19 maart 1968
U kunt beginnen met te zeggen dat elke mens in feite scheppend werkt doordat hij in zijn denken verschillende feiten die niet gereleerd zijn, die niet samenhangen, met elkaar in samenhang brengt, daaruit een conclusie trekt en zo aan het leven iets verandert. En al datgene wat wij voortbrengen voor onszelf en voor anderen dat nieuw is, is in feite creatief, dat is scheppend.
Men denkt heel vaak dat scheppen in de eerste plaats een kwestie is van kunstenaars. Ik zou zeggen dat de kunstenaar de mens is die vanuit zichzelf probeert een denkbeeld duidelijk te maken en zo zijn innerlijke wereld voor anderen kenbaar vastlegt met woorden, klanken, vormen, lijnen, kortom op elke denkbare wijze. Maar ook de gewone mens schept. Wanneer u in uw eigen huis bent dan groepeert u uw meubels, dan probeert u op bepaalde plaatsen dingen een zekere kleur te geven, u probeert uzelf uit te drukken. Wanneer u kleding kiest dan gaat u niet alleen uit van de nuttigheid van de dingen. Men vraagt zich niet af welke kleding is voor mij het meest nuttige, maar men gaat proberen om er iets mee te creëren. Men maakt van zichzelf eigenlijk iets anders dan men is, maar probeert dat zo te doen dat gelijktijdig datgene wat je wilt zijn, wat je aanvoelt, kent, daardoor tot uiting wordt gebracht. Ik wil nl. beweren dat geen enkele mens zonder creativiteit, zonder scheppend vermogen is.
U heeft over de innerlijke wereld van de mens al heel vaak en veel gehoord en ik vind het vervelend om dingen te herhalen die u toch wel weet. Daarom wil ik proberen u duidelijk te maken wat er eigenlijk in u bestaat.
U denkt. U realiseert u een wereld, een bestaan en dat is eigenlijk niet de werkelijkheid. U droomt u de dingen anders dan ze zijn. Dat is heel mooi, maar u schept eigenlijk in uzelf iets wat afwijkt van de werkelijkheid. En daar begint nu eigenlijk wat wij creativiteit noemen. In onszelf dragen we een soort kosmos. Ook al hebben we alle dingen daarin nog geen naam gegeven. Sommige menen dolen in hun innerlijk rond als Adam op de eerste dag in het paradijs toen hij nog niet eens aan naamgeving was toegekomen, hij zei alleen, wat vreemd en wat mooi. Maar wat wij in onszelf voelen, kennen, weten, dat proberen wij over te brengen in de praktijk, in de wereld waarin je bestaat. Sommige mensen doen dat met wat ze idealen noemen of wat ze theoretisch of filosofieën noemen. Anderen doen het misschien door met hun handen iets te maken, of een toestand te scheppen, of een bestaand iets te verbeteren, te veranderen zodat het meer waard is of makkelijker of praktischer is. leder op zijn manier schept daarbij vanuit zichzelf. Een uitvinder moet in zichzelf een beeld hebben van een behoefte anders gaat hij niet uitvinden en doordat hij de behoefte ziet en een oplossing daarvoor aanvoelt, gaat hij proberen dat gedachtebeeld technisch uit te voeren. Met deze technische uitdrukking komt hij dus tot een structuur. Deze structuur wordt in de praktijk getoetst, gewijzigd volgens de normen en eisen van die praktijk en wat er overblijft is een apparaat waarmee je kunt werken, een nieuwe formule misschien waarmee je iets kunt bereiken in uzelf. En er is bijna niets in de mens en in de hele wereld van de mensheid dat niet ergens binnen in de mens is ontstaan. Zelfs een architect bouwt een huis eerst in zijn gedachten voordat hij het op papier een vorm kan geven die in een bouwtekening resulteert.
Maar wanneer ik dan in mijzelf scheppen kan, dan houdt dat ook in dat wat in mij mogelijk is en dat is heel belangrijk, buiten mij mogelijk gemaakt kan worden. Gevaarlijke stelling vindt u niet. Alles wat u denkt, kunt u ook waar maken, maar u kunt alleen waar maken en dat is voor u natuurlijk de ellende, onder de condities die uw eigen wereld stelt. Je kunt dus niet zeggen ik schep iets in die wereld en daarmee is het afgelopen, neen er zit iets aan vast. Een kunstenaar schept een kunstwerk maar dan komt onmiddellijk de kritiek, lovend of afbrekend, maar ze is er. Een mens krijgt een plan, werkt het uit, zet het om in materie of in materiële, of sociale verhouding, maar onmiddellijk ontstaan er gevolgen, er gaat iets mee gebeuren. Als u alleen eens wist wat de uitvinding van ritssluitingen voor de knopenindustrie betekent, dan zou U begrijpen wat schijnbaar kleine onbelangrijke dingen kunnen doen. Een veiligheidsspeld zelfs heeft ook veel veranderd. Of het wiel, dat eerste rolletje hout dat onder een vlonder zo gemonteerd was dat het door kon draaien, dus gewoon een ronde stam een soort rol. Kijk die mensen wisten helemaal niet wat ze deden, maar die man met het wiel die heeft zijn eigen wereld veranderd, die heeft een begin gegeven niet alleen aan vervoer, maar aan een hele technische ontwikkeling. Die man met die ritssluiting die heeft daarmee niet alleen een verandering gebracht in de mode, maar hij heeft op de duur een totale verandering mogelijk gemaakt, al is die nog niet helemaal gerealiseerd, in de kledinggewoonte van de mens en in de vele andere dingen stofovertrekken bv. in meubilair enz.
Al die dingen gaan naar buiten maar die hebben invloed. Ze veranderen sociale verhoudingen, economische verhoudingen, scheppen nieuwe technische mogelijkheden waardoor oude dingen niet meer gehandhaafd kunnen blijven. Je herschept. Maar zou dat nu alleen bestaan ten aanzien van wat je met je handen kunt maken? Ik kan in mijzelf begrippen scheppen die dan gemeenplaatsen worden wanneer ik ze uit. Wanneer ik spreek over harmonie is dat een gemeenplaats, wanneer ik spreek over vrede dan is dat een gemeenplaats. Het is vaag, het is onbepaald, het zweeft. Maar wanneer ik denk aan harmonie in een bepaalde vorm in mijzelf, dus zeg: kijk het is niet alleen maar een vaag stemmetje, een sfeertje, maar het is een actie, een verandering van mijzelf in de wereld. Wanneer ik zeg: vrede, dat is niet alleen maar een vaag iets dat we zoeken, maar dat is iets wat ik moet gaan doen. Wat gebeurt er dan? Dan kom ik in het begin natuurlijk met een theorie, maar wanneer ik in die theorie voldoende geloof dan ga ik volgens die theorie leven. Dat heeft consequenties dat is waar, maar ik ga wat buiten mij bestaat waarmaken. En nu is het vreemde dat een mens die volledig gelooft in hetgeen hij dus voor vrede, harmonie of zo wil doen, daarmee voor anderen niet altijd bereikt wat hij wil, maar hij kan wel datgene wat in hem bestaat buiten zich waarmaken. Hij kan toestanden scheppen die er nog nooit geweest, hij hij kan denkbeelden scheppen die er nog nooit geweest zijn. En waarom zouden we dan ook nog niet een stap verder gaan?
Een mens heeft toch in zich kracht. Wat voor kracht het is, daar kunnen we over praten van nu tot morgenvroeg en dan zijn we het er nog niet over eens misschien. Maar dat er in een mens bepaalde vormen van energie zijn die je niet zomaar ziet, die je niet zomaar kunt bepalen, dat is een feit. We hoeven helemaal niet te beginnen dus met de magnetiseur of zoals de bijzondere kracht, het fluïde, het is mooi als je het doet, maar het zijn woorden. Maar één ding staat vast, de ene mens heeft een persoonlijkheid waarmee hij de ander kan helpen, kan beïnvloeden en de andere heeft het niet, althans uit het niet. De ene mens heeft een vermogen om a.h.w. anderen te dwingen voor een ogenblik hem te begrijpen, dat noemt men suggestie, anderen te verplaatsen in een situatie waar ze eigenlijk zelf nooit op zouden komen, ze kunnen het. Er is een kracht in die mensen, ze komt naar buiten. Maar wanneer ik mij die kracht in mijzelf kan voorstellen en ik kan weten wat ik er precies mee kan doen, hoe ik het wil doen en dan bedoel ik heus niet een keukenrecept van: Men neme de patiënt voor de magnetiseur. Beziet de patiënt, constateer de feiten, voeg een klein beetje trilling A toe voor alle kwalen in het hoofd, terwijl men verdere kwalen met trilling B bestrijdt, behalve de inwendige organen die door trilling c met een licht strijkende beweging worden genezen. Dat is kolder. De mensen doen dat wel maar dat is omdat zij het zo zien. Iedereen doet het ook op zijn manier. Maar de kracht is er. En die kracht heeft niet nodig om precies te constateren wat er allemaal voor fouten zijn, hij hoeft dus niet noodzakelijkerwijze een diagnose te stellen, die kracht die kan eenvoudig gericht zijn op een erkende kwaal. Er is iets niet goed, ik moet evenwicht brengen. Wanneer ik daarin geloof dan maak ik wat in mij is buiten mijzelf waar. Maar dan creëer ik iets, dan schep ik een nieuwe toestand. Die mens zou zonder mij misschien ziek gebleven zijn of hoofdpijn gehad hebben, korzelig geweest zijn; nu is die mens anders. Wanneer ik daar voldoende in geloof, maak ik het waar. Creativiteit in een mens zou dus heel wat verder moeten gaan dan alleen maar: je hebt in jezelf het vermogen om de dingen te denken en daardoor kun je ze maken.
In mijzelf als mens draag ik die gedachtewereld. In die gedachtewereld is elke kenbare of denkbare combinatie voor mij mogelijk van de dingen waarvan ik enig besef heb, onverschillig hoe. Dan kan ik dus in mijzelf, in die persoonlijke wereld, een wereld creëren. Ik kan die wereld een evenwicht geven, een samenhang zo goed als de wereld buiten je. En als ik het kan, kunt u het natuurlijk ook, want u bent eigenlijk nog veel meer mens dan ik op het ogenblik. Wanneer ik die wereld creëer in mijzelf, dan betekent dat, dat ze ook ergens buiten mij moet kunnen ontstaan. Wat in mij leeft moet buiten mij waar kunnen worden. Dan kan ik zelfs de wereld herscheppen. Natuurlijk we zijn geen Goden, we kunnen niet zeggen we scheppen een heelal. Wij zijn niet het woord in den beginne, we werken alleen met wat we hebben en dat is iets dat we gekregen hebben volgens mij. Maar wat we er mee doen is onze zaak. Er zijn veel mensen die denken: ach ja er is een vastgesteld lot en dat moet ik afwerken, ik zit geketend aan het rad, ik lijd onder karma en alle andere onaangenaamheden. Maar dat is eigenlijk niet waar. Wanneer ik er in geloof dan maak ik het waar. Wanneer ik het dus tot een zekerheid maak in die innerlijke wereld van mij. Maar stel nu eens dat ik ga denken aan een heel ander bestaan, een heel andere wereld dan deze waarin u leeft, en dat ik dat zo compleet doe en daar zo volledig in geloof dat het mogelijk is dat die wereld bestaat, dat ik probeer ze tot uiting te brengen. Wat gebeurt er dan? Dan schep ik iets wat in mijn eigen wereld eigenlijk onmogelijk is. En maak het toch deel van de werkelijkheid. Dat klinkt krankzinnig natuurlijk en dan kunnen we weer teruggaan naar het beste voorbeeld aller tijden. Jezus. Jezus is ons voorbeeld in alle dingen omdat we eigenlijk alles in hem kunnen vinden wat we in hem zoeken. We weten het allemaal Jezus is gelijktijdig de vrome, de leraar, de Rabbi en de opstandeling, hij is de trouwe tempelbezoeker maar gelijktijdig degene die de voorschriften van de tempel aan zijn laars lapt. Hij is aan de ene kant de man die alles riskeert om een waarheid tot stand te brengen die door de maatschappij en de heersers van de maatschappij niet gewenst wordt en aan die andere kant onderwerpt hij zich en laat zich kruisigen omdat dat volgens diezelfde wet is. Dus je kunt in hem alles vinden, maar hij doet dan dingen, zo wordt ons tenminste overgeleverd, die dan toch wel verbluffend zijn. Wanneer hij bv. Lazarus uit de dood opwekt, zoals dat geschreven staat, is dat kolder, dat kan eenvoudig niet. Maria komt hem tegemoet en ze zegt Heer we hebben hem reeds begraven want hij ruikt reeds. Jezus trekt zich daar niets van aan. Hij wekt Lazarus tot leven. En dan moet u mij eens vertellen hoe dat mogelijk is wanneer de wetten van uw eigen wereld onveranderlijk zijn. Dat kunt u niet, je kunt natuurlijk zeggen hij was Jezus, maar Jezus volgens zijn eigen woorden was een weg voor ons, volg mij m.a.w. waar hij kan gaan, kunnen wij gaan. Nou dan, dan moet het mogelijk zijn ofschoon het onmogelijk lijkt. Wij kunnen dan een conditie scheppen waardoor de doden desnoods herrijzen.
De meesten onder u zullen het nooit kunnen, natuurlijk. Als ik op aarde zou zijn zou ik het ook niet kunnen, want daarvoor is een voorstellingsvermogen nodig, een intensiteit van beseffen en geloven van de kosmos, het grote besef van kosmische waarden daarbij bezitten. Maar het gebeurt hier, Jezus denkt a.h.w., Jezus die daar even bidt, die denkt daar doodgewoon dit mag niet zijn, Lazarus is niet dood, Lazarus sta op, en Lazarus staat op. Kijk eens wat daar gebeurt dat is ook iets wat ik menselijke creativiteit zou noemen, maar dan gesublimeerd tot het uiterst mogelijke. En vergeet één ding niet het wordt niet alleen van Jezus verteld. Apolonius, een ingewijde Romein, die ook naar men zegt op een soortgelijke wijze eens een keer een dode heeft opgewekt. Dat kunnen we natuurlijk afdoen met te zeggen dat is onmogelijk dat is mythologie, past niet, maar dan zeggen wij dat het niet kan in onszelf, dus in onze persoonlijke werkelijkheid kan dat niet. We maken het onmogelijk. Wanneer we het als mogelijk erkennen is het mogelijk en naarmate we die mogelijkheid met minder voorbehoud omkleden, met minder twijfels, meer als feitelijk in onszelf ervaren, kunnen we het ook makkelijker waarmaken buiten onszelf.
Menselijke creativiteit is nog heel wat meer dan met verfkloddertjes iets moois of iets lelijks maken of uit een stelletje tonen iets creëren wat een ander muziek noemt of waar een ander alleen de term lawaai voor over heeft. Werkelijk creëren dat is wat in je leeft buiten je waarmaken, begrijp dat wel. Ik kan alles waarmaken wat in mij leeft in volkomenheid. Zolang ik iets in mijzelf als een mogelijkheid beschouw, is het niet voldoende. Zodra ik het in mijzelf als een feit beschouw, ofschoon ik dus de consequentie, de samenhang er nog niet verder van overzie, is het mij mogelijk die krachten die in het ik zitten: wilskracht, uitstraling, krachten van de aura, levenskracht e.d. zo te dirigeren dat dit feit buiten mij ook waar wordt. We zitten eigenlijk maar in een beroerde wereld, vindt u niet? Hoeveel hebt u er zelf van gemaakt? Retorische vraag, maar als je het op de keper beschouwt… Eigenlijk, u neemt aan dat iemand u bedriegt, u maakt hem voor u tot een bedrieger, u zegt: ik geloof die mens niet. Dan wordt hij voor u een bedrieger. D.w.z. de waarde van alles wat die mens is en doet wordt voor u een vorm van misleiding, bedrog, gevaar. U kunt zeggen: ik geloof die mens, maar dan moet ik ook nog weten, hoe ik die mens geloof. Wat is daar oprecht? En dan kan ik dus geloven in de bedoeling van die mens. Dan kan het zijn dat zijn bedoelingen voor mij verkeerd uitpakken, maar dan is zijn bedoeling oprecht en dan moet ik hem blijven geloven. Wanneer ik denk dat er onvermijdelijk een oorlog moet komen dat alle mensen gegrepen worden door onredelijkheid, door hartstocht, door geweld, dat ze die hele wereld gaan vernietigen en ik begrijp niet dat dat anders kan, kan ik er niets aan doen. Maar op het ogenblik dat ik in mijzelf begrijp dat het anders kan, wanneer ik voor mijzelf werk met mijn eigen middelen, natuurlijk elke mens is een klein beetje anders, volgens mijn eigen begrip, of ze nu eenvoudig zijn, of buitengewoon ingewikkeld en intellectueel, dan maak ik daardoor vanuit mijzelf waar wat in mij leeft. Ik herschep mijn wereld.
Als ze zeggen ik maak dit waar is dat voor uzelf dat u dat waarmaakt, of voor de buitenwereld.
U maakt het altijd alleen voor uzelf waar.
Dus een subjectieve waarheid dan?
Menselijke creativiteit is altijd subjectief. De schilder gooit op het doek, het drama van zijn leven neer. Er komt een ander en die zegt: wat zouden die verfvlekken eigenlijk betekenen? Begrijpt u. De ander kan dus alleen begrijpen wat je bent wanneer hij a.h.w. op een lijn staat met je, wanneer er een zekere harmonie, overeenstemming bestaat. Kijk eens: ik kan goed willen doen. Stel u voor er is iemand die tegen de oorlog in Vietnam is, die denkt: weet je wat, ik ga Johnson laten sterven ik laat Ho Chi-Minh sterven, denkbaar. Ik zal niet zeggen dat het makkelijk gebeurt, maar het is denkbaar dan heeft hij gedacht: de oorlog in Vietnam is daarmee afgelopen. Maar in feite ontstaat een grote wanorde, ontstaan veel meer problemen, wordt de felheid nog veel groter. Kijk dat betekent het voor anderen. Maar voor jou zelf is er dus iets wat tussen jou en je begrip vrede stond verdwenen in die zin.
U zou liever hebben dat u het voor anderen kon doen. De meeste mensen hebben alles voor anderen, ze hebben een geweten waarmee ze anderen kunnen zeggen hoe ze moeten leven, ze hebben wijsheid waarmee ze anderen kunnen zeggen welke dwaasheden ze kunnen vermijden. Ze hebben van alles voor anderen, maar zelf houden ze er zich niet aan. Gebruikelijk, kijk dat is niet reëel. Wanneer u de mensen gaat vertellen wat ze moeten doen en u doet het zelf niet, liegt u in feite. U weet dat u onwaar bent. Is het een wonder dat de reactie die u bij anderen wekt ook onwaar is, dat er voor u dus meer problemen en onzuiverheden ontstaan in plaats van een afname. Maar nu gelooft u in iets wat uzelf bent. U projecteert dat naar een ander toe. U legt het hem niet op. De relatie tussen u en die ander verandert. Dus de ander behoeft niet te veranderen, de relatie tussen u beiden verandert. En omdat die relatie verandert, herschept u ook iets van de geestelijke uitstraling die er bestaat, van de gedachtesfeer, dit gemeenschappelijk bewustzijn van de mensen. U verandert daar een factor in en daarmee heeft u veel meer beïnvloedt dan u beseft. Twee mensen die elkaar niet eens kennen en die op een gegeven ogenblik, al is het maar voor een ogenblik, harmonisch zijn, zodat ieder wat overhoudt. Dat kan iemand zijn die een kunstenaar ziet op het toneel, al is het maar een zinsnede, de acteur leeft die voor het ogenblik, hij is die ander die zijn gevoel opwekt. Die zin die dringt door die resoneert in een medemens, ze kennen elkaar niet eens, de een weet niet dat hij er zit en de ander weet niets van die acteur, maar die mens gaat weg, die gedachte die draagt hij bij zich, zijn gedrag wordt erdoor veranderd, de mogelijkheid bestaat dat de overdracht van een enkel woord, misschien het verloop van zaken in een heel concern verandert.
En omgekeerd, wanneer ik denk dat iets kapot kan gaan, dan schep ik daarmee de mogelijkheid voor mezelf om het kapot te maken. En naarmate ik meer overtuigd ben dat het ding kapot kan, heb ik grotere kans dat het kapot gaat. Nu kan er dan een ogenblik zijn dat ik er zelf helemaal niets mee te maken heb dat het kapot gaat, maar het gaat alleen kapot omdat ik, en mogelijk een aantal anderen, denken dat het kapot gaat. Denken verandert de wereld omdat door het denken de relatie tussen mensen, tussen mensen en dingen zelfs, de betekenis, de waarde van de dingen op zichzelf veranderen kunnen. Als u spreekt over menselijk creatief vermogen dan denk ik dat we daar toch wel eventjes mogen beginnen met te zeggen u kunt dus uw eigen wereld eigenlijk scheppen.
Niet leuk, ik zou het maar gauw vergeten als ik u was, want als u zo naar de wereld kijkt dan zijn er zoveel dingen die niet deugen, ach ik bedoel niet daarbuiten hoor, daar heeft u waarschijnlijk niet veel mee te doen, maar weet u die buren die dit en dat doen en die werknemer of werkgever en die mensen die zo onbeschoft zijn en die mensen die helemaal geen respect hebben voor een ander, die maakt uzelf. Begrijpt u wat ik bedoel. U straalt iets uit en u krijg een antwoord terug dat is menselijke creativiteit.
Nu zou ik iets willen zeggen over magie. Wanneer ik aan iets een betekenis toeken, dan krijgt het die betekenis naarmate ikzelf intenser die betekenis daarin zie. Klinkt misschien gek, maar is waar. Er zijn mensen die hun hele liefde, hun hele leven in een hondje, poesje, konijntje hebben geprojecteerd en vooral wanneer het wat oudere mensen zijn. Dan zien we heel vaak wanneer dat lievelingsdier heengaat, die mensen ineens gebroken zijn, die liefde is weg, ze is er niet meer, waarom? Omdat ze a.h.w. een deel van zichzelf in dat andere hebben gelegd en niet beseffen dat ze dat nog bezitten. Het idee “verliezen” dat is het denkbeeld dat iets wat van jou is, bij jou hoort, van je kan worden weggenomen. Dat is niet waar, het blijft in je bestaan, het is een besef, een beleving, een erkenning, die blijft van jou wat er ook gebeurt. Maar wanneer dit negatief geldt, moet het ook positief gelden. Wanneer ik iets neem, al is het die microfoon daar, en ik zeg in deze microfoon ligt voortaan een bijzondere kracht en ik geloof dat volledig, dan heeft die microfoon een bijzondere kracht voor mij. En wanneer blijkt voor anderen dat hier een bijzonder kracht in schuilt voor mij, gaan ze eraan denken dat dat een eigenschap van het ding is, niet wetend dat het van mij komt. Daardoor projecteren ze onbewust ook die eigenschap in het voorwerp en ontstaat dezelfde interrelatie. Het voorwerp krijgt voor hen dezelfde betekenis als voor mij en dat betekent dat ze hetzelfde ermee kunnen doen wat ik ermee gedaan heb, alleen met dien verstande dat ik weet hoe het komt en zij niet.
Wij denken samen dat betekent dat we contact moeten hebben met elkaar. Het is niet zo dat ik hier kom om u alleen maar wat te vertellen en dat u lekker kunt zitten zo, – weet u wel -, hij zegt het toch mooi hé. Nu zou ik eigenlijk moeten zeggen: wat wij moeten doen, dat is niet alleen maar lekker naar een lezing luisteren, we moeten samen denken, samen iets opbouwen en dan moogt u ook wat zeggen. Want wanneer wij een onderwerp samen bespreken, creëren we iets. Ik creëer een samenhang van stellingen in een hele hoop woorden.
Misschien, maar wanneer wij samen denken, wanneer u probeert om mij te vangen, wanneer u probeert om die gedachten te volgen, wanneer we in gesprek zijn met elkaar, creëren we samen iets. En hoe meer wij samen iets creëren, hoe meer we uit het innerlijk, waarbij ik misschien stimulerend werk dan op het ogenblik als een soort brandpunt, hoe meer wij gezamenlijk iets opbouwen wat voor ieder van ons een zekere waarde krijgt, een vorm van waarheid, dat kan zelfs een ontkenning zijn, maar het is een definitie van uw innerlijke wereld. Creativiteit is in de eerste plaats de kristallisatie in jezelf van een denkbeeld, van bewustzijn en daar is natuurlijk veel over te zeggen. Want wat u denkt dat is allemaal associatief. U kunt uw innerlijk weten en denken heus niet uitdrukken in woordjes, en uw innerlijk bewustzijn kunt u niet weergeven in menselijke begrippen. U kunt alleen associëren, een verstandelijke gelijkenis tot stand brengen. Daarom is het ook zo moeilijk om precies te zeggen wat je bedoelt tegen iemand. Voor jou zijn die woorden de directe weergave van wat er in je leeft, maar het blijven woorden, begrippen. De associatie van een ander is misschien verschillend van de jouwe en dan kan hij je niet meer volgen, je niet meer begrijpen. Communicatiestoornis zeggen ze dan. Wanneer wij dus met elkaar zo praten en we scheppen iets, dan maken we eerst iets in onszelf duidelijk. We voelen iets in onszelf, associaties en we krijgen dus een begrip van een kosmos van mogelijkheden en die mogelijkheden dromen we dan maar een beetje desnoods, maar in die kosmos van mogelijkheden weten we ook. Per slot van rekening zijn we deel van een eeuwigheid ergens. U hoeft het niet te geloven, dat zult u later wel merken, maar we horen bij een groot totaal, noem dat totaal mensheid of kosmos, namen doen er niet toe. Ik besta daarin op een bepaalde manier, mijn besef van dat bestaan betekent voor mij ook dat ik in een bepaalde richting mogelijkheden heb. Ik voel aan a.h.w. wat achter me ligt, wat ik a.h.w. afstoot en wat mij aantrekt, ik word gericht, ik bepaal mijn harmonische gerichtheid in mijn innerlijke wereld. Formule, maar ik weet dus in mijzelf wat juist is en onjuist voor mij. Ik weet niet wat het voor een ander is, maar voor mijzelf. En daardoor kan ik dus in die innerlijke wereld dringen kristalliseren die a.h.w. bij mijn wezen horen, die in associaties, in gedachten, kunnen worden vertaald zonder dat ik ze verlies, zonder dat het losraakt van die wereld. Het moet bij deze wereld horen. Ik kan geen scheiding maken tussen Gods wereld en mijn wereld. En ik kan niet zeggen: “dat is alles in de geest noodzakelijk” en gelijktijdig zeggen: “in de stof hoef je er niets aan te doen”. Begrijpt u? Je moet het helemaal zijn en dat kun je alleen wanneer iets past bij je wezen. Wanneer er harmonie is, wanneer je er a.h.w. zelf mee kunt verbonden zijn. Maar in dat verbonden zijn bouw te dan je denkbeeld op en dan zeg je: “dit is mogelijk” en dan heb je kracht en dan geef je kracht. En het vreemde is dan: er is niets om die kracht wetenschappelijk te bewijzen, maar ze werkt. En dan zeg je: zo moet het worden en door je handelen, noem het zelfsuggestie, geef het een andere naam, maak je het waar. En het vreemde is dat hinderpalen waar je huizenhoog tegenop hebt gezien, dingen waarvan je hebt gezegd: “dit zijn bergen, daar kom ik niet over” die smelten voor je weg, naarmate je verder gaat, vallen de hindernissen weg en gaat het steeds eenvoudiger en gemakkelijker, omdat dat beeld in jezelf leeft, omdat je erin gelooft, omdat je het waarmaakt en zo schep je en zo creëer je werelden.
Menselijke creativiteit is datgene wat we vanuit ons besef van juistheid, vanuit ons innerlijk denken, weten, bestaan, waarmaken buiten ons, ook aan anderen. Wat het voor die anderen betekent, zullen we nooit weten. Ergens is een scheidingslijn, ergens kunnen we die ander niet volgen en begrijpen. Dat kan misschien in vele levens en gezamenlijk door vele sferen en scholingen gaan, misschien eens ontstaan, maar normaal is dat niet. Maar doordat je weet dit is juist, dit is goed, schep je in je wereld zeker een tendens ten goede. Want de gevolgen die je schept, mogen voor de anderen in het begin ongunstig zijn, maar ze zullen door de hele gerichtheid van je wezen die erin ligt, voor die anderen neiging ten goede tot stand brengen.
Jezus leert zijn discipelen gelijktijdig als anarchisten leven en denken, met alleen God boven hen en hij leert ze de ordening van de mensen erkennen. Nu kunnen we zeggen dat die leerlingen het allemaal verkeerd hebben gedaan. Natuurlijk ze hebben er een klusje van gemaakt een soort vereniging met vaste regels, een vaste gezagsverhouding en daar was dus al een hele hoop meer mee verknoeid Maar wat zij schiepen vanuit zichzelf was hetzelfde wat Jezus hen gegeven had. Niet alleen maar de macht bv. om te genezen, om te spreken met de mensen, om te zien in de harten van de mensen, maar vooral in hetgeen zij deden anderen er bewust van te maken dat wat zij wilden, wat zij waren, goed was, niet goed voor hun wereld. Het Christendom was een splijtzwam in de heerlijke diplomatieke samenwerking van alle Goden en godsdiensten in het Romeinse rijk. Het was een ontkenning van de mogelijke Goddelijkheid van Caesar en de keizers, daarom erg gevaarlijk. Veel gevaarlijker dan het jodendom, maar het bekeerde de mensen. Zoals Jezus mensen tot zich trok die om hem te volgen dingen hebben achtergelaten die u nooit zo gauw achter u zou willen laten. Hun hele bezit, hun familie achterlaten. Zelfs Judas. We mogen over Judas zeggen wat we willen, maar één ding is zeker Judas was uit een rijke familie. Judas was aan weelde gewend, aan eerbied, respect, hij kon alles doen in stijl en zelfs de Romeinen bogen voor hem, en die sjokte achter Jezus aan met een paar sandalen met afgedragen goed. Is het een wonder dat hij een beetje op de beurs lette? Zoveel lieten de mensen voor Jezus achter niet omdat ze Jezus begrepen, maar omdat ze het goede voelden in hem en omdat ze dat op hun manier wilde waarmaken. Ik geloof dat het zelfs van Judas gezegd kan worden, omdat Judas uiteindelijk zijn meester voor een dilemma wilde stellen, waardoor hij zichzelf moest verklaren als de Messias, de bevrijder van het Joodse volk. Dat is bij Jezus, maar is dat bij u minder? De manier waarop u leeft met de mensen bepaalt voor een groot gedeelte hoe de mensen tegenover u staan, wat zij van u kunnen overnemen, het maakt a.h.w. uit hoever je een wereld kunt scheppen van schoonheid of een van disharmonie. Hoe meer de mensen elkaar wantrouwen, hoe meer de mensen elkaar haten, hoe meer de mensen elkaar willen bedwingen en beteugelen, hoe groter de disharmonie wordt in de wereld, maar dat wordt geschapen door de mens, dat is ook menselijke creativiteit. Die pijnkreten van mensen als er napalm uit mekaar barst als een gloeiende oven en alles daar vlammend verterend, schreeuwend, wegvlucht tot het vergaat tot een klein zwart hoopje koolteer dat is ook menselijke creativiteit. De mens kan zichzelf een hel scheppen of een hemel. De mensheid zou dit zelfs kunnen doen. Maar dan moet de mens eerst beginnen in die innerlijke wereld van zichzelf de beelden te vinden van mogelijkheid, van kunnen, van kracht, voor zich een doel te vinden dat de moeite waard is om het met je hele wezen zonder meer te leven en te zijn. Als u dat kunt, ben je de meester van je buitenwereld, want dan verandert die wereld steeds meer, dan is er steeds meer harmonie mogelijk, dan ga je die wereld begrijpen, je gaat ze beleven. Ik zeg niet dat je daardoor rijker zult worden of gelukkiger misschien in menselijke ogen, je gaat je wereld begrijpen, je leeft ermee, ze leeft voor jou, je bent levend, volledig levend, tintelen levend in al die dingen in al die mensen, en al die kleine gebeurtenissen en daden die eens je leven en je dag hebben bepaald, ach die gaan voorbij. Dat is menselijke creativiteit.
Mag ik kort samenvatten. In uzelf draagt u een kosmos, een wereld die u wel niet helemaal kunt omzetten in gedachten, maar die in associaties vertaald, in uw denken terugkeren. Ik heb gezegd deze innerlijk wereld omvat krachten en mogelijkheden, zij omvat daarnaast de mogelijkheid voor uzelf te kiezen in innerlijke werkelijkheid en eigenlijk in de kosmos, wat met u harmonisch is, wat voor u dus een volledige inzet van het ik, een volledig gevoel van verbondenheid, mogelijk maakt.
Ik heb gesteld: u kunt die krachten naar buiten brengen, daar kunt u mensen mee genezen. U kunt er desnoods, wanneer u het volledig doorvoert doden mee opwekken. Ik heb gesteld: daarmee kunt u de hele wereld veranderen, niet voor anderen, ze beleven hun eigen wereld, maar vanuit uzelf kunt u het beeld van de wereld voor uzelf veranderen. Wanneer u dat voortdurend ten goede doet, dan zult u in anderen misschien niet bereiken dat ze het doen zoals u, maar wel dat zij ten goede gaan reageren, en zo kunt u het goede, het lichtende, het vrolijke, het levende in uw wereld laten overheersen.
Menselijke creativiteit is niet alleen uitvinding, is niet alleen techniek, is niet alleen artistieke uiting. Menselijke creativiteit is het waarmaken van hetgeen in je leeft in de wereld buiten je. En ik heb eraan toegevoegd: dat kun je alleen wanneer je gelooft in jezelf, in de kracht die je heeft voortgebracht en de zin van je bestaan.
Ik hoop dat we samen iets hebben opgebouwd, ik heb het met u gedaan, ik weet niet of u het met mij samen hebt gedaan. Maar wanneer u ergens gaat begrijpen, ergens in uzelf, hoe machtig u eigenlijk bent wanneer u maar uw begrip van eigen beperktheid langzaam maar zeker kunt vergeten. Wanneer u een doel weet te vinden, dan zal de wereld heel wat beter worden alleen maar door een paar mensen die het hier begrepen hebben wat ik zei.