Woorden en feiten.

image_pdf

Als je iets zegt, dan is het nog lang niet zeker dat je daarmee om­schrijft wat je bedoelt. Als je probeert iets weer te geven, kun je soms een bepaalde sfeer overdragen, maar wat je niet kunt is jammer genoeg precies zeggen hoe het is geweest.

Als u uzelf zou moeten uitbeelden in woorden, dan zoudt u waar­schijnlijk met een wat geflatteerd beeld naar voren komen, maar er zou veel aan ontbreken. En als u zich dan afvraagt waarom, dan is dat omdat er veel dingen zijn die je eigenlijk niet kunt zeggen. Je moet ze uitleggen.

Nu is het met woorden zo, ze moeten direct een denkbeeld overdragen. Want als je er eerst een uitvoerige uitleg bij moet geven, dan is men al ­lang vergeten waar je het over hebt. Er zijn van die mensen aan wie je een mop vertelt. Je vertelt een geestige clou en zij zitten je dan niet begrijpend aan te kijken. Nadat je de mop driemaal hebt uitgelegd is die helemaal niet leuk meer. Kijk, zo gaat het ook met ons en eigenlijk ook met het bewustzijn.

Een bewustzijn zou eigenlijk de totale waarde moeten absorberen, maar dat kan het niet. Het heeft zichzelf nu eenmaal begrensd en door die be­grenzing wordt de zaak gefiltreerd. Je krijgt dus uitdrukkingen binnen die onvolledig zijn. Het zijn woorden, het zijn geen feiten.

Als wij iets doen naar buiten toe, dan zitten we met precies hetzelfde probleem. Wij weten wel wat we bedoelen, maar we weten helemaal niet wat een ander ervan denkt. In 9 van de 10 gevallen zeggen we dan ook dat de wereld onbetrouwbaar is, want die beantwoordt niet aan wat wij werkelijk menen te zijn en te geven, ofschoon we ons helemaal niet realiseren dat dat zo niet naar buiten komt. Als u dit nu als beginpunt neemt, dan kunnen we gaan praten over bewustzijn en wat daarmee samenhangt.

Wat doet een mens? Hij wordt geconfronteerd met dingen buiten zich waarvoor hij geen woorden heeft, die hij niet kan omschrijven en die toch voor hem een eigen indringende ervaring kunnen inhouden. Bijvoorbeeld een onweer. Je bedenkt dus maar iets waardoor het onweer verklaarbaar wordt. Dan zeg je: dat is de dondergod die langs de hemel rijdt en zo nu en dan zijn bijl naar beneden smijt. Iedereen weet wel dat het geen bijl is. Maar als het een god is, dan zou het kunnen. Anders gezegd: we gaan gewoon een fan­tasietje plegen, daarmee verklaren we de dingen en geven ze eigenlijk een betekenis waardoor ze hanteerbaar worden. Ik denk dat dat overal hetzelf­de is.

Er zijn mensen die het heel erg goed menen. Ze zijn voortdurend heel vroom bezig en zeggen: Heilige Geest, daal over ons neer. Als ze dat voor de honderdste keer hebben herhaald en het zou gebeuren, dan zullen ze er helemaal niet happy mee zijn, want zij denken als de H. Geest over mij komt, dan ben ik meer mijzelf, ik kan meer en ik begrijp vanuit mijn standpunt meer. Maar als je in de zon kijkt, dan zie je minder in plaats van meer. En zo zou dat ook hier het geval zijn.

Als ik kijk naar alles wat er bij de mens een rol speelt, dan zeg ik: alle goden die we hebben geschapen, maar ook onze beelden van een hemel, van een hel, van een onderwereld, van de verhoudingen in het heelal komen voort uit onszelf. Het zijn de sprookjes die we onszelf vertellen om te ontkomen aan het onverklaarbare dat we anders buiten ons vrezen te ont­moeten. Gesteld dat u dit zou aanvaarden, dan wordt het tijd om vragen te stellen.

Is er inderdaad een reïncarnatie? kun je dan roepen. Dan is het ant­woord: ja, ik vind het niet gezellig om weer terug te komen. We leven een keer op aarde en als we dat goed doen, dan zijn we ervan af.

Maar is dat iets wat met feiten te maken heeft? Neen, het zijn woor­den. Wij proberen met woorden een werkelijkheid om te buigen of het onver­klaarbare zo te veranderen dat we er meester over kunnen zijn. Ons geloof kan een volledig concrete waarde in onszelf zijn. Je kunt innerlijk zo in­tens een zekerheid met je dragen dat je er steeds een beroep op kunt doen en daardoor in de wereld buiten je die ook steeds ontmoet.

Ga nu dat geloof even omzetten in een aantal regels. Begin maar met: ik geloof dat ….. en dan komt er een hele hoop achteraan, desnoods Allah is de enige God en Mohammed is zijn profeet. Op dat ogenblik heb ik mij ver­vreemd van mijn geloof.

Als ik een uitleg zoek voor het onverklaarbare, terwijl dit onver­klaarbare in mij bestaat en niet buiten mij, dan moet ik ook beseffen dat ik mijn mogelijkheid tot bewustzijn beknot. Een wetenschapsman, die aanneemt dat maar één oplossing de juiste is voor zijn probleem, zal daardoor zijn onderzoek in die ene richting doorzetten en alle andere bijkomstige ontdek­kingen, die hij misschien had kunnen doen, eenvoudig terzijde schuiven. Als je dat begrijpt, dan zeg je: met bewustwording zit de zaak toch wel een beetje anders. Er zijn veel dingen die ik in mij dan maar een naam geef. Maar zodra ik ze buiten mij als zodanig ga benoemen, ontneem ik mij de moge­lijkheid om er nog feitelijk op te reageren.

Een mens is vaak geneigd te zeggen: het leven is door God aan mij ge­geven en Hij heeft bepaald wat ermee zal gebeuren. Heel aardig. Maar waarom dat niet empirisch bekeken? Wat ervaar ik? Wat ben ik? Wat doe ik? Maar ook wat geloof ik? Wat voel ik in mij als zekerheid? Wat ik in mij voel is een deel van mijzelf. Pas als ik het in de buitenwereld precies zo ontmoet, kan ik er misschien meer over leren kennen. Op het ogenblik dat ik probeer het a.h.w. te forceren, dus buiten mij te stellen zonder dat ik het eerst heb erkend, maak ik mijzelf blind voor een deel van de werkelijkheid.

Dan is er nog een andere neiging. Wij hebben altijd de neiging om onszelf een beetje omhoog te steken. Er zijn mensen die zeer nadrukkelijk, eer­lijk en oprecht zeggen: God heeft het Kaukasische ras (blanke ras) uitver­koren. Alle andere rassen zijn eigenlijk minderwaardig en alleen bestemd om de blanken te dienen. U moet niet denken dat die mensen dat zeggen omdat ze anderen alleen naar in een hoek willen trappen. Heel vaak zouden ze zelfs die anderen willen helpen. Maar je stelt jezelf primair.

Bij een ander volk hebben ze gezegd: de enige werkelijke mensen zijn de Germanen. Maar toen de manen waren afgeschoren, bleef het beest over. Dat was pijnlijk. Realiseer u dus goed: wij kunnen niet een bepaalde waardig­heid aannemen. Maar denk ook niet dat het iets is wat alleen maar hier voorkomt.

U kent allen het bekende verhaaltje van de Indianen. De Indiaan zegt: God maakte de eerste mens en die werd niet gaar. Dat was de blanke. Toen verbrandde hij er een. Dat was de neger Toen had hij er een die was al iets meer gaar. Dat werd de gele mens. Eindelijk kwam er een die had de per­fecte roodbruine kleur. Dat werd de Indiaan, het werkelijke product. Een sprookje, maar ergens heeft het de behoefte om een superioriteit uit te drukken.

Ieder van ons voelt een superioriteit ten aanzien van de buitenwe­reld in zichzelf of hij het toegeeft of niet. Je kunt jezelf wel een min­derwaardigheidscomplex aanpraten, maar dat komt dan omdat de wereld wei­gert te beantwoorden aan het gevoel van waardigheid en superioriteit dat je in je draagt. Waarom zouden we nu dat gevoel van waardigheid en betekenis opzij zetten? Dat is helemaal niet nodig. Maar mijn meerwaardigheid is iets wat alleen kan bestaan als ik alles wat in mij leeft op de juiste manier in de wereld naar buiten weet te brengen en gelijktijdig uit de bui­tenwereld al datgene weet af te lezen waardoor ik mij bewuster word van de meerwaardigheid die in mij bestaat. En dan kun je inderdaad een meerwaardig mens zijn.

Het is helemaal niet zo dat alle mensen gelijk zijn. Het is precies hetzelfde als dat bekende koor van Beethovens: “Alle Menschen werden Brüder.” Dan zeg ik ook: als we allemaal broers worden, waar komen de kindertjes vandaan, want de zusters zijn er niet bij. Dan wordt het een familiedrama: het uitsterven van het menselijk geslacht.

Anderen beginnen met leuzen als bij christenen: wij zijn meer dan an­deren. Eventueel met of zonder hulp van de Maagd Maria. Daar heb ik ook niets op tegen zolang het in je zit. Het gevoel van meerwaardigheid dat in je bestaat is de bron waaruit je kracht kunt putten. Maar op het ogen­blik dat je die waarde buiten je aanvaardt, wilt weten zonder dat je in staat bent haar volledig te uiten, ga je jezelf beroven van de mogelijkheid je innerlijke krachten en de punten waarop je inderdaad de meerdere kunt zijn van anderen te openbaren. Dan maak je jezelf tot minderwaardig, ongeacht het feit dat je in je meerwaardigheid bezit. Dat is in het bewustwordingsproces heel erg belangrijk.

Ze hebben wel eens gezegd: een duivel is een gevallen engel. Reali­seer u eens wat men feitelijk zegt: de duivel is dus iemand, op het ogenblik dat hij het engel zijn niet meer kan aanvaarden, als hij de waarde in zich be­schouwt als iets wat buiten hem moet worden erkend: een poging om zich af te zonderen van God, terwijl hij gelijktijdig God als de enige bestaansmogelijk­heid in zich erkent. Nou, dan moet je wel duivels worden. Dat is het meest bittere wat je je kunt voorstellen afgescheiden zijn van datgene wat je nodig hebt om te leven. Dit voortdurend verwerpen en het toch steeds weer nodig hebben en het stilletjes toch weer moeten gebruiken en erkennen, omdat je zonder dat niet kunt bestaan. Erg bitter.

Er zijn natuurlijk geen duivels zoals hier worden voorgesteld. Een dui­vel op aarde is een kruising van een natuurgod, een beetje veestapel en al het verderfelijke dat de mens in zichzelf erkent en graag aan een ander toeschrijft. Ik zeg niet dat er geen echte duivels zijn zoals die worden voor­gesteld. Ik denk dat dit probleem in dit twee­de gedeelte toch wel even besproken mag worden.

U kunt van de wereld nooit verwachten dat ze beantwoordt aan uw inner­lijk besef van waarde, waardigheid en mogelijkheid. Maar in die wereld zijn factoren te vinden die wel degelijk harmonisch kunnen zijn met wat er in u leeft. Die harmonie is nimmer blijvend. Realiseer u dat even. Alles bestaat in de tijd en in de eeuwigheid. In de eeuwigheid is het onveranderlijk. Maar als wij de eeuwigheid in de tijd proberen waar te maken, dan trachten wij de tijd stil te zetten. We zetten onze ontwikkeling, onze bewustwording stil. Totdat we aanvaarden dat de perfecte harmonie een ogenblik daarna weer een andere geworden kan zijn, dat harmonieën van perfecte eenheid op een gegeven ogenblik in disharmonieën kunnen ontaarden, tenzij we in ons waarden dragen en ook de veranderingsmogelijkheid waardoor we ons voortdu­rend kunnen aanpassen. Als we ons dat gaan realiseren, dan zeggen wij: maar we hebben geen vaste waarde in het leven. Niets is werkelijk vast. Het enige dat vast is zijn de illusies die we in ons opbouwen of de harmo­nische werkelijkheden die we steeds weer in de wereld kunnen terugvinden.

Belangrijk is dat wij gaan beseffen wat de relatie is tussen ons in­nerlijk en de wereld, want dat is de basis waarop onze bewustwording zich voltrekt. Als u denkt dat u alles al weet, dan luistert u naar niemand en leert u dus niets. Als u uitgaat van hetgeen u reeds weet en probeert daaromtrent meer te weten te komen, dan is uw ontwikkeling niet groter, maar u wordt in ieder geval wijzer.

Als u een bepaalde wetenschap heeft en bereid bent deze aan te vullen met alle gegevens in de hoop ze ooit te kunnen correleren, dan wordt u kos­misch bewust. Dat is nu de aardigheid. Je kunt niet zeggen dat er in het leven iets is wat absoluut waar is. Ook wat wij zeggen is niet absoluut waar. Het is beperkt waar; het is voorwaardelijk. Nu kunt u erg gelukkig zijn dat u dit voorwaardelijke krijgt. Maar onthoud wel: als u zich daaraan blijft vastklampen, dan komt u niet verder meer.

Als u hier een waarheid vindt, dan is dat een uitgangspunt voor een verdere erkenning. Dat is misschien een krachtbron, maar één die gebruikt moet worden. Want als iemand u hier zegt dat u meer waard bent, dan wilt u dat graag geloven. Maar als u dat niet in de wereld kunt bevestigen door hetgeen u doet en bent, wat heeft u er dan aan? Dan wordt u niet wij­zer, u heeft alleen een illusie gekregen. Maar op het ogenblik dat u hier iets vindt, onverschillig wat, en u kunt dat toetsen aan de werke­lijkheid, zelfs als het voor uw idee niet klopt, dan heeft u iets geleerd en kunt u dus wijzer en verstandiger worden. U kunt dat misschien niet he­lemaal omschrijven of de juiste woorden vinden om te zeggen wat eraan mankeert, maar u heeft het wel in u. Het feit blijft bestaan. Het feit is een bewustzijnswaarde in uw wezen, ook als de uitdrukbaarheid daarvan onvolle­dig is.

Dit zijn een paar punten die ik in uw aandacht wil aanbevelen. Het is natuurlijk erg leuk en het brengt ook een beetje prestige met zich als u deelneemt aan een cursus over ‘groeiend bewustzijn. Als u het zo be­kijkt, vergeet het dan maar. Daar komt u niet veel verder mee. U moet het niet doen voor het prestige, want dat krijgt u toch niet. Prestige kunt u alleen krijgen indien u innerlijk iets vindt waardoor u uw mogelijkheden in de buitenwereld anders ziet en daardoor uw innerlijke mogelijkheden buiten u beter leert waarmaken.

Ik wil eindigen met een paar citaten van uitspraken die anderen heb­ben gedaan.

“Werkelijke heiligen bestaan niet. Iemand die op aarde heilig wordt genoemd, is iemand wiens zonden nooit bekend zijn geworden.”

“Wijsheid bestaat niet uit een veelheid van kennis, maar uit een inzicht in de betekenis van datgene wat je kent en waarmee je leeft.”

“Kracht is niet het vermogen om anderen te onderwerpen, maar de mogelijkheid om je eigen zelfstandigheid onder alle omstandig­heden te bewaren en gelijktijdig anderen een voldoende vrijheid te laten om zichzelf te zijn.”

“Macht is de illusie dat je het lot van anderen bepaalt. Hoe meer macht je zoekt, hoe meer je lot wordt bepaald door dat­gene wat anderen doen, ook als je denkt dat zij het op jouw gezag doen.”

“Als je in je leven een bepaalde weg bent ingeslagen, komt er een ogenblik dat er geen terug meer is, dan moet je wel verdergaan. Beklaag je daarover niet, want de weg die je hebt gekozen voert ten­slotte tot een bestemming van waaruit je verder kunt gaan in een door jezelf te kiezen richting. Aanvaard dus je weg en maak er het beste van.”

Deze citaten tezamen bevatten zeer veel wat met bewustwording en ook met een groeiend bewustzijn te maken heeft. Ik hoop dat ik u hier enkele nuttige tips heb gegeven, al zullen degenen die ze het hardst nodig hebben ze waarschijnlijk het minst erkennen.

image_pdf