Het licht van deze dagen

image_pdf

12 januari 1965

Wij willen deze bijeenkomst beginnen met wat lering daarna hebben wij twee gastsprekers. Ik zou heden graag het een en ander willen vertellen over het licht van deze dagen. Het is betrekkelijk eenvoudig om uit te roepen, dat dit jaar een Saturnusjaar wordt, enz. Dat er vele golven van licht zullen zijn. Maar hierbij vergeten wij heel vaak, dat die dingen hoofdzakelijk materieel gezien moeten worden. De werkelijke invloeden zijn voor ons het belangrijkst op geestelijk terrein. En datgene, wat voor ons geldt (innerlijk), bepaalt tenslotte de manier, waarop wij alles wat dan beïnvloed en geleid op de wereld gebeurt, zullen interpreteren en beleven het licht van deze dagen.

Het kosmisch licht dat zal u allemaal bekend zijn kan worden gezien als een eenheid, die wij dus het verblindend licht noemen, waaruit het witte licht voortkomt, dat zich dan als door een prisma spreekt in verschillende kleuren. De eigenschappen van dat witte licht zijn dus overal vertegenwoordigd, maar slechts ten dele.

Een golf van kosmisch licht, die de wereld treft, is een eenzijdige beïnvloeding van die wereld, waarbij een bepaald aspect van de levende kracht en van het scheppend vermogen sterker optreedt dan alle andere. Wanneer u beroerd wordt door een golf van licht en deze is harmonisch met uw eigen wezen, dan wordt uw eigen wezen daardoor versterkt. Wanneer beroerd wordt door een golf, die strijdig is met uw eigen wezen, wordt u daardoor afgeremd.

Bent u neutraal, dan zal het gebeuren op de wereld zelf voor u de voorrang krijgen boven al datgene, wat innerlijk ontstaat. Nu kunnen we met heel mooie woorden gaan spreken over al wat de meesters doen, al wat de goddelijke kracht betekent, en wij komen er niet verder mee. Wij moeten proberen de eigen verhouding tot het licht te definiëren.

Aangezien het Witte Licht gelijktijdig levenskracht is en het totaal van de wereld en alle zijn ook van de sferen binnen zich bevat, kan worden gezegd, dat elke kleur die optreedt niet alleen betekent een beïnvloeding van de materie of van bepaalde geestelijke voertuigen, maar van het geheel van ons wezen.

Aangezien wij zelf behoren tot een bepaalde straal is het duidelijk, dat alles wat behoort tot onze eigen straal en de daarmee harmoniërende kleuren, voor ons gunstig is. Dit is een mooie theorie, waarmee wij weinig kunnen doen, tenzij wij voor onszelf in staat zijn nog iets te begrijpen van de straal waartoe wij behoren, van de kleur a.h.w. die ons leven domineert.

Degene die probeert die kleur of straal definitief vast te stellen, zonder daarbij te kunnen uitgaan van een verhoogd innerlijk weten, zal algemeen een te enge, een te nauwe keuze doen. Hij of zij zal zich oriënteren niet alleen volgens de werkelijkheid van het innerlijk ik, maar ook volgens de wenselijkheid, zoals die materieel wordt gezien. Daarom lijkt het mij goed, dat wanneer u die kleur niet kent u niet tracht die ten koste van alles vast te stellen.

Wel moet u proberen om uw eigen geneigdheid en gerichtheid ten koste van alles te ontdekken En dat kunt u betrekkelijk eenvoudig. Wanneer u weet waarvoor u bang bent (wat u dus in geen geval wenst) en wanneer u weet wat u wel wenst, dan kunt u uit de complexiteit van uw leven voldoende gegevens verzamelen om te weten wat met uw wezen harmonisch is en wat niet. Al datgene, wat onze vrezen ontdoet van datgene waardoor wij er bang voor zijn, is gunstig. Al datgene, wat onze wensen en begeerten ontdoet van drang en daarvoor in de plaats stelt een zuiver beeld, is begeerlijk, is harmonisch. Deze maatstaf voor harmonie aanhoudende zou ik u dan de volgende raad willen geven:  Richt u in de komende tijd altijd weer op de buitenwereld. Kijk wat er in die wereld gebeurt en wat daarin voor u aanvaardbaar is. Zet uw angsten opzij, zet uw begeerten opzij. Datgene, wat u werkelijk begrijpt, wat u als juist aanvoelt ergens in uzelf, zonder daardoor teveel te worden beroerd, is voor u datgene, waarmee u in harmonie bent. Zoek deze dingen steeds terug te vinden.

Dan is er een volgend punt, waar misschien ook niet voldoende de aandacht op valt. Wanneer u een horloge ziet, dan weet u dat er onrust in zit, d.w.z. in feite beweegt zich het raderwerk met schokken en niet zo gelijkmatig als men wel denkt. Zo geldt dit ook voor ons leven. Onze mogelijkheid tot bewustwording, tot vooruitkomen, tot beleving (hetzij in de materie, hetzij in de geest), beweegt zich ook met schokken.

Wanneer wij een impuls krijgen, dan zal die impuls niet onmiddellijk verwerkt worden. Onze realisatie van die impuls duurt langer dan de impuls zelf. De invloed van de gebeurtenissen houdt veel langer aan dan het gebeuren zelf. De belangrijkheid, zoals die op een bepaald ogenblik wordt gezien, is zo menselijk, dat zij voor de uitwerking binnen het ik eigenlijk niet meetelt. Zij is voortdurend wisselend georiënteerd op het ogenblik. Maar datgene, wat je aan herinneringen behoudt en dat steeds terugkeert, is vormend voor jezelf en zelfs bepalend voor je reactie (geestelijk en stoffelijk) op de wereld.

Wij mogen dus niet aannemen, dat een golf licht, die ons beroert, ons een onmiddellijk resultaat geeft, dat wij onmiddellijk kennen. Het is een impuls, die in ons binnen het bewustzijn iets wakker maakt, dat wij nog zeer lang daarna en a.h.w. zeer levendig ook ons zullen herinneren en waardoor wij een beter inzicht krijgen in ons zelf en de wereld. In een jaar, waarin die invloeden zo buitengewoon snel wisselen als het huidige, zal heel vaak dus op de wereld de toestand al gewijzigd zijn, voordat wij met onze beschouwingen beginnen. Maar dat hindert niet. Want de zelfkennis die wij opdoen, de oriëntatie van het ik, geeft ons de mogelijkheid bij elke weerkerende invloed, waarmee wij harmonisch zijn, gebruik te maken van de verkregen inzichten en verkregen kennis.

Misschien vindt u dit allemaal een beetje te praktisch en misschien zijn er onder u die zeggen: Dat hebben wij al eens eerder gehoord. Dat is heel goed mogelijk. Maar wij moeten ergens beginnen. En ook in de esoterie, ook in een streven naar innerlijke bewustwording, word je op een gegeven ogenblik geconfronteerd met de noodzaak eerst het leven zoals het is te aanvaarden. Je kunt niet zonder meer ontvluchten naar een andere wereld. Je kunt wel je wereld uitbouwen tot een andere wereld, maar je kunt haar niet ontdoen van haar eigenschappen en haar kwaliteiten. Zoals je ook jezelf niet kunt ontdoen van de eigenschappen en kwaliteiten, die in je leven.

Voor de geest is dit alles beperkt belangrijk. De geest m.i. leeft in een wereld, die veel minder concreet lijkt dan de stof. Haar uitwerking, bepaalt voor een gedeelte haar wereld. Zo zij een licht ondergaat leeft zij in dat licht voort. De mens doet dat niet, zijn geest doet dat wel. En dit betekent, dat geestelijk een ondergane harmonische invloed een lange tijd een bron van kracht blijft.

Onze geestelijke wereld kan hierdoor ik zou haast zeggen qua kleur of straal sterk verschillen van datgene, wat in de materie plaatsvindt. Wij zullen daardoor ook in staat zijn om voor het behoud van ons eigen wezen en de vergroting van eigen kracht uit de geest te putten en wel op grond van zuiver harmonische waarden, terwijl deze op aarde niet aanwezig zijn.

In de kracht van de kosmos schuilen onnoemelijk veel raadselen. Wij zijn geneigd die raadselen te ontcijferen, wanneer wij kunnen. Wanneer wij het niet kunnen, dan verwerpen wij het raadsel als geheel, of wij menen dat er een andere verklaring mogelijk is, dat het niet juist is geïnterpreteerd. Het verhaal van de stralen, van de Heren van Licht, is een verhaal dat heel veel problemen en raadsels met zich brengt. Ze zijn praktisch van kosmische geaardheid, omdat ze alle werelden en alle sferen omvatten. Deze raadsels zijn niet altijd op te lossen.

Wanneer ge de vragen, die uzelf betreffen, weet op te lossen, zo zullen de raadsels op den duur begrijpelijk worden. En hebt u begrip voor het raadsel, dan is de oplossing nabij. Bent u echter niet in staat om in uzelf een oplossing te vinden, een zelfaanvaarding te bereiken, dan zal het kosmisch raadsel altijd een kosmisch raadsel blijven. Dan zal geen enkele rationalisatie, geen enkele ontvluchting van de kern van het probleem u ooit verder kunnen helpen.

In deze dagen komt dat wel bijzonder sterk tot uiting. De levende kracht is op deze wereld in een wel wat eigenaardige vibratie geraakt. Wij kunnen dat constateren door de sterke opwinding, die overal ontstaat; de steeds groter wordende tendens om alle belemmering van eigen wezen of persoonlijkheid terecht of ten onrechte als agressie te beschouwen en daar met uiterste agressiviteit op te reageren.

Een dergelijke tendens zou ook t.o.v. kosmische problemen ons parten kunnen spelen. Je bent haast geneigd om een soort afpersingstechniek te gebruiken tegenover de hogere krachten. Je eist van de meester of van God, dat Die dit of dat nu maar eens even in orde maakt. En gebeurt dat niet, dan bestaat Hij niet.

Het is misschien niet erg esoterisch om daarover te spreken. Maar hoeveel mensen in deze dagen verloochenen niet alleen hun normale dagelijkse bestaan onder een bepaalde pressie, maar ook hun hele geestelijke achtergrond en hun geestelijke inhoud? Wanneer je jezelf op die manier vergeet, schep je een probleem, dat praktisch niet opgelost kan worden binnen de periode van een menselijk leven. En dat moet je ten koste van alles vermijden.

Er is ook vaak de gedachte, dat wij met halfheden kunnen volstaan. In geestelijk opzicht gebeurt dat heel vaak. Wij denken dat het voldoende is, wanneer wij een bepaalde kennis hebben, een bepaalde wetenschap en daar dan een beetje mee spelen. Dat is juist in deze tijd erg gevaarlijk, omdat het ik onder druk komt te staan van verschillende kanten. Want een halve oplossing beteken een voortdurende pressie hetzij geestelijk, hetzij psychisch, hetzij fysiek waaronder dat ik lijdt, waardoor het tot irrationaliteit gedreven wordt.

En aan de andere kant is de aanvaarding, de aanvaarde oplossing van een deel van het probleem, eveneens een reden om je vreemd te voelen met de wereld en je door die wereld gejaagd en onder pressie te achten. Los het probleem liever niet op dan een halve oplossing te aanvaarden. Elke halve oplossing is in deze dagen een groot gevaar, dat niet beperkt blijft tot het stoffelijke, maar vele geestelijke waarden mede aantast. De kracht op zichzelf kunnen wij ook beschouwen als een hulpmiddel. Elke kracht, die actief is, geeft de mogelijkheid om de gerichtheid van die kracht enigszins te wijzigen. Een actieve kracht, die gewijzigd kan worden, maakt het mogelijk doelbewust op te treden binnen de werkingen, die voor die kracht mogelijk zijn. Om het heel eenvoudig te zeggen: Wanneer er een waterstraal valt en hij valt in een bepaalde richting, dan zal ik misschien niet in staat zijn die straal een andere kant te laten uitgaan.

Maar ik kan wel de wijze, waarop het water valt, zo beïnvloeden, dat links of rechts van die straal een gebied nat wordt en dat rechts of links ook een gebied droog blijft, dat anders beroerd zou worden. Ik kan dus iets doen. Om dat te doen moet ik beschikken over de middelen. Die middelen liggen in mijzelf. Op het ogenblik, dat ik mij bewust ben van mijzelf als een vaste waarde en durf vertrouwen op mijzelf, geestelijk en stoffelijk, zal ik in staat zijn mijn wil te richten. Mijn wil, niet slechts als hypothese gesteld maar uitgedrukt met geheel mijn wezen, in stof en geest, is t.o.v. de stroom van kracht die de wereld bereikt het middel, waarmee wij haar enigszins van haar normale baan kunnen afvoeren.

Je kunt om dat watervoorbeeld nog even vast te houden niet de hoeveelheid water die neerkomt beperken. Je kunt alleen bepalen waar ze ongeveer neerkomt. En dat laatste kan heel erg belangrijk zijn.

In jezelf dromend een hoge geestelijke waarde bereiken is niet voldoende vandaag. Je moet die waarde in jezelf maken tot actie. Je moet komen uit een daadloosheid, uit een aanvaarden van wat anderen zeggen en wat er gebeurt, of het mooi vinden, van allerlei dingen, het jezelf sussen misschien met de gedachte, dat je er geestelijk zo gek nog niet voorstaat, je moet vanuit die daadloosheid komen tot actie. Ook dat hebt u vaak gehoord. Maar wanneer die actie er is, is uw wezen in staat om de kracht, die op aarde werkzaam is te beïnvloeden.

Elke beïnvloeding van die kracht moet gericht zijn ons evenwicht. De onevenwichtigheid van deze tijd impliceert, dat wij de kosmische krachten die op aarde werken voortdurend moeten trachten te richten op een herstel van evenwichtigheid. Op een wegvallen van illusie desnoods, maar een handhaven van de concrete waarde, – en dat geldt net zo goed – het hanteren van deze krachten om bv. de geldswaarde constant te houden, als om bepaalde geloofs- of geestelijke waarden constant te houden.

In een periode van vernieuwing als deze, kan het ik niet alleen opgaan tot God in zichzelf en gelijktijdig zichzelf behouden. Je gaat met al je gewin teloor, wanneer je niet kunt ingrijpen. Ingrijpen is een verplichting. Dat ingrijpen kan alleen geschieden d.m.v. en uit de krachten van eigen wezen. Misschien vindt u ook dit een herhaling. Laat ons dan nu wij de punten gesteld hebben overgaan naar een misschien wat abstracter terrein.

Elk ego heeft heimwee naar de Oneindigheid. Elk ik voelt zich onvolledig, omdat die Oneindigheid niet bereikt is. Alle krachten, die wij rond ons zien, zijn breukdelen van de Oneindigheid. En juist omdat wij de volledigheid ontberen, waarnaar wij zo verlangen – of wij het weten of niet – zijn wij geneigd ze te verwerpen.

Wanneer wij in onszelf zoeken naar eenheid, dan zijn wij eveneens geneigd om alle brokstukken van weten en bewustzijn, die erbij behoren, opzij te zetten. Dat kan in een reeks van incarnaties goed zijn. De eenzijdige ontwikkeling van dit leven wordt gecompenseerd door een anders gerichte ontwikkeling in een volgend leven. Maar op het ogenblik dat je te midden van de grootste krachten, die er in de kosmos zijn, a.h.w. speelt, werpt met je leven, dan is die eenzijdigheid gevaarlijk. Wij moeten zoeken naar een ontplooiing, waarbij ook de veelzijdigheid van leven en beleven binnen het ik nog realiseerbaar wordt.

Nu behoort u tot een bepaalde sfeer. U bent onderdanig aan, een bepaalde straal. U wordt geleid door een licht, een meester van een bepaalde kleur. Deze dingen zijn uw bewustwording. Zij zijn de primaire kracht van uw bestaan, de motivering van uw bestreven. Maar als je in jezelf gaat, dan ontdek je al heel gauw, dat de kleur de methode betekent dat de meester alleen maar de aanleiding is; en dat de straal zelf een weg is, maar dat zij niet een doel vormt.

Kies uzelf niet als doel. Begrijp dat u op uw eigen wijze alle dingen moet benaderen. Voel aan hoe in uzelf langzaam maar zeker gevoelens van onrust rijzen. Hoe u in uzelf met verbazing terugkijkt naar het verleden. En hoe u uw zekerheden zoekt aan de ene kant en datgene, wat u zeker leek, niet meer als zodanig kunt aanvaarden. Kijk naar de verwarring, die er heerst in u. Gedachten misschien ook, dat er iets teneinde loopt. En zeg dan tegen uzelf: Deze verwarring komt voort uit het feit, dat ik te eenzijdig ben. Uit het feit, dat ik alles wil aanpassen aan mijn straal, mijn behoefte, mijn bewustwording, mijn inzicht. Doet u dit, dan realiseert u zich opeens hoeveel meer er bestaat.

Als je de wereld van dit jaar beziet, dan doet ze ons denken aan een caleidoscoop, waarbij de kleurvlekken elkaar afwisselen en steeds verschillende patronen tekenen en toch eigenlijk altijd dezelfde blijven. Wanneer je kijkt naar een mens, die innerlijke bewustwording zoekt in deze tijd, dan doet hij denken aan iemand, die staat op een groot toneel, waar kleurige lichten rondwentelen. Nu eens grauw uitziend en groenig, dan rossiger, dan hij ooit geweest is. Nu fel in zwart-wit met felle slagschaduw, dan weer in een wazig-blauw, als een geest die pas ontwaakt is. Het ik ondergaat die invloeden.

Wat wij naar buiten zijn, is niet belangrijk. Ook niet hoe die wereld rond ons is, is belangrijk. Dat is het verschijnsel. Een acteur, die op het toneel staat en een rol moet spelen, die wordt misschien voor het effect door vele kleuren belicht, maar zijn rol blijft dezelfde. Die rol mag niet georiënteerd zijn op zijn eigen claus, zijn eigen woorden, zijn eigen rol, maar moet ingevoegd zijn in het kader van het stuk, waarin hij optreedt. Beschouw uzelf als zodanig. De wereld brengt vele wisselingen. U moet uzelf gelijk blijven, maar u moet gelijktijdig weten, hoe u a.h.w. in het spotlight kunt blijven.

Er bestaat een komisch nummer, dat nog wel eens vertoond wordt, waarbij de ster altijd net naast het spotlight staat en als een krankzinnige heen en weer loopt om toch vooral in dat felste licht te komen, dat alles belicht behalve hemzelf. Dat is iets van de dramatiek van de mens, die innerlijk in deze dagen niet de nodige rust vindt die deze innerlijke ontwikkeling niet ver genoeg kan voortzetten. Hij is onzeker en in zijn onzekerheid plaatst hij zich, verschillend. Hij plaatst zich niet volgens het schema waarin hij past, hij plaatst zich volgens zijn eigen inzicht. En dan staat hij net buiten de lichtbundel. En als de lichtbundel hem zoekt, dan heeft hij zich net verplaatst. Er is dus een zekere rol kennis nodig misschien kennis van de plaats, die je inneemt.

De plaats die je inneemt wordt misschien bepaald door je stoffelijke verhouding maar in de grootste mate wordt zij zeker bepaald door je innerlijke waarde. (innerlijke waarde hier als omvattend alle geestelijke werkingen en voertuigen binnen het ik.) Het is deze waarde, die bepaalt in hoeverre het spotlicht u zal beroeren of niet. En wanneer het niet het geval is, dan hindert dat niet. Dan is het niet belangrijk, want dan is er een ander ding, dat belangrijker is dan uzelf.

Leer actief te zijn in die ogenblikken dat het licht, dat de belangstelling, dat de wereld a.h.w. u beroert. En leer de rol spelen zonder hapering en zonder dat licht te zoeken, wanneer op een ogenblik iets anders belangrijker is. In jezelf droom je vaak. En de verontrustende dromen, die deze tijd vaak kentekenen, een bewijs van de spanningen waaronder de mens leeft, een bewijs ook van innerlijk aangevoelde mogelijkheden voor de toekomst zijn over het algemeen mismoedig. Er zijn maar weinig dromen van licht en vreugde in deze tijd. Wanneer je in jezelf zoekt naar waarheid en je laat jezelf door die mismoedigheid leiden, door die gevoelens van onvolmaaktheid en onvermogen, dan bereik je niets. Pas wanneer je in jezelf ondanks die sombere dromen het licht weet te puren, wanneer je in jezelf wat vreugde, wat zekerheid weet te vinden, bereik je iets.

En dan is het natuurlijk gemakkelijk om te zeggen: “U zult ontwaken tot een steeds juister besef van uw innerlijke voertuigen.” Maar dat betekent nog niet, dat u ze zult kunnen omschrijven. Misschien zult u ze een psychische functie noemen of onderbewustzijn. Misschien geeft u er een andere verklaring voor. Misschien noemt u ze geestelijke meesters. Misschien demonen. Wat in uzelf bestaat is niet belangrijk door de interpretatie, die u ervan geeft, maar door de kracht, door de inhoud, die het in u wekt.

Zoek licht. Licht is niet een krampachtig staren in de zon. Dat verblindt alleen. In jezelf moet je juist zoeken naar die koele verademing, die licht geeft, wanneer het valt op een bladerdak. Naar die aangename stemming, die je hebt, wanneer de wereld zijn kleuren opheldert door het zonlicht. Het is niet uw taak in het innerlijk leven om door te dringen tot het hoogste licht. U moet gewennen aan de weerkaatsing ervan en u moet die kunnen ervaren als vreugdig, als kracht, als zekerheid.

Wie niet zeker is van zichzelf, kan zich in deze dagen niet beheersen. Wie geestelijk niet zeker is in deze dagen, niet zeker is van zichzelf, die loopt het gevaar, dat hij alle kanten wordt uit gesleurd. Misschien kunnen wij daarvoor het best een vorm van vergelijking gebruiken: U kent allemaal het geloof van vele moslims, dat degene die naar het paradijs gaat moet gaan over de snede van het zwaard, dat de enige brug is tussen de wereld en het paradijs. En daarbij moet hij gaan over de kloof van Gehenna, van de hel. Wanneer hij onzeker is, wanneer hij aarzelt, stort hij naar beneden. Wanneer hij angst heeft voor de gestalten, die uit deze kloof der verschrikking opstijgen, dan valt hij en is hij verloren.

Wanneer wij onzeker zijn, wanneer wij geen doel hebben, wanneer wij niet vertrouwen, op onze innerlijke kracht, wanneer wij met al onze beperkingen desnoods niet geloven dat er in ons een licht en een vermogen is, dan bereiken wij niets. Dan zal het minste, het geringste wat er gebeurt, ons doen vallen in een soort slangenkuil vol van vertwijfeling. De waanzin is de mens in deze dagen vaak nabij. En naarmate hij hoger grijpt in de geest, wordt dat gevaar van waanzin ook groter. Niet omdat het slecht is geestelijk hoog te willen stijgen, maar omdat het moeilijk is zekerheid te bewaren. Moeilijk om die zekerheid te bewaren, waardoor je je weg gaat, wetend: Alleen dit is mijn doel en al het andere kan mij niet beroeren.

Wie tegen zichzelf verdeeld is, wie innerlijk verward is, hij wordt verdeeld in en door de wereld. Hij wordt aangetast door ziekte, door mismoedigheden. Hij wordt het slachtoffer van alle omstandigheden. Wie zeker is van zichzelf niet. Wie in de geest uittreedt en dit doet met een absolute zekerheid van zichzelf, die kan gaan door de laagste sferen, door de diepste grotten van wanhoop hij kan gaan door astrale gebieden, waar demonische gestalten bestaan, zo verschrikkelijk dat een mens ze haast niet denken en beelden kan en er gebeurt niets. Hij is zeker van zichzelf.

Over een oude held staat geschreven:

Want ziet, hij gaat door de hallen van de dood. En de dood benadert hem, maar hij ziet hem niet, want hij kent slechts zijn doel. Ziet, de onzichtbaren dringen voor hem en trachten hem met zwaard en schild te weerhouden. Maar hij herkent hen niet en hij gaat verder, want hij is zeker van zijn doel. Hij gaat door de hallen van licht en een ieder is verblind, maar hij gaat verder, want zijn ogen kennen het doel en hij is zeker van zichzelf.

Hij gaat over het gouden koord, dat voert tot de Oneindige en ziet, al rond hem is leegte, maar hij kent haar niet, want hij kent zijn doel en hij is zeker van zichzelf.

Juist als je in jezelf wilt opgaan, dan is dat geloof ik erg, belangrijk. Grijp niet verder dan je in feite kunt, maar zorg dat je zeker bent van jezelf. Het is beter op het ogenblik een gedachte, een droom in jezelf te dragen, waarvan je zeker bent, waarop je durft bouwen, waarvoor je alles in je leven zou willen geven en opofferen, waarvoor je alles terzijde kunt stellen dan met de mooiste dromen te leven en voortdurend te vrezen.

Alles heeft zijn kostprijs. Stoffelijk en geestelijk. Die prijs is niet altijd uit te drukken in geld, of in zielen of in kracht. Er zijn vele prijzen. De munteenheid is nu eenmaal innerlijk anders dan in de materie. Maar je moet voor alles betalen. Zolang je denkt te kunnen betalen, heb je kapitaal. Wanneer je je afvraagt of je kunt betalen, ben je in gevaar. Wanneer je zegt; de prijs is mij te hoog, ben je, het slachtoffer van je eigen streven.

Je moet ín jezelf komen tot een bereidheid alle dingen te erkennen en te offeren, zelfs daarbij misschien prijs te geven wat je toch zag als jouw grote taak of jouw grote mogelijkheid. Je moet elke prijs kunnen betalen. En dan kun je die innerlijke zekerheid vinden. Dan vind je die gerichtheid.

In jezelf schuilt een eigenaardige wereld. Sommigen noemen het een jungle. Anderen een verwarrende stad vol vreemde gebouwen. En nog anderen zeggen; Het is hemel en hel door, elkaar gemengd, totdat je niet meer weet hoe je gaan moet. De wereld in jezelf is niet in wezen een jungle of een vreemde stad. Je kent haar. En niets wat erin staat, niets wat erin leeft, niets wat daarin je benaderen kan is werkelijk gevaarlijk, tenzij je het gevaarlijk maakt door het als zodanig te erkennen. Er is niets onbereikbaar in jezelf, tenzij je zelf stelt dat het onbereikbaar is. Wij zijn in onszelf dichter bij een almacht dan wij beseffen. En ook al zijn wij uiterlijk gebonden aan kosmische invloeden en werkingen, aan misschien zelfs de inwerking van planeten, al kan het optreden van een bepaalde straal of een bepaalde kleur op aarde voor ons verschil uitmaken, wij kunnen het vanuit onszelf voor onszelf compenseren. Wij zijn niet machteloos. Dit te beseffen is in deze dagen van het hoogste belang.

En je moet ook beseffen dat degene, die innerlijk een verzet kent en het niet durft uiten, zichzelf machteloos maakt. Dat degene, die zich uit en innerlijk ontkent wat hij doet, zichzelf machteloos maakt. Het geeft niet wat u voor complexen en denkbeelden hebt want dat is niet zo belangrijk wanneer u maar durft leven wat u bent. En om dat te kunnen doen moet u in uzelf zoeken.

Wat ik heb gezegd over dat aanvoelen van de kleur, waarbij je behoort, is daarbij werkelijk belangrijk. Niet omdat het zo belangrijk is te weten onder welke meester of straal je valt, maar omdat het belangrijk is te weten wat je bent. Het is belangrijk voor jezelf te weten, welke weg je moet kiezen en welke weg je wilt kiezen. En door de omstandigheden kunt u minder dan ooit vertrouwen op de leiding van anderen.

Onthoud u ook dit! U kunt van anderen de aanwijzingen krijgen, die nodig zijn misschien, maar u bent het die er een juist gebruik van moet maken. U kunt van anderen kracht krijgen maar wil dat enig nut hebben, dan zult u ze juist moeten richten.

En daarom wil ik dit betoog of lesje besluiten met vaak herhaalde maar nog nooit genoeg herhaalde waarheden. Probeer als mens met je beide benen op de grond te staan. Als je mens bent, leef dan als mens en niet als wat anders. Als je geestelijk bewustzijn bezit, begrijp dan dat dit geestelijk bewustzijn ook materieel verwerkelijkbaar moet zijn. Anders heeft het geen waarde.

Datgene, wat in uw geest leeft en wat ook in de materie uitgedrukt wordt, dat is belangrijk. Al het andere is op dit ogenblik een chimère, een koortsdroom misschien. Het kan u meer schaden dan helpen. Besef dat u innerlijke krachten hebt, maar gebruik ze, stel ze op de proef. Anders zult u zichzelf te vaak misleiden en door die misleiding het slachtoffer van uzelf kunnen worden.

Geloof, maar definieer uw geloof zo, dat ge voor dit geloof ook inderdaad alles wilt geven zonder enig voorbehoud, zonder enige uitzondering. Dan alleen kan dit geloof voor u een sleutel zijn tot hogere krachten en hogere waarden.

En wanneer u in uzelf opgaat tot God, weet dan, dat het niet voldoende is om het ik te brengen tot God, maar dat je ook God via het ik moet brengen tot de wereld, waarin je feitelijk bestaat. Dan pas kun je beantwoord aan de eisen van die tijd. Dan pas kun je een juist gebruik maken van. alle krachten. Dan, ook pas je feitelijk concreet en direct over de vermogens, waardoor je – binnen het kader van de heersende kracht – oorzaak-en-gevolg werkingen kunt leren wijzigen. Dan pas begint het scheppend vermogen, dat in je leeft, ook materieel voldoende vorm te krijgen om je te maken tot een bewust, een volledig en zelfs heel gelukkig mens.

Misschien is dit allemaal wat gesneden koek, of moeilijke theorie of iets, wat mooi is om te horen, maar waaraan je toch niet begint. Dat ligt aan u. Wat ik u vanavond heb gegeven is ongeacht zijn herhalingen, ongeacht de u bekende leuzen en kreten, het beeld van geestelijk en stoffelijk streven in deze tijd. En ik meen daarmede tevens ook het werk van onze gasten van vanavond wat vereenvoudigd te hebben, door de achtergrond van hun woorden te belichten. Het woord is aan onze eerste gast.

0-0-0-0-0-0-0-0

Leven is sterven en sterven is leven.

Werken is stilstand en stilstand is arbeid. Vreemde woorden, die de weg van de mens scherper omtekenen dan hijzelf kan aanvaarden.

Leven is sterven, want alle vorm die ontstaat begint te veranderen en te vergaan.

Sterven is leven, want niets gaat geheel ten gronde en het vergaande herontstaat nieuw.

Arbeid is stilstand, omdat de arbeid als doel in zichzelf tijdelijk is en vergaan is in zijn uitwerking, voor zij volvoerd werd.

Maar stilstand is arbeid, want rust vinden in jezelf is een inspanning, welke resultaten brengt, die ook buiten het ik bestaan. Ga hiervan uit. In jezelf een ogenblik het streven staken lijkt menigeen zijn bewustwording verloochenen.  Maar het is vaak noodzakelijk in jezelf te rusten, al is het alleen maar om daardoor de kracht te vinden juist te werken.

Het is noodzakelijk juist ook in jezelf voortdurend afstand te doen van afscheid te nemen van vele dingen, die je misschien toch wel mooi of dierbaar vindt. Ze zijn voorbij. Wie geestelijk wil stijgen gaat van wereld tot wereld, van sfeer tot sfeer en telkenmale is die wereld minder gevormd, bevat zij minder concreet stellingen en waarden, wetten en vormen. Om te komen tot het Hoogste Licht moet je eerst jezelf verliezen. Zijn in het Hoogste Licht is de volledigheid van leven. Gaan tot het Hoogste Licht is afstand doen van al, zelfs van jezelf en zo het volledige sterven.

Wie niet de moed heeft om te sterven, in geestelijk opzicht afstand te doen van alle dingen, kan niet leven, want hij kan het licht niet bereiken. Wie niet de moed heeft om voor zich te rusten, zelfs wanneer ieder roept dat arbeid noodzakelijk is, zal dan wanneer het noodzakelijk is te werken daarvoor de energie en de kennis niet bezitten.

In deze dagen spreken de mensen voortdurend van hun God, van de menselijke waarden, van de menselijke rechten, van de verplichtingen, die er bestaan. En zij gunnen zich de tijd niet om een ogenblik stil te zijn en te zien wat menselijke waarden, menselijke rechten zijn. Zij gunnen zich de tijd niet om te zwijgen en God in de stilte en rust te doen inwerken in hun eigen wezen, totdat Hij spreekt. Daarom is deze tijd verward. Maar indien gij begeert de werkelijkheid te kennen, zo zult ge moeten beginnen de moed te vinden tot sterven en de moed te vinden tot rust en, zelf in uw streven.

Indien gij belangrijk wilt zijn, moogt ge geen belangrijkheid nastreven, opdat gij werkelijk betekenis zult hebben en niet slechts een schijn van belangrijkheid vormt voor anderen, die steeds meer van inhoud ontdaan wordt naarmate zij uitdrukkelijker aan de wereld wordt getoond. Wees niet onbelangrijk in uzelf, maar zoek geen belangrijkheid in de wereld.

Sommigen willen deugdzaam zijn en hun deugd is veroordeling en ontkenning. Eerst indien gij niet veroordeelt en niet ontkent, kunt ge waarlijk deugdzaam zijn. Moraal, deugd is niet het product – zoals deze wereld schijnt te denken – van het volgen van vaste regels en wetten.

Het is het leven volgens een werkelijk innerlijk begrip, voortdurend voor jezelf verantwoord in al wat je doet. Deugd is niet de verachting voor de wereld, die zondigt en de walging voor het ik, wanneer men in het verborgene hetzelfde doet. Zij is het zonder oordeel erkennen van alle mogelijkheden en dan handelen volgens eigen wezen en weten in uw wereld, uw zo mooie en dwaze wereld, heeft alles gemaakt tot uiterlijkheid. God bestaat alleen in het kerkgebouw.

Deugd bestaat alleen volgens aanvaarde gedragsnormen. Waarheid bestaat alleen met goedkeuring van bevoegde instanties. Uw wereld is uiterlijk. Uiterlijkheid is een vorm van vervagen, van een langzaam vervlieden van elke betekenis en waarde. Innerlijke waarden vinden, innerlijk leren desnoods afstand te doen, innerlijk leren te handelen volgens je wezen niet volgens een norm, dat is belangrijk.

Wie u zegt dat u in uzelf door duizend poorten moet gaan, voor ge de hoogste inwijding en bewustwording bereikt hebt, spreekt vanuit de uiterlijkheid. Er is geen afstand tussen. mens en God buiten de afstand die de mens schept. Er is geen afstand tussen het volmaakte bewustzijn en het menselijk onvolmaakte bewustzijn, buiten het gebrek aan aanvaarding dat in de mens bestaat.

Inwijding is niet slechts een lange weg al lijkt het dit voor de mens vaak te zijn. Inwijding is de aanvaarding van het ware, niet de verwerving. Inwijding is niet het gewinnen van macht en verantwoordelijkheid. Opgaan in God wil niet zeggen alle werelden verlaten, maar wil zeggen de Goddelijkheid erkennen van al, waarin je leeft.

De tijd is aangebroken dat de uiterlijke waarden verbrijzeld moeten worden. En zij zullen verbrijzeld worden met de moker, die de mens zelf heeft gemaakt van angst en haat en verweer. Zij zullen geperst worden, deze menselijke normen, tussen de grote persen van egoïsme en onzekerheid.

Al wat is verandert. En de verandering is onvermijdelijk en noodzakelijk. Maar de menselijke geest behoeft daarin niet onder te gaan. Want het is de kracht van de mens, die het geweld schept, dat in deze tijd velen bedreigt. Het is de mens, die de natuur schept die aanvalt. Het is de mens die het geschil tussen mensen schept. Het is de mens die de dodelijke wapens en gevaren van deze tijd heeft geschapen. Het is de mens, die vrezend voor het onbelangrijke het meest belangrijke (de menselijkheid) uit het oog verliest.

En gij, gij kunt uzelf zijn. En zo ge uzelf zijt in waarheid, waar is de moker, die u verbrijzelen kan? Waar is de pers, die u vermorzelen kan? Indien gij geen deel zijt van deze dingen, bestaan zij voor u niet in uw lot en wezen. Dan zijn zij slechts de schimmen, die buiten in uw wereld een tragische reidans opvoeren over onbegrepen gebeuren.

Innerlijke bewustwording houdt in, dat u kunt ontkomen aan de dreiging van al die machten rond u. Er is geen maatschappij, die u dwingt tot gelijkvormigheid of u vermorzelt, tenzij gij die maatschappij aanvaardt. Er is geen dreiging van wereldbrand, die de wereld kan uitblussen, tenzij gij haar aanvaardt.

Wij zijn gevangen in het spel der mogelijkheden. De mens leeft in de oneindigheid van mogelijkheid, die God schept. En hij kiest voor zichzelf de paden, die hij gaat. Gij zoudt kunnen zeggen, dat elke seconde driehonderd verschillende werelden bestaan. En. in de vormen van die werelden zijn er enkele, die leven en anderen die slechts schim zijn en levenloos. Want het bewustzijn kiest. Gij kiest uw wereld. Uw wereld kiest niet u.

Ik weet dat dit dwaasheid is volgens menselijke normen. Ik weet dat het onmogelijk is om te denken, dat op dit moment zelf er niet één maar misschien wel tien kamers zijn, waarin dezelfde woorden klinken en dezelfde mensen zijn, maar waarin toch kleine veranderingen voorkomen. Toch is dat een waarheid, omdat de gedachte de feitelijke schepping is en niet de materie.

Daarom is het zo belangrijk, dat gij uzelf bevrijdt van de banden, die u binden. Dat gij uw wezen leert verplaatsen in uw wereld, in uw erkenning van God, in de juistheid van uw wezen.

En zo gij leeft en in uzelf de juistheid vindt van leven en handelen, zo zult ge onnoemelijk veel prijs geven. Ge zult al datgene prijsgeven, wat in wezen waardeloos is, maar wat uw eigen belangrijkheid onderstreept. Want in uw eigen wereld zijt gij onbelangrijk. Zelfs indien ge het enige waarlijk bezield levend wezen zoudt zijn, dan nog zijt ge onbelangrijk. Ge zijt slechts uzelf.

Maar wie zichzelf is in waarheid, hij is in waarheid met zijn God. Hij zoekt geen paden van inwijding, want de eenheid die hij vindt is meer dan alle inwijding. Dit is het raadsel van de tijd en het raadsel van alle tijden. Het is de fantastische wereld, waaraan geen wetenschap wil geloven, waarover geen mens durft dromen en toch een werkelijkheid van de kosmos.

Weet dan wie ge zijt: Onbelangrijk maar uzelf. Onzeker misschien van alle wereld en alle zijn, maar zeker Van uzelf. Bouw uzelf op, totdat gij voor uw eigen bewustzijn een werkelijk en ondeelbaar zijt.

Dat is de grote taak, die elke mens krijgt opgelegd. Dat is de grote taak, die gij in deze dagen kunt vervullen. Daarom zeg ik u: Vraag niet om hulp, maar erken de hulp, die is. Vraag niet om kracht, doch wees één met de kracht, die is. Vraag niet om een taak, doch wees deel van de schepping, die is. Vraag niet om wijsheid, doch begrijp het leven, dat rond u is. Want al datgene, wat ge nastreeft, is u gegeven.

Het is niet: Vraag en u zal gegeven worden. Het is: Vraag en u is reeds gegeven, zo gij aanvaardt. Besef dit. Besef uw rijkdom, niet uw armoede. Besef uw mogelijkheden, niet uw onzekerheid. Verander uzelf niet, verbeter uzelf niet, maar wees in waarheid uzelf, in geest en stof. Eén geheel. Ondeelbaar. Dan zijt ge meester van de tijd. Dan zijt ge meester van de kracht. En zonder meesterschap te willen bezitten zult ge de wereld vormen naar uw wezen. Gij zult het begrip vinden voor anderen en van anderen, dat ge nooit hebt kunnen bereiken. Ge zult de geest, die doolt en u bereiken kan, bevrijden en ge zult de afscheiding tussen de werelden wegvagen als spinrag. Want zo kunt ge zijn.

Ik geef u de boodschap van de schijnbare strijdigheden in het leven, die in wezen leven en dood tezamen het eeuwige Zijn betekenen. En ik geef u de sleutel tot deze dagen.

In en vanuit uzelf kunt ge meester zijn, indien ge niet begeert te heersen.

In en vanuit uzelf kunt ge liefde zijn, zo ge niet verlangt als licht erkend te zijn.

Zo mijn woorden u iets zeggen, zoek in uzelf. Zoek in de waarheid van uw wezen. En acht niet al datgene, wat er onaanvaardbaar in lijkt.

Zoek de eenheid van al het aanvaardbare in uzelf en ge zult een zegen zijn van God voor al, wat niet bewust is en behoort tot de harmonie, waarin ge leeft. Ge zult zijn God zelf, de Eeuwige, uitgedrukt in de vormen van de schepping. En ge zult in alle gebeuren en lot de kracht bezitten om in vreugde en vrede te beleven. Het ligt binnen uw bereik. Grijpen moet ge het zelf.

Het woord is aan mijn broeder, die mij bij deze bijeenkomst vergezelde.

0-0-0-0-0-0-0-0

Wanneer je de trots erkent van een zelf-zijn.

Wanneer je de trots erkent van een zelf-zijn,  waarbij God deel is van je wezen en jij deel bent van God, dan is er nog maar één stap nodig om het einddoel te bereiken Waarlijk, indien gij lief hebt, de liefde zal u redden. Indien gij niet lief hebt en al toeziet, ge zult in uw armoede verbleken.

Trots kent geen werkelijke liefde. En omdat de werkelijke liefde op deze wereld soms zo ver te zoeken is, bestaan de problemen waarin u leeft Omdat de werkelijke liefde voor het Licht en voor God zo vaak ontbreken, worstelen zo velen op het innerlijk pad om een bewustwording, die onbereikbaar schijnt. En omdat de liefde, die in zich houdt een aanvaarden en een begrijpen, vaak zo ver is in de toch zo innig begeerde contacten met de geest, wordt zoveel verworpen, wat waarheid is.

Wij kunnen ons hele leven bidden zonder ooit een antwoord te krijgen. Want de wet van de kosmos is die van een harmonie, die alle dingen regeert. Het is een klinken uit de verte, dat de zielen van de sterren verenigen kan met de zielen van de mensen.

En harmonie is meer dan alleen maar een droom, een schijn of een innerlijke toestand.

Wanneer je een woord spreekt en je geeft dat woord de kracht van je wezen mee, dan zoekt die klank een harmonie van je wezen. En dan antwoordt de materie, dan antwoorden mensen en dieren, dan antwoordt de geest. Want een harmonische kracht wordt altijd erkend.

Wanneer je een gedachte neemt en het is een gedachte van harmonie, niet slechts zichzelf zoekende maar erkennende en gevende, zoekend eenvoudig een samenklinken met het andere zijn, dan is zo’n gedachte zo sterk, dat zij een wereld omgordt in één seconde, dat ze sferen samen verbindt, die gescheiden zijn door aeonen van jaren en door onmetelijke verschillen van bewustzijn.

Harmonie is de sleutel, Niet slechts van bereiking en bewustwording, maar van het leven.

Je kunt alleen harmonisch zijn volgens je eigen persoonlijkheid. Maar je kunt door al het zijnde te aanvaarden vanuit je persoonlijk bestaan met bijna alle dingen een mate van harmonie bereiken. En het is die harmonie, die levende kracht is. Het is die harmonie, die de banden vlecht, die bestaan op elk terrein van het zuiver stoffelijke en het astrale tot het hoogste licht toe. En wij kunnen harmonisch zijn en wij kunnen a.h.w. de liefde die in ons bestaat doen weerklinken, tot het Al zindert van de klank, die wij hebben aangeslagen op de luit van de eeuwigheid.

Hoe klein en onmachtig zijn wij en hoe groot is de macht, die ons gegeven wordt, juist in die eeuwige wet van harmonie. Indien u werkelijk meent dat er iets nieuws gevonden moet worden in deze tijd, wanneer ge meent dat uw eigen zaken en uw eigen leven een verandering moeten ondergaan, wanneer ge meent dat het in de wereld slecht gaat en dat de maatregelen van andere mensen moeten veranderen, wanneer ge meent dat uw eigen innerlijke verdeeldheid verkeerd is en daar iets in veranderd moet worden, waarom zoudt ge dan niet eerst zoeken naar de wet van harmonie? Indien ge die harmonie hebt, dan komt al het andere vanzelf.

Je kunt naar liefde streven en ze nooit gewinnen, omdat je ze baseert op je eigen wezen en niet op het harmonisch zijn, dat niet op stoffelijk of omschreven geestelijk niveau ligt, maar eenvoudig is de volledige uiting van het ik en de ontmoeting van het ik in een onbeschreven en tijdloos bestaan.

Je kunt rijkdom nastreven en ze wordt je tot een last en een kwelling, of je bereikt haar niet.

En toch, als je harmonisch bent, is er niets wat je ontzegd wordt. De wet van liefde in deze tijd is meer dan alleen maar een droom of een christelijke leerstelling. Zoals de wet van harmonie meer is dan een denkbeeld van een filosoof of een esoterische leerstelling.

Ge wilt harmonisch zijn. O, ik weet het. In u is altijd weer het begeren om dat te bereiken ergens. Maar moet ge dan niet eerst beginnen met uzelf te zijn?

Wees uzelf. Laat uw eigen gedachten razen en vergeet zelfs de woorden, die ik u spreek.

Wees uzelf. En aanvaard nu de gehele wereld. Ook die vervelende vriendin met haar eisen. Ook die mensen met hun ambtenarij. Ook die verkeerszondaars. En die communisten en die socialisten en de Nazi’s en alles. Aanvaard ze.

Wees wat u bent. Wees uzelf. Maar ontzeg niets in de kosmos zelfs geen demon deel aan uzelf. Laat er niets zijn, waarvan ge zegt; Dit wil ik niet zien als deel van mijn wezen, mijn leven, mijn bestaan in de eeuwigheid of op aarde. Zeg voor uzelf: Ik aanvaard alle dingen. Al wat rond mij is, al wat tot mij komt, al wat mij beroert of stuwt of vormt, zonder voorbehoud.

Ik aanvaard het vanuit het wezen dat ik ben, vanuit de kracht waarin ik besta. Ik aanvaard en zwijg.

En dan geldt: Er is tussen ons geen verschil. Er is tussen ons geen grens. Er is voor ons geen tijd. Want deze dingen gaan voorbij. Maar de aanvaarding die wij geven, de erkenning in ons zelf, maakt alle dingen eeuwig.

Geef jezelf aan geest en stof, aan leven en dood, in volle bereidheid. Zoals soms een leerling wordt uitgezonden in het Tibetaans systeem, om te gaan in een nacht – die hij denkt te weten – doordesemd met demonen, met hongerige demonen, die mensen willen verslinden en verteren, die hem uiteen willen scheuren, om dan zijn trommel te slaan en tot hen te roepen: Hier ben ik. Ik ben uw offer. Neem mij en eet mij. Verscheur mij. Om de liefde van het zijnde, geef ik mijzelf aan u.

En wie dan zelfs door de duisternis van de angst komt, kent een deel van de goddelijke, de kosmos – omvattende wet van de harmonie.

Het is moeilijk om dat te doen. Het is niet zo gemakkelijk om alles te aanvaarden. Zoals het niet gemakkelijk is om te zeggen: Wij zijn tijdloos, terwijl er een klok verder tikt, terwijl de minuten aaneen gerijd worden, terwijl je ouder wordt en het leven buiten verdergaat. Maar je kunt het doen. Je kunt de eeuwigheid waarmaken in de tijd. Je kunt deze kosmische aanvaarding, deze liefde van het Zijn, maken tot een kracht, waardoor je leeft in alle dingen.

En dan? Dan spreek je tot een ander: Neem uw bed op en wandel. En hij wandelt. Met uw kracht en met uw wezen misschien, harmonisch met u. Maar hij wandelt en hervindt zichzelf.

Dan is er een, die zegt: Ik weet geen raad met mijzelf, met het leven. En je drinkt zijn leed en zijn ellende op en je zegt tegen hem: Wees blijmoedig, want dit gaat voorbij. Je bent sterk. En hij gaat en hij is sterk. En de verrotting, die je uit hem hebt genomen als het gif, gezogen uit de wond van een slangenbeet, verteert in de aanvaarding, die je kent.

Dit is een van de grootste woorden, die ooit gesproken zijn. En een van de grootste waarheden, die er bestaan. Daarom, luister en probeer te begrijpen neen, meer, probeer harmonie daarmee te erkennen.

Gij zijt mijn God en ik ben in U. En zie, ik ben Uw Wezen. Gij zijt het Licht en ik ben het licht, dat de schaduw verdrijft. Gij zijt de Eeuwige en ik ben de tijd, die de tijd verteert tot tijdloosheid. Gij zijt het Ongevormde en ik ben de duizendvoudige vorm, die tot vormloosheid versmelt.

Gij zijt de Macht ik ben de uiting.

Laat de eenheid, die ik ken met U, weerkaatsen in alle zijn en alle leven. En al wat Gij zijt weerkaatst in mij. En ik werk uit Uw Naam.

 Die woorden kent ge niet. Toch zijn ze gesproken. Gesproken door de Jezus, die op aarde wordt vereerd. De Jezus, die de harmonie voor bijna allen wist te vinden, toen hij met zijn leerlingen eenzaam was in de woestijn.

Allen moeten wij ditzelfde bereiken. Wij kunnen deze tijd misschien meester worden en wij kunnen in onszelf stijgen tot het Hoogste Licht. Maar wat baat het ons, als wij niet de harmonie hebben met het Zijnde, waardoor wij leven?

En daarom wil ik – als een aanvulling van hetgeen mijn gezel en broeder deze avond zeide – u zeggen: Erken dat het belangrijkste is op alle wereld en in alle bewustwording. Harmonie. Harmonie met alles. Met het goede en met het kwade. Met het licht en met het duister. Harmonie met alle mensen en alle schepselen. Harmonie met de onbekende sterren en met jezelf.

Want zo er veel sleutels zijn tot deze tijd, er is maar één sleutel tot alle tijden en tot de eeuwigheid de harmonie in jezelf. En zo waar als de harmonie de macht is en ik in die harmonie niets beteken en toch alles ken en ben, zo waar zal een ieder, die de harmonie wil aanvaarden, licht vinden. Ge zult niet vinden wat ge nu wenst. Dat is onmogelijk. Maar ge zult de weg vinden, die beter is dan al uw wensen.

Ge zult niet de sleutel vinden tot anderen, die ge misschien nu zoekt. Maar ge zult de sleutel vinden tot de kracht in allen en daardoor meer doen dan bereiken of ontsluiten, wat u nu belangrijk lijkt.

Dit is dan mijn betoog. En ik geloof dat het tijd is en afscheid te nemen van dit moment van contact in deze vorm. Maar niet afscheid te nemen van een harmonie, die ons verbindt. Laat ons aanvaarden zonder voorbehoud en daardoor leven met en in elkander. Geestelijk en in de werkingen van ons wezen in alle sfeer.

Opdat onze harmonie moge scheppen de volmaakte wereld, waartoe wij behoren en zo de volmaakte openbaring van de Kracht, Die alle dingen is, ook ons wezen.

image_pdf