbehagen, maar een gevoel van zekerheid waardoor uiterlijkheden er veel minder op aan komen. Een gevoel dat je van het hele leven kunt genieten, maar dat je niet door het genot en het zoeken naar genot wordt gedomineerd.

Een wereld waarin je wel degelijk kunt bezitten, maar waar het bezit niet bepalend is voor je geluk. Op deze manier ontstaat het beeld van het z.g. harmonische net dat volgens mij in de komende tijd voor de geestelijke omwenteling bepalend is.

Als steeds meer mensen niet meer denken in termen van uiterlijkheden, van verplichtingen en gebondenheden, maar eerder denken vanuit een innerlijk besef van verwantschap, dan ontstaat daardoor iets wat we met een beetje goede wil wel de reflexie van een goddelijke vonk kunnen noemen.

In die mens komt het besef, dat hij heel dicht bij God zit. Neem mij niet kwalijk, het is geen vrome praat. God is de onbekende, dat weet ik ook wel. Maar zoals we dat begrijpen: een verbondenheid met het Hoogste. Maar die verbondenheid vinden we vreemd genoeg niet met iets wat op een verre afstand ligt. Wij zien het a.h.w. weerkaatst in anderen.

Soms loop je gewoon door een straat en ineens is het net alsof er een geur is, een vleugje, zoals een mens kan hebben als hij voorbij een geurende rozenstruik loopt. Er is iets in de lucht, het tintelt even. En dan besef je, het licht dat in mij leeft, is ergens anders ook. Dit elkaar herkennen is in deze dagen nog erg moeilijk, daarvoor zitten we teveel aan de uiterlijkheden vastgebakken. Aan de andere kant, de gevoeligheid neemt toe.

Dit net is dan niet meer uit te drukken in stoffelijke ontmoetingen, maar eerder in een soort telepathisch rapport. Zonder het te weten gaan de mensen, die op deze manier in zich die vernieuwing ervaren, contacten aan met anderen over de gehele wereld die door soortgelijke beweegredenen worden geleid.

Laten wij er nu alsjeblieft geen sprookje van maken dat daar hoge heren en weldoende geesten bezig zijn leiding te geven. Ongetwijfeld zullen zij ingeschakeld zijn. Zij zullen in dat net ook hun betekenis hebben, maar ze zijn niet bepalend voor dat net, noch voor hetgeen daarin gebeurt.

Het is een spontaan proces waardoor in de mens de gevoeligheid voor bepaalde factoren in de medemens zodanig is toegenomen dat men een wederkerige beïnvloeding krijgt, die niet meer redelijk verklaarbaar is.

Dat op zichzelf is al een hele vooruitgang, want in de afgelopen 20 eeuwen is er eigenlijk eerder sprake geweest van een steeds grotere, vervreemding van elkaar.

Er was een gestileerde innerlijke wereld. Wie daar niet aan beantwoordde, hoorde daar niet bij. Werkelijke harmonie kon eigenlijk alleen bestaan door een beantwoorden aan normen, die niet innerlijk maar uiterlijk waren.

Nu beginnen de innerlijke normen een enorme invloed te krijgen. Het betekent, dat de bestaande orde wegvalt voor degenen die in verbondenheid zich voelen opgenomen en dat daarvoor in de plaats een gevoel van verantwoordelijkheid tegenover anderen is gekomen. Een fase, die zich volgens mij al vanaf 1965 in toenemende mate aan het voltrekken is. Het is duidelijk dat een geestelijke omwenteling in deze zin alleen nooit voldoende kan zijn. Daarom moeten we ook geconfronteerd worden met waarheid.

Als je nu niet meer zo sterk wordt bepaald door uiterlijke factoren, dan zul je ook eerder in die uiterlijke factoren een werkelijkheid zien. Want er zijn heel veel dingen die worden vertekend, die door propaganda, door conditionering de mensen worden ingelegd. Als je niet meer zo sterk wordt bepaald door die ingelegde factoren, ga je feiten zien.

Feiten zijn vaak erg moeilijk. Feiten betekenen op aarde in vele gevallen een stelling die aannemelijk kan worden gemaakt. Nu wordt het feit plotseling het directe bewijs. Om een simpel voorbeeld te geven. Iemand zegt: Wij zullen een oplossing vinden voor het radioactief afval. Dan zullen er heel veel mensen zijn die zeggen: Zij kunnen dat niet. Daarvan ben je echter niet zeker; het is maar een veronderstelling. Anderen zeggen: Zij zullen het wel vinden. Ook daarvan kun je niet zeker zijn, ook dat is een veronderstelling. Maar je hebt het recht te eisen dat degene die zegt dat hij de oplossing zal vinden, aantoont dat hij die oplossing heeft gevonden, voordat je aan zijn veronderstelling verdere consequenties kunt verbinden. Het is misschien ook wel pijnlijk.

Een theoloog komt en zegt: Ik heb dat allemaal bestudeerd en God zegt…… Dan zeg je: Wilt u dat alstublieft even aantonen. En als er een bioloog komt en zegt: Binnenkort zullen wij synthetisch leven kunnen maken. Dan zeg je: Best, maak dan eerst maar eens een mens en kom dan terug.

Dus een wereld waarin de onzekerheden eigenlijk voor een groot gedeelte toenemen door het wegvallen van gezag. Maar gelijktijdig een wereld waarin alles wat waar is (ook als het in zijn kern alleen waar is en niet in zijn uiterlijkheden) als zodanig wordt aangevoeld en waar je op kunt aanspreken, waarop je kunt reageren.

Er ontstaat een nieuwe vorm van geestelijke vruchtbaarheid, als ik het zo mag zeggen. Juist door het terzijde schuiven van onoprechtheden kom je tot het erkennen van oprechtheden. Dat houdt in, dat je wereldbeeld verandert.

Een veranderd wereldbeeld is een anders denken. Dit denken is in het sympathisch harmonische net, waarover ik heb gesproken, als het ware geïnjecteerd. Een waarheid die door één mens wordt ontdekt, zal zich over tienduizenden misschien honderdduizenden verbreiden in minder tijd dan men nodig heeft om dit uit te spreken. Een totale vernieuwing dus.

Een vernieuwing van de uiterlijke wereld wordt onvermijdelijk. Maar het is de harmonie van de innerlijke wereld die nog steeds bepalend is. Hoe kunt u zich dit voorstellen. Het is een beetje moeilijk.

Het beeld van een netwerk kunt u allen wel begrijpen. Maar zou u zich kunnen voorstellen dat dat netwerk wordt aangesloten op een energiebron. Wij zullen die bron niet nader kunnen beschrijven. Heel waarschijnlijk voegt iedereen er wel iets aan toe en dan zijn er nog een aantal onbekende factoren die ook kracht geven.

Dan krijgen we een invloed die in staat is om zgn. normale en natuurlijke omstandigheden te veranderen. Wij weten dat, als we een één polige magneet kunnen maken, wij dan de zwaartekracht kunnen opheffen. En iedereen weet ook dat, als je dat met snel wisselende polariteit doet, je tenminste een schijnbare opheffing van de zwaartekracht tot stand kunt brengen. Toch is er alleen maar sprake van een in verhouding tot het aardmagnetische veld zeer onbelangrijke factor, maar het is een magnetische. Als we nu die krachtbron aansluiten op dat net en er ontstaat een behoefte aan energie op enig punt in het net, dan zal die energie zich daar kunnen manifesteren.

Je zou kunnen zeggen: Een groot gedeelte van het zgn. toeval kan worden uitgeschakeld. Dat zou erg nadelig zijn zolang de mensen gebonden zijn aan allerlei materiële voorstellingen en behoeften.

Als je een mens vraagt: Wat wil je graag? Dan zegt hij: Nou, altijd geld genoeg, dat ik altijd gezond blijf en dan nog dat ik over iedereen de baas kan spelen. Dat zou je misschien niet zo zeggen, maar menige vrome bede tot God komt daarop neer, zelfs van de hoogste kerkelijke instanties op aarde. Het is misschien niet zo vreemd om het zo te zeggen.

Stel nu, dat die uiterlijkheden je niet interesseren, dat het je niet meer gaat om: wat ben ik in de ogen van anderen, maar hoe voel ik mij in verbondenheid met het geheel? Dan valt de neiging om jezelf te etaleren weg.

Kracht is er, maar ze wordt natuurlijk gebruikt om het ik te verdedigen waar dat nodig is en daarnaast ook vooral om het geheel te bevestigen. Dat houdt in dat zeer veel op zichzelf misschien wel goede, maar gezien de nieuwe tijd toch langzaam negatief wordende invloeden worden uitgeschakeld. Die kunnen bepaalde mensen dan niet meer beroeren. Die kunnen bepaalde invloeden niet meer tot stand brengen. Wij gaan naar een grotere zelfstandigheid toe, die voor ons niet door een gezag wordt bepaald, maar die alleen wordt bepaald door een innerlijk gevoel van verwantschap met anderen. En als je eenmaal zover bent, dan is het ook gemakkelijk genoeg om allerlei regels overboord te gooien.

Natuurlijk, ik weet het. In uw dagen zijn er nog heel veel dingen waar we een beetje somber tegenaan kijken. Mensen die samenwonen. Nu ja, het is wel normaal, maar eigenlijk…. Wij moeten natuurlijk degenen die seksueel anders gericht zijn accepteren. Nu ja goed, maar…

Dat ‘maar’ valt nu weg. Het is niet meer de vraag hoe doet die ander, wat is die ander, op welke manier deelt hij zijn leven in, hoe vindt hij bepaalde uitingen? De vraag is alleen maar: Is hij harmonisch? Voor jezelf is de vraag ook niet meer: Hoe heb ik geleerd dat het moet? Maar: op welke manier kan ik het zo uiten dat een ander daarin zijn eigen harmonie bevestigd vindt zonder dat mijn harmonie wordt verstoord natuurlijk.

Een geestelijke omwenteling is niet alleen een omwenteling die zich voltrekt in het innerlijk van de mensen, maar het is een door uiterlijkheden veroorzaakte wanhoop die dwingt tot een erkenning van het enig werkelijk belangrijke dat er op aarde bestaat voor een mens. Dat is de geestelijke verbondenheid, de daaraan ontleende zekerheid waardoor hij in staat is zichzelf te zijn. En vandaaruit gaan we dan verder.

Dan zeggen wij: Het is niet meer belangrijk: welke uiterlijke vorm je hebt. Het hindert helemaal niet meer wie verdient aan wat en wie slaapt met wie. Wie de zaken misschien een beetje verkeerd voorstelt en wie ze netjes zegt. Het gaat niet meer om de uiterlijkheden. Het gaat alleen nog maar om de vraag: Kan ik mijn innerlijke waarde daarin weerkaatst zien? Is dat niet het geval, dan bestaat het eigenlijk voor mij niet meer. Dan zie ik nog wel door alle uiterlijkheden heen de kern, maar die kan mij alleen interesseren, indien ze voor mij kan behoren tot dit innerlijke net van verbondenheid, tot die harmonie.

Dan komt er vanzelf een ogenblik dat dit harmonische net zich steeds meer gaat uitbreiden. Want een mens is niet alleen innerlijk verbonden met zijn wereld. Hij is verbonden met ontelbare wereldvoorstellingen. Hij is verbonden met niet slechts één vorm van kracht, maar hij is ook verbonden met een kosmische kracht.

Wezens, die als dood gelden, maar die harmonisch zijn, zullen in het net nog steeds aanwezig blijven. De toestand wordt wel een andere. Misschien worden ze gereïncarneerd, maar ze blijven erbij horen. Er ontstaat een constante waarde waardoor het ik wordt verbonden met vele werelden waarin die harmonie kan voortduren en waarin de waarden van die werelden automatisch mede worden geïnterpreteerd in uw huidige wereldbeschouwing, in uw huidige wereldbeleving.

De grenzen vallen weg, hebben ze weleens gezegd. Een geestelijke omwenteling is meer dan het wegvallen van grenzen. Het betekent, dat de grenzen niet eens meer beseft kunnen worden. En dan gaan geestelijke en stoffelijke werelden samenwerken. Maar de ervaringen die geestelijk zijn verkregen, vallen binnen deze vernieuwing van innerlijke beschouwing en zelfontdekking binnen het kader van de kern van het eigen ego. Dat houdt weer in, dat het ik gaat leven in een veel grotere wereld. Een wereld waarin de waarheden heel anders worden.

O zeker, het zal wel mystiek worden. Mystiek krijgt nu eenmaal in de komende tijd steeds meer invloed. Maar het is geen mystiek meer die woorden gebruikt om iets te verklaren wat in feite onverklaarbaar is. Het is een mystiek van een beleving die je in een ander weerkaatst ziet, waarbij een enkel gebaar, een enkele blik al voldoende is om mee te delen: dit bestaat in mij ook.

Een dergelijke situatie maakt het ook onmogelijk een verschil te maken tussen huidskleur, nationaliteit, het systeem en de gemeenschap waartoe men behoort. Het heeft allemaal geen zin meer. Er ontstaat zo langzaam maar zeker een soort reservoir van weten.

De basis van alle kennis is ook wel een innerlijk besef. Kennis is de formulering van een besef. Een werkelijke kennis kan alleen geformuleerd zijn op een blijvende ‑ innerlijke werkelijkheid. En nu komen we ergens, want dan zal eenieder a.h.w. de ander datgene kunnen geven wat hij nodig heeft.

Een student, die een examen moet doen, staat niet meer voor een examen van kennis, maar van harmonie. Want als die harmonie er is, dan kan hij beschikken over de antwoorden van de beste professoren die er op de hele wereld zijn. Hij zal ze moeten uitdrukken in zijn eigen termen, maar de betekenis is er.

Iemand, die aan muziek wil doen, dus een instrument wil bespelen, weet innerlijk hoe elk instrument gehanteerd moet worden. De vaardigheid zal hij zichzelf moeten eigen maken, maar de kennis is in feite aanwezig; de eerste aanleg is er. En of u nu een beeld wilt maken, een machine construeren, een computer in elkaar zetten of op de juiste tijd uw graan zaaien dat zult u dan precies weten.

In het begin zal het heel moeilijk zijn om dit ook te doen. U weet zelf wel, dat er heel veel dingen in u zijn die eigenlijk wel mogelijk zijn, maar dat u er eenvoudig niet toe komt ze zo te doen. Dat gaat langzamerhand slijten. Eenieder, die aan die ingevingen gehoor geeft (want zo zullen ze het beschouwen) blijkt beter te functioneren en gelijktijdig zich daardoor innerlijke gelukkiger te voelen. Dan is het toch duidelijk dat men zich steeds meer gaat aanpassen, dat men ook stoffelijk gaat leren zich aan te passen aan de signalen van anderen. Denkt u nu niet dat dat zo’n onzin is.

Zal ik een eenvoudig voorbeeld geven? U bent in dat geestelijke net ingeschakeld. Daar zit toevallig ook een bekende judoka in, een goede karateleraar en misschien ook nog een paar andere mensen. U bent een dame en u loopt s ‘avonds op straat. Er komt een tassenrover aan. Normalerwijze vraagt u zich af: wat moet ik, doen? U voelt zich weerloos. Maar nu voelt u ineens: als ik die vent zo aanpak, dan ligt hij al op zijn rug voordat hij ‘snap’ heeft kunnen zeggen. En als er nog een tweede bij komt, dan hoef ik alleen maar achteruit te trappen op een bepaalde manier, dan heb ik daar ook geen last meer van’. Dat zou heel leuk zijn.

Het leven bestaat uit ontzettend veel impulsen die we allemaal na elkaar nodig hebben. Als wij ons nu realiseren dat een groot gedeelte van de structuur, maar ook van de verwarring in de wereld op het ogenblik berust op het feit dat men elkaar eigenlijk onvoldoende begrijpt, dat men geen toegang heeft tot specialistische kennis die nodig zou zijn om bv. je recht te halen.

Neem bv. de belastingwetgeving. Neem internationale politiek. Neem economische zaken. U kunt daar niet over oordelen, omdat u de basiskennis niet heeft. U bent deel van het harmonisch net. De basiskennis vloeit u a.h.w. toe. Zeker, u bent niet even bekwaam als iemand die er een hele tijd in heeft gewerkt. U moet een keer meer kijken en nadenken, maar u weet precies wat die belastingwetgeving in feite inhoudt. U weet precies wat die politiek feitelijk is en niet alleen wat ze naar buiten toe pretendeert te zijn. U weet precies of een economische berekening wel of niet juist is. U kunt de gegevens in uzelf opdiepen. U bent niet meer te misleiden. Maar u bent niet de enige.

Het net omvat misschien een paar honderdduizenden in het begin, maar die zoeken niet zichzelf. Zij zullen dus van de kennis en de gegevens geen gebruik maken om zelf eens aan de macht komen. Zij zullen alleen alles wat in feite op een soort misleiding is gebaseerd in de maatschappij uitschakelen. Dit betekent dat de hele gemeenschap of ze wil of niet alleen maar omdat er een paar van die honderdduizend mensen zijn, moet gaan groeien naar een grotere eerlijkheid, een grotere rechtvaardigheid. Dit betekent dat de mensen, die dan nog hopeloos zijn, weer in zichzelf gaan grijpen en zoekend naar die eenheid, naar die ene zin van bestaan, die ene zekerheid gemakkelijker in het net worden opgenomen.

Het eerste net zal tijd nodig hebben om werkelijk tot stand te komen. Voordat er een net is over de gehele wereld dat laten we zeggen een miljoen mensen omvat (dat is ongeveer het minimum om actief te worden) zullen er nog wel een paar jaren verlopen. Maar op het ogenblik dat ze er zijn, beginnen zij a.h.w. de situatie onbewust en zonder het zelfs te willen zodanig te beheersen dat ze steeds meer anderen mede betrekken in hun eigen harmonie. En dan krijgen we een effect van een sterk toenemende massa.

Is eenmaal op aarde de 15 tot 20 miljoen mensen in zo’n net bijeen, dan kunnen wij het vergelijken met een atoomexplosie. Ineens is dan alles ontbonden. Dat wil niet zeggen, dat er dan geen wereld overblijft of dat er opeens geen werknoodzaak meer is. Dat blijft allemaal bestaan. Maar het is nu gebaseerd op harmonie en niet meer op tegenstellingen.

In de innerlijke wereld wordt daardoor het vage begrip God steeds sterker beleefbaar. De kracht, die men geestelijk kan gebruiken om ook materiële omstandigheden te beïnvloeden, neemt dus toe. Dat wil bv. zeggen dat we een groot gedeelte van de geneeskunde kunnen overbrengen naar geestelijke waarden, omdat geestelijke kracht en levenskracht vaak meer kunnen doen om een mens te genezen dan welke deskundige dan ook.

Het wil zeggen dat medicatie en vooral de chemische therapieën eigenlijk overbodig beginnen te worden; dat ze eenvoudig geen voet meer aan de grond krijgen. Maar dat houdt weer in dat t.a.v. het milieu een verbetering optreedt.

Reclame valt voor een groot gedeelte weg. De mensen weten uit die sympathische verbindingen wat goed is. Zij kiezen niet meer datgene wat hun als goed is aanbevolen, maar datgene wat door de ervaring goed is bevonden. Een eliminatie van overbodigheid. Uw hele wereld gaat doordoor veranderen.

Een geestelijke omwenteling is zeker niet alleen maar een proces waarin de mens innerlijk tot grote hoogte stijgt om dan welwillend zegenend zijn beste gedachten naar de achtergeblevenen toe te sturen. Het is een actief proces waarbij niet alleen de geest, niet alleen de innerlijke wereld van een mens, niet alleen zijn psyche, zijn mentaliteit worden beïnvloed maar het geheel van zijn stoffelijke kansen en mogelijkheden in de relaties die in de stof bestaan.

Daarom kan een geestelijke revolutie buitengewoon belangrijk zijn.

Zoals ik heb gezegd, ze is al een aantal jaren aan de gang. Wij nemen aan dat ze in de komende jaren in toenemende mate dit net weet uit te breiden. Het houdt in, dat daardoor steeds meer kennis (ook geestelijke kennis) voor de mens bereikbaar wordt. Ik wil niet zeggen toegankelijk, want dan zou je zelf moeten kunnen kiezen. Voorlopig wordt het nog bepaald door je eigen wezen en de harmonische waarde die je zelf bezit. Maar die toegankelijkheid is er.

Geestelijke werelden gaan meer spreken. Heus niet alleen omdat je plotseling weer met je dierbare overgeganen een leuke conversatie kunt voeren, al zal dat weleens voorkomen. Maar vooral omdat een bewustzijn, omtrent die geestelijke wereld, de krachten en wetten van die geestelijke wereld steeds sterker in je worden, zodat je automatisch het hele gedrag niet alleen meer aanpast een materiële maatstaven, maar aan reëel bestaande geestelijke wetten en maatstaven.

In een wereld die zo duister naar de toekomst kijkt, zoals u op het ogenblik, is het goed om juist dergelijke dingen te beseffen. Het betekent dat heel veel dreigingen, die er nu schijnen te zijn, in wezen alleen maar uiterlijk zijn, dat er innerlijk al andere krachten aan het werk zijn.

Het betekent dat heel veel tegenstellingen, die als absolute vijandschap kunnen worden geprojecteerd, langzamerhand gaan plaats maken voor een besef van verbondenheid die meer betekenis heeft.

Een geestelijke omwenteling, voor de meesten van binnenuit ontstaan, betekent een verandering die de gehele wereld omvat. Daarnaast ook alle contacten met werelden waarin degenen die de menselijke incarnaties hebben doorgemaakt zich plegen op te houden. Door een samenvloeien van vele werelden, een samenvloeien van vele krachten is daar dan eindelijk de mogelijkheid, ook voor de geest, om deel te hebben aan de mensheid.

De Witte Broederschap zal op het ogenblik proberen voor een groot gedeelte te decreteren en te beïnvloeden. Niet omdat ze bevelen wil geven, maar omdat het de enige manier is om nog in de wereld iets tot stand te brengen. Dan zullen ze gewoon een misschien belangrijke, misschien onbelangrijke bijdrage zijn in een soort gemeenschappelijk beleven en bewustzijn waardoor op aarde de mens ‑ en nu op zijn eigen wijze met zijn eigen kracht en wezen datgene zal uitvoeren wat binnen het geheel het meest juist is.

De omwenteling waarover ik sprak is niet alleen reeds gaande, ze ontwikkelt zich met toenemende snelheid. Op welke manier ze zich tenslotte zal manifesteren, weet ik niet. Voorlopig zijn een groot gedeelte van die harmonieën nog verstopt in allerlei sekten, in allerlei vreemdsoortige bewegingen, van sociale, politieke of andere aard. Maar of ze verstopt zijn achter uiterlijkheden doet niet ter zake, als ze er maar zijn.

Ik heb in het begin een paar stukjes uit sekten aangehaald. Ik zou misschien de openbaringen er ook nog kunnen bijhalen. Wat wij in feite meemaken is toch een veldslag tussen het zgn. materieel denken en het geestelijk denken. Geen Armageddon zoals men zich dat voorstelt, maar wel degelijk een veldslag die het aanschijn van de wereld en zelfs het begrip van de hemel kan veranderen.

Wanneer u ooit terneergeslagen bent in deze tijd door alle dreigingen, door alle onbegrip en onverstand, denk hieraan terug. Zoek in uzelf dat punt van licht, dat ene straaltje licht dat u overblijft en klamp u daaraan vast. Vraag u niet af welke vorm u het moet geven. Als u daarvoor toevallig een bepaalde vorm vindt, wees er gelukkig mee. Houdt u vast aan dat licht.

Dat licht is uw verbinding met het geheel. Zo kan dat totale net tot stand komen, zodat al hetgeen ik hier heb besproken niet alleen mooie theorieën zijn maar ook praktisch mede voor uzelf mogelijk werden.

Vragen.

  • Kunnen wij de toestand, zoals u heeft beschreven, als een soort bewustwording zien?

U kunt alles als een bewustwording zien, als u dat wilt. Maar waarom zouden wij daar een titel aan geven? Dan maken wij het weer zo persoonlijk. Ik zou er de voorkeur aan geven te zeggen: Het is een opgroeien tot de gemeenschap waarvan we altijd al deel zijn geweest.

  • Ik zou graag willen weten hoe u de groei van dat geestelijke net ziet.

Misschien kunnen wij het eenvoudigst zo formuleren: Het is een innerlijke procedure waarmee men door een innerlijke erkenning van licht en een soort vrede een harmonie bereikt welke zuiver geestelijk een contact met anderen tot stand brengt. Wanneer dit contact eenmaal bestaat, zijn herkenningen en erkenningen mogelijk in de stof. Samenwerkingen zullen nog steeds worden bepaald door stoffelijke mogelijkheden en omstandigheden, zeker in de eerste periode waarin het net zich in feite formeert.

De wereld van vandaag.

Ik zal proberen om de feiten en de illusies naast elkaar te zetten.

Als men op het ogenblik kijkt naar de opvatting van recht, dan blijkt dat er een absolute splitsing tussen recht en plicht heeft plaatsgevonden in het besef van het merendeel der mensheid. Hierdoor is er geen goede relatie meer te vinden tussen rechten en plichten en is het ook niet meer mogelijk om tegenover de eisen die men stelt ook een prestatie te leveren. Dit is een zeer eenvoudig voorbeeld van datgene wat zich in de hele maatschappij afspeelt.

Het is de aanleiding van allerlei in feite onjuiste handelingen van vakbonden en regeerders; beiden zijn onjuist. Het is daarnaast, geloof ik ook, de directe aanleiding tot allerlei ideële strijd op de wereld en vooral ook de vasthoudendheid waarmee sommige, mensen proberen hun eigen standje ten koste van alles te verdedigen.

Ik neem het hen niet kwalijk. Ik kan het begrijpen. Maar het is toch duidelijk dat bv. de oorlogsinspanning zoveel van het productievermogen van de westerse wereld verslindt dat het daardoor onmogelijk wordt om de Derde Wereld op de juiste wijze te helpen.

Het is eveneens duidelijk dat een groot aantal oudere mensen op het ogenblik voortdurend bezig zijn om de situatie in hun gebied en omgeving terug te dwingen naar een vroegere positie die voor hen eens begerenswaard leek, dit zonder rekening te houden met de feitelijke veranderingen die de wereld heeft gekend.

Wij worden geconfronteerd met angsten die gebaseerd zijn op een gevoel van onvermogen. Als wij zien hoe bepaalde vakbonden zich teweerstellen tegen mechanisatie van productieprocessen, dan moeten we ons realiseren dat het hier helemaal niet gaat om arbeidsplaatsen. Want indien men op de juiste wijze industrialiseert, mechaniseert, dan is het zeer wel mogelijk het aantal arbeidsplaatsen uit te breiden en bovendien die arbeid voor de mensen meer aanvaardbaar, aangenamer en korter van duur te maken. Het is dus helemaal geen kwestie van: wij zijn er bang voor. Wij zijn bang iets te verliezen waarvan we menen dat wij het hebben zonder dat wij het in feite bezitten.

Als wij dat geestelijk bekijken, dan zien we ook precies hetzelfde, verschijnsel.

Mensen zijn op het ogenblik heel druk bezig om bepaalde denkwijzen eenvoudig uit te roeien. Of het Vaticaan nu bezig is om de vrijzinnigheid van het katholicisme in Nederland uit te roeien of dat men bezig is in de politieke wereld om een bepaalde kleine partij, die een beetje fascistisch is te onderdrukken, dat komt op hetzelfde neer. Men is niet bereid de verschijnselen van de tijd te zien zoals ze zijn. Men is ook niet bereid te onderkennen waar de werkelijke oorzaken liggen voor de verschijnselen die men meent te moeten bestrijden.

Als iemand de mazelen heeft, kun je natuurlijk de lijder kinine geven. Dat zal de koorts bestrijden, maar niet de ziekte. Soortgelijke dingen zien we in deze dagen in subsidieregelingen, in pogingen om bepaalde groeperingen a.h.w. buitenspel te zetten, in pogingen om gezagsverhoudingen te restaureren. Dit zijn allemaal methoden die eigenlijk nergens op slaan.

Als ik hoor spreken over democratie, dan denk ik inderdaad aan de beslissende invloed van het volk op alle beslissingen die namens het volk worden genomen. Als daarbij heel vaak protesten eenvoudig worden weggewuifd als niet ter zake doende, dan vergeet degene die dat doet ongetwijfeld dat de persoon die protesteert wel degelijk meent dat hij recht heeft en dat het dus noodzakelijk is om zeer duidelijk de onjuistheid van die stelling aan te tonen.

Het zijn allemaal punten waardoor je een beetje verward kunt worden. In deze tijd is dat wel bijzonder moeilijk omdat men geen inzicht heeft in de werkelijke gang van zaken. Een typisch voorbeeld heeft zich in Engeland voorgedaan bij de typografenbond.

Er is een bedrijf dat heeft besloten om te moderniseren. Dat betekent o.m. dat men de loodzetsels gaat vervangen door andere zetmethoden: elektronische zetmethoden. Om daarvoor de bekwame mensen te kunnen aantrekken heeft men een aantal aangesteld (6 of 7), die niet lid waren van een vakbond. De vakbond komt nu in het geweer tegen het niet aannemen van alleen vakbondslieden. In feite komt ze in het geweer tegen het toepassen van de moderne methode die men nu meer dan 30 jaar heeft weten tegen te houden bij alle andere belangrijke Engelse kranten en tijdschriften.

Wat men zich niet heeft gerealiseerd is dat hierdoor een aantal uitgevers een groot gedeelte van hun oplage in het buitenland doet vervaardigen. Met andere woorden, dat men in feite werkgelegenheid heeft verloren in plaats van gewonnen.

Als we die mensen zouden kunnen duidelijk maken dat een modernisering, een stroomlijn van alle dingen erg belangrijk is, dan zouden wij hen ook duidelijk kunnen maken dat zij door daaraan mede te werken veel meer invloed gewinnen dan door ten koste van alles alleen de oude regels in stand te houden.

In uw eigen land is het precies hetzelfde. Als we kijken naar een regering als de uwe en we beschouwen daarbij de verhouding van het ambtenarenbestand, dan moeten we zeggen dat althans op dit moment het aantal ambtenaren, dat staat tegenover de in vrij bedrijf werkzame en dus volksinkomen verdienende burgers, te hoog is. Dan kun je zeggen: Wij willen werkgelegenheid. Maar dan kunnen we die mensen alleen aanhouden door hun arbeidstijd te verkorten en gelijktijdig hun inkomen te korten. Een andere oplossing is er niet.

Doe je, dit namelijk niet, dan komt er een ogenblik dat de staat inderdaad failliet gaat. Diegenen die dat niet zo erg vinden (er zijn er nogal wat) die realiseren zich ook het volgende niet:

Als de staat failliet gaat, dan blijft ze toch wel bestaan. Alleen, ze komt politiek onder curatele. Dat wil zeggen, dat ze zelf niet meer het beslissingsrecht heeft op zeer belangrijke punten. Dan krijgen wij de vraag, of het reëel is om zo te handelen. Volgens mij niet. Wat de regering doet is niet reëel. Ze bezuinigt; maar zij bezuinigt op de verkeerde manier. Zij kapt namelijk niet haar eigen bestedingen. Ze kapt alleen haar verplichtingen die zij is aangegaan t.a.v. de burgers die daarvoor betalen. Dat is een onjuiste benadering.

Ik vind het ook erg interessant om te zien hoe de mensen op straat reageren. Zij zeggen: Wij hebben altijd dit of dat gehad en daarom hebben wij daar nu recht op.

Als iemand u regelmatig geld geeft, dan kunt u zeggen dat er een gewoonterecht ontstaat waardoor u het verder kunt blijven ontvangen. Maar dat is natuurlijk geen juridisch recht. Denk je nu alleen juridisch, dan zeg je: Dus stoppen wij ermee. Denk je alleen in deze gewoonte rechtsituatie, dan zeg je: Wij moeten het continueren. In feite zou je het beste doen door gewoon te zeggen: Wij moeten eens met elkaar overleggen. Er is niet meer dan zoveel, hoe zullen we dat verdelen?

Dan zou iedereen natuurlijk kunnen schreeuwen. Men zou het onderling kunnen uitvechten, maar er zou een verdeling zijn waardoor iedereen misschien wel ontevreden is, maar zich toch bij de feiten zal neerleggen. Nu creëer je een situatie waardoor niemand bereid is zich bij de feiten neer te leggen, omdat men geen werkelijk inzicht heeft in dat wat mogelijk is en bovendien zich blijft beroepen op een gewoonterecht dat in een periode van grotere welvaart en weelde is ontstaan.

Dit klinkt allemaal wel erg politiek. Ik ben het met u eens. Maar heeft een vriend van mij niet eens gezegd, dat de biechtstoel in feite de psychiatrische inrichting is voor de minvermogenden? Hij had volkomen gelijk.

Wij kunnen heel veel dingen veranderen, indien we teruggaan naar vrijwilligheid. Vrijwilligheid is op het moment niet erg in. Als je iets doet, dan moet je er iets voor krijgen, dan moet je er rechten aan ontlenen. Het feit, dat je iets doet omdat je het nodig vindt dat het gedaan wordt, bestaat bij veel minder mensen. En dan wil ik niet spreken over de manier waarop dat in een vereniging als deze of wat mij betreft bij de geitenfokkers of bij een aquariumvereniging bestaat, maar gewoon zoals ze in de gemeenschap bestaat.

Wij hebben deel aan een gemeenschap, dan moet het voor ons ook belangrijk zijn dat we in die gemeenschap iets presteren wat voor die gemeenschap van belang is en voor onszelf bevredigend. De bevrediging die wij vinden door de dienst aan de gemeenschap zou dan eigenlijk het loon zijn dat we verwerven. Velen zullen het er niet mee eens; daar zal ik mij graag bij neerleggen.

Als we, dat nu eens in geestelijk opzicht vertalen, wat krijgen we dan?

Er zijn heel veel mensen die naar bewustwording streven. De meeste van hen echter streven naar bewustwording om zo meer te worden dan ze waren, niet om daardoor meer te kunnen zijn dan ze voor die tijd waren. Zij willen dus niet méér betekenis hebben voor anderen, maar ze willen zich a.h.w. boven anderen verheffen. Dat wordt niet als zodanig beseft en omschreven.

Het hele proces van die geestelijke bewustwording en alles wat je doet, gaat gepaard met een zekere gewichtigheid. Je kunt kritiek uitoefenen. Als je ziet hoe op het ogenblik in de meeste partijen in de politiek een partijdiscipline geldt die zodanig streng wordt gehandhaafd dat de persoonlijke vrijheid van overweging voor een groot gedeelte wegvalt. Dan kunnen we ook zeggen: Degenen die daar zitten zijn in feite duurbetaalde ja‑zeggers. Of ze dat nu willen toegeven of niet, daar komt het wel op neer.

Op dezelfde manier kun je zeggen: Degenen die geestelijk streven en daarmee alleen bezig zijn zichzelf te verheffen en hun eigen geestelijk hoog‑zijn te etaleren, zijn feitelijk ook alleen maar geestelijk begenadigde Ja‑zeggers die één ding vergeten: dat de dienstbaarheid moet voortvloeien uit jezelf, uit je eigen besef en je eigen inzichten.

Het is natuurlijk krankzinnig, als je een bekend chirurg zou willen verplichten om veearts te worden of boswachter. Hij zou het misschien wel kunnen, maar zijn feitelijke bekwaamheid en roeping liggen op het terrein van de geneeskunde van mensen. Alleen, indien er niemand anders beschikbaar is, zou men diezelfde kennis moeten kunnen toepassen ook als het dieren betreft. Maar de eerste functie is voor de mens.

Voor de veearts geldt het omgekeerde: hij is er voor de dieren, maar bij het ontbreken van iemand die in staat is in te grijpen, zou hij zijn medische kennis wel degelijk ook moeten kunnen gebruiken voor de mens.

Een geestelijke genezer zal zich moeten beperken tot geestelijk genezen, omdat dat in de eerste plaats zijn taak is. Maar geestelijke genezing kun je nooit op de goede manier volbrengen, indien je niet beschikt over een zekere innerlijk gevoeligheid. Dan zijn er ogenblikken waarop je die innerlijke gevoeligheid ook op andere gebieden ten bate van je medemensen zult moeten gebruiken en wel wanneer er geen ander aanwezig is die datzelfde op dat ogenblik op de juiste wijze kan volbrengen.

Onze functie mag niet zo gespecialiseerd zijn. Wij zijn niet ‑ alleen maar medium of alleen maar helderziende of genezer, of wat mij betreft alleen maar putjesschepper. Wij zijn mens; en als zodanig willen we functioneren. Wanneer die multifunctionaliteit wordt ontkend of wordt afgeremd, dan schuiven wij in feite een groot gedeelte van onze menselijke verplichtingen terzijde.

Dit geldt ook geestelijk. Geestelijk ben ik niet iemand die moet proberen boven of buiten de mensheid te staan. Ik zal iemand moeten zijn, die juist met zijn eigen kracht, met zijn eigen inzicht binnen het geheel van de mensheid werkt ten voordele van het geheel van de mensheid.

Ik ben bang, dat bij heel veel groeperingen die zichzelf als uitverkorenen of als de enige goeden beschouwen, juist deze vorm van dienstbaarheid te veel wordt verwaarloosd. En als men al diensten bewijst, doet men dat heel vaak om, hierdoor een erkenning van zijn eigen gelijk te verkrijgen.

Ik vind het heel mooi dat er zendelingen (priesters) zijn die geneeskunde studeren en dan als geneesheer in de Derde Wereldlanden gaan werken. Maar laten we ons dan even afvragen, of zij in de eerste plaats werken om de mensen te helpen of om in de eerste plaats zielen te winnen. Dan blijkt, dat ongeveer de helft van de studenten het winnen van zielen belangrijker vindt dan het genezen van mensen. En daar ligt dan de fout.

Het is een wat wonderlijke wereld waarin u leeft. Als ik op het ogenblik zie hoe de natuur overal huishoudt, dan kom ik tot de conclusie dat inclusief de ramp die waarschijnlijk binnen twee weken zal plaatshebben, de mensheid wel bereid is er iets aan te doen, maar dat men niet bereid is om na te gaan in hoeverre men zelf mede oorzakelijk is voor de rampen die gebeurd zijn, hetzij door nalatigheid hetzij door bepaalde dingen die men heeft gedaan.

Het is gemakkelijk genoeg te zeggen: Dan moet een ander de gevolgen maar dragen. Bij verontreiniging van grond is dat een van de meest voorkomende verschijnselen en heus niet alleen in Nederland. Menig bedrijf zegt: als het mij te veel kost om mijn afval op de juiste wijze te doen vernietigen, dan laat ik het wel ergens storten. Dan hoop ik maar dat de mensen daar geen schade van ondervinden. Dat mag je natuurlijk nooit doen. Maar zo zijn er ook mensen die zeggen:

Het is voor mij nu voordeliger om bepaalde denkwijzen te propageren of om bepaalde feiten te onderdrukken. Dat is een geestelijke verontreiniging. En dan hopen ze er ook het beste van.

Maar is het wel reëel om aan te nemen dat er dan nooit iets kwaads uit kan voortkomen? Denkt men niet te veel in termen van zichzelf? Als u dit probleem bekijkt en u kijkt dan naar de inleiding die vandaag is gehouden, dan wordt u geconfronteerd met een aantal zaken die sommigen een beetje ongeloofwaardig voorkomen, voor anderen te vaag zijn; zoiets als een harmonisch netwerk. De werkelijkheid is echter, dat die dingen wel bestaan.

De werkelijkheid is, dat deze mogelijkheden inderdaad zich ontwikkelen. Maar daarnaast ligt ongetwijfeld de consequentie dat het niet volledig zal passen in uw manier van denken en van leven. De verandering kan namelijk niet plaatsvinden zonder dat er uiterlijk iets mee gepaard gaat. Aan de andere kant kan een uiterlijke verandering nooit werkelijk geschieden zonder dat er in de mensen een verandering tot stand komt.

De interrelatie tussen innerlijke wereld en uiterlijke wereld ontgaat de meeste mensen. Zij denken: als God mij maar zegent en mij mijn zonden vergeeft, dan is alles wel in orde. Dat is natuurlijk onzin. De kwestie is doodeenvoudig: al datgene wat ik doe, zal in mij en buiten mij plaatsvinden, ook als de uiterlijkheden misschien in de wereld verwaaien en vergaan. Wat in mij bestaat, kan alleen door mijzelf worden opgelost. En dat is de grote moeilijkheid.

De grote moeilijkheid voor iedereen die in de huidige tijd in deze wereld leeft is wel te beseffen dat al hetgeen je uiterlijk doet innerlijk consequenties heeft. En dat al hetgeen je innerlijk bent, doet, beseft, gelijktijdig een verandering naar buiten toe impliceert. Je kunt niet het ene zonder het andere hebben.

De grootste fout die in deze dagen wordt gemaakt is misschien wel dat men er zo ontzettend over nadenkt. Men overpeinst met welke rituelen men het beste een medemens geestelijke kracht kan toezenden, kan troosten, kan genezen. Men overweegt welke wetten en procedures noodzakelijk zijn om het verkeer voor anderen veilig te maken etc. Hierbij gaat men dus uit van een ritueel. Want een groot gedeelte van de wetgeving is ook meer ritueel dan werkelijk.

De meeste wetten worden namelijk aangenomen, omdat ze een verbetering zouden kunnen beloven voor de gemeenschap, terwijl men gelijktijdig weet dat het handhaven van die wetten onmogelijk is, zodat de feitelijke verbetering uitblijft. Op die manier is het innerlijk en uiterlijk precies hetzelfde.

Het ritueel is overbodig. Juist als je bezig bent met geestelijk streven, met geestelijk werken, dan is het heel erg belangrijk dat je leert de franje eraf te halen. Het is heus niet nodig om een half uur Aum te zingen en dan in een diepe meditatie een hoogste waarde te ervaren. Als je gewoon in jezelf die vrede, die rust vindt, dan is die hoogste waarde daar.

Het is ook heus niet nodig om allerlei ingewikkelde procedures in te stellen om aan een geestelijke genezing te werken. Op het ogenblik, dat je werkelijk het besef van de genezing in je kent en de wil tot genezen, zul je ontdekken: ik heb een mate van kracht. Werk met die kracht naarmate je voelt dat je haar bezit en je zult resultaat hebben.

Er zijn mensen die bezig zijn met de toekomst en die voortdurend proberen die toekomst naarstig te ontleden. Als u weet hoeveel verschillende sjablonen van de toekomst zijn ontworpen door allerlei zeer deskundige instanties op grond van wetenschappelijk gefundeerde gegevens, dan zou u met uw oren klapperen. Vooral als u erachter zou komen dat die vaak tot volkomen tegengestelde conclusies komen.

Is het werkelijk zo noodzakelijk om daaraan een dergelijke procedure te wijden? Ja, de deskundigen zullen altijd ‘ja’ zeggen. Maar per slot van rekening, als je de dominee vraagt, of het noodzakelijk is zolang te preken, zal hij ook ‘ja’ zeggen, al is het maar omdat hij zichzelf zo graag hoort.

Het is dus veel verstandiger om zonder al die ingewikkelde procedures zo eenvoudig mogelijk jezelf in te stellen op datgene wat noodzakelijk is. En of dat dan horen, zien, genezen, uitstralen van kracht en het ontvangen van geestelijke wijsheid is dat doet verder niet ter zake. Stel je in op datgene wat op dit moment noodzakelijk is.

Verbind er geen procedures aan, als je zover bent dat je weet, dat je iets hebt beleefd of dat je enige kracht hebt. In het begin is zo’n structuurtje heel aardig. Het werkt wat suggestief, het geeft je dus een zeker houvast. Maar als je een toren bouwt en je laat die tot het einde der dagen in de steigers staan, dan zal niemand ooit beseffen hoe schoon hij is.

Wanneer u in uzelf eenmaal een licht heeft ontwikkeld en u omgeeft het door steigers van beredeneringen, van rituelen en wat dies meer zij, dan zal er nooit uitkomen wat u feitelijk tot stand heeft gebracht. Gewoon in eerlijkheid en eenvoud datgene wat in u is zo goed mogelijk gebruiken, datgene wat in u mogelijk is op de eenvoudigst mogelijke manier tot stand brengen en vanuit uzelf uitstralen en doen uitwerken, dat is de werkelijke oplossing.

Het grote probleem in uw wereld is, dat alles zo ingewikkeld wordt gemaakt. Als we kijken naar de deskundigen, dan blijkt dat elke groep deskundigen weer een andere taal gebruikt. Als we kijken naar de mensen die menen dat zij het weten, dan merken we dat zij allen bepaalde emotionele beredeneringen gebruiken waaraan alle feitelijke argumenten voor een groot deel ontbreken. Er is voortdurend ritueel en procedure. Er is te weinig werkelijkheid.

Wij kunnen aan de wereld van vandaag heel weinig veranderen; die verandert zichzelf wel. Maar wat we kunnen doen, is onze benadering veranderen. Onze benadering van geestelijke waarden, van geestelijke mogelijkheden, van paranormale krachten en zelfs van ons gedrag in de maatschappij. Wij kunnen dit baseren op de eenvoudigst mogelijke benadering zonder langdurige beredeneringen en overwegingen, steeds uitgaande van het innerlijk gevoel van juistheid en daarnaast die redelijke erkenning van mogelijke procedures.

Op die manier kun je iets bereiken. Op die manier kan deze tijd veranderen. De problemen van vandaag de dag zijn problemen die mede tot stand zijn gekomen door die ingewikkeldheid.

Als een geestelijk netwerk te weinig kans krijgt om zich te ontwikkelen, dan wordt het grotendeels belemmerd juist door deze zelfde procedure‑belustheid; deze voortdurende behoefte aan rituelen en mooie woorden.

Ik weet dat wij u niet veel anders kunnen geven dan woorden, maar het zijn niet alleen mooie woorden. Wat wij proberen te geven is een klein deel van de werkelijkheid van uw maatschappij, maar ook van uw innerlijk leven. Door eenvoud en rechtlijnigheid bereik je veel meer dan door alle procedurele methodiek.

Als u dat eenmaal goed heeft begrepen, dan zult u misschien eens een beroep durven doen op uw intuïtie, op het lichtje dat in uw woont en van daaruit een keer reageren. En als u dat doet, dan zult u tot uw verbazing concluderen dat het vaak veel meer uithaalt dan al het werken volgens de regels.

Een concert voor twee linkerhanden.

Dat is eigenlijk het concert dat de mens het meest speelt. Hij heeft zelf maar één linkerhand. Hij begint te spelen in de hoop dat de tweede er als vanzelf bij zal komen.

Het concert dat hij speelt is op zichzelf misschien mooi, maar het kan alleen goed worden gespeeld, als je inderdaad twee linkerhanden hebt die bovendien in staat zijn harmonisch en goed samen te werken. Een samenwerking. Dat is eigenlijk de basis van de titel die u me geeft. Maar is samenwerking dan ook niet, als ik het mag opmerken, voor ons het bewustzijn dat we vele dingen niet alléén kunnen doen? We zouden dwaas zijn om te beginnen aan een concert voor twee linkerhanden, als we nog niet eens met twee handen tegelijk: “moeder, er ligt een kip in het water” kunnen spelen. En dat doen de meeste mensen.

De pretenties zijn torenhoog, de werkelijke mogelijkheden klein. Wie wezenlijk in zich en vanuit zich waarheid wil vinden, zal eerst de bekwaamheid in zich moeten ontwikkelen. Maar wanneer hij die bekwaamheid bezit, dan zal hij ook ontdekken dat er anderen zijn welke die bekwaamheid kunnen aanvullen. Dan zul je ontdekken, dat je als mens nooit wezenlijk alleen staat, tenzij je dit zelf en bewust veroorzaakt.

Er zijn altijd contacten, er zijn altijd banden. Er is altijd een samenwerkingsmogelijkheid op velerlei terreinen. Maar wie wil samenwerken, zal in de eerste plaats moeten beseffen: ik moet zoeken naar datgene wat me aanvult, niet naar datgene wat minder is dan ik of wat meer is dan ik. Alleen datgene wat me de mogelijkheden geeft die ik zelf niet bezit.

Wanneer een mens zich wil bezighouden met geestelijke zaken, dan moet hij dat niet doen om daardoor los te komen van stoffelijke zaken zonder meer. Hij moet eerst zijn eigen geestelijke mogelijkheden en zijn erkenning van de stoffelijke praktijk zodanig toespitsen dat hij in staat is te erkennen waar een geestelijke kracht hem kan helpen om meer te zijn dan hij was. Als wij die eenheid en die twee‑eenheid doorvoeren, komt er tenslotte het ogenblik van versmelting.

Dan krijgen we het probleem van de tweelingziel waarin twee wezens tot een twee‑eenheid worden. Een eenheid die dan veel meer kan en veel meer betekent dan elk van de twee afzonderlijk. Dat is de oplossing van het raadsel.

Een concert voor twee linkerhanden kan het best worden gespeeld door twee personen die een feitelijke eenheid vormen.

Ik mag u hier danken voor het zeer uitzonderlijke onderwerp dat in een andere samenstelling van de groep misschien als een uitdaging zou zijn gevoeld, maar waarvan ik alleen kan zeggen: het slaat zeer waarschijnlijk op vele dingen die je ook zelf weleens probeert te bereiken. Misschien is mijn beschouwing een antwoord op de vraag waarom dat dan zo zelden gelukt.

image_pdf