9 oktober 1975
We zouden natuurlijk kunnen ingaan op allerlei nieuwere filosofen en denkers van Teilhard de Chardin tot Marcuse. In het laatste geval zouden we ook kunnen spreken over profeten van de vernieuwing. Maar eigenlijk gaat het ons niet om het bespreken van personen. We hebben te maken met een totaal nieuwe tendens, die vooral in de laatste jaren bijzonder sterk doorzet. Als we de gehele verschijnselenwereld van de mens zien, dan staat hij onder enorme druk en spanning. Hij zoekt op de een of andere manier een oplossing. Dat is begrijpelijk, want per slot van rekening, je kunt niet leven in een wereld waarin je niet meer gelooft. Je moet iets hebben om in te geloven. Het resultaat is dat er overal nieuwe denkwijzen zijn ontstaan. Wat vroeger een kleine groep, een kleine cultus was, is uitgegroeid tot een wereldomvattende beweging. Als we kijken naar de Hare Krishna mensen, de Jezus Freaks en al die anderen, dan komen we tot de conclusie: deze mensen volgen eenvoudig een profeet, onverschillig welke, omdat ze zelf geen weg meer weten. De profeten van de vernieuwing zijn feitelijk het houvast van de radelozen.
Ik hoop dat u mij deze toelichting niet kwalijk neemt, want dit is het punt waarvan we deze avond zullen uitgaan. Ik wil u proberen duidelijk te maken wat er precies aan de hand is en u daarnaast een inzicht geven in de betekenis van de verschillende leiders van de mensen. Wij noemen ze profeten, omdat ze toekomstbeelden projecteren die evenmin werkelijk zijn te maken als “Het jaar 2000” van Bellamy en “De ideale staat” van Plato. Als ik mij nu afvraag wat die mensen eigenlijk verkondigen, dan valt dat uiteen in twee soorten profeten. Ieder heeft een eigen toekomstbeeld. Ieder heeft zijn eigen denkwijze. Ieder brengt bij zijn volgelingen dan ook een geheel eigen reactie teweeg. In al die gevallen is de reactie tamelijk agressief, dat wil ik er wel bij zeggen. Wij hebben de profeten die zeggen: wij moeten terug naar het oude geloof. En dan krijgen we mensen, die Jezus volgen op hun eigen manier en die binnen hun eigen kring vaak heel veel goed doen. Maar het zijn mensen die gelijktijdig blind zijn voor het feit dat hun wijze van denken en geloven niet iedereen kan aanspreken. Zij hebben het gevoel: iedereen moet doen zoals wij, alles opgeven en alleen maar Jezus bejubelen, de rest komt dan wel in orde. Het nare daarbij is dat deze mensen ook nog vergeten dat zij eigenlijk leven op kosten van de gemeenschap. Als ik zie hoe overal opwekkingsbijeenkomsten worden gehouden ‑ ook binnen het christendom ‑, dan zeg ik aan de ene kant: ik heb niets tegen die mensen, zij verkondigen een woord, ze maken de mensen wat blijer en misschien genezen ze zelfs hier of daar iemand die intens gelooft. Maar als ik zie hoeveel plastic emmertjes en dergelijke dingen moeten worden doorgegeven om de kosten van de avond te dekken en ik zie hoe in feite de armsten het meest betalen voor een illusie die in hun leven toch niet tot waarheid wordt, dan vraag ik me af of deze mensen wel begrijpen wat zij doen. Natuurlijk, de werkman heeft recht op zijn loon. Ik heb er niets op tegen dat de verkondiger van de één of andere leer er redelijk van leeft. Maar op het ogenblik dat hij probeert zelf een macht te worden, dat hij probeert meer te krijgen en te hebben dan een ander en zegt: “Dat is de zegen des Heren voor mijn werk”, dan heb ik het gevoel: hier gaat iets verkeerd. Kijk je buiten het christendom, dan zie je dat nog veel flagranter. Er is een methode die op zichzelf goed is en vooral als ontspanningsmethode buitengewoon goed werkt, maar die langzaam maar zeker tot een aparte cultus aan het uitdijen is: de Transcendente Meditatie. Nu is dat allemaal best. Ik heb daar niets op tegen. Maar je moet een cursus kopen om er achter te komen hoe dat in elkaar zit. Deze zogenaamde “natuurlijke weg” moet je dik betalen. Bovendien is het ook heel wonderlijk als je hoort hoe de profeten hiervan vluchten eerste klas rond de wereld maken, in eerste klas hotels verblijven, enzovoort. Voor mij is het verschil tussen deze mensen en Lou, die zei dat hij God was, dan niet zo groot. Lou is door de meeste allang vergeten, al zijn er nog kleine groepjes die nog steeds “in Lou zijn”. Bij Lou was het ook: de mensen aanvaardden gewoon dat ze in eenvoud moesten leven, dat ze veel moesten afdragen en al die dingen meer, maar daar stond het denkbeeld tegenover dat zij uitverkoren zouden zijn. Dat was alles. Hun leiders leefden in een betrekkelijk grote weelde. Per slot van rekening, “God” kan niet in een derdeklas hotel logeren. Anderen leden daarvoor armoede. Een foutieve instelling, maar alweer begrijpelijk. Mensen die geen raad weten met zichzelf, zoeken iets waardoor ze betekenis krijgen. Ze zijn bereid achter iedereen en alles aan te lopen in hoop dat de problemen worden opgelost.
In deze religieuze situaties zien we ook nog heel andere verschijnselen. Ik noemde reeds de Hare Krishna groeperingen. Er zijn nog andere. Er is een Koreaanse beweging die ook dergelijke eigenaardige dingen uithaalt. Het zijn groeperingen die de mensen helemaal isoleren van de maatschappij. Dat ze daardoor eigenlijk tot parasieten van de mensheid worden, zullen de gelovigen zich zelfs niet realiseren. Zij brengen grote offers. Zij zijn voortdurend bezig met in eerbied aan hun grote leider en diens uitspraken te denken. De rest bestaat niet meer. Het is alsof je een zwarte bril opzet om jezelf te bewonderen in het beetje weerspiegeling van wat je nog ziet en misschien te vergeten dat je in de wereld leeft. Deze profeten zijn de profeten van: vergeet de wereld. Weg uit de gemeenschap van mensen. Weg uit de wereld met al haar problemen, met haar grote vraagstukken. Wees jij nu maar uitverkoren! Leef beperkt in je eigen groep. Leg voortdurend verantwoording af. Verneder je voor je leiders. Dan zal het goed komen. Dan zul je doordringen tot het eeuwige Licht en de eeuwige Waarheid. Dan zul je uitverkoren zijn voor een eeuwige zaligheid waarvan je voelt dat je die op aarde toch niet kunt krijgen. En dan zeggen ze: “Wees onder elkaar blij. Wees vreugdig, want we zijn uitverkoren, ons kan niets gebeuren.” En in een soort roes jubel je dan. Je voelt je ontlast (psychologisch volkomen verklaarbaar) van al je problemen en spanningen. Je durft jezelf te zijn zoals je bent en je gaat verder. Er zijn ook scholingen die een beetje agressiever zijn. Er zijn verschillende technieken ontwikkeld waardoor de mens als het ware wordt getraind om zijn volledige persoonlijkheid in te zetten. Dat een dergelijke training maar voor weinig mensen werkelijk doelmatig is, ziet men rustig over het hoofd. Men maakt het wel kostbaar. Men zegt dat het heel belangrijk is en men roept uit: “Alleen hierdoor kun je meerwaardig worden. Indien je onze cursussen volgt, onze denkwijzen – zoals bijvoorbeeld die van de Scientology – aanvaardt, dan zul je zien dat jij de beste mens bent tussen allen. Jij kunt het meest bereiken. Jij wordt ingewijd. Je zult steeds meer invloed krijgen. Voor jou bestaan de problemen niet meer, je hebt je losgemaakt uit de massa, je staat erboven.” Maar alweer is het in feite een isolement van de werkelijkheid.
Er zijn andere profeten. Ik noem Herbert Marcuse die in zijn wijze van denken zoekt naar een nieuwe vrijheid, in feite de anarchie. De anarchie die voortkomt uit het waarmaken van de wil van het volk. Hij ziet echter over het hoofd dat het volk niet één wil heeft. Het volk wil zóveel verschillende dingen, dat het daardoor steeds weer onderworpen zal zijn aan een betrekkelijk kleine groep waarin iedereen hetzelfde wil. Marcuse zegt: “Alle middelen zijn geoorloofd. Wij moeten ons verzetten tegen deze maatschappij. Dit establishment moet gebroken worden. Neem je geweer en schiet. Demonstreer. Gooi het verkeer in de war. Probeer de handel te fnuiken. Zorg ervoor dat jij vrij bent, dan zal de wereld vrij worden.” Dat laatste is dan de grote vergissing. In feite zegt hij: leef jezelf uit en maak anderen tot je slaven.
Dan is er Mao met zijn ingewikkelde filosofie die soms enorme Wijsheid, Diepte en Schoonheid bereikt, maar die gelijktijdig ook leert dat geweld de enige oplossing is. Macht komt uit de loop van het geweer! O, het is mooi gezegd. Het is dichterlijk en ergens wel een beetje juist als het gaat over de bestaande machtsverhoudingen. Maar is datzelfde nog juist als mensen naar bommen en geweren grijpen ‑ of dat nu in Baskenland is, in Chili, Argentinië of misschien ergens in Nederland, wie weet of dat niet nog eens zal gebeuren ‑ en zeggen: wij gaan ons recht verdedigen, onze macht ligt in ons geweer. Wie doden ze dan? Over het algemeen meer buitenstaanders dan betrokkenen. Als u mij niet gelooft, moet u de getallen eens nagaan die in Ierland bekend zijn gemaakt en waaruit blijkt dat zowel professionals als IRA‑mensen eigenlijk meer neutralen dan tegenstanders hebben vernietigd. Dat is toch eigenlijk krankzinnig!
Wij moeten, zo roept men uit, de wereld in onze greep krijgen. Alle middelen zijn daartoe geoorloofd. Bedrog is geoorloofd. Men noemt het natuurlijk geen bedrog, men noemt het vorming. Het komt echter op hetzelfde neer. Als iemand een greep naar machtsmiddelen doet, zoals radiostations – denk maar aan wat er op het ogenblik in Portugal gaande is -, dan doet men dat niet omdat men de vrijheid van het woord bewondert, maar omdat men de mensen wil indoctrineren. Als men voortdurend bezig is met terreuracties dan doet men dit niet om een vijand te verslaan, maar om duidelijk te maken hoe sterk men is, om anderen vrees aan te jagen. En als tegenover terreur contra-terreur komt te staan, dan is het eigenlijk niets anders dan de onmondigheid van de mensen die onder het mom van een ideaal steeds bezig zijn zichzelf en anderen te vernietigen. De profeten van de vernieuwing, althans degenen die zich als zodanig voorstellen, zijn mensen die weinig begrijpen van de werkelijkheid. Ze houden gewoon geen rekening met de eenling – behalve misschien Marcuse – en vergeten helemaal dat de droom van een bepaalde gemeenschapsvorm nooit waar kan worden, tenzij de mensen hem zelf waarmaken, anders kun je hoogstens wat uiterlijkheden bereiken. Er zijn ook andere denkers geweest die men niet zozeer als profeten van de vernieuwing beschouwt en die mijns inziens eigenlijk toch veel meer hebben gedaan om de mensen in deze tijd een weg te wijzen. Maar ja, het zijn geen leiders die zeggen: dit is de oplossing, volg mij. Als je sterft, zul je een held van het volk zijn of ingaan tot de eeuwige zaligheid. Zij zeggen alleen: dit is de juiste weg.
Dan denk ik terug aan India, aan Mahatma Gandhi die de mens heeft gezegd: “Als je burgerlijke gehoorzaamheid weigert zonder geweld te gebruiken, dan schep je daarmee een macht die niet meer te bestrijden is. Want weerlozen doden maakt zelfs een sadist op een gegeven ogenblik misselijk.” Dit heeft hij gezegd na zijn derde hongerstaking. Deze man heeft getracht de mensen duidelijk te maken waar het om gaat. Macht berust op de bereidheid anderen te gehoorzamen. Een vernieuwing in deze maatschappij kan niet voortkomen uit geweld, uit een botsing van machten, uit een “de straat op gaan”. Het kan alleen geboren worden uit de massa die weigert bepaalde dingen langer te aanvaarden en daarom zegt: ik wil er geen deel meer aan hebben. Als morgen alle mensen het openbaar vervoer gaan boycotten en ze houden dat in Nederland gedurende vier weken vol, dan komt er een heel andere opzet voor het openbaar vervoer, dat garandeer ik u. Als de mensen vandaag tot de conclusie komen dat de accijnzen op bepaalde artikelen waanzinnig hoog zijn en ze weigeren ze te kopen en gaan over op vervangingsmiddelen, dan is na vier weken de situatie zodanig dat de regeerders wel moeten toegeven. Wat meer is: als men zo optreedt en geen geweld gebruikt maar zelfdiscipline, waardoor men desnoods zelf offers brengt om niet mee te werken aan iets wat men onjuist vindt, dan krijgt men veel meer medestanders dan anders denkbaar zou zijn. Gandhi heeft van heel veel mensen (grootgrondbezitters) grond gekregen voor zijn armen, omdat ze respect hadden voor de manier waarop hij optrad.
Er zijn meer van die denkers. Er is een man in de Verenigde Staten die wordt uitgelachen. Bovendien heeft hij een beroemde naam: Thomas Jefferson. Een naam die daar aan het verleden herinnert. Deze Thomas Jefferson, die in het midden van de States werkt, verkondigt namelijk: “Het geeft niet wie slaat. Als de Staat slaat, zal ik mij tegen de Staat verdedigen. Als een rowdy slaat, dan zal ik mijn naaste tegen die rowdy verdedigen. Ik zal dan niet vragen: verdedig mij. Maar ik kan slechts leven in een wereld waarin rechtvaardigheid is. Als men niet meer de ogen sluit voor het onrecht dat er geschiedt.” Deze man heeft veel meer invloed dan men op het ogenblik denkt. Deze eenvoudige baptistendominee die blank is – borderline blank, er schijnen enkele invloeden van negerbloed in te zitten – heeft vooral onder de blanke bevolking in midden States ongeveer 3 à 4000 volgelingen. Deze mensen, die inderdaad doen wat ze belijden, hebben reeds heel wat geweld in de kiem gesmoord. Als het er 100.000 zijn, dan zullen heel veel mensen in USA hun gedrag moeten wijzigen. Honderdduizend op zo’n groot aantal is reeds voldoende.
Er is een hindoe-leraar die ook aan yoga doet – sommigen noemen hem Swami, maar ik zie die titel nog niet zo zitten – en die de mensen alleen maar leert: “Wie zich onthoudt van onrecht, kan geen onrecht dulden. Het is onrecht het onrecht te laten voortbestaan waar men het ziet. Het is onrecht, de leugen te erkennen en haar niet te onthullen.” Deze man is een vernieuwer. Indien steeds meer mensen werkelijk bereid zijn de misleidingen die ze ontdekken bekend te maken, indien steeds meer mensen bereid zijn om juist te handelen, onverschillig wat de prijs daarvoor is, dan komen we vanzelf verder. Dan hebben we de eenvoud, die ook door zeer velen op deze wereld wordt gepredikt. Ook hen beschouw ik als profeten van de vernieuwing.
Wat zeggen zij? Ik vat het kort samen: er zijn heel veel varianten in: “Mens, de vreugde van het leven is niet gelegen in de overdaad maar in het vermogen tot zelfbeperking.” “Niet hij die alles eet wat hem wordt voorgezet, zal werkelijk goed eten, maar hij die uit alle mogelijkheden datgene kiest wat op dit ogenblik voor hem het meest juiste en het meest passende is.” “Wie zich kleedt zoals men hem zegt zich te kleden, is een nar. Hij die zich kleedt alleen voor het klimaat is te onverschillig. Maar hij die zich kleedt naar zijn eigen aard, zo eenvoudig en zo duurzaam mogelijk, is een wijze, want hij beantwoordt aan zijn persoonlijkheid en zijn behoefte. Gelijktijdig onttrekt hij zich aan de consumptiedrang die rond hem is.” “Waar ik woon is mijn thuis. Maar mijn thuis maak ik zelf. Ik kan het nooit kopen.” Deze laatste verklaring is een schijnbaar dwaze verklaring. Het is een verklaring die kortgeleden in Brazilië werd afgelegd door iemand die tot zijn geluk zowel door de regeerders als door de tegenpartij wordt beschouwd als een dwaas. Hij zei: “Waar mijn huis is, daar ben ik zelf, ook als mijn lichaam daar niet is. Daarom zal ik die plaats kiezen waarmee ik mij verwant voel. Niet vragend ‘wat kost het mij om hier te zijn’, want indien ik vraag ‘wat kost het mij om te leven’, dan begin ik reeds te sterven.” Het is een eigenaardige persoonlijkheid. De man houdt allerlei eigenaardige Godsdienstoefeningen, compleet met offers en dergelijke. De meeste denken dat hij een dwaas is. Deze man zegt tot zijn leerlingen: “Het is niet belangrijk waar je woont, als je maar goed woont. Het is niet belangrijk hoe je je voedt, als je je maar kunt voeden. En als je je niet kunt voeden volgens de regels die bestaan, voed je dan volgens de mogelijkheden die je vindt op je pad.” Dat is heel voorzichtig gezegd. Hij bedoelt in feite dit: als je honger hebt, steel dan desnoods, maar zorg dat je eet. De werkelijke levensbehoefte van de mens is zijn recht. Al wat hij meer vraagt van het leven is zijn dwaasheid en het ongeluk van de gemeenschap waarin hij leeft.
U ziet het, de verkondigers hebben het niet zozeer over de nieuwe maatschappij die geboren moet worden. Dat is ook begrijpelijk. Een maatschappij is iets wat in machtsverhoudingen kan worden vastgelegd. Maar machtsverhoudingen kunnen in de werkelijkheid geen rol spelen. Zeker, ze kunnen de uiterlijkheid bepalen. Heel Nederland protesteert bij monde van de minister‑president tegen…… en dan noemt u het maar op. Wat zeggen de meeste? Die man kan me nog meer vertellen. Met andere woorden: de meerderheid denkt niet zo. En als je grote woorden spreekt, dan zul je ze toch ook moeten opeten (eat your own words). Hier hebben we weer zoiets. We moeten rekening houden met de gemeenschap zoals die uit ons voortkomt. De profeten van de nieuwe tijd zeggen dat er een tijd moet komen dat de mensen door hun onderlinge relatie (als broeders en zusters zegt men dan) samen het goede moeten waarmaken, elkaar moeten helpen zonder ooit ‑ en dat is heel belangrijk ‑ daarbij rechten op elkaar te doen gelden anders dan die welke door hun gemeenschap zijn ontstaan. Het is dus geen maatschappij van welvaart en zekerheid zoals u in uw eigen land opbouwt. Ook in Zweden bouwt men zo’n welvaartsmaatschappij. Een Zweed – die ik niet tot de grote profeten van de nieuwe tijd reken en die in de buurt van Umea woont – heeft eens tegen studenten gezegd: “Wij die menen aan de gemeenschap eisen te mogen stellen voor absolute zekerheid, verloochenen het avontuur dat voor ons noodzakelijk is om te leven.” Ook daar zit iets in. Natuurlijk is het erg prettig als je weet dat er voor je wordt gezorgd. Maar is die zorg wel noodzakelijk? Dan denk je onwillekeurig aan Meesters en Leraren die heel anders zijn geweest dan deze profeten van de nieuwe tijd, de profeten van de vernieuwing. Want zij zijn de profeten van de ontwikkeling van de mensheid. Maar zouden we hun stemmen ‑ hoe vaag ze ook nog doorklinken in deze tegenwoordige maatschappij – voorbijgaan? Ik geloof dat we zouden falen in de behandeling van dit onderwerp. Ik citeer weer een Leraar: “Hij die haast heeft en gaat lopen omdat de trein door zijn eigen kracht wordt bewogen, is een dwaas. Maar hij die verder wil trekken zonder te weten waarheen en de trein neemt om zo zijn krachten te sparen, is een nog grotere dwaas.”
Een wonderlijke verklaring misschien, maar het zit er zo helemaal in. Onze nieuwe tijd wordt veel te veel bepaald door “we moeten daarheen” en “we zullen daar naartoe gaan.” Is het nu werkelijk zo nodig om als sardientjes in een blikje ergens aan een zuidelijke kust zon te liggen verzamelen? Of tezamen en masse in daarvoor geschikte huisjes te hokken compleet met kleurentelevisie en boerengeluiden op de achtergrond, terwijl nog grote delen van het eigen land je onbekend zijn. Is het werkelijk zo belangrijk waar je naartoe gaat en hoe ver je gaat? Of is het belangrijk dat je gelukkig bent?
Er zijn mensen die zich bezighouden met hun vakantie en die dan zo intens gelukkig zijn als ze zich voorbereiden omdat ze mooie dromen en plannen hebben, dat hun vakantie een voortdurende frustratie is waarvan ze een jaarlang moeten bijkomen voordat ze weer de moed hebben plannen te maken. Dat is dwaas. De Wereldleraar zei: “Dwaasheid is het om je dromen op te bouwen en dan te zeggen: zo moet de werkelijkheid zijn. Maar wijsheid is het de kracht diep in jezelf te beseffen en dan het bestaande aanvaardend zoals het is. Daarin het licht te doen schijnen dat in je bestaat.” Dat ligt toch wel een klein beetje anders. Ik ben de kracht. Ik ben de wijsheid. Niet dat ik die wijsheid bezit, maar in mij bestaat ze. Ik moet die door mijn wezen tot uiting brengen. Een werkelijke vernieuwing kun je volgens mij niet volbrengen door een permanente revolutie, door het stichten van allerlei actiegroepen die banken overvallen, door mensen dood te schieten of allerlei andere gekke dingen. Natuurlijk, het is mode om een vliegtuig te kapen. Dat is nu alweer bijna voorbij. Nu moet er maar iets nieuws ontdekt worden. Het gijzelen van mensen begint langzamerhand ook al ouderwets te worden. Misschien komt er morgen een actiegroep met een kleine atoombom opdraven of iets dergelijks. Maar wat wordt de wereld daar beter van! Wat bereik je werkelijk daarmee? Dan zegt de Wereldmeester: “Aanvaard de feiten zoals ze zijn, maar doe dan een beroep op de kracht die in je is, het licht dat in je is. Put uit je eigen vermogen om, ondanks alles, een zekere blijheid te hebben, om te aanvaarden wat er is en er het beste van te maken. Dan kun je iets doen.” Is dat geen vernieuwing? Op het ogenblik nemen de mensen het beste dat ze te pakken kunnen krijgen en verpesten het zo gauw ze kunnen. Dat is een deel van het probleem van de maatschappij.
U heeft in Nederland een perfecte sociale zorg, bijna perfect. Dat heeft u gedacht! U heeft daar zo voortdurend een beroep op gedaan dat diezelfde sociale zorg langzaam maar zeker de grootste zorg is geworden van de gemeenschap en dan nog een onaangename zorg. U heeft het zo sterk uitgebouwd dat op een gegeven ogenblik die rechten niet meer gegeven kunnen worden welke men nu meent eraan te kunnen ontlenen. Men heeft in plaats van het scheppen van een gevoel van werkelijke solidariteit onder het uiten van allerlei solidariteitskreten iets opgebouwd wat wel ten onder moet gaan omdat het eenvoudig topzwaar is geworden voor de gemeenschap waarin het bestaat.
De Wereldmeester die dit op zijn manier zegt, leerde eens aan een beperkt gezelschap het volgende: “Indien gij diep in uzelf keert en de waarheid van uw wezen aanschouwt, zo kent gij de kracht. Geef aan deze kracht uiting. Roep haar uit als een klank. Beeld haar uit als kleur. Druk haar uit in een gebaar. Maak haar kenbaar en gij zult herboren worden uit die kracht, omdat wat in u is en door u tot uiting komt de eeuwigheid is en die in en rond u de harmonie herstelt die noodzakelijk is.” Dat is een heel vernieuwend principe. Niet buiten jezelf zoeken, maar ín jezelf. Niet uitgaan van wat je buiten jezelf misschien aan mogelijkheden of middelen ziet, maar eerst in jezelf naar de weg zoeken die je moet gaan, naar de mogelijkheid om harmonisch te kiezen. Geen opvoeren van tegenstellingen, dat is dwaasheid. Wie tegenstellingen schept, schept strijd. Wie strijd schept, schept voortdurend grotere onvrede, gepaard gaande met steeds grotere problemen. Schep gewoon harmonie. Zoals dezelfde Meester leerde: “Indien gij innerlijk geen vrede kunt hebben met de wereld, vraag u af: wat ben ik? Vraag u af: welke kracht berust erin mij? En zeg tot uzelf: deze kracht voeg ik bij het disharmonische, opdat het de harmonie moge benaderen. Want in ons streven naar eenheid en begrip scheppen wij eenheid en begrip. Maar in ons streven naar eenvormigheid en aanvaarding van één begrip vervreemden wij het ego, maken wij ons los van de eeuwige Kracht waarmee wij verbonden zijn en vergeten wij de werkelijkheid waarin wij leven.”
U ziet dat ik, sprekend over de profeten van de vernieuwing, niet voorbij mag gaan aan enkele van deze geestelijke Leraren. Een wonderlijke figuur wil ik nog voor u citeren. Het is een van de laatste drie monniken die nog in Tibet mogen wonen in het Klooster der Blinden. Het zijn oude mensen en men laat hen daar omdat men toch wel respect heeft voor het vreemde dat zij doen en zijn. Een van hen sprak: “Daar waar de mens aan niets gelooft, gaat hij te gronde aan zijn ongeloof. Daar waar de mens alleen aan zichzelf gelooft, gaat hij te gronde aan zijn eigen onvolkomenheid. Maar daar waar de mens leert beseffen hoezeer in hem een grote kracht zetelt, zo zal hij door deze kracht treden in de raad van de Heer der Wereld, zal hij openbaren voor zich de wetten die het Al regeren. En uit de wet levend zal hij zijn de Lichtende, die weerkeert naar de kringloop.” Deze mensen zijn ook een beetje profeten. Nu we toch bezig zijn over profeten, vind ik het aardig om de laatste profetieën uit dat Klooster der Blinden die de laatste tijd nog bekend zijn geworden, even te citeren: “De beer – Rusland – heeft teveel vlooien in zijn pels. Als hij zich te zeer gaat krabben, zal hij zijn hoofd verliezen.” Omgezet uit de geheimtaal betekent het: er zijn zoveel dissidente groeperingen in Rusland op dit ogenblik actief dat men zal komen met een poging om met geweld alle macht te herstellen. Maar juist dat geweld zou er dan ertoe kunnen leiden dat een groot gedeelte van het nu regerende Politbureau valt.
Zo hebben ze in Tibet ook het een en ander gezegd over de Verenigde Staten: “Zij die denken aan macht, verliezen hun geld. En zij die naar geld hebben gezocht, vinden macht. Daarom zullen zij die nu om geld macht uitoefenen, vallen.” Hun profetie komt hierop neer. Er zijn een groot aantal groepen en bewegingen. Denk eens aan bepaalde vakbonden die eigenlijk zoeken naar geld en dus macht uitoefenen om daarmee een zekere rijkdom te verkrijgen. Die mensen zullen – juist door hetgeen zij nu verkeerd doen – zien, dat degenen die zij hebben willen exploiteren, zich meester maken van wat zij hebben opgebouwd en daarmee iets heel anders gaan doen. Er wordt feitelijk gezegd dat er in de regering een grote splitsing komt. Nu geloof ik niet dat er verschillende staten zullen toegeven. Zij zullen heus niet afvallen. Maar als men hun woorden precies zou willen uitleggen, dan klinkt het eigenlijk zo: het federale gouvernement zal zijn invloed op de deelstaten aanmerkelijk zien verminderen in de komende tijd en zal daardoor in staat zijn beter schoon schip te maken in eigen rangen.
Nu moet u zich toch eens afvragen hoe het komt dat drie oude mensen (waarvan er een zelfs volkomen blind is en de andere twee hulpbehoevend zijn) die afgesloten van alle nieuws leven (misschien dat ze wat Chinees nieuws horen, maar dat is dan ook alles), ineens komen aandragen met zoiets over de Verenigde Staten.
Ook met wat er wordt gezegd over Afrika: “Hier wordt het vuur ontstoken en een vlam verteert zichzelf. En daar waar het vuur heeft gewoed, is de aarde vruchtbaar.” Vertaald: Er komt in Afrika een grote oorlog. Er wordt ontzettend gestreden, maar door die strijd ontstaat er iets waardoor Afrika eindelijk zich kan gaan ontplooien. Die dingen hebben die monniken gezegd. Toch noem ik dezen geen profeten van de vernieuwing. Het zijn meer de zieners van deze tijd. En als nu de blinde, die ik als ziener het hoogst aansla, op een gegeven ogenblik uitroept: “Ik zie de groene hand zich uitstrekken naar de wereld. Nog is de vuist gebald, maar ze zal een zegen worden”, dan heb ik het idee dat hij heel dicht bij een profetie over de vernieuwing is, Wat is groen? Groen is vruchtbaarheid. De vruchtbaarheid wordt tegenwoordig over de hele wereld bedreigd (de vuist). De hand zal zich ontplooien tot een zegening: er komt een grote verandering op deze wereld. Dat heeft dan kennelijk te maken met het milieu, zou ik zeggen. Hij verkondigt gewoon een nieuwe aarde. Dan denk ik onwillekeurig aan bepaalde christelijke voorspellingen, waarin ook sprake is van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Zou het mogelijk zijn dat deze blinde iets voorziet wat feitelijk is? Dat hij in dit beeld een gebeuren uitdrukt waarin zeer waarschijnlijk én de zon én de aardsfeer (de atmosfeer) betrokken zijn waardoor enorm veel verandert op deze wereld? Waarschijnlijk klimatologisch maar daarnaast ongetwijfeld ook in de stralingsverhoudingen. Als ik dat zo zie, dan zeg ik: waar ik ook zoek, ik vind overal wel profeten van de vernieuwing.
Wat is de vernieuwing eigenlijk? Er is niets nieuws onder de zon. Dezelfde maatschappelijke problemen die nu hier bestaan, bestonden eens in Athene. Dezelfde bevolkingsproblemen die nu overal op de wereld ontstaan, hebben eens bestaan voor het Romeinse keizerrijk. Wat is de vernieuwing dan, wat kan ze zijn? Als de vernieuwing alleen moet berusten op een verandering van menselijke verhoudingen – gedragsregels zonder meer -, dan is het geen vernieuwing. Want alles wat denkbaar is in dat opzicht, is er al eens geweest. Zowel de stam met de sterke mannen als de vele kleine naties naast elkaar. Alle groepen zijn zelfstandig en toch nog botsend tegen elkaar als de wereldrijken. Ze zijn er allemaal geweest. De slavenmaatschappijen hebben net zo goed bestaan als de maatschappijen die werden opgebouwd uit vrije rovers en ruiters. Neen, vernieuwing moet men daar niet zoeken.
Een vernieuwing kan alleen plaatsvinden indien de mens zelf verandert. En dan gaat het niet in de eerste plaats om uiterlijk en gedrag. Het gaat om iets wat we mentaliteit plegen te noemen, of moraliteit als we het op een bepaalde manier religieus of sociaal omschrijven. In deze dagen is de mens tegen zijn medemens. De meeste profeten van deze tijd bevorderen in feite agressie. Wij kunnen eerbied hebben voor bijvoorbeeld Jehova Getuigen, maar hun verkondiging kan soms verduveld agressief zijn. Zo is het ook met de Jesus People. Ze zingen lustige, vrolijke liederen, ze hebben elkaar lief en ze juichen omdat Jezus hen bevrijd heeft, maar ondertussen zijn ze voortdurend bezig om een ander het doopbad in te ranselen, als hij er niet op een andere manier in gaat. Ik overdrijf misschien wat, maar het zit toch dicht in de buurt. Precies hetzelfde is het geval met de linkse en de rechtse groepen die zo goed weten wat goed is. Zelf doen ze het niet: ze proberen anderen te dwingen het te doen. En als ze het zelf al doen, dan ontlenen ze daaraan het recht om iedereen ten koste van alles te doen beantwoorden aan hun eigen normen. Als we ons realiseren dat deze dwang nu juist datgene is wat de wereld altijd heeft geregeerd, deze neiging om met kleine groepen anderen te beheersen met soms onredelijke geloofsvoorstellingen, anderen te dwingen tot een maatschappelijk gedrag, dan zult u het met mij eens zijn dat de vernieuwing daaruit niet kan voortkomen.
De vernieuwing moet in de mens zelf plaatsvinden. Maar dat kan alleen indien het bewustzijn van de mens verandert. Als de mens het leven anders gaat beschouwen, zal ook zijn maatschappelijk gedrag veranderen. Als de mens innerlijke vreugde en vrede vindt, zal hij het buiten zichzelf niet meer zo hard nodig hebben. Dan zal hij praktischer gaan denken. Want als ik kan dromen en leven in een hemel, dan heb ik niet meer de behoefte om voor mijzelf een paradijsachtig stukje op te bouwen. Dan wil ik niet iets hebben wat een ander heeft, want dat draag ik in mij. Als een mens in zich krachten ontdekt die buiten het redelijke om gaan en hij die krachten gaat leren hanteren, dan zal hij ook heel anders aankijken tegen de strikte regels van logica en wetenschap waarmee de beoefenaars ervan – die over het algemeen steeds bezig zijn zich te verheffen op eigen kennis – op den duur hun eigen ongelijk bewijzen. Vernieuwing is dus iets wat in de mens zelf geschiedt. In dit opzicht zijn er enkele groeperingen die als verkondigers van de vernieuwing wel bijzonder prettig aandoen.
Er zijn vormen van Yoga-scholing waardoor de mens zichzelf verandert en niet zijn wereld. Dit veranderen van jezelf is het belangrijkste doel. Er zijn verschillende methoden – helaas soms commercieel geëxploiteerd – waarmee de mens leert rustig ontspanning te vinden om alle drijfveren, die van buitenaf hem worden opgelegd, af te schudden en even zichzelf te zijn. Ik geloof dat deze groepen het dichtst bij de vernieuwing komen. Ik meen dat de werkelijke profeten van morgen die profeten zijn die zeggen dat de dwaasheid van vandaag niet is gelegen in het zoeken naar een andere wereld, maar in de poging om een klein deel van de eigen gedachten op te leggen aan anderen, zodat er geen ruimte overblijft voor een persoonlijke beleving van de waarheid en de werkelijkheid. Vernieuwing is de vernieuwing van het individu. De massa en de massaliteit waarmee velen in deze tijd zo graag rekening houden, bestaan niet werkelijk. Er komt een ogenblik dat de latente macht van hen die nu te lui zijn om te handelen, wordt gewekt. En als deze dan wordt gewekt vanuit een zeer persoonlijk besef van nut, van in jezelf vreugdig en lichtend zijn, door een besef van de overbodigheid van vele dingen en de zinloosheid van vele strevingen, dan zie ik een andere wereld ontstaan. Niet zonder problemen, niet zonder dat er veel geweld zal zijn. Maar dan zie ik werkelijk een wereld komen zoals die door de Meesters is voorzien voor de komende tijd. Een wereld waarin de mensheid broederschap kent, waarin de gemeenschap in feite is een vrije samenwerking van eenlingen, waarin het besef van de eenling steeds weer een erkenning inhoudt van de verbondenheid met de gehele kosmos.
Conclusie:
Wij hebben gesproken over de Profeten van de Vernieuwing. U heeft misschien gemerkt dat ik daar heel voorzichtig ben geweest. Ik heb praktisch geen namen genoemd. De enkele namen die ik heb aangehaald, heb ik eigenlijk niet uitgewerkt. Ik heb daar mijn reden voor. Als je namelijk begint om je aan namen en zekere theorieën vast te leggen, dan heb je maar al te zeer de neiging de profeet als onfeilbaar te beschouwen. En niemand is onfeilbaar, zelfs de Paus niet. Of hij het zelf weet of niet, doet niet ter zake. Je moet proberen te zoeken naar de juiste levensrichting en die valt altijd terug op je zelf. De profeet geeft je de woorden, de denkbeelden waarmee je moet werken. Maar je moet vanuit jezelf niet naar buiten toe werken met het idee van: als ik dat nu maar doe, dan word ik beter, maar met de vraag: wat betekent dit voor mij? Kan ik die betekenis leven en beleven? Hier is dus het gehele stelsel niet meer aan personen gebonden. Het is niet belangrijk of je jezelf Maoïst, Stalinist, Leninist, Socialist, Liberaal, Katholiek of Protestant noemt. Het is belangrijk dat je “bent”. Niet de naam is belangrijk en ook niet de stelling. Als een goed Christen leeft volgens de Christelijke wet, dan is hij in zijn gedrag de ideale Communist. Als de Communist volledig waarmaakt wat in het systeem wordt uitgedrukt als verplichting tegenover de gemeenschap van de eenling, dan gedraagt hij zich als de perfecte Christen in een Christelijke maatschappij. Ik kan ze zo allemaal bij elkaar brengen. Daarom zeg ik: wat hebben we eigenlijk aan al die woorden?
Is het nu belangrijk of ik tot het juiste kom vanuit een materialistisch, een theologisch, een theosofisch of een esoterisch standpunt? Nee, het is alleen belangrijk dat ik de harmonie bereik. Het is dan alsof u zegt: ach, de Nachtwacht is beschadigd, maar gelukkig is er niets met de lijst gebeurd, want dat zou het ergste zijn. Mensen die dat zeggen kijken slechts naar de woorden, naar de theorieën, naar de illusies en ze vergeten dat de innerlijke waarheid in jezelf ligt en vanuit jezelf beleefd moet worden. Misschien is het stoutmoedig om te zeggen dat wij ergens het doek zijn waarop God Zijn naam schildert. Maar alles wat eromheen staat aan stellingen is de lijst, het kader. Laten we alsjeblieft zorgen dat de lijst nooit de schilder belemmert om zich uit te drukken. Laten we nooit proberen de lijst te redden, terwijl we het doek te gronde laten gaan.
Wij zijn de uitdrukking van de scheppende Kracht. Waarom en hoe? Dat weten we niet precies. Wij hebben er geen woorden voor als we het soms aanvoelen. Maar wij zijn de uitdrukking van het leven. Het leven is een eenheid, dat voelen we aan. Laten wij dan in onszelf die eenheid erkennen en door datgene wat we nu zijn in ons denken en besef proberen die eenheid zo goed we kunnen uit te drukken. Dan bereiken we de werkelijke vernieuwing. Elke profeet van de vernieuwing zegt op de een of andere manier tegen de mens: zelf ben je niet belangrijk. Is dat nu zoveel anders of u dat nu zoekt bij Mao, Marcuse, Teilhard de Chardin of in de meer esoterische beschouwingen van grote psychologen en psychiaters? Is het nu zo belangrijk waar het vandaan komt? Of is het belangrijk wat het voor u betekent?
Wij hebben het gehad over de profeten. We hebben het gehad over de vele stemmen die op duizenderlei wijze tot de mens zeggen dat hij in zichzelf de betekenis van het leven moet vinden en waarmaken. Dan zeg ik: zodra daar stellingen bij komen waaraan je jezelf bindt zonder eerst jezelf te vinden, dan ben je een dwaas. Je komt dan tot een revolutie die alleen betekent dat wat beneden was nu boven komt en omgekeerd. Maar als je vanuit jezelf werkt, krijg je iets wat je de evolutie zou kunnen noemen: de ontplooiing waardoor de mens meer mens wordt en door zijn meer mens-zijn bewust deel wordt van de totaliteit. Dat is de vernieuwing die zich in de komende periode moet gaan afspelen. Omdat de mensheid, als ze verder zou gaan in haar verdeeldheid, zichzelf te gronde zal richten door de machten die ze reeds bezit en steeds vaker invoceert om zijn eigen gelijk te kunnen handhaven tegenover anderen. Wanneer de innerlijke eenwording de uitdrukking wordt, dan kunnen we verdergaan. Maar of we dat nu socialisme, communisme, liberalisme of wat anders noemen, doet niet ter zake, mits het een innerlijk beleefd mens-zijn betekent.