Verborgen krachten van de aarde

image_pdf

8 mei 1975

Als u dit hoort, denkt u misschien in de eerste plaats aan natuur krachten of aan allerlei occulte geheimen. In werkelijkheid is de gehele aarde één levend wezen. Het is moeilijk voor een mens zich dat te realiseren. Het wezen Aarde is bezield, heeft bepaalde levensprocessen, kent zelfs een soort ademhaling, kent leeftijdsverschijnselen en heeft soms ook ‑ wonderlijk voor ons kleineren om dat te zien ‑ communicatiemogelijkheden zowel met planeten binnen het zonnestelsel inclusief de zon zelf als ook met andere hemellichamen, die soms vanuit ons standpunt oneindige afstanden verwijderd zijn. Als wij spreken over een verborgen kracht, dan is die kracht niet in de eerste plaats, zoals men misschien denkt, verborgen omdat ze zo mystiek is, maar wel omdat de tijdsprocessen voor ons zo snel verlopen en voor de aarde zo traag. Wanneer de aarde spreekt, dan kan één zinsnede, haar honderden jaren kosten. Wij zijn eenvoudig niet in staat om deze te ontcijferen, omdat het ons vele generaties zou kosten om één enkele zin te ontcijferen.

Als de aarde in zich veranderingen ondergaat die voor haar normale processen zijn, dan zijn dit voor mensen vaak rampen. ik denk hierbij o.m. aan de verplaatsing van de polen. Soms ondergaat de magnetische pool een kleine wijziging, want die is altijd in beweging. Men zou dan kunnen denken aan een soort ademhaling. Maar het kan ook wel eens voorkomen dat de aarde kantelt op haar as: d.w.z. dat de afstand op de baan geheel anders wordt. De mens denkt dan aan een kosmische ramp en de aarde is niet veel meer dan een slaper, die zich wat lui omkeert om in een andere houding verder te gaan. Als ik u dit alles eerst voorleg, hoop ik dat u daaruit zoudt willen begrijpen dat de aarde anders is dan de bewoners haar beleven.

Wat is de bezielende kracht van de aarde?

Vanuit ons geestelijk standpunt ‑ dat is de enige benadering die ik u tot mijn spijt kan presenteren ‑ is het een groot wezen dat enorm veel omvat. Het heeft een blauwe uitstraling en schijnt zelf creatief te zijn. In de sfeer of aura van dit wezen komen een aantal knooppunten voor. Deze blijken dan weer in het bijzonder contacten mogelijk te maken voor andere iets minder grote entiteiten, die hieruit gegevens schijnen op te nemen en naar ik aanneem ook gegevens daaraan zullen afgeven.

Wat doen deze entiteiten?

Voor zover wij kunnen nagaan reguleren zij een groot gedeelte van de kleinere levensprocessen die er op aarde plaatsvinden. Als je je afvraagt hoe de aarde reageert op het leven dat op de planeet bestaat, dan schijnt het mij toe dat dit wordt ervaren als deel van eigen wezen. In menselijke termen uitgedrukt, al datgene wat zich binnen de dampkring van de aarde bevindt, wordt door haar beschouwd als deel van eigen belichaming. Nu zijn er natuurlijk ook denkende wezens op de aarde. Het denken van die wezens, snel als het is, zal niet direct het bewustzijn van deze grote entiteit aanspreken. Aan de andere kant is het duidelijk dat, als zeer vele wezens een gelijke stemming en een gelijke instelling hebben, dit als een soort prikkeling wordt gevoeld. Ik wil niet zo ver gaan als sommige van mijn collegae, die het leven op aarde hebben vergeleken met een zenuwstelsel, maar ik ben er wel van overtuigd dat deze aarde reageert op datgene wat er in al het levende plaatsvindt. Wat de consequenties hiervan zijn kun je alleen met enkele voorbeelden duidelijk maken. Voorbeelden zijn altijd beperkt, omdat ze nimmer een geheel omschrijven en feitelijk ook deels onjuist zijn door hun onvolledigheid. Toch heb ik voor deze benadering gekozen. Ik stel u allereerst voor:

De gevoelswereld van de mens als een invloed op de aarde en de reactie van de aarde op dergelijke gevoelsinvloeden bij de mens. De mensen moeten harmonisch zijn. Is er een disharmonie, dan zal de aarde deze ervaren als een prikkeling, ongeveer zoals u een prikkelende keel heeft en moet hoesten. De aarde reageert echter anders. Ze kan niet hoesten, maar zij kan bv. wel spanningen in zich opbouwen. Vergeet niet dat haar tijdsverloop anders is. Er kunnen zich dus spanningen opbouwen die misschien na 10, 20 of 30 jaar een aardverschuiving, een aardbeving of een bijzonder sterke eruptie ten gevolge kan hebben. Hier is kennelijk de wijze waarop de mens zichzelf beschouwt iets waarmee de aarde harmonie moet vinden. Als wij beseffen dat vele grotere en kleinere groepen mensen soms zeer felle en emotioneel geladen uitstralingen hebben, dan zal het ook duidelijk zijn dat de aarde juist daarop zal reageren. Zeeland b.v. was een zeer besloten, zeer eigengereide en eigengerechtig de gemeenschap geworden waarin zeer velen het gevoel hadden afzonderlijk te staan, bijzondere verdiensten te hebben en miskend te worden. Daarnaast pretendeerden zeer velen bovendien tussen zich en hun godsvoor­stelling een zeer bijzondere relatie te hebben die hen eveneens afzonder­ de van de rest van uw land en ook van België. Toen kwam er een storm­vloed. Die stormvloed kwam nadat gedurende ongeveer 10 á 12 jaar een intensifiëring had plaatsgevonden van al de genoemde tendensen in het den­ken van die mensen. Is dit toeval? We kunnen zeggen: Het is toeval, want stormtij valt samen met bijzonder hoogwater en bovendien zijn de dijken zwak. Aan de andere kant moet u heel goed begrijpen dat dergelijke stormvloeden meer hebben plaatsgevonden en bijna altijd onder vergelijkbare omstandigheden. U herinnert zich uit de geschiedenis waarschijnlijk de Elizabethsvloed. Ook toen werd een zeer groot gedeelte door rijke boeren bewoond land ver­zwolgen. Maar wat de meeste zich niet realiseren is, dat hier sprake was van een besloten gemeenschap, die een zeer sterk meerderwaardigheidsgevoel had t.a.v. de omgeving en die bovendien begon een afwijkende gods­dienstige praxis te hanteren waardoor zeer sterke emoties en gevoelens van verhevenheid werden losgemaakt. Ook in dat geval vielen hoogwater en stormtij samen en waren er zwakke dijken. Ook daar was er sprake van een onvoldoende bedijking. Ik zou meer van dergelijke voorbeelden kunnen geven, maar alle komen ze wel hierop neer, dat vergelijkbare gemeenschappen vergelijkbare rampen hebben ondergaan binnen een bepaald gebied op aarde. Het lijkt mij niet zo fantastisch te zeggen dat hier een zekere samenhang zou kunnen bestaan.

In andere gevallen zien wij dat mensen in een enorm leed en in enorme haat leven. Ik denk o.m. aan Vietnam. Wat de meeste van u zich niet hebben gerealiseerd is, dat hier gevoelens van gelatenheid en wanhoop een veel grotere rol hebben gespeeld. Zij hebben zich waarschijnlijk ook niet gerealiseerd dat oogsten – ondanks dit alles – bijzonder rijk zijn geweest gedurende de laatste 40 jaren. Men kon minder bebouwen, maar de oogst was zeer goed. Het is alsof de aarde op deze wanhoop met een extra vruchtbaarheid reageert. Je kunt natuurlijk niet zeggen, dat op elke kleine plaatselijke groep ingewerkt zal worden. Het is ons bekend ‑ en mogelijk ook u ‑ dat bepaalde verschijnselen van klimatologische aard, maar evengoed in de vorm van aardbevingen, eruptieve werkingen, zeebevingen, stormvloeden e.d. soms optreden, niet in het gebied zelf waar de spanning heerst, maar daar dichtbij. Het is alsof de aarde niet precies weet waar ze zich wil krabben, maar in ieder geval probeert een verandering te brengen in deze voor haar lastige mentaliteit. Dit is een van de zaken, die we volgens mij wel degelijk mogen rekenen tot de verborgen krachten van de aarde.

Er zijn ook nog andere en voor de mens misschien interessantere punten. We weten bv. dat de aarde een deelbezieling kent, die wij als natuurgeesten of elementalen plegen aan te spreken. Als ik te maken heb met een elementaal, dan zegt men: Dit is een wezen zonder ziel. Dat is niet helemaal juist. Wij hebben te doen met een wezen dat zijn bezielende kracht ontleent aan de aarde en dus niet zonder meer een zelfstandig bestaan leidt zoals dit voor een groot aantal hogere levensvormen wel het geval is. Er is namelijk geen sprake van een zuivere binding met de materie. Daardoor is de conflictsituatie geest ‑ stof niet in dier voege aanwezig dat daardoor een zelfstandig geestelijk bewustzijn wordt opgebouwd. De legende vertelt ons dat de elementaal wel degelijk mens kan worden, een ziel kan vinden. Maar dan moet de elementaal afwijken van de normale gang van zaken. Als we het sprookje van Andersen: De kleine Zeemeermin bezien, dan zien we hoe in dit sprookje de nereïde haar vrijheid in het element der wateren verloochent. Zij doet afstand van haar voorrechten en neemt tijdelijk een bevoertuiging aan waardoor zij als mens tussen mensen kan leven. Dit is misschien wat ver doorgevoerd, naar toch wordt hier kennelijk een verandering van situatie geschapen en het conflict is er. De zeemeermin kan wenen. Ze kan lijden. Ze kan bloeden. In het sprookje wordt dit gesteld als het kenmerk van het mens‑zijn. Ik zou zeggen: het is meer het kenmerk van een zelfstandig conflict. Er is dierenleven op aarde dat zeer bewust en voordat iemand de tekenen ervan opmerkt reageert op komende gebeurtenissen in de natuur. Maar als we deze dieren in hun gedrag observeren, dan blijkt dat ze wel een denkvermogen hebben en dat ook wel reageren, maar dat dit beperkt blijft tot het moment zelf. Een dier lijdt niet op de manier waarop een mens lijdt, omdat het de angst niet kent voordat de situatie ontstaat én de angst niet zonder meer blijft herbeleven, als de situatie ten einde is. Hier ligt dus een groot bewustzijnsverschil. Dit zou aansprakelijk kunnen zijn voor het grote verschil tussen een elementaal en de een of andere geest die binnen de atmosfeer en binnen de geestelijke sfeer van de aarde werkzaan is. De elementaal reageert op het ogenblik. Hij kan gewoonten aanleren. Men zou wat oneerbiedig kunnen zeggen: een elementaal kan gedresseerd worden. Maar hij kent niet de motivering, het geheugen en de innerlijke fantasiewereld die voor het menselijk bestaan vaak, zo beslissend zijn. De elementalen kunnen zich verbinden met allerlei materiaal. Niet alleen met de lucht, de golven van een oceaan, de stuwende werking misschien van een artesische put, maar ze kunnen zich ook verbinden met rotsen, met bonen, kortom, met alles wat op aarde bestaat.

Als wij horen over stenenregens ‑ een verhaal dat heel vaak wordt verteld – dan probeert men overal een verklaring ervoor te vinden. Soms vallen de stenen immers niet buiten op een hut, maar daar binnen. Dat is dan onmogelijk. Daar moeten geesten bij een rol spelen. Tenzij wij ons realiseren dat de natuurgeest één kan zijn met de rots, dat hij astraal werkzaam is, dus niet op zuiver stoffelijk terrein, maar een beheersing heeft over de materie, die zijn voertuig is. Deze geest, kan op een storing reageren door delen van de stof die hij beheerst en regeert te materialiseren op die punten waar hij dat wenst. Is dit een geheime kracht van de aarde? Ach, wie zal het zeggen. Het is iets verborgens, iets onwaarschijnlijks, iets wat voor de een valt binnen de magie en binnen het fabelrijk voor de ander. Maar de gebeurtenissen hebben plaatsgehad.

Bergen worden vaak beschouwd als bezield met een eigen leven. Zo werd van de Mount Everest verteld dat een ieder, die hier naar boven wilde gaan, werd gekweld door steenval, door wolken die plotseling kwamen opzetten op zijn pad en hen in gevaar brachten te verdwalen en in de afgrond te storten. De Mount Everest is beklommen. Maar de expedities die met de technische middelen en veel uithoudingsvermogen de tocht hebben gewaagd, hebben met deze bezwaren wel degelijk moeten afrekenen. Hoe komt het dat een steenlawine steeds valt nabij en zelfs op het pad van de klimmers, terwijl er anders in jaren juist aan die wand geen sprake is van steenstorting? Waarom komt er nevel opzetten op ongebruikelijke ogenblikken waarop dat zelden of nooit is waargenomen? Je kunt natuurlijk weer zeggen: toeval, klimatologische omstandigheden en temperatuursverschillen. Maar als het altijd in een samenhang gebeurt (in het Karakorum‑gebergte is dat zelfs op verscheidene plaatsen het geval, ook bij de beklimming van de K1  heeft men met deze verschijnselen te maken gehad), dan is men toch wel geneigd te zeggen. Het is alsof de aarde hier reageert op iets in de mens. Het is alsof zij iets wil afwijzen, althans een beproeving wil opleggen, voordat zij het schijnmeesterschap van de mens op een bepaald terrein wil aanvaarden. Volgens mij kan de aarde middels elementalen reageren. Ik wil zelfs verder gaan. Ik heb het gevoel dat gedachtestralingen die voor de aarde storend zouden zijn een soort lokaas vormen voor elementalen en hen er vaak toe brengen op te treden als hinderpalen of als kwelgeesten voor de mens die deze gedachten uitstraalt. Laten we nog een enkel voorbeeld nemen:

Wij kennen allen het verschijnsel van de z.g. aardstralen. Bestaan ze of bestaan ze niet? Een van mijn vrienden heeft opgemerkt: “Of ze bestaan of niet, er zijn toch vele mensen die daaraan een tijdlang een goed bestaan hebben gevonden.” Ik zou zeggen: Aardstralen zoals ze vaak worden voorgesteld bestaan misschien niet, maar in de aardkern zelf waaronder een enorme verdichting een mengsel van mangaan (nikkel‑ijzer is het eigenlijk) actief en bijna explosief is, daar ontstaat een straling die van groot belang is o.m. voor de interne warmte van de aarde. Want als u alleen van de zonnewarmte afhankelijk zoudt zijn, dan zou uw klimaat er heel wat somberder uitzien. Nu zijn er overal plaatsen in de aardschors die meer of minder van die straling doorlaten. Wanneer die straling door een ongelukkig toeval wat intenser aarde oppervlakte komt, krijgen we te maken met iets wat op groeiprocessen invloed heeft.

Een groeiproces kan in elk wezen met cellulaire structuur plaats hebben, vanaf het laagste dier tot de plant en de mens. Die stralingen hebben daarop dus invloed. Maar wat blijkt nu, als men die geestelijk probeert na te gaan? De kernactiviteit van de aarde wordt periodiek hoger. Deze periodieke verhoging gaat gepaard met een aantal signalen die de aarde afgeeft en die voor – zover wij dat hebben kunnen nagaan – in meer stoffelijke vorm de communicatie tot stand brengen tussen planeet en planeten, planeet en ster. Dan zijn aardstralen dus een fluctuerend verschijnsel. Hoe komt het dan dat ze op de ene plaats wel en op de andere plaats niet voorkomen? Zeer waarschijnlijk omdat de fouten in de aarde altijd wel een bepaalde richting hebben. Dan is het ook heel opvallend dat een aardstraal voor een mens niet schadelijk is, indien hij er geheel in is. Maar als hij er ten dele ín en ten dele úit is, schijnt er een soort biologisch potentiaalverschil te ontstaan waardoor o.m. de bloedsomloop en het zenuwstelsel een beetje in de war raken. Daardoor voelt die mens zich dan minder prettig. In de oudheid heeft men al gezegd: Men moet zich altijd oost‑west oriënteren. Onbewust heeft men kennelijk rekening gehouden met deze straling. Het merendeel van de fouten heeft namelijk een oost‑west richting. De aarde is geen zuivere bol. Ze is afgeplat aan de polen zoiets als een wat meer in de breedte uitgezakte edammerkaas. Dat betekent dat de spanning dus vooral in de draairichting ligt. Als je je oriënteert op die draairichting, heb je minder kans dat je deels in, deels buiten een dergelijke stralingsbron komt te liggen.

Met dit alles heb ik geprobeerd aan te tonen dat er allerlei werkingen zijn in de aarde en dat een groot gedeelte van die werkingen dan als wat ongeloofwaardig kan worden vertaald. De elementaal bv. is voor velen onaanvaardbaar en ook de aardstraal zal vooral wetenschappelijk zeer veel kritiek ondervinden. De praktijk wijst echter uit dat er iets is. Laten we nu eens proberen na te gaan hoe we dan de aarde moeten zien in meer kosmisch verband, misschien dat we dan haar geaardheid beter kunnen begrijpen. Kosmisch gezien is de sterkste band aarde‑zon. Dat is heel begrijpelijk. De aarde is in energie/massaverhouding gebonden aan de zon. Haar baan wordt mede bepaald door de zonnemassa plus de zonneactiviteit. De levens‑ en ontwikkelingsprocessen op de aarde en de toestand van de atmosfeer worden grotendeels ook weer bepaald door de stand van de zon en de wijze waarop die op de atmosfeer inwerkt. Er is dus een directe relatie.

Is dit een afhankelijkheidsrelatie? Stoffelijk gezien ongetwijfeld. Geestelijk gezien schijnt dit in mindere mate het geval te zijn. Je zou kunnen zeggen, dat de aarde als geestelijke entiteit in dienst treedt van de kracht, die zich belichaamt in de zon. Maar omdat zij niet alleen beperkt is tot de drie dimensies waarin de mens pleegt te denken, heeft ze uitwijkmogelijkheden. Zij behoeft zich dus niet geheel aan de zon te onderwerpen. Haar contacten met andere planeten zijn voor een mens begrijpelijk: dat is a.h.w. dezelfde stand. Maar een planeet als de aarde heeft kennelijk ook contacten met andere sterren. Een wisselwerking, dus met een wezen dat vanuit ons standpunt gezien toch wel groter en machtiger is en ook een veel machtiger belichaming heeft gekozen. Hoe kan dit? Geestelijk gezien geldt niet alleen de energie waarover je kunt beschikken, maar wel degelijke een ervaring, de kennis die je bezit en de variëteit van voorbeelden waarin je de kennis kunt uitbeelden. Een wereld waarop leven is, heeft – voor wij dit kunnen nagaan – een veel grotere gedachten‑ en ervaringsscala en schijnt dus ook emotioneel bijzonder nadrukkelijk begrippen te kunnen weergeven. Dit schijnt voor sommige sterren reden genoeg te zijn om de entiteit Aarde als gelijkwaardig te aanvaarden. Dit betekent echter wel, dat de aarde soms uit de kosmos allerlei geestelijke impulsen ontvangt, die zij ‑ zoals een mens die iets hoort of leest‑ omzet in een deels lichamelijke reactie. De geheime krachten, die uit de kosmos naar de aarde vloeien zijn niet zo geheimzinnig als het lijkt, indien we de grondthese van een bezield zijn van alle planeten en sterren kunnen aanvaarden. Want dan is het logisch dat een planeet lichamelijk reageert op een voor haar emotioneel geladen impuls, die uit de ruimte tot haar komt.

Nu stel ik, dat vele reacties van de aarde, inclusief zelfs ijstijden e.d., mede bepaald schijnen te worden door deze bewuste contacten met de kosmos. Maar de aarde als lichamelijk geheel draait mee in het Melkwegstelsel. Deze enigszins discus-vormig aandoende sterrenhoop heeft een kern waarin zeer grote en zeer actieve zonnen zijn met een veel grotere kernzwaartekracht dan voor uw eigen zon maar denkbaar is. Die zonnen of sterren beïnvloeden elkaar voortdurend en ‑ dat is eigen aan een dergelijke structuur ‑ leven ook veel sneller. Dat wil zeggen: ze gaan sneller teniet, ze lossen zich op in energie, maar zij reageren ook veel sneller. De impulsen daarvan komen zowel stoffelijk als geestelijk door de ruimte ook naar deze uithoek van het Melkwegstelsel waarin de aarde zich beweegt rond haar zon. Het zijn deze impulsen, die mede het gedrag en de reactie van de aarde bepalen. Zo zullen er tijden zijn waarin de aarde bijzonder sterk geladen is met iets wat we occulte kracht of een bepaalde vorm, van levenskracht zouden kunnen noemen. Dit zijn stimuli die uit de ruimte komen. Voor de mens zijn ze niet goed meetbaar. Het zijn maar kleine sporen van kracht, kleine afwijkingen in stralingshardheid en stralingsfrequentie. Maar voor de aarde als geheel is het iets waarop zij reageert, waaruit zij energie put en als zodanig betekent het ook een verandering van geladenheid van de levensenergieën die rond de aarde pulseren en waaruit de stoffelijke vormen ten slotte hun bestaan putten. Dan stel ik, dat er ogenblikken zullen zijn waarin de aarde, reagerend op deze krachten (wat een zuiver stoffelijke, bijna instinctieve reactie is) plotseling de wereld openstelt voor meer occulte waarden, de dingen die duister of verborgen heten te zijn omdat slechts weinigen de energie of de gevoeligheid kunnen opbrengen die nodig zijn om met deze verschijnselen te werken. Maar als die lading toeneemt, zal het aantal mensen toenemen dat reageert op de aarde en dus ook op die verschijnselen. Er zijn hierdoor zelfs perioden waarin men definitief kan stellen: hier is het magische, daar is het mystieke en ginds is het paranormaal begaafde een hoofdtoon in de vorming van een beschaving.

Er zijn ook tijden dat de aarde voornamelijk terugvalt tot een meer stoffelijk denken. Ook hier zien we dan weer verschillende fasen. We zien fasen waarin de gehele aarde rustig is, we hebben dan de dorpsmentaliteit. We hebben tijden waarin de aarde onrustig is, ze geeft wat meer energie, maar op stoffelijk niveau: de tijd van de krijgslieden. We kennen ook de tijd, dat er alleen maar zuiver stoffelijke impulsen zijn. Er is activiteit, maar deze is niet uit te drukken in een verstoring van een bestaand evenwicht, doch alleen in een neiging het eigen bestaand aandeel van een evenwicht uit te breiden. Dan worden we geconfronteerd met de tijd van de kooplieden. Eens waren er imperia op deze wereld gesticht door krijgslieden. Nu zijn de werkelijke imperia van deze wereld de rijken van kooplieden. Maar er is ook een tijd geweest dat priesters de heersers waren van de keizerrijken en met hun magische krachten tot stand brachten wat nu ondenkbaar is.

Ik stel, dat deze kringloop voor de aarde grotendeels wordt bepaald door invloeden die vanuit het Melkwegstelsel de aarde (in feite het zonnestelsel) beroeren. De aarde moet daarop reageren. Haar reactie daarbij is in de richting van evenwicht. Ook voor een planeet is evenwichtig functioneren identiek riet gezondheid. Elke planeet wil even graag gezond zijn als een mens. En als er ergens een oorlog uitbreekt, dan kan dat voor u een verkoudheid of misschien een longontsteking zijn, voor de aarde is dat dan een plaatselijke intense oorlog of zelfs een wereldoorlog. Dan moet de aarde alles doen om dat te overwinnen. Dat wil zeggen dan moeten er aanvullende energieën worden opgebracht. Deze worden kenbaar in de psychologie van de mens. Het is b.v. opvallend dat zowel de vruchtbaarheid als het nageslacht toenemen in situaties waarin veel leven wordt vernietigd. Het is alsof het zich in balans wil houden. Misschien beschouwt u ook dit niet als een verborgen kracht of invloed van de aarde. Maar alweer, de feiten zijn er, en ik geloof niet dat je kunt volstaan met de psychologische verklaringen die voor deze verschijnselen in deze tijd gewoonlijk opgang maken.

Ik wil ten laatste wijzen op het feit, dat de aarde zelf in haar atmosfeer a.h.w. een bijzondere omgeving heeft geschapen waarin geestelijk werk van een bepaalde aard gemakkelijk gedijt. Dit kan niet worden ontleed in goed of kwaad, want voor de aarde bestaat dit niet. Maar het betekent wel, dat de entiteiten met bepaalde capaciteiten door de aarde als het ware worden gevoed zolang zij zich in haar aura (geestelijk en stoffelijk stralingsveld) bevinden. Dit is volgens mij de verklaring voor het optreden van zoveel groeps- en rassengeesten. Het scheppen, d.w.z. het voortdurend bijdragen tot een perfecter en evenwichtiger vorm van welk leven dan ook op aarde, is immers voor de aarde een gevoel van gezondheid. Daardoor geeft zij aan die entiteiten veel kracht. Daarentegen zal een chaotische entiteit die wil breken voor de aarde een ziekte‑element, een storend element zijn. Dat betekent, dat er een strijd moet komen. Zoals bij een infectie het lichaam witte bloedlichaampjes stuurt naar de plaats van het letsel, opdat zij met hun bacteriofage werkingen de infectie ongedaan kunnen maken en de vreemde wezens zullen uitdrijven, zo reageert de aarde op bepaalde chaotische invloeden. Daardoor kan het kwaad op aarde, het werkelijke kwaad dat wil vernietigen, niet onbeperkt bestaan. Het kan niet blijvend in de aura van de aarde vertoeven. Zo kunnen we ook zeggen, dat de aarde een groot gedeelte van het kwaad dat er kosmisch zou kunnen bestaan voor de mensheid en voor de wereld afweert. Maar dat betekent weer niet dat de aarde nu alle zoete vrede nodig vindt, want voor haar is vrede niet belangrijk. Voor haar is evenwicht belangrijk en dat is heel iets anders. Elke geest, die harmonisch is met deze wereld of met iets op de wereld, werkt positief voor de aarde. Zo komen de krachten van de aarde tot werking en tot gelding en produceren een juiste levensomgeving waardoor die entiteiten op aarde veel meer kunnen presteren dan anders mogelijk is. In vele gevallen fungeert de aarde als een soort transformator waardoor geestelijke (meerdimensionale) krachten worden omgezet in stoffelijk hanteerbare krachten. Mensen, die daarvoor geschikt zijn, worden soms door de aarde in het bijzonder geladen en vaak ook beschermd. Het is opvallend dat mensen, die in deze zin belangrijk zijn, evenals andere normale mensen ziek kunnen worden, maar dat ze een veel grotere kans hebben op genezing, omdat het lijkt alsof ze meer levenskracht ter beschikking hebben. Alleen indien die mensen zelf anders gaan reageren (dus destructief, in wanhoop e.d.), worden ze ineens een storend element en bestaat er voor hen geen mogelijkheid meer om die extra levenskracht te ontvangen. Het betekent ook dat de geest de wanhopige mens veel moeilijker kan helpen dan de positief denkende mens.

De materie zelf is voor de aarde een structuur. Het is dus niet iets wat voor u bijna onaantastbaar is. De aarde kan bij elke verandering van structuur reageren op geestelijke impulsen die voor haar harmonisch zijn. Natuurlijk, er zijn fakirtrucjes waarmee je zonder bloed kan laten vloeien een spier of een wang kunt doorsteken met naalden. Erg spectaculair, een tikje, onsmakelijk volgens mij, maar in wezen een trucage. Het is ook bekend dat er mensen zijn die zich werkelijk met een zwaard verwonden op een manier die normaal dodelijk zou zijn, maar daar zij in een zekere toestand verkeren, blijkt dit niet dodelijk. Wat meer is, de wond sluit zich bijna onmiddellijk, inwendige of uitwendige bloedingen komen praktisch niet voor, slechts enkele bloeddruppels. Deze mensen schijnen zelf niet te beseffen wat zij doen. Ze weten niet eens wat zij eigenlijk precies tot stand brengen. Het gebeurt alleen maar. En hier is weer het antwoord:

Als een mens in een toestand van verrukking komt, kan al datgene wat hij daarin stoffelijk doet ‑ of dat nu door vuur lopen is, zich doorsteken met zwaarden, zich laten bijten door giftige slangen, verkeren in een roes of extase ‑ voor de aarde op dat moment volledig in harmonie zijn. Het is een samenvoeging van geestelijke en stoffelijke krachten: een harmonische verbinding die kostbaar is. Deze kostbare verbinding moet dus de kracht krijgen die zij nodig heeft om te blijven existeren. En dan treedt het eigenaardige verschijnsel op dat bij deze mensen een wond zich sluit waarvan we de normale biologische kracht van een gene­zingsproces kunnen berekenen op 3 á 4 weken. Nu volbrengt het lichaam datzelfde in de tijd van enkele minuten. Daar is een enorme energie voor nodig. De aarde geeft dat. Ze geeft het misschien niet direct, er kan een groepsgeest tussen staan. Er kunnen bepaalde geestelijke entiteiten, zelfs elementalen mee verbonden zijn. Denk maar eens aan de legenden over de djinni, die ook allerlei eigenaardige dingen doen en niet al­leen maar, zoals sommigen denken, uit theepotten en lampjes tevoor­schijn komen kronkelen om te zeggen: “Wat is uw wens, heer? Beveel mij.” Ik kan me geen djinii voorstellen die op deze manier zou willen reageren. Misschien dat het rijk van de natuurgeesten soms een grote komediant heeft voortgebracht, maar zo groot, dat lijkt mij haast ondenkbaar.

Wat ik probeer duidelijk te maken is: Zelfs de directe levensprocessen en ontwikkelingen van de mens worden in grote mate bepaald door het al dan niet in harmonie zijn met het wezen van de aarde. En dat betekent niet vreedzaam zijn, maar een evenwicht bezitten tussen geestelijke en stoffelijke waarden, of geestelijke of stoffelijke waarden uitdragen die dit evenwicht voor de aarde in stand houden. Vanaf dat ogenblik heb je een bijzondere bescherming, heb je bijzondere krachten en kun je je haast niet voorstellen hoe het komt dat jij je van alles kunt permitteren wat voor een ander ondenkbaar is. Toch is het heel natuurlijk. Zodra je een evenwicht brengende of bevestigende kracht, bent binnen de aura van de aarde, krijg je ook de krachten van de aarde. En dat betekent dat je ook toegankelijk bent voor alle entiteiten die binnen de aura van de aarde functioneren. Het betekent ook dat je een grotere macht en een groter gezag kunt uitoefenen over natuurgeesten en natuurkrachten, dat je a.h.w. magische vermogens bezit, zelfs zonder dat je weet, wat magie is.

Zo werken de verborgen krachten van de aarde op elk niveau van het bestaan door. Zij maken de mens tot iemand, die meer is dan redelijk denkbaar is. Zij openbaren tendensen en geestelijke krachten, maar ook storingen en reacties van de natuur op menselijk denken die onlogisch schijnen, maar die toch voortdurend voorkomen. De verborgen krachten van de aarde functioneren aanhoudend en overal, ook om u heen. Uw eigen leven, de gemeenschap waartoe u behoort is bepalend voor de reactie van de aarde. Wanneer er een zondvloed komt ‑ en dat is denkbaar ‑ dan is dat ongetwijfeld omdat de disharmonie de aarde stoort in haar besef van eigen wezen. En wanneer er een Eden opbloeit op de wereld, dan is dat het gevolg van een harmonie die voor de aarde een zodanige verrijking van persoonlijkheid betekent, dat zij het geheel van haar energieën inzet om dit in stand te kunnen houden.

Slotrede:

Ik heb u geconfronteerd met de verborgen krachten van de aarde, die zowel in stenenregens als in grotere natuurverschijnselen tot uiting komen. Ik had u misschien moeten vertellen over de geest in de waringin, over de bronnen en kleine stroompjes waarin wonderlijke geesten en nixen leven. Maar al deze dingen zijn verschijnselen. U leeft op een wereld die zelf leeft. Wat u ziet als de hemel boven u is tot op grote afstand zelfs doortrokken met de geestelijke en niet alleen met de stoffelijke uitwasemingen van deze aarde. De trillingen van de kosmos worden daardoor veranderd, ze bereiken en stimuleren u. Het is de wereld waarop u leeft, die eigenlijk voor een groot gedeelte uw werkelijkheid en uw zijn bepaalt.

Zo komen we terecht  bij de kosmische harmonie, die de Christusgeest wordt genoemd, maar die ‑ hoe u haar ook noemt – een verbinding en eenheid vormt met de kern van het bestaan, niet slechts van deze aarde of van uzelf, maar van de gekende kosmos en zelfs nog van andere werelden. Daarmee hebben we een essentieel punt aangesneden niet alleen in de krachten van de aarde maar ook in de krachten van de mens. Sta mij toe dat ik in deze slotrede nog in het bijzonder mijn aandacht daaraan wijd.

De mens levend op aarde, levend in de uitstraling van de aarde en voor zijn ontwikkeling zelfs gebonden aan de werkingen en uitstraling van de aarde, draagt in zich de vermogens om ver buiten de aarde te ervaren en levende krachten te ontvangen, die niet beperkt zijn tot planetaire werkingen of afhankelijk zijn van de functie van de een of andere zon. In de mens leeft iets wat men mogelijk oneindigheid kan noemen of ziel of alleen maar het onbekende. Het is hierdoor dat je als mens zo’n enorme betekenis kunt hebben, hoe klein en onmachtig je misschien ook bent tegenover een grote entiteit als die welke de aarde bezielt. Want je kunt zelf een harmonie uitstralen waarin anderen steeds meer betrokken geraken. Je kunt de werking van de mensheid niet onmiddellijk veranderen, maar je kunt meer harmonie, meer evenwichtigheid en eenheid brengen aan anderen. Daardoor zal de uitstraling van steeds meer mensen zich wijzigen en zo zal de aarde dus gaan reageren op een harmonie, die voor haar belangrijk is, op een evenwicht dat in overeenstemming is met haar eigen behoefte aan levenservaring in haar stoffelijke belichaming.

Ik kan niet zeggen: Deze weg of gene weg voert tot God. Ik kan u slechts dit zeggen: De mens, die in zichzelf zoekt naar de hoogste kracht en het hoogste licht, die zichzelf a.h.w. onderdanig maakt aan zijn ervaringen ervan en probeert deze uit te dragen, hij mag reageren volgens alle normen, vormen en mogelijkheden van materie en aarde. Hij zal in zich iets eeuwigs dragen waardoor hij zelfs “boven de engelen zou kunnen staan,” om een oud bijbelwoord te citeren. Want de mens kan groeien tot hij in zichzelf de kosmische harmonie beleeft en leert erkennen en daardoor niet meer beperkt is tot één klein deel van de wereld of een klein deel van een sfeer of een kosmos. Dan vindt hij een verbondenheid met de wonderlijke kracht die alles omvat. De kracht waarvan wij sommige aspecten ruimte noemen, andere misschien God en weer andere licht of energie. Eén zijn met het Ene is een mogelijkheid die de mens gegeven is. Er zijn vele verborgen krachten in de aarde. Maar er leeft ook een verborgen kracht op de aarde, de kracht, die gelegen is, in de geest die als mens incarneert in de stof en die toch een verbinding kan behouden met de kracht waaruit alles voortkomt. De mens is belangrijk, juist door deze kwaliteit. De mens is als eenling onbelangrijk te midden van de krachten van de aarde zonder dit. De zin van uw bestaan is naar mijn beste geloof en weten: het vinden van deze hoge harmonie. U zult dan erkennen en ervaren hoe de aarde naast aanvaardend en u voedend in uw kleine uiting u staat, u aanvaardingen binnen haar aura zonder u ooit af te remmen, als uw besef of uw beleven uitreikt ver boven al het bekende.

De krachten van licht zijn één. En elke personificatie van licht en kracht ‑ of dat de menselijke ziel is of de bezieler van een ster – verheugt zich als dat licht bewust wordt beleefd. Moge het u gegeven zijn in en vanuit uzelf dit licht te beleven en kenbaar te maken.

Maar maak u geen problemen, zoek liever de harmonie dan de erkenning der verschillen. Want hij, die de harmonie bereikt, erkent de mogelijkheid van verschillen zonder de harmonie te verliezen. Doch hij, die slechts verschillen zoekt, verliest vaak in het probleem de harmonie die noodzakelijk is, om werkelijk te bereiken.

image_pdf